Een wezenloos
kitsohverhaal
Twee aantrekkelijke naslagwerken
Kijken naar dieren
Bemoedigend optimisme A. Zischka
Agatha Christie
blijft 'n begrip
UHB3!
Hamelinks laatste boek
Gevallen
tronen:
boeiend
fotoboek
van Judd
Op deze pagina bijdragen van Han Mulder, Koos Post, C. J. Rotteveel en Paul Marijnis
Het lezen van het laatste boek van Jacques Hamelink, Een
reis door het demiurgenrijk, veroorzaakt bij mij een on
aangenaam gevoel, niet zozeer van walging, als wel van
schaamte - zoiets als een weldoorvoede toerist die lastig
gevallen wordt door een paar Indiase bedelkinderen- het is
heel onaangenaam dat zoiets gebeurt, en het is echt zijn
schuld niet, maar het blijft toch irritant - en het weekend is
er toch een beetje door bedorven.
Ik bedoel dit Hamelink is toch
geen scholier die kranig uit de
hoek wil komen in de school
krant, hij heeft toch een aantal
boeken geschreven die echt niet
zo slecht zijn - en dan dit!
Goedkoop gefilsofeer-van-de-
kouwe-grond, vermengd met
wonderen-uit-het-laboratorium-
van-Professor-Lupardi,
de Demonische Geleerde, en al
les gesteld in werkelijk erbarme
lijk Nederlands. Net of je een
stenciltje leest dat door een idiote
Amerikaanse sekte op zaterdag
middag in de Haarlemmerstraat
wordt uitgedeeld: hetzelfde
kreupele geklets, dezelfde voor
liefde voor termen, woorden van
waarvan de gebruikers absoluut
niet weten wat ze eigenlijk bete
kenen, maar die ze zo mooi vin
den klinken.
Een voorbeeld: "Daar (in het de
miurgenrijk, pm) is alles bewe
ging, fauneske wanorde. Heer
schappij van het onvoltooide.
Scheppende verbielzucht. Coa-
gulatie, Cefalisatie, die niet tot
staan komt. Paradijs voor neofie
ten, onrustige naturen die na ie
dere maaltijd de tafel stukslaan.
Hier beheersen de uitvindingen
het leven, oneindig opwindend
en van een superieure onbruik
baarheid. In het onmiddellijke
geen geschiedenis: manetismen,
mersmerismen".
Tja.
Maar misschien is dit de bedoeling
Elseviers in Amsterdam heeft drie grote en
kleurrijke prentenboeken-voor
volwassenen uitgegeven. Over paarden,
honden en katten Voor f 19,50 per stuk.
Zo vlak voor St. Nicolaas komt de Amster
damse uitgeversmaatschappij met smake
lijk lees- en kijkvoer voor de paardengek-
ken, de hondenliefhebbers en de katte-
naanbidders. Bij elkaar is dat een heel stevig
deel van het Nederlandse volk. Men kan
bijna zeggen, dat er in dit boekentrio wel
voor een ieder iets naar zijn gading is. Of
men moet niet van dieren houden, dat kan
ook!
Maar de vrienden van paarden, honden of
katten kunnen op de avond van de vijfde
december zo'n boek in hun "schoen" ver
wachten. Ze zien er inderdaad voortreffelijk
uit. Machtig geïllustreerd. Niet alle foto's
zi,jn origineel. Sommige hebben we al eens
elders gepubliceerd gezien, maar dat neemt
niet weg, dat deze boeken een rijke verzame
ling van platen te zien geeft in prachti dru
kwerk uitgevord. prachtig verhaaltjes daar
bij zijn dan niet zo verschrikkelijk belang
rijk, hoewel Elsevier erkende grootheden
op dat gebied heeft aangetrokken.
Caroline Silver is in het paardenwereldje
bepaald geen onbekende publiciste, Wendv
Boorer heeft al menig goed verhaal over
honden geschreven en datzelfde geldt voor
Harvey Loton op het gebied van katten.
Maar verwacht geen baanbrekende stukken
in deze boeken. Het zijn de obligate verhaal
tjes, die men al meer heeft kunnen vinden.
Maar ze zijn goed leesbaar en het gaat in de
eerste plaats om het kijkgenot. En wat dat
betreft heeft Elseviers heel wat te bieden.
