Hypotheek
en de fiscus
KOPEN VAAK ONNODIG INGEWIKKELD
DINSDAG 10 MEI 1977
Nederland is de laatste
jaren druk bezig de
achterstand goed te
maken, die hier in ver
gelijking met het bui
tenland bij de verhou
ding kopen-huren be
staat. De vraag n-ar
koopwoningen over
treft op het ogenblik
ver het aanbod.
Bouwondernemingen
dringen er bij minister
Gruijters (volkshuis
vesting en ruimtelijke
ordening) met klem op
aan de bouw van meer
premiekoopwoningen
mogelijk te maken.
Van Gruijters hoeven de bouwers
op niet al teveel tegenstand te reke
nen. De D'66-minister en zijn twee
PvdA-staatssecretarissen Schaefer
en Van Dam hebben niets tegen het
eigen huis. Minister Gruijters heeft
1 zelfs tijdens een van de begrotings
debatten in voorgaande jaren ver
kondigd, dat hij de verhouding
koop-huurwoningen het liefst had
op 2/3:1/3. Dus op ieder huurhuis
twee eigen huizen. In zijn visie
moest dit in 1990 geregeld zijn.
Over een dikke tien jaar zijn we dan
in Nederland op een verhouding,
die nu bijvoorbeeld al in de Ver
enigde Staten of Belgie bestaat. In
Scandinavië gaan ze nog verder en
I is tachtig procent van de bevolking
behalve bewoner ook eigenaar-
van zijn huis.
In het bouwprogramma is de posi
tie van het eigen huis eveneens ver
stevigd. Vorig jaar deed het feit zich
voor dat er meer koophuizen wer
den opgeleverd dan huurhuizen. In
het voorgestelde woningbouwpro
gramma voor 1977 zet deze trend
zich voort.
Niet alleen met het opstellen van
het bouwprogramma (het bepalen
van het aantal woningen) heeft de
rijksoverheid de mogelijkheid om
het eigen woningbezit te stimule
ren. Er zijn in de afgelopen decen-
nia tal van (subsidie) regelingen
ontworpen om mensen warm te
maken voor het kopen van een
woning.
Subsidies
De „Beschikking geldelijke steun
eigen woningen" voorziet in de
mogelijkheid van subsidies, wan
neer iemand een nieuw huis koopt
of laat bouwen.
Om voor deze subsidie in aanmer
king te komen, moet het te kopen
huis wel aan een aantal voorwaar
den voldoen. Het mag niet te duur
zijn en men zal het huis tien jaar
lang als eigenaar moeten bewonen.
De subsidie wordt toegekend in
tien jaarlijkse termijnen, die ieder
jaar met tien procent van het oor
spronkelijke bedrag worden ver
minderd. Bij een huis van 93.000
gulden, zal de subsidie in totaal tien
jaar een totaalbedrag van 28.600
gulden opleveren. „Dat is een niet
te versmaden bedrag", zegt het mi
nisterie van volkshuisvesting zelf
triomfantelijk in de folder „eigen
huis, ook voor u", waarin de rege
ling wordt uiteengezet.
Daarnaast bestaat er het „bezits
vormingsfonds", dat bij de aan
schaf van een nieuwe woning tot
een prijs van 90.000 gulden en een
oud huis tot 60.000 gulden aan de
koper een renteloze lening ver
strekt van 2400 gulden. De aanvra
ger moet dan niet ouder zijn dan 35
jaar en in 1975 niet meer hebben
verdiend dan 32.000 gulden. De af
lossing van de renteloze lening mag
acht jaar duren, terwijl de eerste
twee jaar niets hoeft te worden te
rugbetaald.
Garantie
instituut gemeentegarantie. Bij de
koop van een bestaand huis zijn
banken meestal niet bereid de vol
ledige koopsom te financieren. In
dit soort gevallen stelt de gemeente
zich dan garant voor de rente en af
lossing van de hypothecaire lening,
waardoor de banken wel de volle
dige honderd procent van de ver
wervingskosten willen financieren.
Voorwaarden zijn: aanvrager moet
meerderjarig zijn, de verwervings
kosten mogen de 115.000 gulden
niet te boven gaan. Gemeenten
maken uit of de garantie wordt ver
leend. Belangrijk daarbij is of de
aspirant-koper draagkrachtig ge
noeg is om aan zijn financiële ver
plichtingen te voldoen.
