Achter grendel Zonnehuis heeft helft minder aardgas nodig Ons Het groene kruid is er in trek ZATERDAG 26 FEBRUARI 1977 EXTRA PAC.rNA23 Het Het verlangen om eigen bezit en eigen terrein veilig te stellen is waarschijnlijk zo oud als de mens heid zelf. Wie iets bezit, kan het ontnomen worden en eeuwenlang piekeren we ons suf, wat we er tegen moeten doen. Tegenwoordig hebben we allerlei hoogwaardige veiligheidssystemen uitgedacht. Een bittere noodzaak, nu het breek ijzer thermische lans heet. Primitieve volkeren beschikken slechts over geringe mogelijkhe den om waardevolle goederen te beschermen. Het begraven van kostbare schatten is vaak de enige effectieve maatregel, die hen rest. Een methode, die ook wij in oorlog stijd soms ter hand nemen. Het slot en de sleutel zijn in de loop der eeuwen een onontbeerlijk hulpmiddel geworden bij het opbe rgen van geld en goederen, wan neer de eerste sleutel in het slot werd gestoken, is niet met zeker heid te zeggen, maar vast staat dat de Egyptenaren, de Grieken en de Romeinen volop gebruik maakten van sloten. Het oudste slot is tot nu toe gevon den in Mesopotamie. Het sierde een hek van een van de zalen van het paleis in Khorsabad in Assyrie. Pas in de Middeleeuwen komt het ge bruik van het slot in onsgebied- pas op gang. In het Noordbrabants Museum in 's-Hertogenbosch (Bethaniesstraat 4) is tot 20 februari de tentoonstel- IEen slot uit de zestiende eeuw, een fraai stukje smeedwerk. ling „Achter slot en grendel" te zien. In vogelvlucht geeft de expo sitie een indruk van de ontwikke ling van slot Hout Hout Iedereen heeft in zijn leven meer sleutels dan sloten verloren. Toch heeft de geschiedenis ons meer sleutels dan sloten nagelaten. Op de tentoonstelling daarom veel meer sleutels in vele soorten en maten en een geringer aantal sloten. Een fraai exemplaar op de tentoon stelling is een houten slot uit Egyp te. Het dateert uit het begin van de jaartelling, maar het systeem was al in gebruik ten tijde van de farao's. De sleutel is een houten stok, waarop een aantal pinnen zijn aan gebracht. Deze pinnen lichten in het slot een aantal eveneens houten palletjes op, waardoor het slot wordt verbroken. In feite hetzelfde systeem als het modernste lipsslot, alleen wat grover in uitvoering. De toepassing van metaalsoorten bij het maken van sloten zorgde er-' voor dat het sluitwerk ingenieuzer en vaak ook fraaier kon worden. De Rpmeinen hadden bijvoorbeeld uit brons gemaakte sleutels, die vrou wen aan hun vingers konden dra-' gen. Handig tegen verlies en te vens een elegant sieraad. Tussen kunst en ambacht werd in de Middeleeuwen geen scheidslijn getrokken. Wie toentertijd een slot wilde hebben stapte naar de smid, die een slot maakte zoals er werke lijk geen ander op de wereld be stond. Ieder slot, een ander ont werp en een ander systeem. Niet al leen poorten en deuren werden voorzien van een slot, ook kasten, kisten, offerblokken en boeken kregen sloten, vaak opgesmukt met het nodige Symbool Omdat sleutels het verborgene toe gankelijk maken, zijn ze het sym bool ,Tan macht en vertrouwen ge worden. Petrus bijvoorbeeld wordt altijd afgebeeld met twee sleutels in zijn hand. Als plaatsvervanger van Jezus kan hij berouwvollen hun zonden vergeven en onwaardigen buiten de kerk sluiten. Hij wordt dan ook in de volksdevotie be schouwd als de bewaker van de hemelpoort. De heilige Martha, zuster van Ma ria, werd in de zestiende en de ze ventiende eeuw bij voorkeur afge beeld met een sleutelbos in aar hand. Zij was de schutsvrouwe van de huisvrouwen, aan wie door de echtgenoten het beheer over huis en haard was toevertrouwd. Als symbool van macht keert de sleutel regelmatig terug in familie wapens. In Nederland voeren 25 gemeenten een sleutel in het wa pen. In sommige