Hansje op zoek naar het grote welbehagen Vanavond ADVENTS- CONCERT LEIDSE CANTORU dus zet de kaas uit het vuistje maar klaar! De kunstenaarsorganisatie NVV zegt met verbijstering kennis te hebben genomen van de toneelnota van minister Van Doom van CRM waarin de uitgang spun ten voor een nieuw toneelbeleid verder zijn uit gewerkt. De overheid draagt in de nota vol gens de kunstenaarsbotid een be heersinstrumentarium aan voor een toneelbeleid waarvan de motie ven blijkbaar zijn uitgegeven door een drangtot bezuinigen. Van die bezuinigingsdrang worden t net name die sectoren het slachtoffer die zich moeilijk kunnen verweren omdat ze een greep of invloed heb ben op de financiële middelen, al dus de kunstenaarsorganisatie. LEIDEN - De secretaris van de "Leidse Cantorij" noemde in zijn uitnodiging het derde adventsconcert in de Hoog landse Kerk "een stuk Ver kondiging". Dit is de loutere bedoeling en we beamen, dat dit een stuk liefde in de sprake der muziek is geworden. Er heerste haast nachtvorst in het halfduistere godshuis, dat toch was volgelopen. De taak van dit koor wordt als sociaal gezien door Joop Brons, wiens taakstelling vrij uniek is: een anglicaanse tegenhanger van de gregoriaanse Schola Cantorum-praktijk, wier beïnvloeding niet ontbreekt. De gewijde begrenzing van de klankkracht noemen we priesterlijk, mede door de on gewoon duidelijke verstaan baarheid. In deze dingen is het woord soeverein. Rein is deze zang in alle gradaties. Brons presenteert nooit iets, waar niet hetlaatste stofje van is weggezuiverd. De zangen uit zes eeuwen liturgie waren begeleid en onbegeleid. In strumentaal heeft Brons voor zijn koor genoeg aan de on volprezen hobo-medewerking van Han Kapaan, die bij Cou- perin, Fiocco, Vivaldi pas sende stemmingen vond. De organistsolo vond die in een Partita van Pachelbel en in "Flötenuhrstücke" van Haydn,-voor een mechanisch draaiorgeltje in een staande klok. Zeker passend, want niet de bijbel "verblijdt u ten allen tijde"? Passend ook dat Fijne kabinetorgel met een handvol stemmetjes, zachte volronde timbers De hobo leek er een van Allen te zamen wonderharmonie in een kleine klank Kees Verhoef Charles Dickens in mime LEIDEN - Een sublieme in terpretatie van het bekende kerstverhaal van Charles Dic kens Christmas Carol. Giste ravond in de Leidse Schouw burg door Rob van Reijn in samenwerking met de thea tergroep Perspekt. De mime- interpretatie van het gegeven van Scrooge en Marley gevat in het inmiddels klassiek ge worden kerstverhaal van Dic kens was daarom ongemeen boeiend. Woorden schieten hier werke lijk tekort. De entree van het gegeven met een stad die zeer levensecht geteisterd wordt door gestadig neervallende sneeuwvlokken is zeer sfeer vol en stemmingbepalend voor de verdere tekening van het verhaal. Van Reijn zelf als een wat on derdanige schrijver, die onder het juk van de vrek Scrooge zonder licht zijn werk moet doen, doet denken aan „De Schrijver" uit een éénacter van Tsjechow. Het décor was van'Wim Bijmoer, de kostu mering van Robert Bos en Van Reijn voerde zelf de regie. Dat laatste bleek bijvoorbeeld uit de introductiegebaren wan neer abstracte gegevens op het publiek moeten worden overgebracht. Maar ook de rondleiding door de drie gees ten, met een nadrukkelijk af stand nemende Scrooge die, door vertwijfeling verteerd, zijn misstappen goed wil ma ken. Uit de grote belangstel ling bleek bovendien, dat Van Reijn en Perspekt de competi tie van Koot en Bie op de tv niet hoefden te vrezen. BERT KOEKEBAKKER Kerstspel op de televisie Op eerste Kerstdag zendt de KRO-televisie tus sen 7 en 8 uur 's avonds "Hansje en het welbeha gen" uit, een kerstspel voor de jeugd waar ook volwassenen veel plezier aan zullen beleven. Het stuk is geschreven door Harrie Geelen, dezelfde van "Kunt u mij de weg naar Hameien vertellen, meneer". Inzage van de tekst en repetitieflarden doen vermoeden dat Geelen een oorspronkelijk gegeven op een bijzonder grappige manier heeft uitgewerkt. Hansje en de kerstengel Om een" beetje een idee te krijgen van het verhaal; een kerstengel krijgt de opdracht af te dalen naar de aarde en op zoek te gaan naar het grote welbehagen. Hoewel een schepsel op leeftijd, is de engel nog niet zo lang in zijn