Beschut
Een poging om het eigen woning-
bezit ook bij de lagere inkomens
groepen mogelijk te maken en te
stimuleren is de door staatssecreta
ris Marcel van Dam ontworpen „re
geling voor beschut eigen woning-
bezit".
Door een speciale wijze van finan
cieren van de bouw en het ver
strekken van extra subsidies aan de
koper, zouden volgens Van Dam de
maandelijkse woonlasten (in 1975)
ongeveer 150 gulden bedragen. De
staatssecretaris stelde voor in 1976
5000 van deze „beschutte" wonin
gen te bouwen. Dit getal is bij lan
ge na niet gehaald.
Er is vorig jaar begonnen met de
bouw van een kleine duizend wo-
Door
Paul Sneijder
ningen volgens deze regeling. Over
het algemeen blijken de bereke
ningen van Marcel van Dam wat
aan de al te optimistische kant te
zitten.
Veel succesvoller is daarentegen de
veel langer bestaande en al ge
noemde subsidieregeling „be
schikking geldelijke steun eigen
woningen". In 1969, een jaar na het
inwerking treden van de regeling,
keerde het ministerie 6,8 miljoen
gulden aan premies uit. De subsi
diebedragen zijn de afgelopen ja
ren bijgesteld, maar de 314 miljoen
gulden, die vorig jaar werd uitge
keerd, is toch wel een heel behoor
lijke stijging in vergelijking met
1969.
Onderhoud
Ondanks al deze forse bedragen
komt uit verschillende richtingen
vaak het geluid, dat de overheid
onvoldoende doet aan het stimule
ren van het eigen woningbezit. Een
van de felste punten van kritiek is
het afschaffen van de aftrekbaar
heid van onderhoudskosten voor
de belastingen. Deze kwestie duikt
tegenwoordig weer vaak op in ver
band met werkgelegenheid.
Beweerd wordt, dat veel huizenbe
zitters het onderhoud zouden laten
uitvoeren uitvoeren (en daarmee de
werkgelegenheid bevorderen),
wanneer de kosten hiervan fiscaal
aftrekbaar zouden zijn. Ook de
beunhazerij zou hierdoor beter de
kop in kunnen worden gedrukt.
Minister Gruijters heeft dit echter
laten onderzoeken en kwam tot de
conclusie, dat er bij het herinvoe
ren van de fiscale aftrekbaarheid
niet meer onderhoudswerk zal
worden uitgevoerd en het nog maar
zeer de vraag is of de hulp van va
klieden vaker zal worden ingeroe
pen. De herinvoering maakt de
sondanks bij een volgend kabinet
weer een kans nu ook de PvdA mo
gelijk deze belastingmaatregel in
het verkiezingsprogramma zal op-
Politiek
Een wonderlijke i
PvdA, omdat binnen de gelederen
nog lang geen eenstemmigheid be
staat over de vraag: wel of niet ei
gen huis. Bij de VVD wel. Onder
het motto „bezit maakt vrij" stellen
de liberalen, dat het eigen huis de
hoeksteen van hun huisvestingsbe
leid zal zijn. Het CDA heeft ook niet
zoveel moeite met het eigen wo
ningbezit, D'66 in het geheel niet,
maar de PPR juist wel.
Over de voordelen van het eigen
woningbezit zijn de meeste partijen
het in grote trekken wel eens. Een
bewoner-eigenaar onderhoudt zijn
bezit veel beter dan huurder en
verhuurder in dezelfde situatie sa
men zouden doen.
Een huurder is sterk afhankelijk
van zijn huisbaas en heeft geen en
kele zeggenschap over het huis,
waarin hij woont. De bewoner-
eigenaar is daarentegen „baas in ei
gen huis". Uit bewonersonderzoe-
ken is ook gebleken, dat een
bewoner-eigenaar over hetzelfde
huis veel tevredener is dan de-
huurder.
Voor socialisten is het eigen wo
ningbezit (privebezit) in principe
moeilijk verenigbaar met de ideeen
over gemeenschapsbezit, die leer
meesters Marx en Engels uitdroe
gen. Daarentegen is de afhanke
lijkheid van de huurder van zijn
huisbaas in schrille tegenspraak
met het streven naar meer zeggen
schap van de burgers. Het meeste
verzet tegen het eigen woningbezit
richt zich echter tegen speculatie.
Omdat de vraag nu eenmaal het
aanbod overtreft kunnen de prijzen
van huizen worden opgedreven.
