't Lijkt zo sim Ongelijkheid wakkert de begeerte aan We moeten bewust proberen gelukkig te zijn VRUDAGVOQRDEEl I De Jeugd verveelt zichi I Carrière maken als Sylvia Kristel Gij zult niet begeren! Lachwek kend klein staat dit gebod te mid den van de maalstroom van uitin gen die ons oproepen om vooral wèl te begeren. Het gebod, "Gij zult niet begeren", lijkt zo simpel na te le ven, maar ligt ten grondslag aan veel van datgene wat wij als minder prettig op deze aardbol ervaren. Veel van ons misnoegen wordt immers ingegeven door het feit, dat we iets niet hebben wat een ander wel heeft? Of waarvan we menen dat het hebben ervan ons verheft boven onze buurman, ons buur land, de rest van de wereld? Al naar gelang het gaat om ons eigen zelf of om de nationalistische gevoelens van ons land. Gij zult niet begeren 't Lijkt zo simpel, maar iedereen die ook maar een luttel ogenblik bij zich zelve te, rade gaat zal voor zichzelf moeten bekennen, dat het niet het eenvou- digdst te gehoorzamen gebod van de tien geboden is. Gij zult niet do den, dat ligt nog al makkelijk, je moet er nogal wat voor doen als je het gebod tenminste letterlijk neemt. Maar hoe gemakkelijk wens je niet iemand dood? Misschien wel toen rond Kerstmis 1972, toen uit gerekend op het feest van de vrede de Amerikanen grootscheepse bombardementen uitvoerden op Vietnam. Misschien begeerde u toen wel, in een stil moment, de dood van dat kleine groepje men sen, dat in feite op dat moment be slist over leven en dood van men sen als u en ikMensen die ook part noch deel hadden aan de grote politiek. Wat onwerkelijk? Dje begeerte uit machteloosheid ingegeven, niet eens om zelf iets te bezitten, dat toch onlosmakelijk is verbonden aan begeren? Jawel, maar ook toen wilden zij die zo reageerden wel de gelijk zelf iets: een niet door zulke gewelddadige gebeurtenissen wreed verstoord kerstfeest bij voorbeeld. 't Paste niet in de ge wenste sfeer, 't gebeuren hoorde er niet bij, zoals we pok hongersnood in grote delen van de wereld ver bannen naar de uiterste hoeken van onze gedachten als we ons aan de feestelijke kerstdis zetten. Dat bombardement toen, in 1972 kwam zo ontstellend rauw en hard uit de lucht vallen, dat alleen de al lergrootste cynisten deden alsof ze zich konden veroorloven om er met een wijde boog omheen te lopen. Misschien zullen zy die het volko-' men eens waren met de politiek de Amerikanen op dat moment de dood van al die "verrekte munisten", oorzaak toch van de el lende, hebben gewenst, be geerd Gij zult niet begeren. Laten we het dichter by huis, bij ons zelf in de directe omgeving zoeken. Grote, wereldpolitieke zaken zullen maar 'weinig zekere begeerten in onze gedachten en gevoelens opwekken. Trouwens de kern van alle wereld problematiek ligt dichtbij onszelf, indachtig een spreuk van de Bond zonder Naam: "Verbeterde wereld, begin bij u zelf'. Een spreuk die wonderwel past bij het gebod, gij zult niet begeren Veel van het politieke machtsstre ven, zoals dat vertaald wordt in re soluties in de Veiligheidsraad en de Verenigde Naties, in de Europese Gemeenschap, in gesprekken tus sen rijke en arme landen, zyn terug te voeren op begeertes. Naar macht, naar grondstoffen, naar welvaart voor het eigen volk. Het volk, u en ik, verzet zich er vaak niet tegen, enkele roependen in de woestijn daargelaten. Omdat veel ervan met ons denken overeenkomt, of onze aandacht niet heeft in de strijd om het dagelyks bestaan. die "koopjes" willen profiteren Ongelijkheid In die strijd, in die grauwheid van alledag, zijn de meeste van onze overtredingen van het gebod "Gij zult niet begeren" vanzelfsprekend terug te vinden. Waarby