K.P.
wel, misschien is de doelgroep
(zoals de reklamemensen zeggen)
voor dit boek wel te vinden in de
kringen van vliegende-
schotelkenners, sciencefiction-
freaks, aanhangers van de trans-
cedente meditatie en dergelijke.
Want het boek is gespeend van
iedere duidelijkheid: ik heb het
twee keer gelezen en ik weet nog
steeds niet wat eigenlijk de be
doeling is.
Het gaat over een reis, dat is duide
lijk. Waarheen? De titel verraadt
het al: door het demiurgenrijk.
Wat is een demiurg?
Ook dat kan ik u vertellen: demiurg
is een griekse term waaronder
men een "ambachtsman" ver
staat volgens Plato is de De
miurg een god, die de wereld uit
meetkundige figuren heeft sa
mengesteld. Maar de demiurgen
bij Hamelink zijn eerder ontleend
aan de Disney-fïlm Fantasia, dan
aan Plato.
Goed. Wat maakt de ik-figuur (Ha
melink?) allemaal mee? Te veel
om op te noemen maar samen te
vatten onder de noemer "flauwe
kul". Handen komen door mu
ren, potloden veranderen in sa
lamanders, potloden die uit zich
zelf schrijven. Bepaald kinder
achtig wordt Hamelink als hij
grappen gaat maken: 'geen kip
die zich voor die hanepoten inte
resseert".
Uit de inleiding worden we ook al
niet wijzer "Ik had geen stand
punten meer, ik hoefde me dus
ook niet langer te identificeren
met mezelf. Logisch dat het
idee van de reis zich aandiende.
"Vooral de woorden 'dus' en 'lo-'
gisch' zijn hier nauwelijks op hun
plaats.
En in het nawoord heet het 'Mate
rialisaties, modificaties,svernie-
tigingen. Daarop ligt bij ons (de
demiurgen) de nadruk. Er zijn
andere systemen denkbaar dan
het onze. Aan ons die te verwe
zenlijken, die uit te putten'.
Dat maakt ons dus al even wijs. Is
het woord 'reis' misplaatst, is hier
eerder sprake van een 'trip'? Pro
beert Hamelink de surrealist, de
science-fictionist uit te hangen?
De Ziener die ons erop wil wijzen
dat er 'nog meer dingen zijn tus
sen hemel en aarde?' En wat be
tekenen die vreemde vignetjes
tussen de korte hoofdstukjes? En
waarom staat er een oog op de
omslag? Wie het weet mag het
zeggen. Dan kan hij mijn exem
plaar van dit wezenloze kitsch-
verhaal cadeau krijgen.
Jacques Hamelink: Een reis door
het demiurgenrijk; De Bezige Bij.
P.M.
Na de stroom van boeken en rapporten met
sombeere voorspellingen over de toekomst
der mensheid (Club van Rome), worden er,
gelukkig, meer en meer optimistische ge
luiden gehoord. Ik denk bijv. aan het boek
van Jesn Saint-Geours, Vive la société de
consommation (Leve de consumptiemaat
schappij) en nu is er, van de bekende Oos
tenrijkse auteur Anton Zischka een "opti
mistische inventarisatie" onder de titel "De
wereld is nog steeds rijk" (uitg. Keesing,
Amsterdam, prijs f 49,50).
Zischka - nu 72 - verwierf zich naam door
zijn populair-wetenschappelijke boeken.
die altijd van gedegen studie getuigden. Zo
ook dit nieuwe werk dat, aan de hand van
zeer overzichtelijke cijfers en feiten, aan
toont hoe het scheppend vermogen van de
mensheid een onafzienbaar aantal barrières
heeft overwonnen en daarmee nog dagelijks
voortgaat. De schrijver haalt de grote den
ker Kant aan, die de vruchtbaarheid van de
bodem toeschreef aan het met de regen
neerkomende zeezout. Had men Kants be
mestingsleer gevólgd, dat zou het grootste
deel der mensheid zijn verhongerd. En
Zischka voegt daaraan toe: "Tegenwoordig
zijn er dozijnen, ja honderden beroemdhe
den, die een buitengewoon denkvermogen
koppelen aan een ongelooflijke onwetend
heid in het alledaagse bestaan".