Iemand, die een aantal jaren gele
den een huis heeft gekocht, waar
voor de overheid subsidie verstrek
te, zal bij verkoop ervan een hogere
prijs vangen dan hij betaald heeft.
Op die manier krijgt hij het door
hem geinvesteerde bedrag dubbel
en dwars terug, terwijl hij de over
heidssubsidie - die de aankoop van
het huis mogelijk maakte - nog-
eens extra in zijn zak steekt.
Rente
Een andere maatregel, die tot onre
delijkheid leidt, is de mogelijkheid
de rente, die over de hypotheek
wordt betaald van de belasting af te
trekken. Hoe hoger het inkomen,
des te gunstiger zijn de aftrekmoge
lijkheden. Onredelijk vinden de so
cialisten. Bij huursubsidie is het zo,
dat wanneer iemand meer verdient
de subsidie omlaag gaat. Bij de
eigenaar-bewoner betekent stij
ging van zijn inkomsten verlaging
van zijn woonlasten. Dat belasting
voordeel zou volgens de PvdA be
ter aan het inkomen gekoppeld
moeten worden.
Het fiscale voordeel als gevolg van
de aftrekbaarheid van de hypo
theekrente is eigenlijk een ver
kapte vorm van overheidssubsidie.
Bij het ministerie van financien is
niet na te gaan hoeveel belasting er
jaarlijks op deze wijze „verloren"
gaat.
Dick Hamersma berekende voor de
Nationale Woningraad, dat in 1973
door deze aftrekmogelijkheid 615
miljoen gulden aan „fiscale subsi
dies" werden verstrekt. Als dit be
drag wordt geteld bij de directe
subsidies voor het kopen van hui
zen, trok de overheid in 1973 meer
geld uit voor het eigen huis dan
voor het huurhuis. Gezien het ver
anderde prijspeil en verschuiving
binnen de verhouding koop en
huurhuis zal nu het voordeel hele
maal uitslaan ten gunste van he-
t eigen huis.
Een ander bezwaar van het eigen
huis is de honkvast-heid van de
bewoner. Huurders verhuizen veel
vaker, hetgeen de doorstroming ten
goede komt. Eigenaar-bei* oners
blijven over het algemeen veel la
ger (of altijd) in hun huis zitten,
terwijl zij gezien hun inkomsten
best meer zouden kunnen verwo-
Af en toe duiken er wel eens ideeen
op voor een systeem dat tussen ko
pen en huren inligt. Het bouwfonds
Nederlandse gemeenten experi
menteert op het moment met het
bezitshuis. Dit is een project, waar
bij vijftig bewoners zich inkopen in
een coöperatie, die de woningen
beheert.
De bewoners hebben de volledige
zeggenschap over hun eigen huis,
maar zijn voor wat de risico's ge
dekt door de coöperatie. Eenzelfde
gedachtegang speelt bij de PvdA in
de vorm van woningraden.
Het zijn tot nu toe slechts 'initiatie
ven, die in zo geringe mate werke
lijkheid worden, dat ze de discussie
over „welles-nietes eigen huis"
nauwelijks beinvloeden. Die dis
cussie is trouwens toch maar van
betrekkelijke waarde, omdat de
praktijk het pleit ten gunste van
het eigen huis lijkt te beslechten.
De vereniging Eigen Huis in
Amersfoort heeft niet zoveel be
hoefte de boer op te gaan om het
eigen woningbezit te prediken.
Daarvoor heeft men het te druk
met het beantwoorden van de
vele vragen, die er over het eigen
woningbezit bij de vereniging
binnenkomen.
Het ledental van 'Eigen Huis' ligt
momenteel rond de- 30.000, ter-
wijl er iedere maand zo'n 2000
aanmeldingen binnenkomen. De
vereniging beschikt over een
aantal financieeljuridische en
bouwtechnische deskundigen,
die een aspirant-koper over de
1 drempel helpen bij de aanschaf-
van een huis.
Bij de vereniging kan men terecht
om uit te laten zoeken welke hy
potheek het voordeligst is en an
dere problemen van financieel
juridische aard. Het meest suc
cesvol bij de vereniging is op het
moment 'techno-service'. Bij de
vereniging zijn een aantal bouw
kundigen in dienst, die tegen een
vergoeding de bouwtechnische
staat van het te kopen huis
beoordelen.
