"Op weg naar de dwangmaatschappij'
Lezers schrijven
Conflict
Openbare
Bibliotheek
Conflict
Bibliotheek (2)
De stakingen die al te lang geduurd
hebben, zijn afgelopen. Het komt
mij voor, dat tegenover de schade
die^iet land heeft geleden, weinig
vruchten staan voor de Neder
landse werknemers. De resulta
ten wettigen deze stakingen ze
ker niet, of het moet zijn dat de
vakbeweging heeft willen bewij
zen waartoe zij in staat is. Ook
kan bij haar de wens hebben ge
leefd door te drukken wat in het
parlement nog niet is aanvaard:
de door haar gewenste maat
schappijveranderingen. Dan is
een studie daarover, door de
werkgevers toegezegd, wel een
zeer schamel resultaat van de
stakingen, niet in verhouding tot
de aangerichte schade.
Temidden van dit alles reageerde
de regering niet of nauwelijks.
Zelfs ging minister-president
Den Uyl nog verder in zijn partij
kiezen voor de stakers. Wat de re
gering al veel eerder had moeten
doen, nl. door lastenverlichting
tot stand te brengen de staking
vermijden, gebeurde pas (en dan
nog maar karig) midden in de
stakingen.
Zogenaamd omdat er meevallers
waren.
Nu blyken er juist op het terrein
van de belastingen weer meeval
lers te zijn. De belastingontvan
gsten zijn miljarden meegeval
len. De VVD heeft al in het najaar
gezegd dat de collectieve lasten
verder omlaag moesten dan de
zg. 1 pet. norm van het kabinet (1
pet. stijging van het beslag van de
overheid op wat wij allemaal met
elkaar verdienen). Dat kon niet
en dat moest niet, zei het kabinet,
zelfs moest er een BTW-
verhoging worden doorgedrukt
om de uitgaven te dekken.
Waarom? Dat is duidelijk. Omdat
de socialisten alles willen houden
in de greep van de overheid, en
dat hele proces gaat ten koste van
het inkomen van de inviduele
burgers.
Misschien waren in die zin de sta
kingen dan toch ook tegen de
overheid gericht. Ik vind het dan
ook zonneklaar dat het beleid van
de minister van Financien, heeft
gefaald. Hij heeft teveel gelden
uit de zakken van de burgers en
het bedrijfsleven geklopt. Hij
moet riu komen met verlaging
door
mr. F. Portheine,
lid VVD-fractie
Tweede Kamer
van uitgaven en lastenverlich-
tingsvoorstellen. Ook, opdat ons
na de verkiezingen een betere re
kening wordt gepresenteerd.
Gemeen
Een typisch voorbeeld
keerde systeem van
ringsaanpak is het n
ingediende wetsontwerp Inves
teringsrekening. Eigenlijk een
heel gemeen wetsontwerp. Er
wordt de indruk gewekt dat het
bedrijfsleven een zeer grote
worst wordt voorgehouden, er zal
het nodige worden uitgedeeld.
Van de plannen kan overigens, als
van de zijde van de EG-
autoriteiten nee wordt gezegd,
slechts een gedeelte doorgaan.
Dit staat alles in het wetsontwerp
te lezen. Ook gaat de echte con
trole op de investeringen pas la
ter in, maar deze is wel met het
wetsontwerp verbonden.
Waarom konden dan niet de be
staande globale maatregelen
worden gehandhaafd en moet
zonodig alles heel anders worden
opgezet? Natuurlijk om de activi
teiten van het bedrijfsleven nog
meer in de greep van de overheid
te brengen, nadat door het kabi
netsbeleid zelf de rendementen
eerst zo waren uitgehold dat men
wel onder het juk moet doorgaan.
Brinkhorst
Het is in het licht van deze ontwik
keling dat ik mij buitengewoon
geërgerd heb aan uitlatingen van
staatssecretaris Brinkhorst
(D'66). Deze bekwame bewinds
man heeft zich laten verleiden
niet alleen zich zelf op te werpen
als de echte liberale denker, maar
daarenboven het liberalisme van
de WD als "een groot vals
woord" af te schilderen.
Brinkhorst vergeet daarbij, wat de
kiezers zich hopelijk wel zullen
herinneren: nl. dat D'66 een
pragmatische partij is, die opge
richt is om de bestaande partijen
te laten ontploffen. Dat is niet ge
lukt. En wat de meest irreële her
vormingen betreft die deze partij
voorstelde, heeft men in het zand
moeten bijten.
