HET WONDER VAN BOLOGNA
Bij herstel
van de
stad is
uitgegaan
van mensen
ZATERDAG 21 MEI 1977
PAGINA 25
Een leegstaand klooster, dat na renovatie bestemd zal worden voor de huisvesting van een wijk- en diensten
centrum, een kleuterschool, een bibliotheek en een wijkzaal op de begane grond en studentenverblijven op de
bovenverdiepingen.
Waar in West-Europa is nog een grote, oude stad te vinden die nog beschikt over een
historisch centrum in zijn oorspronkelijke vorm? Een centrum, dat nog niet is aangetast
door grove verkeersdoorbraken, torenhoge kantoorbebouwing of peperdure moderne
flat-woningbouw? Een centrum dat nog bewoond wordt door de oorspronkelijke binnen
stadsbewoners. Er is in West-Europa maar een stad te vinden, waar dat het geval is. Dat is
Bologna in Italië. Een stad van meer dan twintig eeuwen oud. Met een huidige bevolking
van 485.000 mensen van wie er 85.000 in het historische stadscentrum wonen. Een stad, die
weliswaar niet voorkomt op de lijst van steden in Italië die de meeste toeristen trekken,
maar die wel de aandacht trekt van stedebouwkundigen en sociologen uit de hele wereld.
Want wat zich daar op hun specifieke vakgebied voltrekt is heel bijzonder. Het wordt door
velen in dit land, waar (religieuze) wonderen de wereld niet uit zijn wel „Het wonder van
Bologna" genoemd. Een wonder, dat zich overigens voltrekt onder de supervisie van het
tegengestelde van een religieuze signatuur: namelijk een communistisch gemeentebe
stuur dat sinds 1945 de touwtjes in deze stad in handen heeft.
In een interview in het grote Italiaanse blad „Corriere della Sera" zei burgemeester Zang-
heri van Bologna: „Het schijnt dat men tegenwoordig veel geld kan verdienen met restau
reren door het oude wat op te doffen in de smaak van de nieuwe rijken. Meer geld zelfs dan
met nieuwbouw. De kleine man wordt dan weg-gerestaureerd, ontworteld. En hij neemt
de meest onvervangbare en waardevolle tradities met zich mee. Dat gaan wij nu eens niet
doen. Want het lijkt ons niet voldoende om enkele bepaalde monumenten te redden. Wat
wij voornemens zijn te verdedigen en te bewaren voor het nageslacht is het gehele histori
sche centrum als een, enig onvergelijkelijk monument, met al zijn huizen en met al zijn
mensen".
Het wonder van Bologna. Het
stadsbestuur koos nog een ander
uitgangspunt voor het herstel en
het hehoud van het historische
stadscentrum: de stad bestaat niet
alleen uit gebouwen, maar, in de
eerste plaats uit mensen.
In de eerste na-oorlogse jaren was
ook in dat historische stadscen
trum van Bologna al een aanzet
merkbaar van ontwikkeling, zoals
die zich in alle westerse steden
voordeed: het vestigen van groot
schalige bedrijven op braakligge
nde of kaalgeslagen gebieden. Het
stadsbestuur riep die ontwikkelin
gen snel een halt toe. „Als u dat
soort activiteiten wilt ontplooien
gaat u maar naar Rome of naar Na
pels", werd projectontwikkelaars
te kennen gegeven. „Wij willen de
binnenstad behouden voor de be
woners".
Het duurde echter tot 1969 eer het
stadsbestuur zijn „meesterplan"
voor het behoud van Bologna ge
reed had en tot 1971 eer het plan
ook een kans op verwezenlijking
kreeg.
Dat was toen de Italiaanse regering
een wet op de onteigening tot stand
bracht, die het Bolognese plan de
nodige financiële basis verschafte.
Bologna was overigens de enige
Italiaanse stad, die deze mogelijk
heid aangreep.