Zij kunnen ook aangeven wat het
kost om een bepaalde verbou
wing in dat te kopen huis uit te
voeren. „We geven per jaar zo'n
3000 bouwtechnische adiezen",
vertelt drs H. J. van Herwijnen,
econoom en directeur van de ver
eniging, „twee druppels
op een gloeiende plaat, meer niet
Een binnenkort te starten activiteit
is de verbouwingsservice. Wie
zijn huis ingrijpend wil laten ver
bouwen kan bij de vereniging te
recht voor het adres van een
„verbouwingsdealer" (een kleine
aannemer), die het karwei aan het
huis onder supervisie van de
bouwkundigen van Eigen Huis
uitvoert. Op deze wijze kan een
bewoner-eigenaar voorkomen,
dat hij een malafide aannemer
voor het karwei inroept en zijn
huis voor veel te veel geld slecht
laat opknappen.
Dagelijks geconfronteerd met de
problemen van de aspirant-
koper, ziet de vereniging het best
voor wat voor problemen men bij
de aanschaf van een huis is ge
steld, welke barrières moeten
worden overwonnen. Een verve
lende zaak, want een huis koopje
niet iedere dag en het is toch wel
een van de belangrijkste beslis
singen uitje leven.
Volgens drs Herwijnen is het on
nodig ingewikkeld. „Die subsi
dieregels zijn zo ingewikkeld, dat
we hier bij de vereniging maar
een man hebben, die ze allemaal
kent. We nemen ook wel eens de
proef op de som en bellen als me
neer J ansen naar de een of andere
gemeente. We vragen dan, als we
dat en dat huis kopen, of we dan
voor subsidie in aanmerking ko
men. Je krijgt dan even vaak ja
als het nee moet zijn en nee als ze
ja hadden moeten zeggen'.
Als de overheid het eigen woning
bezit serieus wil bevorderen, zal
men moeten beginnen met een
sterke vereenvoudiging van de
regelingen en procedures, stelt
drs Herwijnen. Er zijn veel maat
regelen denkbaar, die geen geld
kosten maar het kopen van'het
eigen huis een forse duw in de
rug geven.
„Neem nou die gemeentegarantie.
Een prachtige uitvinding, maar
waar koopje vandaag de dag een
redelijk huis onder de 115.000
gulden. De overheid kan die
grens makkelijk laten vallen,
omdat het in de praktijk toch
nooit voorkomt dat de overheid
voor de financiële consequenties
moet opdraaien",
meent de Eigen Huis-directeur.
Voor een koelkast krijg je garantie,
voor een huis (meestal) niet. Er
bestaat sinds een halfjaar een ga
rantieinstituut voor de woning
bouw. Bouwers, die zich bij dat
instituut inschrijven, geven ga
rantie over de eerste zes jaar van
het door hun geleverde huis.
Daarnaast kan men op het insti
tuut terugvallen bij faillisse
ment tijdens de bouw.
„Waarom wordt er nou niet een
zinnetje in de subsidieregeling
voor koophuizen opgenomen,
dat een bouwer die van deze rege
ling gebruik wil maken, inge
schreven moet zijn bij het garan
tieinstituut. Een kleine maatre
gel, die veel onnodige risico's bij
de koper weg zal nemen", al
dus drs. Herwijnen.
Drs Herwijnen heeft zo wel meer
verlangens in zijn hoofd.
De verplichting om aspirant
kopers twee weken de tijd te ge
ven alvorens tot de koop te be
slissen. Een in Belgie gebruike
lijke handelwijze, thans in studie
op het ministerie van volkshuis
vesting. En: een beter toezicht op
de kwaliteit van de woningen
door de dienst bouw- en woning
toezicht. „Al zouden ze maar wat
vaker prikacties uitvoeren. Dan
krijgt men wel de schrik te pak
ken. "Bij ieder stoplicht staat
toch ook geen agent".
Moed
Een laatste wens; het subsidiesys
teem flexibeler maken om de
schommelingen van de hypo
theekrente beter te kunnen bij
benen. „Een procent meer hypo
theek heeft dezelfde invloed op
de totale prijs van een huis als een
Verenigingsdirecteur drs H.
van huizenkopers"
van Herwijnen: Jk bewonder de moed
bouwprijsstijging van zestien tot
twintig procent. Waarom de sub
sidie niet afstemmen op de op het
moment van aankoop gebruike
lijke hypotheekrente", vraagt
flrs Herwijnen zich af.
„Als ik nu zie onder welke omstan
digheden mensen tot de koop van
een huis beslissen, heb ik nog
steeds bewondering voor de
moed, die voor een dergelijke
stap nodig is".