gevallen, zoals bij Leiden, is de sleutel in het wapen gekomen, doordat de oudste kerk aan de H. Petrus was gewijd. Op een schilderij van Velasquez, ,De overgave van Breda' symboliseert een sleutel de machtsoverdracht in 1625 van Justinus van Nassau aan zijn overwinnaar Antonio Spinola, generaal in het Spaanse leger. In deze tijd staat de sleutel hooguit nog symbool voor uitgebreide be veiligingssystemen, waar de klas sieke sleutel zelf niet meer bij aan te pas Vorig jaar waren we op bezoek in een kapitaal huis van een bemiddelde Groningse her- eboer. Hij was kort te voren ge storven. De nieuwe kersverse bewoner vertelde ons dat hij in dit grote herenhuis slechts één waterkraan had ontdekt. Dat was in de keuken. De muren dropen van het vocht. Het bleek dat er ooit maar in één kamer gestookt was, de huiskamer. Wanneer is een badkamer compleet? Dat hangt van uw behoeften af. Deze fraaie bad kamer werd samengesteld uit een groot aantal losse elementen waaruit men zelf kiezen en combineren kan.Het vloertapijt loopt door tot om de badkuip, links. (Poggenbohl badpro- gramma 3000). Dat 1975. Gelukkig mag, hopen we, een dergelijke situatie vandaag een uitzondering worden genoemd hoewel onze sanitaire voorzie ningen dan nog lang niet vol doende zijn. Wel beschikt zo'n tachtig pro cent nu overeen douche, en is in de nieuwbouw een badkamer of douchegelegenheid een must geworden. We moeten niette min nog leren, van dat comfort voldoende te profiteren. Duide-' lijk gezegd: we verwaarlozen ons lichaam, 1 weinig. We hanteren nog liever de bezem om onze stoep te ve gen of te schrobben. Het leven spatroon van onze voorouders met de kraan in de keuken en het kammebakje ernaast als enig sanitair ligt blijkbaar nog te kort achter ons. De doucheruimte wordt zelfs nog als berging ebruikt, al wijst dit ook op de tekortkomingen in de bouw: te weinig be rgruimte en geen plaats voor de wasmachine. Onze bouwwereld heeft bepaald niet de nieuwe ontwikkelingen in ons wonen op de voet gevolgd. Het zijn geen overdreven eisen die we stellen als we menen dat we van de douchecel en het meestal piepkleine cliché badkamertje waarin je je roeren noch keren kunt, af moeten. Méér ruimte daar. Opdat de be woner zelf een gezellige com fortabele badkamer kan maken. Ze moet net zo bewoonbaar worden als de overige delen van het huis die dienen te zijn. Dus geen witte steriele ruimte zoals het beeld van de badkamer al tijd is geweest. Het behoeft niet te betekenen dat we ons nu het, veel duurdere gekleurde sani tair moeten aanschaffen. We kunnen de kleuren even goed zoeken in de wanden, de vloer, het plafond en de bad- accessoires. Voor wand- en vloerbedekking zijn vele mate rialen in de handel. Behalve in tegels kan men het bijvoorbeeld ook heel goed in vinyl zoeken, een kunststof die gemakkelijk te verwerken is en goedkoper dan tegels want het laten zetten van tegels kost veel arbeids loon. En ook in vinyl is een enorme keuze in dessins en kleuren. Of voor de vloer een tapijt van kunststof in een effen kleur. Daartegen kan wit sani tair wat mooi afsteken. Is de bestaande badruimte erg klein, dan kan men in sommige gevallen overwegen, haar naar de slaapkamer door te breken en dan met een transparant gordijn afsluitbaar te maken. staat niet alleen mooier maar men kan dan ook beter zijn spul len kwijt. U bent evenmin meer aangewezen op de planchette boven de -wasbak die meestal een onding is waaraan men zijn hoofd stoot als men wat diep in de bak duikt. Handige doe-het- zelvers kunnen zelf zich om bouw met laatjes maken. Dat opent een reeks van nieuwe mogelijkheden voor de inrich ting al moet ze dan wel harmo niëren met die van de slaapka mer. Een goede ventilatie is in dit geval onmisbaar. Het zal de gewoonste zaak van de