De partij koos eerst, met het pistool
op de borst, voor de PvdA, deed
vervolgens in het Kabinet aan dit
socialistisch getinte beleid dat de
macht naar de Staat spreidde,
dapper en van harte mee, en ging
er bijna aan ten gronde.
Dit is historie, zal men zeggen.
Neen het is het huidige beleid van
D'66 ook, het steunen van de
voornaamste kenmerken van het
tot nu toe gevoerde beleid van het
kabinet-Den Uyl.
De centrale vraag waar het in de
toekomst om gaat is beangsti
gende perspectief van het steeds
groter wordende beslag van de
overheid op de activiteiten van de
individuele burger die zijn ver
antwoordelijkheid, een echt libe
raal beginsel, steeds minder waar
kan maken.
Zelfs bij een 1 pet. norm, waarover
ik al sprak, leidt dat nog tot een
dwangmaatschappij die ik mët
PvdA-professor Stevers als libe
raal verre van mij werp.
Voor dat socialistisch getinte be
leid spreekt D'66 zich graag uit.
Zeer onlangs nog toen de heer
Terlouw zei zich zo goed te kun
nen vinden in het regeerakkoord
van PvdA en PPR dat die 1 pet.
norm de uiterste grens van be
zuiniging vindt. D'66 spreekt zich
op dit allerbelangrijkste vraag
stuk van deze tijd en voor de toe
komst duidelijk niet-liberaal uit:
vóór de overheid en tegen de re
delijke ontplooiingskansen van
de vrije mens.
Doorzich zo uit te laten als hij deed,
heeft Brinkhorst zich en zijn par
tij een brevet van onvermogen
gegeven. Blijft alleen een han
dige "zet" over die eerlijke poli
tiek weer een deuk geeft en op 25
mei dient te worden afgestraft.
Meningen op
deze pagina
weergegeven zijn
voor rekening
van de auteurs
Neen, weest U gerust: ik
ga het niet hebben over
de vele nadelen van de
auto, noch over de gena
deloze dictatuur van de
auto-fabrikanten. Niets
van dat alles. We weten
onderhand heus wel, dat
we in dit kleine, overbe
volkte en zwaar geteis
terde land oprukken naar
de zes miljoen auto's. En
dat dit land op één grote
trombose van auto
opstoppingen begint te
lijken. En dat de lucht
alsmaar vuiler wordt. En
dat de oliebronnen van
de aarde uitgeput raken
nog vóór de olielanden
het eens zijn over de prijs.
Beschamend
Een energie-deskundige bij uit
stek is Theo Potma, nu nog
ingenieur in de meet- en re
geltechniek bij Philips, straks
milieu-inspecteur bij het mi
nisterie van milieu-hygiëne.
Hij zegt: "Wij hebben een be
schamende manier van ener
gieverbruik. We hebben de
provisiekast van moeder na
tuur opehgebroken en we
hebben er energie in aange
troffen die gedurende miljoe
nenjaren is opgeslagen en wij
zullen het er even in een paar
honderd jaar doorheen ja
gen". (PPRAK, 18 febr. '77)
Weet zo'n man veel! We gaan
toch door.
Een vriend van me, van een
voudig KVP-raadslid opge
stoten tot een alom geacht
bankdirecteur, vertelde me
dezer dagen, dat hij toch in
het bestaan van de engelbe
waarder is gaan geloven. Per
jaar rijdt hij gemiddeld twee
auto's total loss en hij was er
zelf tot nu toe altijd heelhuids
uitgekomen. Dekselse kerel!
Maar hij reed door, al moest
hij dan nu zich een paar we
ken behelpen met zo'n kleine
rotauto van zijn vrouw. Al
licht.
Geen gezeur
Nee, U zult mij niet horen zeg
gen: weg met de auto! We rij-
dén gewoon door. Kunt U
nergens meer behoorlijk par
keren? Staat U urenlang in fi
les? Ziet U de lente alweer
kommervol tegemoet wan
neer een gestage stroom
Duitse auto's ons land door
kruist op zoek naar de bollen
velden? Kom, kom, dat zijn
maar marginale kleinighe
den. Gewoon doorgaan. Alle
dagen vertellen U ook alle
kranten en bladen, ook de
meest linkse, op hun adver
tentiepagina's welke auto U
nu het best kunt aanschaffen.
Maar dan moet U wel gauw
wezen. Geen gezeur. Doen
wat U vriendelijk bevolen
wordt.
Snoepen
Het is als met het snoepen van
kinderen. De directeur van
Jamin (U mag de naam ook op
zijn Frans uitspreken, zei hij
welwillend) if 65 jaar gewor
den en legt zijn functie neer.