Woningen
Het „meesterbrein" van het Bolog
nese stadsbestuur, dat in 1969
openbaar werd gemaakt, hield in
dat in het oude stadscentrum der
tien gebieden werden aangewezen
als „conserveringsgebieden". Het
waren gebieden, die bewoond wer
den door mensen met lagere inko
mens, die over schaarse openbare
voorzieningen beschikten maar die
in de eerste plaats woongebieden
waren en waar nog kleine zelfstan
digen en ambachtelijke bedrijfjes
waren gevestigd. Voor deze gebie
den werd een renovatieplan ont
wikkeld, dat inhield, dat de be
staande oude woningen zouden
worden verbeterd en van modern
sanitair en van centrale verwar
ming voorzien. Woningen, die te
slecht waren om nog voor renovatie
in aanmerking te komen, zouden
door nieuwbouw worden vervan
gen, maar dan wel nieuwbouw in
exact dezelfde vormgeving als de-
te slopen bebouwing.
Het „meesterplan" was gebaseerd
op een aantal uitgangspunten, die
strikt werden gehandhaafd. Het
Een halt toeroepen aan grondspe-
culatie;
Het toevoegen van openbare voor
zieningen en recreatieve elementen
aan de binnenstad;
Het financieel mogelijk maken van
herstel van de woonfunctie;
Het verplaatsen van industriële en
administratieve bedrijven naar ge
bieden buiten het stadscentrum;
Verbetering van vervoersverbin
dingen tussen de regio en het
stadscentrum;
Het voorrang geven van de voet
ganger in de binnenstad;
Het handhaven van een stabiele en
sociaal-gemengde bevolking van
de binnenstad. In 1973 kon Bologna
beginnen aan zijn wonder. In dat
jaar stelde de Italiaanse regering de
eerste miljarden liren aan de stad
beschikbaar. Italiaanse gemeenten
Een verbeteringsproject in
uitvoering. De woonhuizen
rechts op de foto worden ge
renoveerd. Links daarvan
een niet meer te verbeteren
woonhuis, dat na afbraak in
exact dezelfde vorm zal
wdrden herbouwd.
Door Jek Kleijn
„Parkeerwoningen" noemde men
die verbeterde of nieuwe wonin
gen. De mensen uit de directe om
geving, die er in trokken, konden
daar wonen tot hun eigen huis was
verbeterd of door nieuwbouw ver
vangen. Wanneer het zo ver v/as
had men de keuze: in de „parkeer-
woning" blijven of naar het eigen
verbeterde huis terugkeren.
Acties van binnenstadsbewoners
voor „betaalbare huren" bleven
achterwege. Doodgewoon door het
feit, dat de huurprijzen van de ver
nieuwde of nieuwgebouwde wo
ning niet of nauwelijks hoger ge
steld mochten worden damde hu
ren van de nog niet verbeterde wo
ningen.
Wie betaalt dan die verbetering?
Wanneer het om woningen gaat die
al door de gemeente zijn aange
kocht, is dat de gemeente zelf. En
wanneer het om panden gaatn die
particulier eigendom zijn, betaalt
de eigenaar. Of hij dat nu leuk vindt
of niet.
De eigenaar krijgt van de gemeente
bericht, dat zijn bezit zal worden
gerenoveerd. Hij kan dat zelf doen
(en krijgt daar ook subsidie voor)
onder voorwaarde, dat hij na de re
novatie de huur niet zal verhogen.
Is de eigenaar niet bereid of in staat
het voor zijn rekening komende
deel van de kosten te dragen dan
wordt het betreffende onroerend
De hele „conservering" van de bin
nenstad van Bologna gebeurt met
een optimale inspraak van de be
volking. De stad heeft behalve een
gemeenteraad ook dertien wijkra
den (waarvan vier in het centrum)
die voor zover het stadsvernieu
wing betreft vrijwel autonoom zijn.
De wijkraad beslist welke huizen
voor verbetering of vervanging aan
de beurt zijn en wie er in gaan wo
nen. En de gemeenteraad legt zich
bij die besluiten van de wijkraad-
Het gaat niet alleen om de wonin
gen natuurlijk. De stad telt talloze
kloosters, waarvan er vele leeg
staan. Stuk voor stuk worden ook
die gerenoveerd en bestemd voor
openbare functies (wijkcentra, bi
bliotheken, kleuterscholen, wijk
raadzalen) of voor de huisvesting
van jongeren. De aanwezigheid van
tienduizenden studenten in de stad
betekent een grote behoefte aan
specifieke woonvormen voor jon
geren.