wereld (moeten) worden dat we dagelijks douchen of baden. We hebben meer vrije tijd ge kregen. Waarom zouden we die niet nuttig besteden en deels gebruiken voor het bedrijven van wat meer lichaamscultuur, om de vervuiling van de atmos feer van ons af te spoelen en om ons te bevrijden van de psychi sche inspanningen waarmee deze maatschappij ons opza delt? Veel fabrikanten beijveren zich de laatste jaren in het maken van speciale meubelen voor de badkamer om er het nodige comfort en wat sfeer in te bren gen. Berging voor reserve- handdoeken, badlakens, cos metica en andere zaken die een rol kunnen spelen bij het bad- gebeuren en eventueel ook het kleden. Uw woning is gewoon te duur als u uw aandacht tot de huis kamer beperkt. Uw hele huis moet sfeer en comfort uitstra len. Dan gaat u het ook inten siever gebruiken en wordt het, wat de Engelsen zeggen, met recht my home is my castle. JOS VAN GRIEKEN Pierre Cardin heeft al een deel van zijn voorjaars- en zomercollectie prijsgegeven. Wat Cardin betreft zit de zomeijurk duidelijk boven de knie, al laat hij een van zijn mannequins dat geringe stofverbruik weer compenseren kuitbeschermers te laten dragen. Het andere jurkje, een etagemodel heeft een opvallend wollen bovenstuk. Of het allemaal mooi Nog maar enkele jaren geleden kon men bij de groenteboer niet of nauwelijks terecht voor groene tuinkruiden. Een bosje peterselie en wat selderijgroen had hij altijd wel bij de hand, maar wanneer men om andere verse tuinkruiden vroeg dan wees de man u meestal naar de hoek van zijn winkel waar de groene kruiden - gedroogd en wel - in keurige plastic zakjes aan rekjes hingen. In die situatie is vrij snel verandering gekomen. De goede groenteman kan er tegenwoordig voor zorgen dat u over een groot aantal verse tuinkruiden kan be schikken. Met het gebruik van de groene tuinkruiden in de Nederlandse keu ken is het wat merkwaardig gesteld. Wij Nederlanders hebben die kruiden eigenlijk weer ontdekt naarmate we steeds meer in de gele genheid waren om tijdens de vakanties de landsgrenzen te over schrijden. We proefden de kruiden in de Franse keuken, leerden hoe plezierig het is om wat basilicum bij tomaten te geven, hoe smakelijk een vleug knoflook en wat rosmarijn bij lamsvlees past en wat ore gano in een pizza voor wonderen verricht. Aan de opkomst van de Verenigde Oostindische Compagnie in de zeventiende eeuw hebben we het eigenlijk te danken dat het groene tuinkruid in ons land vrijwel drie eeuwen lang een wel zeer onder gewaardeerde plaats in de keuken innam. In de ons omringende landen hebben de specerijen nooit zo'n overheersende rol kunnen spelen. Geen wonder daar het groene kruid zich wel in de keuken heeft kunnen handhaven. De specerijen die tot diep in de zestiende eeuw nog als kostbaar en onbereikbaar voor de gewone burger golden, namen naarmate de handel in deze oosterse produkten steeds meer een Hollandse zaak werd, een steeds belangrijker plaats in de keuken in. Inplaats van tijm, salie, basilicum en kervel maakten nootmuskaat, peper, kaneel en kruidnagel hun entree in de Nederlandse keukens. Met hun komst werden een groot aantal traditionele gerechten zo vervormd dat we ze nauwelijks meer als typisch middeleeuws kun nen herkennen. Slechts enkele streek-gerechten hebben de Oost-Indische furie we ten te overleven. De Kruudmoes uit de oostelijke provincies is er een voorbeeld van. Zelfs onze traditionele erwtensoep is niet ontkomen aan enige oosterse invloeden, want peper hoort er al sinds jaar en dag in een flinke hoeveelheid in gebruikt te worden. Een Franse reiziger die in de vorige eeuw Nederland bezocht schreef naar zijn familie in Parijs dat het in de Nederlandse keukens rook naar nootmuskaat en het gebak er altijd met kaneel werd