kerstfunctie werkzaam, reden waarom hij een wat labiele indruk maakt en met zijn opdracht niet goed raad weet. Nauwelijks van start zweeft hij een kerk binnen. Harry Geelen laat hem zeggen: "Een groot Godshuis, ik hoorde godvruchtig gezang, ik dacht hier is het welbehagen". De engel neemt echter de vlucht want iemand heeft hem opgemerkt. En dat is het ergste wat hem kan over komen. De opdracht bevat name lijk een bijzondere clausule die voorschrijft dat de engel zich aan menselijke waarnemingen moet onttrekken. Wordt hij driemaal door iemand gezien, dan zal hij zijn vleugels verliezen. Voor een echte engel natuurlijk een ramp, want daarmee wordt hem immers de zin van zijn bestaan ontnomen. De ker stengel belandt tenslotte in de kerstboom bij Hansje thuis. Hansje is het tienjarige zoontje van een ar tistiek echtpaar (moeder actrice, vader dirigent) dat zelfs op eerste Kerstdag nog druk bezig is met het bedrijven van cultuur dat Hansje, alleen thuis zit. Het binnenfladde- ren van de engel zou voor hem een aangename verpozing kunnen be tekenen, maar de engel - ten tweede male "in de fout" - wendt het gelaat af en roept geschrokken: "Ga weg, kijk mij niet aan uw oog is boos. U mag mij niet opmerken". "Na een kort vraag- en antwoord spel wordt Hansje in de opdracht betrokken. Samen gaan zij op zoek naar het grote welbehagen en zwerven daarvoor over steden en dorpen, zoeven door straten terwijl zij nauwlettend om zich heen kij ken of het welbehagen zich moge lijk ergens ophoudt. Het stuk ein digt er mee dat Hansje tot de con clusie komt dat welbehagten bete kent "gezellig zijn". En dat is iets waar je zelf voor moet zorgen. De gezelligheid, het welbehagen zit in jezelf. Op het moment van consta teren is de engel uit het gezichts veld verdwenen. De taak is vol bracht Regisseuse Tineke Roeffen, die met "Hameien" veel ervaring heeft opgedaan, spreekt van een inge wikkeld spel, dat haar alleen al voor het draaiboek maandenlange voor bereidingen heeft gekost. Vooral technisch is dit spel bijzonder ver nuftig opgebouwd maar stelt aan de makers bijzonder hoge eisen. Daar is bijvoorbeeld de tocht die de engel en Hansje maken fladderend door de wereld. De vondst van Harry Geelen is dat Hansje de door hem zelf getekende wereld binnen gaat. Daartoe heeft een aantal klas sen van een lagere school in Hilver sum de tekeningen gemaakt. Via een knap geheel van chromakey vormen die tekeningen een reële achtergrond voor de dwaaltochten van de engel en het jongetje. Ver bluffend is ook hoe de engel tech nisch in de boom terecht komt. Liedjes Kerstspel is in feite tot stand geko men door acht liedjes gecompo neerd en geschreven respectieve lijk door Joop Stokkermans en Harrie Geelen. Pas veel later, nadat de liedjes waren voltooid, werd daar omheen het verhaal gebouwd. De liedjes zijn goed uitgevallen vooral dat wat door Leen Jongew- aard wordt gezongen. Voor de rol van Hansje hoefde men niet ver te zoeken. Dertienjarige Bert Blom uit Rotterdam was beschikbaar dankzij Phonogram die van Bert eens een auditie had afgenomen. Door Paul van Beckum Bert droomt er van acteur te wor den en afgaande op zijn spelpresta- ties in "Het welbehagen" wekt hij de indruk over enig talent te be schikken. Bert zit in de tweede klas van de MAVO-school "Melachthon" in Schiebroek. Een week lang heeft hij met zijn moeder in de NOS- studio's doorgebracht voor de in gewikkelde repetities. Met de ge makkelijk aansprekende teksten had hij nauwelijks enige moeite. Binnen de kortste keren kende hij ze uit zijn hoofd. De rol van de kerstengel wordt ver tolkt door Bob de Lange. Een prachtige creatie, heel geestig van intonatie, een beetje knorrig, maar toch sympathiek. Om een idee te krijgen van het grappig taalgebruik van Harrie Geelen deze tekst van de kerstengel: "Kijk, je zou zeggen: al les is er. Alles is voorhanden. Sneeuw, vrieshemel, warmte bin nen huis en haard, beetje wel vaart allelujah, ga je gang. Het welbehagen hangt in dikke dam pen". Als de engel opnieuw met eerj mens wordt geconfronteerd roept hij wanhopig "Fade". "Wat bete! kent dat", vraagt het jongetje. De engel antwoordt "Fade? Dat is La tijn. Het betekent Hup, gaat". Voor de vader en moeder van Hansje trok Tineke Roeffen Anke en George