Zischka ontkent allerminst milieu- en
grondstofproblemen of bevolkings- en
maatschappijvraagstukken. Maar de vin
dingrijkheid van de mens is groot en een
kreet als bijv. "bevolkingsexplosie" wordt
gevaarlijk gegeneraliseerd. De halve aarde
is nog leeg: slechts 76 miljoen van de 148
miljoen km2 vaste land op onze planeet
worden benut, de rest wordt als z.g. "woeste
grond" beschouwd. Maar "woeste grond" is
een achterhaald begrip, woestijnen worden
groen en kunstmatige bevloeiing vergroot
de opbrengst tot het zestienhonderdvoudi-
ge. Zischka geeft de belangstellende lezer
veel stof tot nadenken, hy is royaal met cij
fers en andere gegevens, die zijn opvattin
gen vaak krachtig ondersteunen. Kortom,
wie zich zorgen maakt, mag dit boek dat ons
wijst op de reusachtige ongebruikte moge
lijkheden, beslist niet ongelezen laten.
Zischka schreef een zeer verrassend boek,
dat een fel licht werpt op klakkeloos aanv
aard pessimisme. Zyn werk is verlucht met
32 voortreffelijke kleurenfoto's.
C.J.R.
"Moord uit het verleden", het laatste boek van Agatha Christie
verschenen bij A. W. Sijthoff in Alphen aan den Rijn (f 12,50).
Eigenlijk hadden we al afscheid genomen van de overleden Britse
thrillerkoningin Agatha Christie. Dat was bij het verschijnen van
haar boek "Het doek valt", dat tevens het verscheiden van de
Vlaamse detective Hercule Poirot betekende, de scherpzinnige
speurder, die altijd op een zeer eigengereide en weinig orthodoxe
manier de misdaad en de beoefenaars van dit ambacht te lijf was
gegaan. Het werk was ruim tevoren geschreven, maar Agatha
Christie had aanvankelijk bepaald, dat het pas na haar dood zou
mogen worden vrijgegeven.
Zolang heeft het niet geduurd, maar wij dachten toen toen wei naar
laatste boek in handen te hebben. Maar daarbij hebben we over
het hoofd gezien, dat Agatha Christie door de tijden heen nog een
andere speurder aan het werk heeft gehad: de onvergelijkbare
Miss Marple, het eigenzinnige oude dametje, waarschijnlijk de
grote favoriet van haar schepper. En dat pientere vrouwtje gaat
"ouderwets" te keer in de Moord uit het verleden.
Het lijkt nauwelijks mogelijk, dat dit inderdaad haar laatste avon
tuur is. Want Miss Marple gaat niet dood. Integendeel, hoogst
levenslustig dartelt ze door dit echte Christie-verhaal heen. Vol
met mysterieuze moorden, die diep in de geschiedenis wortelen.
Juist, dat spelen met de historie, dat vlechten van die kronkelige
banden met het verleden, dat naast elkaar zetten van wat is en
wat was, is iets, waarin Agatha Christie zich altijd gevoeld heeft
als een vis in het water. Het is dan ook met groot genoegen, dat we
dit boekje hebben gelezen. Genoegen gemengd met weemoed,
omdat het inderdaad de laatste Christie moet zijn.
Ongetwijfeld zullen er vele andere thrillerauteurs zijn en er zullen
er nog talloze komen. Maar Agatha Christie is voor ons een be
grip. Haar werk is een blijvend standbeeld voor haar originele
schrijftrant. Men leze "Moord uit het verleden" er maar eens op
Jonge tak van
taalwetenschap
"Sociolinguïstiek" door René Ap
pel, Gerard Hubers en Guus
Meijer (Aualaboek nr. 575, uitgave
Het Spectrum - Utrecht-
Antwerpen, prijs f 9,50).
Een heel helder boekje over een
nog jonge tak van taalwetenschap.
De sociolinguïstiek benadert de
taal als maatschappelijk verschijn
sel. Taal past zich aan bij verander
ende sociale relaties Politieke be
slissingen beïnvloeden de ontwik
keling van taal. Dat overdreven pu
risme bij taal vaak wordt ingefluis
terd door een zich in de eigen taal
aangevallen voelen, is voldoende
bekend. En anders is een reisje naar
Vlaanderland al voldoende.
Vele kanten van de taal als maat
schappelijk verschijnsel worden -
misschien soms wat al te beknopt -
aan de orde gesteld. Zaken als "u"
of "jij", de pidgin-talen, taal als ve
hikel voor nationalisme. En nog
veel meer. Een leuk boekje.