Steeds meer mensen denken er over een huis te kopen. Niet hele
maal ten onrecht trouwens, want als de jaarlijkse huurverhogingen
in hetzelfde tempo doorgaan - en niets wijst voorlopig op het tegen
gestelde - betaalt men in 1987 ruim tweemaal zoveel huur als nu. En
hoewel de lasten van een huis doorgaans beslist niet aan de lage kant
zijn, blijken ze door allerlei tegemoetkomingen voor velen toch rede
lijk te aragen.
De meesten zullen een lening moeten aangaan om het huis van hun
keuze te kunnen kopen. Zo'n lening noemt men een hypothecaire
lening, omdat een onroerend goed als "onderpand" voor regelmatige
nakoming van de verplichtingen dient. Het aantal mogelijkheden is
vrij groot, maar in het algemeen krijgt u offertes onder ogen van de
drie meest gangbare:
1. de lening met lineaire aflossing.
2. de lening op annuiteitenbasis.
3. de lening op basis van een levensverzekering.
De laatste jaren zijn er ook instellingen die werken met een "groei"-
hypotheek - de lasten nemen in de loop van de jaren toe. Zwaardere
lasten, die door de geldontwaarding vaak nauwelijks merkbaar zijn.
Ook zijn er mogelijkheden om een voorschot op de rijkssubsidie in
de hypotheek te verwerken.
De lening met lineaire aflossing is de bekendste hypotheek vorm.
Het kenmerk is dat ieder jaar een gelijk bedrag wordt afgelost. Nu is
de hypotheekrente steeds verschuldigd over het nog niet afgeloste
deel. En dat stuk wordt steeds kleiner, zodat de som van aflossing en
rente met het jaar daalt.
Bij een annuïteitenhypotheek betaalt u ieder jaar eenzelfde bedrag.
In de eerste jaren bestaat dat bedrag uit veel rente en weinig aflos
sing. Aan het eind geldt het omgekeerde, dan betaalt u veel aflossing
en weinig rente.
De derde hypotheekvorm is de lening op basis van een levensverze
kering. Deze verschilt op een belangrijk punt van de voorgaande
hypotheken. U hoeft namelijk niets af te lossen. U betaalt dus alleen
rente, ieder jaar natuurlijk over het volle bedrag van de lening.
Om de lening toch eens af te kunnen lossen wordt de lening gekop
peld aan een gemengde levensverzekering. Deze verzekering komt
aan het eind van de looptijd van de lening, of bij eerder overlijden, tot
uitkering. Met het kapitaal dat dan beschikbaar komt wordt de le
ning in één keer afgelost.
De premie voor de verzekering en het rentebedrag wijzigen niet
zodat de jaarlijkse uitgaven ook bij deze hypotheek steeds gelijk zijn.
Een voordeel is ook, dat verdere premiebetaling meestal kan worden
gestopt als u invalide zou worden, waardoor een belangrijk deel van
de lasten vervalt.
Belastingen
Het kopen van een huis is een belangrijke gebeurtenis. Ook fiscaal
gezien. Volgens de huidige belanstingregels zijn de hypotheekrente
en de erfpacht voor de inkomstenbelasting aftrekbaar. En in de
eerste jaren geldt dat ook voor de kosten die voor het aangaan van de
hypotheek worden gemaakt, zoals de kosten van de hypotheekakte,
de taxatiekosten, eventuele afsluitprovisie over de hypotheek en de
kosten van de aanvraag van de gemeentegarantie.
Notariskosten, makelaarscourtage, btw en overdrachtsbelasting zijn
niet aftrekbaar, evenmin als de kosten van het onderhoud. Als eige
naar van een woning moet u de zogenaamde economische huur
waarde als inkomen aan de fiscus opgeven. Deze waarde wordt be
paald aan de hand van het bedrag dat het huis bij vrije verkoop zou
opleveren.
Een ander stukje "inkomen" is de eventuele rijksbijdrage bij aan
koop van een nieuw huis. Door deze posten gaat een deel van het
belastingvoordeel weer verloren, maar meestal blijft de aftrek toch
g Her dan de bijtelling.
Als u in loondienst bent betaalt u in dat geval waarschijnlijk te veel
loonbelasting. Dat kunt u met een T-biljet terugvragen,-maar de
belastingdienst verricht de terugbetaling pas na zo'n half jaar.
Wilt u snel van het belastingvoordeel profiteren, dan kunt u de fiscus
vragen om een loonbelastingbeschikking. Als deze wordt afgegeven
is de werkgever gemachtigd om minder loonbelasting in te houden.