Maar wel liet hij - 65 jaar, hoe
ouder hoe wijzer - nog even
aan Elseviers Weekblad we
ten: "Ik vind het prettig dat
kinderen snoepen. Ze kun
nen er niet vroeg genoeg mee
beginnen".
Dat is tenminste taal. En de aar
dige advertenties van koekjes
doen er Lex Goudsmit ook
nog een grijpstuiver aan ver
dienen. Leven en laten leven.
Toe moeders, geen beden
kingen. 'n Rotgebit is niet erg,
je kunt niet vroeg genoeg met
een vals gebit beginnen.
Snoepen, gewoon doorgaan.
Zo is dat. Ook met de auto's.
Nee, U zult er mij vandaag
geen kwaad woord over ho
ren zeggen.
Trouwens, ook Uw grote kinae
ren kunnen er niet vroeg ge
noeg mee beginnen. Iemand
vertelde me opgetogen, dat
hij zijn zoon van 17 eindelijk
zo ver had weten te krijgen,
dat hij geen brommer vroeg
op zijn veijaardag. 'n Goed
ding, want brommers zijn uit
ermate gevaarlijk. Maar hij
was teleurgesteld toen zijn
zoon hem meedeelde, dat hij
aan het sparen was om op zijn
18de een tweedehands auto te
kunnen kopen. Waarom treu
ren? Toch leuk voor zo'n jon
gen? Doorrijden. Geen kwaad
woord meer over de auto.
Voorstel
Waarom deze ampele inleiding?
Om toch maar geen mis
standen te wekken. Ik w<
hebben over iets heel
Dit is
r één enkel voorbeeld.
door
Piet Wesseling
voudigs. En dan een voorstel
doen. Zouden wij misschien,
U en ik, trouwe lezers van
deze krant samen kunnen af
spreken ons aan de regels van
het verkeer te houden? We
kennen ze, andef's hadden we
geen rijbewijs gehaald.
't Is me de laatste maanden op
gevallen, dat bijna niemand
zich houdt aan de maximale
snelheid. Wanneer je van Den
Haag naar Amsterdam rijdt,
om maar iets te noemen, en je
houdt je aan de 100 km dan
voel je je al ter hoogte van
Sassenheim een volslagen,
futloze, laffe, achterlijke
idioot. Ze snorren je voorbij.
Allemaal. Vele geroutineer-
den kijken je zeer kwaad van
opzij aan en keer op keer
word je rakelings gesneden.
Vervolgens: zouden we niet
eens kunnen proberen om af
stand te houden? Talloze ket
tingbotsingen zijn bijna uit
sluitend te wijten aan het
geen-afstand-houden. Ik pro
pageer dit op afstand houden
al jaren en, naar mijn be
scheiden mening, niet zonder
Tenslotte, U ziet 't ik houd 't
kort, is 't niet dwaas en vol
komen onverantwoord om
medemensen die een kleine
vergissing maken: fietsers,
voetgangers, de kans te laten
lopen die kleine fout met de
dood te laten bekopen? Als
automobilist heb je geen en
kele bevoegdheid om als
rechter en nog minder om als
beul op te treden.
Vereniging?
Wat zullen we doen? Nu een
vereniging oprichten van vei
lige rijders? Een prijsvraag
uitschrijven voor een goede
naam? Een voorzitter kiezen?
Contributie heffen? Een or
gaan stichten? Affiches laten
drukken en stickers? Een po
litieke partij oprichten?
Ik zie 't al. Wij met borden,
spreekkoren aanheffend,
over het Binnenhof stappend,
naar Westerterp.
Alléén doen. Van nu af. We ne
men er geen borrel op, want
we moeten straks nog rijden.
Als ex-werknemer van de Open
bare Bibliotheek en ook als ex-
personeels vertegenwoordiger in
het bestuur, volg ik met belang
stelling, maar ook met stijgende
ergernis, de berichtgeving over
het konfiikt bij de Openbare Bi
bliotheek in Leiden. Met belang
stelling, omdat ik tot en met sep
tember 1976 bij een aantal ont
wikkelingen aktief betrokken
was; met ergernis, vanwege de
wijze waarop het personeel, o.a.
via de pers, zich tegenover het
bestuur opstelt.