bereid. Gelukkig keren de zachte geuren van de tuinkruiden weer terug en bestaat er opeens ook weer een grote belangstelling voor kruiden met „geneeskrachtige" werking. Thee van salie is al door de eeuwen heen bekend als een probaat opwekkingsmiddel. Met drie koppen saliethee per dag voelt u zich al een heel ander mens. Wrijft u wat koude thee in uw haar dan kunt u er zeker van zijn dat het niet snel zal uitvallen. Ook tegen ontstekingen in de mondholte werd de thee gebruikt als gorgeldrank. Een even stimulerende werking gaat van thijm dat bovendien met wat honing er door geroerd een goed middel tegen verkoudheden geeft. Thee getrokken van pimpemelblaadjes helpt bij het bestrijden van ingewandstoomissen en peterseliethee gaf verlichting bij rheumati- sche pijnen. Gedroogde kruiden werden en worden niet alleen in de keuken gebruikt. Wanneer u blaadjes van het boerenwormkruid, alsem en citroenkruid in een linnen zakje doet en dat in de klerenkast hangt dan komen er beslist geen motten in de buurt. In de middeleeuwen gebruikte men gedroogde kruiden in een wie- rookbrander als ontsmettingsmiddel bij ziekten. Onderzoekingen in Engeland hebben enkele jaren geleden aangetoond dat de oliën van lavendel, munt, rosmarijn, majoraan en citroenmelisse inderdaad stoffen bevatten die een sterk desinfecterende werking hebben. Wanneer u uw hoofdkussen met gedroogde hopscheuten zou vullen dan valt u beslist eerder in slaap. Eeuwenlang gebruikte men in Engeland dergelijke kussentjes. Ook mensen met ademhalings stoornissen hadden er baat bij.... Tot slot nog enige tips voor gebruik in de keuken. Bieslook, dille, kervel, mierikswortel, peterselie en kervel dient u altijd rauw te gebruiken. Wanneer u ze mee laat koken verliezen ze snel hun geur. Basilicum, citroenmilsse, dragon, kruizemunt en majoraan kunt u zowel rauw gebruiken als in het te bereiden gerecht mee laten ko ken. De kruiden die altijd mee gekookt worden zijn- jeneverbes, lavas, saffraan, salie, selderij, tijm, venkel en alle zaadvruchten (die wel eerst gekneusd of gemalen moeten worden). Niet alle kruiden die u gedroogd kunt kopen zijn ideale vervangers op momenten dat u niet aan de verse kruiden kunt komen. Peterselie, dille, bieslook, bone- kruid, dragon en citroenmelisse verliezen door het drogen vrijwel alle geur. Basilicum, majoraan, mierikswortel, oregano, rosmarijn, saüe en tijm daarentegen laten zich heel goed drogen en verliezen nauwelijks iets van hun geurigheid. HANS BELTERMAN EINDHOVEN - De TH in Eindho ven heeft na drie jaar onderzoek een zonnehuis gebouwd, dat - vol gens berekeningen - de voor de verwarming benodigde energie voor de helft van de zon zal betrek ken. Prof. dr. C. W. J. van Koppen, een van de ontwerpers, heeft zichzelf opgeworpen als proefkonijn en heeft met zijn gezin het niet oncom fortabele huis in een Eindhovense buitenwijk betrokken. Op gang gezet door de sores die de oliecrisis eind 1973 over ons uit stortte, is de Eindhovense TH zich met de vraag gaan bezighouden of de zon een bijdrage kon leveren aan de oplossing van het nijpende energieprobleem. Dat zou best kunnen, zo bleek, maar de vraag was hoe? Als onderdeel van dit we tenschappelijk onderzoek heeft de TH daarom dit zonnehuis gebouwd om de nodige praktische ervaring op te doen. Het huis is dan ook een half labora torium geworden. Op vijftig plaat sen in de installatie worden om de vijf minuten metingen verricht. Dagelijks worden op deze wijze 14.000 meetgegevens verkregen, die via een telefoonlijn rechtstreeks in de computer van de TH verdwij nen. Een team van vijf deskundi gen zal de komende jaren deze ge gevens nauwgezet volgen en bezien in hoeverre de verwachtingen be waarheid worden. In enkele andere plaatsen in ons land (sinds enkele jaren in Oss en