H.M.
Werd de Russische keizerlijke fami
lie op 12 juli 1918 in Jekaterinen-
burg vermoord of kreeg zij toch nog
gelegenheid te ontsnappen? Nog
zijn er die in het laatste geloven en
zeker niet op losse gronden. Zo ver
scheen er vorig jaar in Amerika een
boek van Guy Richards met de veel
zeggende titel "The rescue of the
Romanov" Maar de Engelse auteur
dr. Denis Judd, een groot deskun
dige op het gebied van vorstenhui
zen, verwijst dergelijke verhalen
naar het rijk der fabelen (hoewel hij
het boek van Richards waarschijn
lijk niet gelezen zal hebben). In zijn
fraaie fotoboek Gevallen tronen
(uitgave De Haan-Unieboek, Bus-
sum, prijs f 27 JjO) twijfelt hij geen
ogenblik aan cle moord op de tsaris
tische familie, uitgevoerd in op
dracht van de communistische par
tij in JekaterinenburgEn ook de
iaanspraken van Anna Anderson
dat zij de jongste dochter Anastasia
zou zijn, worden tussen de regels
door van een groot aantal vraagte
kens voorzien.
Behalve de Romanows komen ook
tal van andere verdwenen vorsten
huizen ter sprake .achtereenvolgens
de Hohenzollerns, de Habsburgers,
(de Romaiiovs), de Zuideuropese
monarchieën in Portugal, Spanje
en Italië (in Spanje intussen her
steld) en de vorstenhuizen op de
Balkan in resp. Albanië, Bulgarije,
Roemenië, Joego-Slavië en Grieken
land. Judd's boek is bovenal een
boeiend fotoboek met meer dan 300
illustraties in zwart-wit en acht
pagina's in kleUr, maar men denke
niet gering over de tekst die, samen
met de onderschriften van het foto
materiaal, een schat van gegevens
bevat. Die wordt dan tenslotte afge
rond met acht pagina's genealogi
sche tabellen van tien vorstenhui
zen. Wie zich uit losse artikelen
maar een vage indruk omtrent de
verdwenen vorstenhuizen heeft
kunnen vormen, vindt in deze
mooie uitgave een uitnemend over
zicht.
CJ.R.
deel 10 (Uitgeverij Het Spec
trum b.v. Utrecht-Antwerpen).
Deel 10 van de Grote Spectrum En
cyclopedie loopt van Jordaniè tot
en met Stanley Kubrick, de Ame
rikaanse filmregisseur. Ook nu
weer is men onmiddellijk en
thousiast over de esthetische
vormgeving en de uitgekiende
visualisatie van de onderwerpen.
Dit deel bevat een aantal langere
artikelen over bijvoorbeeld ker
nenergie, het kind, kastelen
Koude Oorlog en kostuumge
schiedenis. Daarnaast gaat
voort met de grondige behande
ling van de landen. Ik noerr
nia en Korea als goede voorbeel
den.
Een encyclopedie heeft globaal ge
zegd twee taken. Ze moet ant
woord geven op de vraag "Hoe zit
dat ook weer precies?" (de
clopedie als check). Daarnaast
moet zij de volstrekt leek-lezer
kunnen binnenvoeren in gebie
den die tot dan toe door niet-
weten waren afgegrendeld (de e.
als bron van nieuwe kennis). Veel
critici toetsen een encyclopedie
eigenlijk alleen maar aan de hand
van de eerste taak. Begrijpelijk,
maar toch niet helemaal eerlijk.
Men ligt dan op de loer, waar die
te bespreken encyclopedie een
steek laat vallen en dat doen ze
natuurlijk allemaal wel (zo weet
ik zeker dat de man op de foto op
pagina 496 niet de Amerikaanse
U-2-piloot Gary Powers is). Meer
reëel en nauwer verwant aan wat
men in het dagelijks gebruik met
een encyclopedie zal doen, is zo'n
werk eens te raadplegen en te ij
ken op zijn tweede, hierboven
omschreven, taak.
Ik heb dat met dit deel 10 van de
Spectrum ook eens geprobeerd,
te weten met 'kernenergie' en
met 'kennistheorie'. In beide ge
vallen kwam ik een heel stuk, zij
het niet helemaal tot het einde.