En dan is er het verkeer. Voor wat
de historische stadskern betreft:
geen doorgaand verkeer. Een
stelsel van ringwegen heeft het
mogelijk gemaakt de binnenstad
voor een aanzienlijk deel autovrij te
maken. Men kan er nog wel in ko
men per auto, maar gemakkelijk
heeft men het dan niet. Eenvoudi
ger is het om van openbaar vervoer
gebruik te maken. En om dat nog
te bevorderen is dat openbaar ver
voer tijdens de spitsuren van het
woon-werk-verkeer voor iedereen
gratis. Voor bejaarden en voor stu-
Ren ovatie van een oud woonhuis (links) en gerenoveerde woningen op de achtergrond.
Doorgaan?
Het wonder van Bologna heeft zich
al voor een flink stuk voltrokken.
Iedere bezoeker van de fraaie bin
nenstad zal het wandelen door dit
historische stadsdeel als een ver
rukking ervaren. Uiterst smallen en
bochtige straatjes, de trottoirs vrij
wel overal onder „arcades" zodat
men in regentijd droog en in de hete
zomermaanden koel blijft. Verruk
kelijke pleinen en pleintjes. En
voortdurend het beleven van de be
schuttende beslotenheid van „een
stad als een woonhuis'».
Maar wonderen gebeuren niet. Op
positionele Bolognezen laten niet
na te wijzen op „financieel gesjoe
mel" van het communistische
stadsbestuur. Een christen
democratisch architect heeft voor
gerekend, dat het eigenlijk allemaal
niet kan. Desondanks blijft over
eind staan dat Bologna in verhou
ding tot alle andere grote Italiaanse
steden het kleinste financiële te
kort heeft, al stijgt dat tekort de
laatste jaren aanzienlijk.
Het zal afhangen van de goede ge
zindheid van de niet:
communistische Italiaanse rege
ring of Bologna zal kunnen door
gaan met zijn conserverende be
leid.
Roberto Mazzanti, stadsredacteur
van de grootste Bolognese krant „II
resto del Carlino", is als niet-
partijdig toeschouwer volledig ge
wonnen door de wijze waarop zijn
stad wordt gespaard voor „groot
stedelijk neo-kapitalisme'maar
toont zich niet optimistisch.
„Het tekort van Bologna is tussen
1974 en nu gestegen van vijftig mil
jard tot 92 miljard lire. Ik ben bang
dat de staat voorlopig de geldkraan
zal dichtdraaien", zegt Mazzanti.
Hoe het zij, wat gedaan is betekent
een unieke prestatie. Een stad, een
historische binnenstad, behouden
voor de mensen die er altijd ge
woond hebben. Dat is nergens an
ders in de westerse wereld nog ver
toond. Een wonder. Tbch wel.
hebben (met uitzondering van rein
igingsrechten en hondenbelasting)
geen eigen inkomsten er. zijn dus
voor de financiering van hun pro
jecten geheel afhankelijk van de
staat.
Begonnen werd met de verbetering
van de woningen in vijf urgentie-
gebieden.
Of en waar verbetering niet meer
haalbaar was, met nieuwbouw op
basis van zorgvuldig opgespoorde
tekeningen van de oorspronkelijke
bebouwing. Elke woning die werd
verbeterd of elke nieuwbouwwo
ning werd verhuurd aan bewoners
van huizen in de directe omgeving.
goed eigendom van de gemeente.
De eigenaar ontvangt een prijs, die
is gebaseerd op de waarde van de-
huidige, vervallen toestand.
In bepaalde gevallen gaat de ge
meente verder. Wanneer een ver
vallen woning eigendom is van de
bewoner zelf en deze heeft een mi
nimaal inkomen, dan betaalt de
gemeente de renovatie en blijft de
bewoner voor de rest van zijn leven
eigenaar. Onder voorwaarde dat hij
zijn bezit niet verkoopt. Zijn erfge
namen kunnen het huis dan na zijn
overlijden tegen een schappelijke
prijs verwerven.
Inspraak