Voor zelfstandigen bestaat deze mogelijkheid helaas niet, terwijl het
voor (semi-)ambtenaren niet altijd voordeliger is. Juist met zware
hypotheeklasten in de eerste jaren is de regeling aantrekkelijk. Bo
vendien: de fiscus geeft wel teveel betaalde belasting terug, maar
vergoedt er geen rente over.
Welke hypotheek?
Bij de keuze van een hypotheek wordt vaak de nadruk gelegd op het
fiscale voordeel.
Bij de meeste leningen wordt dit voordeel echter steeds kleiner en
bovendien veranderen belastingregels sneller dan uw loon. Het sala
ris moet daarom bij de keuze het zwaarst wegen. Bij de hypotheek
met lineaire aflossing betaalt u, over het geheel geteld, de minste
rente. Maar u heeft alleen in het begin veel rente kunnen aftrekken.
Voor jonge mensen heeft deze hypotheek nog het nadeel, dat zij op
het moment dat zij "weinig" verdienen de hoogste lasten moeten
opbrengen.
In het algemeen is deze lening daarom vooral van belang voor men
sen die niet meer zo zeer aan hun carrière behoeven te denken. Een
voordeel van deze hypotheekvorm is wel dat men naar het eind toe
meer ruimte krijgt om de dan noodzakelijke reparaties en verander
ingen uit te laten voeren.
Bij een lening op basis van annuïteiten profiteert men vooral in de
eerste tien jaar van het fiscale voordeel. Uit allerlei onderzoekingen
bleek dat deze hypotheekvorm vooral bij jongere echtparen in de
belangstelling staat.
De hypothecaire lening op basis van een levensverzekering levert de
gehele looptijd het meeste fiscale voordeel. Hij wordt in het alge
meen interessant bij een huidig inkomen van f35.000. Als de belas
tingvoorstellen van staatssecretaris Van Rooijen (financiën) onge
wijzigd door de Staten-Generaal worden geaccepteerd wordt deze
lening waarschijnlijk minder interessant voor mensen die ouder dan
50 jaar zijn, daar dan de uitkering van de verzekering voor een deel
belastbaar wordt.
Ook als u weet dat u binnen tien jaar toch weer een ander huis koopt,
of wellicht gaat verhuizen naar een huurwoning kunt u beter een
andere hypotheek kiezen. Het overlijdensrisico dat door deze verze-
keringsvorm uiteraard wordt gedekt kan bij de andere hypotheek-
vormen worden ondervangen door een overlijdensrisico-
verzekering. De aflopende vorm is het voordeligst de uitkering bij
overlijden is dan gelijk aan het nog resterende bedrag van de hypo
theek. Nu is het zo, dat de condities waaronder hypotheken worden
verstrekt nogal uiteenlopen. Rentepercentage, aflossingsvoorwaar-
den (boete bij vervroegde aflossing!) en - niet te vergeten - bijko
mende kosten vertonen per geldgever belangrijke verschillen.
Vooral het rentepercentage is van belang, want een kwart procent
kan per jaar een verschil van enkele honderden guldens betekenen.
Voorlopige koopakte
Op het moment dat u het huis "naar uw hart" hebt gevonden hoeft u
slechts de voorlopige koopakte te tekenen. Nog altijd gaan veel
mensen er vanuit, dat deze akte eigenlijk niets te betekenen heeft. De
voorlopige koopakte is echter beslist niet zo "voorlopig" als de naam
doet vermoeden. Het is een overeenkomst en die is even definitief als
de notariële "transportakte" die later volgt.
Om de risico's zo veel mogelijk te beperken, dient u in een dergelijk
koopcontract eigenlijk een aantal voorbehouden te maken. Zo moet
er in staan dat u het huis voor eigen bewoning moet kunnen betrek
ken (en niet dat u een huis koopt waar een huurder in woont, want
het kost een hoop geld om er dan zelf in te gaan wonen) en dat de
koop alleen doorgaat als u een woonvergunning krijgt en de ge
dachte financiering (hypotheek) rond komt.
Ook is het nuttig om te informeren naar bepalingen die de geldgever
kunnen doen besluiten de hypothecaire lening niet, of voor een lager
bedrag, te verstrekken. Er kunnen bijvoorbeeld bezwarende erf
pachtbepalingen zijn. Of de beperking dat het huis alleen aan een
mgezetene van de gemeente mag worden aangeboden.