De in segmenten neergelegde be
schrijving van een filosofische
categorie als de kennistheorie,
biedt de leek een eerste grondige
ordening (de fasen van bewust
zijn, waarneming, algemene wet
ten). Men wil meer weten. Niet
alle antwoorden van de Spec
trum komen door en er ontstaan
tegelijkertijd bij de lezer nieuwe
vragen.
Dat siert een encyclopedie, voorzo
ver die vragen ontstaan, omdat de
lezer door de geboden stof tot na
denken is aangezet. Het is jam
mer dat behalve boeken die in de
tekst zelf worden genoemd, geen
verdere titels aan bibliografie aan
het slot van de artikelen worden
genoemd. Dat neemt niet weg dat
de Grote Spectrum Encyclopedie
zich voortreffelijk van die tweede
tevens verreweg moeilijkste taak
kwijt. Ook in dit deel 10 weer.
H.M.
LAROUSSE 15
Ook deel 15 van de Grote Neder
landse Larousse Encyclopedie
(van Lavki tot Marokko) is een
aantrekkelijk boekwerk van
ruim 700 bladzijden. De royale il
lustraties bijna 2400 zwart-witte
foto's, grotendeels in de marge,
29 dito kaarten, plus 32 pagina's
kleurenfoto's - geeft dit boek een
levendig voorkomen. Met volle
dig behoud van het niveau krijgt
zo'n "brok geleerdheid" daar
door een vriendelijke presenta
tie.
De opzet van de Larousse is (uit
gave van Scheltens en Giltay,
Den Haag), bekend. Zij onder
scheidt zich van andere encj'clo-
pedieën, behalve door de ruime
illustratie, door het grote aantal
trefwoorden. Aan verzamelarti-
kelen ontbreekt het allerminst,
maar daarnaast zijn de "details"
afzonderlijk als trefwoord be
schreven, mede een gevolg van
het opnemen van een volledig
woordenboek van onze taal.
Men kan dus, zonder zich eerst af te
vragen tot welk onderwerp een
bepaald woord behoort, inééns
terecht, eventueel met een ver
wijzing naar een uitgebreide toe
lichting in ruimer verband. Zo
komt minister Luns io dit deel
tweemaal voor, natuurlijk omdat
hij alfabetisch aan de beurt was,
maar verder, min of meer toeval
lig, ook bij "lichten": hij "licht",
innemend als altijd, "de hoed",
wat met een foto wordt verduide
lijkt.
Zo'n trefwoord als "lichten" (van
een schip, de hoed, de staar, een
lade, rails, een akte, enz. enz.) le
vert een volle kolom informatie
op, die er, met soortgelijke tref
woorden, toe bijdraagt aan deze
encyclopedie een wat minder
loodzware indruk te geven dan
andere, overigens zonder tekort
te doen aan de wetenschappe
lijke waarde.
Nog een paar grepen uit dit deel:
Londen en en Luxemburg zijn
elk vertegenwoordigd met zes
pagina's tekst en twee pagina's
kleurenfoto's, Leonardo da Vin
ei, Manet, Mantegna, Madrid en
Madagascar elk met èèn pagina
kleur en Marokko met twee plus
zes bladzijden tekst.
De maan was goed voor vijf pagi
na's tekst en de beide Limburgen
samen voor elf.
Natuurlijk zijn er hier en daar
kleine tekortkomingen. Van de
Engelse schrijver Le Carré had,
naast de zes vermelde boeken,
toch ook "The spy who came in
from the cold" genoemd mogen
worden en bij "Leiden" misten
we een korte vermelding van de
Burcht en een afbeelding van het
vermaarde stadswapen, temeer
omdat de wapens van Leiderdorp
en Leidschendam wèl zijn afge
drukt. Ook de Franse Hugenoten
ontbreken, ofschoon die in het
vorige deel toch wel onder "la
kenwevers" staan vermeld.
Maar dit zijn kleinigheden. Als ge
heel b'rengt ook deel 15 weer een
schat van uitstekend verluchte
kennis, die (zoals bij Libanon) tot
het laatst is bijgewerkt.
Grote Nederlandse Larousse En
cyclopedie, deel 15, uitg. Schel
tens en Giltay, Den Haag).
C.J.R.
Keizer Frans Jozef op het hofbal in Wenen, naar een aquarel van W.
Gause in Wenens Stedelijk Museum