Wie maar enigszins op de hoogte is
van de wijze waarop het Leidse
gemeentebestuur zich in een
reeks van jaren heeft bezigge
houden met de Leidse biblio
theek, kan begrip hebben voor
het standpunt daf het biblio-
theekbestuur heeft ingenomen
inzake de panden Breestraat en
Plantage. Nadat de bibliotheek
tien jaar aan het lijntje is gehou
den, heeft het zittende bestuur
hereikt dat de plannen voor een
nieuwe centrale bibliotheek ein
delijk gerealiseerd kunnen wor
den.
bestuur heeft gericht. Als er ge
suggereerd wordt dat er van
enige medezeggenschap en in
spraak nog geen sprake is, is'dit
feitelijk onjuist. Wie de eisen van
het personeel van 2 februari dan
ook leest, en bekend is met de in
terne demokratisering van de
Openbare Bibliotheeek, kan niet
anders dan konstateren dat een
groot aantal ervan zeker wat het
bestuur betreft feitelijk gereali
seerd is.
Hoewel de afstand tussen bestuur
en personeel naar het schijnt on
overbrugbaar is, ben ik ervan
overtuigd dat een goed overleg
nog steeds tot de goede moge
lijkheden behoort. Daarvoor is
dan nodig dat het bestuur de ei
sen van het personeel van 2 fe
bruari serieus neemt. Het zou het
personeel van de bibliotheek
echter sieren als het duidelijk en
publiekelijk afstand neemt van
de feitelijke onjuistheden, die al
of niet bewust in de kranten te
rechtkwamen; dat het ook af
stand neemt van de uitlatingen
gedaan over individuele be
stuursleden, maar ook van het
steeds weer opnieuw via de pers
formuleren
Informatie
Tussentijdse afwezigheid van een
aantal gesprekspartners, de be
hoefte om tijd te hebben om uit
de emotionele sfeer te raken en
ook tijd om informatie in te win
nen bij andere bibliotheken,
vakbonden, gemeente, biblio
theekorganisatie en dergelijke
waren redenen om een periode
van een maand in acht te r
Het is in het belang van een goede
bibliotheekvoorziening voor de
stad Leiden dat de zestig man
personeel van nu zo snel mogelijk
de beschikking krijgen over ade-
kwate bibliotheekgebouwen; het
is echter in datzelfde belang dat
dit bibliotheekbestuur kan aan
blijven.
Ad van der Waals
Seringenstraat 4
Leiden Eisen
Ofschoon de personeelsverte-
genwoordigers hier op de verga
dering mee akkoord gingen,
pakte dit anders uit en werd een
ultimatum van een week gesteld.
De ontwikkeling die de Openbare
Bibliotheek op dit moment in een
verhoogd tempo doormaakt is
vergelijkbaar met ontwikkelin
gen in vele grotere bibliotheken
in het land. Bibliothecarissen
werden opgeleid in alle facetten
van catalogusbouw, boekbinde
rij, regels voor titelbeschrijving,
enzovoort, maar in de dagelijkse
praktijk begon zakelijk mane-
gement steeds meer tijd van de
directie op te slokken.
In vele grotere bibliotheken, zo niet
de meeste, heeft men daarom be
sloten om naast de bibliothecaris
een management-functionaris
aan te stellen. In Leiden is dat tot
op heden niet het geval geweest
en heeft het Dagelijks Bestuur
getracht dit op te vangen. Dat is
niet altijd in goede aarde geval
len.
De wijze waarop de aanwijzing van
het Heerenlogement als vestiging
voor de bibliotheek heeft plaats
gevonden, nadat er in zeer korte
tijd verschillende mogelijkheden
even vlot werden gesuggereerd
als weer ingetrokken, was niet di-
rekt een toonbeeld van een slag
vaardig gemeentelijk beleid, ge
richt op het realiseren van een
goede bibliotheekvoorziening.
Dit geldt evenmin voor de sug- l_
gestie de vestiging Steenschuur, VykJCI lUCll
onderdeel van de centrale, op te
heffen, waarbij gedreigd werd
dat verbetering van de vestiging
Houtkwartier en oprichten van
een filiaal Merenwijk afhankelijk
werd gesteld van de medewer
king van het bibliotheekbestuur.
Ik denk dat jüist gezien de biblio
theekwet, juist gezien de opvat
tingen over een goede biblio
theekvoorziening in Leiden en
juist gezien gebeurtenissen uit de
recente historie, het bestuur van
de Openbare Bibliotheek niet
mocht zwichten voor eisen,
waarin het realiseren van de ene
bibliotheekvoorziening afhanke
lijk wordt gemaakt van conces
sies t.a.v. andere bibliotheekves-
tigingen.
Het getuigd dan ook van een weinig
kritische houding t.o.v. de ge
meentelijke overheid dat het per
soneel, kennelijk in paniek (be
grijpelijk), zonder slag of stoot
het beleid van de bibliotheek on
dergeschikt wilde maken aan dat
van de overheid.