binnenkort ook in Zoetermeer) wordt reeds geëxperimenteerd met het gebruik van zonne-energie voor huisverwarming. Bij de TH in Eindhoven verwacht men, dat dit zonnehuis in vergelijk met de an dere projekten het meeste energie (aardgas) zal besparen. In het Eindhovense zonnehuis wordt het zonnelicht opgevangen door een 51 vierkante meter grote "collector", die onder een hoek van 48 graden pal op het zuiden staat gericht. In deze warmteverzame- laar, die aan de buitenkant wordt afgeschermd door glas, bevindt zich materiaal, dat warmte (zon licht) aantrekt en vasthoudt. Door deze absorberende laag lopen bui zen, waardoor water wordt ge pompt. Het water neemt de warmte in zich op en vervoert dit naar een warmte-opslagvat, waarin zich vier kubieke meter water bevindt. Het zonnehuis is voorzien van een luchtverwarmingssysteem. Wan neer nu het huis verwarmd moet worden, wordt het warme water uit het reservoir door een luchtverhit- ter geleid. Stoom In bewolkte, winterse dagen zal niet veel warmte van de zon worden verkregen. Daarom is er ook een gaskachel in het huis aangebracht, die ervoor zorgt dat het water in het bovenste deel van de tank altijd zo'n 50 tot 60 graden is. Andersom kan het voorkomen, dat het zomers zo heet is, dat de installatie "stoom moet afblazen". Afgelopen zomer gebeurde het dat tijdens de installatie de tempera tuur in de buizen boven de 150 gra den opliep. Voor deze extreme temperaturen is er een leiding door de tuin aangelegd, waar wat warmte aan de grond kan worden afgestaan. Blijft de temperatuur dan nog te hoog, is er een ventiel, waar wat stoom kan ontsnappen", vertelt prof. Van Koppen. Het is ook niet ondenkbaar, dat 's winters het water in de buizen be vriest. IJs zet uit en het hele sys teem zou uit elkaar barsten. Om dit probleem voor te zijn, loopt er in het midden van de buis een soort rubber slang gevuld met anti-vries (glycol). Bevriest het water, dan perst het ijs de slang leeg en blijven de buizen gespaard. Kostbaar Hoewel het aandeel van de zonne collector in de verwarming van het huis in de winter gering is en in de zomer vaak warmte zal moeten worden afgestoten, kan volgens de TH-cijferaars het aardgasverbruik voor de verwarming met ruim de helft kunnen worden terugge bracht. En het maakt niets uit of het een zachte of strenge winter is. De besparing blijft gelijk, zo stelde men op de TH vast. Bij krakend vriesweer staat de zon wat vaker aan de hemel en heeft de collector meer effect. Ondanks deze gunstige verwach tingen is het nog lang niet zover, dat ieder huis maar voorzien moet worden van een collector. "Ook al zouden we starten met massapro- duktie van collectoren blijft het een kostbare investering. De toepas sing van zonne-energie bij de ver warming van het huis wordt pas economisch rendabel, wanneer de energieprijzen twee tot twee-en- een-half maal zo hoog zijn als nu. Ik verwacht, dat we pas over twee, drie generaties op grote schaal zon- newoningen zullen bouwen", aldus prof. Van Koppen. Veel meer rendement is momenteel al te verkrijgen uit betere isolatie van een woning. Een goed geïso leerd huis bespaart tweemaal zo veel energie, als een zonnecollector kan leveren, aldus prof. Van Kop pen. Het gebruik van zonne-energie uij de verwarming van ons huis is niet alleen een technisch probleem. "Het is ook een architektonisch en ruimtelijk probleem. Zonne collectors moeten altijd op het zuiden gericht staan en mogen niet in de schaduw van een huis of een boom liggen. Willen we op grote schaal de zonnewarmte voor onze verwarming gaan gebruiken, zullen in de nabije toekomst ook deze vra gen worden opgelost. Wij sleutelen voorlopig aan de technische kanten van de zaak", zegt prof. Van Kop pen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 23