Groot aan van "Don Quis- hocking". George: "Wij twijfelden er zelf aan of we dat zouden kun nen. Toneelspelen is totaal iets an ders dan cabaret. Maar hoe moeilijk het ook is, we doen het met ontzet tend veel plezier. Het is een zalig stuk". Profaan De KRO heeft geen christelijk drama gewild met een diepe mo raal. Het werd een ontspannend brokje televisietoneel, gezellig pro faan en niet stichtelijk. Dat blijkt ook wel uit de slotwoorden van Hansje als hij zegt "Misschien wil len de mensen wel graag welbeha gen. Alleen lukt het nooit echt. En zeker niet lang. Want het is net zo iets als gezelligheid. Als je d'r op wacht wordt het niet gezellig. Je moet er niet aan denken, je moet gezellig zijn". Tenslotte de echte moeder van Hansje: "Ik ben hier nu een paar dagen, ik kijk mijn ogen uit. Nooit heb ik geweten wat er voor zo'n stuk allemaal aan te pas komt. En hoe knap het allemaal in elkaar wordt gezet". Voor een buiten staander inderdaad een wonder lijke ervaring. Want terwijl de engel zijn tekst zegt in een chromakey decor, krijgt hij antwoordt van Hansje die tien meter verderop tegen een kerstboom praat. Maar wat laat het beeld op de monitor zien? Hansje praat tegen de engel die in dé boom hangt en hij verstopt de engel in <Je palm van zijn handen als zijn vader binnenkomt. LONDEN - Het heet dat het circus van gist er en, vandaag en morgen is. Dat het elke nieuwe generatie vangt in zijn ban en bedwelmt met de lucht van zand en zaagsel, de prikkelende reuk van de stal len, omdat het zelf het geheim be zit van de eeuwige jeugd. Niette min zijn de tijden uiterst somber voor het bonte betoverende schouwspel en vooral de laatste jaren heeft menig circus het loodje moeten leggen. Behalve de enorm toegenomen kosten om met een goede show te kunnen rond reizen, wordt ook het amusement via de televisie door vele verdrie tige circusdirecties beschouwd als een aartsvijand waarvan zij zwaar te lijden hebben en daarom doet het in eerste instan tie wat ironisch aan dat juist de televisie en het circus elkaar elk jaar opnieuw vinden in een re gelrecht topprogramma: het be roemde kerstcircus van de BBC. Meer dan 20 jaar oud is deze traditie en opnieuw heeft de moeder van de televisie haar machtige came ravermogen gericht op het grote spektakel dat in de loop der jaren voor vele landen een vast pro gramma is geworden. Hoge kijkcijfers en een alsmaar toenemende verkoop aan het bui tenland liggen ten grondslag aan het feit dat een lang gestorven circus zich elk jaar nog een keer opricht, compleet met het bijbe horende klatergoud, het schette ren van de muziek, het briesen van de paarden, het trompetten van een olifant en de aansteke lijke schaterlach van de clowns. Het gaat hier om Billy Smart, tot voor enkele jaren het grootste Engelse circus, dat nu niet meer reist, maar in samenwerking met de BBC toch elk jaar zo'n paar dagen zijn machtige blauwe viermaster opslaat in het kleine plaatsje Winkfield ten zuiden van Londen. De kerstshow, het kindercircus op nieuwjaarsdag en een televisie voorstelling op Pasen is alles wat overgebleven is van het eens zo machtige circus van vader Billy Smart die destijds met een schiettent en een kar vol kokos noten op de kermis is begonnen. Na zijn dood hebben zijn zonen Ronald, Billy jr. en David het be drijf voortgezet tot de boze dag kwam waarop zij tot grote woede van de oude mevrouw Smart, weduwe van de grote showman Billy, besloten hun circusactivi teiten te staken. in hun geval ook een hoogst om streden beslissing, want in krin gen van Britse circusvrienden werd niet zonder commentaar vastgesteld dat de gebroeders Smart tot het laatst toe uitste kend zaken hadden gedaan. In het laatste jaar van hun circus hadden zij, zo beweerden boze tongen, zelfs zo'n slordige vier miljoen gulden netto winst ge boekt. Een bedrag waarvan elke circusdirectie zal watertanden. De gebroeders Smart zelf houden vol dat een circus van standing niet meer te bekostigen is. De ga ges van de eersteklas artiesten, de kosten van de eigen menagerie, en vooral de transportproblemen zijn in hun ogen eenvoudig te groot geworden. Zij blijven ervan uitgaan dat het circus in wezen een familievermaak is, waar ou ders met hun kinderen op af ko men. En zij stellen