Gezien de goede relatie die in de
loop der jaren tussen bestuur en
personeel was gegroeid, vind ik
het onbegrijpelijk dat rondom
deze affaire door het bestuur zo
krampachtig en geheimzinnig
wordt gehandeld. Het belang dat
het personeel bij de bibliotheek
ontwikkelingen in Leiden heeft,
rechtvaardigt een volledige
openheid ten opzichte van het
personeel. Onwetendheid bij het
personeel en gebrek aan takt zijn
faktoren die het konfiikt m.i. on
nodig in een bijna niet meer on
der kontrole te brengen stadium
heeft gebracht.
Is het bestuur een verwijt te maken
over het gebrek aan openheid en
aan takt, het personeel heeft het
konfiikt onnodig doen eskaleren
door de wijze waarop men zich
met eisen, nieuwe eisen, ultima
tums e.d(vaak via de pers) tot het
Met het vinden van een oplossing
voor het conflict tussen de ge
meente en het dagelijks bestuur
van de Openbare Bibliotheek
Leiden, is de vertrouwenscrisis
tussen personeel en bestuur nog
niet opgelost.
Het Dagelijks Bestuur had ze door
zijn starre houding in het conflict
met de Gemeente bijna een filiaal
door de neus geboord. Het Alge
meen Bestuur had aanvankelijk
machteloos gestaan, omdat het
niet van alle feiten op de hoogte
was gesteld. Gezocht moest wor
den naar een nieuwe bestuurs
vorm, waarin personeel en direc
tie meer en reëlere invloed moes
ten kunnen krijgen op de gang
van zaken. Daarbij wist het per
soneel zich gesteund door een
deel van het Algemeen Bestuur,
dat bereid was zich hiervoor in te
zetten.
Datzelfde deel van het Algemeen
Bestuur overigens, dat ook het
Dagelijks Bestuur heeft kunnen
aanzetten tot een veranderde stel-
lingname in het conflict met de
Gemeente en toen ook geen re
den meer zag om het Dagelijks
Bestuur naar huis te sturen. Er
was immers een correctie op-het
beleid toegepast en dat had
vruchten afgeworpen.
Besloten werd om een open ge
sprek te hebben met een delega
tie uit het personeel om te zien,
wat gedaan zou kunnen worden
om het bestuur van de biblio
theek soepeler te laten verlopen.
Er werd een commissie aange
dragen om de resultaten van dat
gesprek om te zetten in statuten
en huishoudelijk reglement.
Geen van de eisen van het perso
neel is in eerdere vergaderingen
van het Algemeen Bestuur te
sprake gebracht en tot december
(toen de crisis eigelijk al bezig
was) in vergaderingen van het
Dagelijks Bestuur. Daarmee
hebben ze wel erg weinig inhoud
gegeven aan hun eigen perso-
neelsvertegenwoordigersschap.
Willen personeelsvertegenwoordi-
gers een werkbaar aandeel leve
ren in het bestuursbeleid, dan
zou hierin toch wel verandering
moeten komen.
Mogelijkheden
Het Algemeen Bestuur heeft het
beleid van het Dagelijks Bestuur
gecorrigeerd en dat heeft tot een
oplossing van het conflict met de
Gemeente geleid. Met het slaan
van de eerste paal is dit conflict
de grond ingeslagen.
Blijft over het conflict tussen per
soneel en Bestuur, dat naar mij
dunkt oplosbaar is door verster
king van de directie met een ma
nager (ook al wenselijk in ver
band met de nieuwbouwprojec
ten); het instellen van een onder
nemingsraad, waarmee directie
en personeel een geformaliseerde
invloed op het beleid hebben; een
betere onderlinge informatie
voorziening; het herzien van de
relatie tussen personeel en per-
soneelsvertegenwoordigers; het
herzien van de functie van het
Algemeen Bestuur (meer het ac
cent op de forum-functie om al
lerlei denkbeelden uit de Leidse
wereld naar voren te kunnen
brengen, en minder het accent op
bestuurlijke taken).
Tenslotte doe ik een beroep op alle
partijen om in elk geval niet het
lezerspubliek de dupe te laten
worden van allerlei interne me
ningsverschillen. Het kan tijd
vergen om tot eén goede oplos
sing van alle conflictstof te ko
men. Ik ben ervan overtuigd, dat
die wil er bij alle partijen bestaat.
Drs. Menno M.A. Knul
Lid Algemeen Bestuur OBL
Buizerdhorst 61
Leiden
(Door de redactie bekort)