het ons knap moeilijk gemaakt wordt. Om dat, en dat is naar mijn mening fun damenteel, de ongelijkheid direct om ons heen nog zo groot is. Al be weren tegenstanders van nivelle ring bijvoorbeeld het hardst, dat dit nog wel meevalt. Als we echter al leen maar eens letten op de onge lijkheid bij zoiets primairs als het wonen, waarbij dan nog niet eens het wel heel grote contrast tussen "goudkusten" en krottenwijken behoeft te worden genoemd. Maar waarbij we bijvoorbeeld ook best even in ogenschouw mogen ne men, dat de fra&ist gelegen stukjes grond in een gemeentelijk - be stemmingsplan nooit worden be bouwd met woningwetwoninkjes. Die ongelijkheid nu wakkert be geerte aan: en op alle mogelijke worden we geprest om te begeren. Dat gaat vaak heel subtiel, met name in de reclame. In allerlei reclame-uitingen wordt maar al te vaak, zeker als het de zogenaamde luxe artikelen betreft, de schijn gewekt dat het bezit van het gepre zen goed pas het ware geluk brengt. Of gebruik van een bepaald artikel de eeuwige jeugd, de stralende glimlach en wat al fraais niet meer te bedenken is, zal brengen. Veel van die artikelen, nodig of niet (op allerlei manieren zal telkens weer worden gepoogd om het onmis kenbare van het bezit ervan aan te geven) kunnen we ons gemakkelijk verwerven als we beschikken over enig geld. Ingewikkelder wordt het als die voor het geluk zo nodige zaken meer geld kosten dan we kunnen opbrengen. Afbetalingssystemen, handige colporateurs, persoonlijke leningen brengen het begeerde dan toch binnen bereik. Maar in veel gevallen met de nodige ellende, waaraan sociale diensten van ge meenten en maatschappelijk wer kers handenvol werk hebben. Via schuldsaneringen valt er dan dikwijls nog uit te komen, maar an deren hebben zelf dikwyls al geko zen voor een zekere vorm van sane ring: door diefstal of bedrog te ple gen hoopt men aan geld te komen om de gaten te kunnen vullen die Door Jan Uitzetter zijn ontstaan, omdat men gemakke lijk aan begeerten toegaf. Wie zoals ik dikwyls getuige is geweest van rechtszaken kent het niet onwaar achtige motief van vele gelegen- heidsdieven. "Ik had het geld nodig voor myn huisgezin". Aarhof het gebod "Gij zult niet stelen". Daarbij hoef je dan niet te denken aan spectaculaire kraken. Nee, we hoeven maar terug te gaan naar onze eigen jeugdzonden. Moeder die haar kind een snoepje weigert. Het kind, verstoord door die weige ring, weet dat het voor een dub beltje iets kan uitzoeken uit de snoepbak van de supermarkt. Dat dubbeltje zit vast wel in moeders portemonnee en dat éne dubbeltje zal ze echt niet missen Stelen om het begeerde binnen be reik te krijgen. Een tamelijk schok kend voorbeeld stond enige maan den geleden te lezen in de Midas- krant, een krant uitgegeven vanuit het. Alphense jongerencentrum Midas. De redacteur stelde een ze kere O. de vraag: "Vaak zie ik je in winkelcentrum de Aarhof, wat doe je daar?" Onbekommerd ant woordt O.: Net als iedereen jat ik in de Aarhof. De Hema is het sportter rein: sieraden, snoep, schrijfwaren. Op een keer hadden we een hoed en een sjaal opgezet en zijn zo de deur uitgelopèn. We kwamen de be drijfsleider tegen. Die hebben we keurig gegroet. Ik heb ook een keer een grote kaas gejat, die jongen zag het niet eens. Sommige lui van de Hema malen er niet om, dat er gejat wordt. Het zyn lulletjes. Behalve voor de sport jatten er veel uit ver veling". Een pure crimineel ben je snel-ge neigd te denken. Toch geeft die on bekommerde verklaring te denken. Jatten niet alleen om het gewin, maar ook uit begeerte om de verve ling te verdrijven. De gemeenschap zou daarvoor een open oog moeten hebben, hetgeen