onomwonden dat er een grens is aan de toe gangsprijzen die men voor zo'n alsmaar duurdere circusshow kan vragen. Hun critici houden echter vol dat de Smarts gewoon genoeg had den van het gecompliceerde rondreizen en trekken. En dat zij zich wat al te gemakkelijk tevre den hebben gesteld met het groeiende succes van hun grote safaripark bij Windsor, dat jaar lijks vele tienduizenden bezoe kers trekt. De opheffing van hun circus kwam op een moment dat de Smarts tegenover kleinere ondernemin gen hier als Chipperfield en Ro berts een soort monopolipositie hadden veroverd. En tot het laatst toe hebben zij inderdaad volle tenten getrokken. Schnabbel Dat was ook het geval met de kerstshow van de BBC, toen de enorme viermaster volliep met duizenden belangstellenden, die voor deze gelegenheid gratis toe gang hadden. Dat de Smarts er toch een stevige "schnabbel" aan hadden, kwam door de BBC, die Door Haye Thomas kosten nog moeite wil sparen nu haar jaarlijkse traditie ook in het buitenland zo gretig aftrek vindt. Ditmaal was er zelfs Amerikaanse belangstelling en met het oog daarop werd de keuze van het programma ditmaal ook vooral op deze markt afgestemd. Uit Amerika haalden de Smarts het fantastische chimpanseenum mer van de Niccolini's, een vlot stel Spaanse Amerikanen die arm in arm met de apen in de magi sche kring van de piste rondbui- telen en als meeuwen scherend in felle bundels vuurtorenlicht zwieren de gestalten van de Flying Michaels uit de Verenigde Staten aan de vliegende trapeze. De Smarts die eens zelf beschikten over de grootste circuskudde oli fanten contracteerden uit eigen land de veel kleinere maar uiterst beweeglijke olifantengroep van het circus Roberts en huurden voor het hippische element de prachtige schimmels van het Duitse circus Hagenbeek. Hun eigen inbreng blijft ditmaal beperkt tot het optreden van de beeldschone Jasmin Smart, die als spreekstalmeesteres optreedt. Want de organisatie en regie ble ven in handen van de BBC, die nu in Ian Smith, bekend van de nieuwe serie supersterren, de grote circusspecialist hebben ge vonden. Ian Smith komt er eerlijk voor uit dat hij een puur liefhebber is. Op het jaarlijkse circusfestival van prins Rainier in Monaco treedt hij als jurylid op. Op uitnodiging van de Russen heeft hij onlangs ge filmd bij het beroemde Russische staatscircus van Moskou en men hoeft maar even aan te dringen om uitvoerige uiteenzettingen te krijgen over de geschiedenis van het Engelse circus, beginnend met de legendarische Philip Ast- ley, hoog en stijf in zijn oude hu zarenuniform op zijn fameuze strijdros Gibraltar. De grote FINALE, vol kleurrijk geschitter Kijkspel Astley, zo vertelde Smith enthou siast, is in de 18de eeuw de schepper geweest van het circus zoals wij dat thans nog kennen; het schitterende kijkspel vol va riatie. En Smith weet precies dat Lord Sangers de laatste eigenaar is geweest van circus Astley. Zijn eigen jeugdherinneringen hebben betrekking op Bartram Mills, het aristocratische circus dat in wezen de grondslag voor de typisch Engelse kersttraditie van dit spektakel werd. Want het was tijdens de kersttijd dat het circuè Mills telkenmale zijn hoogtepun ten vierde, compleet met de tradi tionele lunch voor 1500 genodig den, waarbij de adel met de ar tiesten aanzat. In Londen was Mills, zo herinnert Ian Smith zich, eenvoudig niet te kloppen en het spijt hem oprecht dat deze zo uiterst stijlvolle on derneming niet meer bestaat. "Ik geloof niet dat wij als televisie makers de dood van vele circus sen op ons geweten hebben. De echte sfeer in een tent kunnen wij toch niet overbrengen. Het tele visiecircus ontleent zijn kracht aan de wisselwerking tussen het spektakel en de reactie daarop van het publiek. Vooral de kinderen spelen daarbij een belangrijke rol en veel van het camerawerk heeft daarop dan ook betrekking. Als zodanig zie ik het filmen van een circusvoor stelling juist positief voor het cir cus zelf. Wie zich echt rondom de piste schaart beleeft of hervindt zijn jeugd in de bonte droom van het circus. Als wij deze gedachte met onze kerstshow kunnen uit dragen, geloof ik vast en zeker dat televisie en circus elkaar gevon den hebben".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 4