O. trouwens in het vervolg van het interview ook zelf zegt. Op een vraag of de gemeente iets zou kunnen doen aan de Aar hofjeugd: "De gemeente doet niet veel aan de verveling. Ze moesten een houten keet of zo op de par keerplaats zetten. En dan 's mid dags open gaan of zo. Komt nog bij, dat de jeugd ook niet laat weten, dat zij zich verveelt: de jeugd moet de gemeenteraad vertellen wat ze wil, want de gemeenteraad onderschat het proble De winkeliers hebben inmiddels het probleem wel onderkend. Een dit voorjaar gehouden enquête on der Aarhof-bezoekers wees uit, dat het winkelende publiek zich nogal ergerde aan de Aarhofjeugd. Een ergernis die de beheerder van het winkelcentrum, Brevast in Utrecht, voorlopig niet wil wegne men door meer politie-optreden. "De jeugd is immers onze toekom stige klant. We zullen het daarom moetenyzoeken in iets organiseren voor de jongeren die naar de Aarhof komen. Wat dat zal moeten zijn, be kijken we op het moment nog. Maar er gaat iets gebeuren". Waarbij in schakeling van de Aarhofjeugd naar mijn mening zeker zinnig zal zijn. Hypocrisie Gij zult niet begeren onkuisheid denkt iemand er bij die geboren en getogen is in een katholiek gezin, want velen zullen tijdens Gods dienstlessen op school hebben ge leerd: "Gij zult geen onkuisheid begeren". Naar de betekenis van dat woord "onkuisheid" mochten we aanvankelijk raden en zo letter lijk hoefden we dat woord trou wens ook niet te nemenDat het wel letterlijk werd en wordt genomen is duidelijk. Nog maar kort geleden immers stortte de halve wereld pers zich uit over de toekomstige Amerikaanse president Jimmy Carter, nadat die in een interview in Playboy had gezegd, dat hij in ge dachten meermalen overspel had gepleegd. Hypocrisie ten top gedreven: want welke man zal durven beweren, dat hij nog nooit zekere gedachten heeft gehad bij het zien of leren kennen van een andere vrouw dan de zijneEn ook dat begeren kan het begin zyn van narigheid. Denken we alleen aan het groeiend aantal echtscheidingen, de mis-, handelingen van vrouwen, de toe nemende geestelijke wreedheid tussen mannen en vrouwen. Dat de openheid over sex en het vrijer daarmee omgaan daarmee iets te maken zouden hebben, een voor hen die roepen om een ethisch reveil min of meer vast staand ge geven, gaat naar mijn mening te ver. Dat bepaalde ermee samen hangende problemen nu ook dui delijker aan het daglicht treden is wel juist: maar de problemen zelf zijn zo oud als de mensheid. Gij zult niet begerenTheolo gen, psychologen, filosofen zouden er pagina's vol over kunnen schrij ven. En doen dat eigenlijk ook en hebben dat altijd gedaan. Het bege ren heeft immers alles te maken- met onze menselijke onvolmaakt heid, met ons onvolkomen geluk. Het zoeken naar dat wolkeloze ge luk, de volkomen veiligheid, de blijvende liefde zijn de verklaring voor dat steeds maar weer begeren. Daarop wordt ingespeeld door alles rondom ons in de moderne consumptie-maatschappij. In de ons omringende wereld vinden we ook de voorbeelden terug hoe men sen er niet of wel, meer of minder in geslaagd zijn om datgene te berei ken, wat we zelf zo graag hadden willen bereiken. Tevreden Niet begeren Het is moeilijk, het zal ook nooit helemaal lukken. Maar veel begeertes zouden een stuk minder zijn als we allemaal ons uiterste best zouden doen om tevreden te zijn met het eigen be staan, met het bewust proberen gewoon gelukkig te zijn. Lukt dat min of meer, dan kan een grote be geerte pas goed uit de verf komen en kan er ook echt gewerkt worden aan de vervulling daarvan. "Ik wil dat iedereen zo gelukkig is als ik".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 35