I
PvdA: alles-of-niets denken
Carters interview in de oktober Playboy
Wethouder in
actie als
"sportwerker
^OIN UtKUftU Zö U1S.
-4'
Door
mr. F. Portheine
lid Tweede
Kamer voor VVD
In mijn laatste bijdrage schreef ik
een voorbeschouwing over het
jaarlijkse grote politieke debat
over de miljoenennota en de
Troonrede. Nu zijn de „algemene
beschouwingen over de Rijksbe
groting 1977", zoals ze officieel
heten bijna alweer vergeten.
Maar de kruitdamp van wat er
zich omheen afspeelde is nog he
lemaal niet opgetrokken.
Aan dat geheel wil ik vandaag mijn
bijdrage wijden. Vlak voor het
politieke debat werd de be
roemde opiniepeiling van het
NIPO/Rooie Haan gepubliceerd.
Die gaf een forse winst aan voor
de VVD. Uit de VVD-reactie is
duidelijk gebleken, dat wij er niet
van houden om acht maanden
vóór de verkiezingen ons met
deze peiling rijk te rekenen. Wij
hebben er in het debat dan ook
geen aandacht aan geschonken.
Maar als ik zie, dat in de PvdA-
hoek tallozen elkaar in de haren
zijn gevlogen over de methode
van onderzoek en de resultaten
zou je toch zeggen, dat op zijn
minst enige betekenis aan de re
sultaten van de peiling mag wor
den gehecht. En die betekenis is,
dat de kiezers in toenemende
mate zich afwenden van dat wat
ik als dogmatisch-socialistische
experimenten zou willen be
stempelen.
Debat
Het politieke debat in de Tweede
Kamer was niet opzienbarend.
Het kabinet-Den Uyl werd het,
behalve door Wiegel c.s. niet al te
lastig gemaakt. De antwoorden
van de premier en de minister
van Financien waren - het werd
algemeen erkend - uiterst mat en
maakten niet de indruk, dat het
kabinet de grote problemen,
waarmee ons land kampt, werke
lijk de baas kan. Hoewel het CDA
niet al te sterk opereerde werden
er toch een paar moties van die
zijde ingediend, door de Kamer
aanvaard: één overeen verhoging
vandeuitgavenvoorDefensie.de
andere over een vermindering
van de overheidsuitgaven als ge
heel met 1 miljard. De eerste mo
tie speelt al binnenkort bij de be
grotingsbehandeling van Defen
sie, de andere wordt pas actueel
in het vroege voorjaar van 1977.
Wij zullen ongetwijfeld in de ko
mende maanden nog veel horen
over de politieke spanningen, die
deze moties veroorzaken. Ik
vermeldde de matheid van het
regeringsantwoord tijdens het
debat: die is extra begrijpelijk, als
je zo een stok tussen de benen
wordt gestoken als dit n .b. tijdens
dat debat gebeurde door de in
middels ook al weer beroemd
geworden verklaring van de Par
tijbesturen van PvdA en PPR.
Verklaring
Evenals collega In 't Veld dit in
deze kolom onlangs deed wil ik
over die verklaring nog wat zeg
gen. Die verklaring houdt in, dat
slechts als Den Uyl premier
wordt, als PvdA/PPR een domi
nerende rol in de toekomstige re
geringscombinatie krijgen en als
die combinatie bij de verkiezin
gen groter uit de bus komt dan
andere combinaties (zelfs geen
zetels mag verliezen vergeleken
bij het huidige aantal) de
PvdA/PPR aan een volgend ka
binet zal meedoen.
Ik heb mij over die verklaring niet
zo verbaasd als andere commen
tatoren. De verklaring van deze
partijen is nl. een gevolg van het
machtsdenken in de PvdA, dat al
eerder duidelijk is gebleken. De
kwalijke primeur daarvan kwam
toe aan Leiden, waar in 1970 (In 't
Veld en ik waren toen spelers in
dat drama) de PvdA met een
minderheid in de raad de meer
derheid in het College van B. en
W eiste. Toen de andere partijen
dit terecht niet aanvaardden ging
de PvdA in de oppositie en wel in
een niets en niemand ontziende
oppositie, die het Bestuur van
Leiden m.i. alleen maar schade
heeft gedaan.
De PvdA nu, anders dan de
democratisch-socialisten vele ja
ren na de oorlog, gaat ervan uit,
dat zijn radicale gedachtengang
integraal moet worden gevolgd,
hoewel die gedachtengang zeker
m de volksvertegenwoordiging
slechts bij een minderheid aan
hang heeft. Er is op die houding
wel eens het stempel ondemocra
tisch gedrukt, n.b. door de PvdA
minister Duysenberg zelf.
Onvoldoende
In ieder geval houdt deze houding
onvoldoende rekening met de
rechten en opvattingen van an
dere kiezersgroepen. Het is het
alles-of-niets denken, dat strijdig
is met de democratische opvat
tingen in ons land, waar nooit een
bepaalde groep een duidelijke
meerderheid heeft.
En nu zit dan het kabinet en de
PvdA met de brokken, die door
de gemeenschappelijke verkla
ring veroorzaakt worden. Onrust
in de PvdA tweede-kamerfractiè
en in het kabinet wordt bezworen
met geruststellende verklarin
gen. Ik beschouw die verklarin
gen als een rookgordijn voor de
verschillende fundamentele ver
schillen van opvatting tussen so
cialistische en niet socialistische
partijen over het te voeren beleid
Die zullen in de komende weken
en maanden blijven smeulen.
Twee gevolgen van deze ontwikke
ling wil ik nog aanstippen: het
geheel maakt de indruk, alsof
men over de hoofden van de kie
zers heen en zonder kiezers te
raadplegen, de huid van de beer
al wil verdelen voor deze gescho
ten is. Het tweede m.i. nog kwa
lijker gevolg: Wij leven in ons
land in moeilijke economische
omstandigheden. De inflatie
woekert voort, de investeringen
stagneren, de voorspellingen
voor een reéle daling van de
werkloosheid zijn uitermate
somber.
Ik heb al eerder geschreven, dat het
kabinet niet in staat is geweest in
die genoemde factoren verbete
ring aan te brengen, laat staan op
timistischer voorspellingen voor
de toekomst werkelijk waar te
maken.
Ongunstig
De PvdA/PPR
hebben met hun verklaring de
regeerkracht, die gevraagd wordt
om de problemen de baas te wor
den ernstig in ongunstige zin
beïnvloed. Ik geloof, dat het
touwtrekken over de z.g. maat-
schappijhervormende maatrege
len. zoals VAD, grondpolitiek.
ondernemingsraden, investe
ringscontrole de punten zijn,
waarop de aandacht van het ka
binet in het licht van die verkla
ring eerder gericht zal worden
dan op verbetering van de werke
lijke essentiéle factoren, die ik
vermeldde.
Die tendens is zeker niet in het
landsbelang. Vorige keer voor
spelde ik, dat de kiezers de rege
ringspartijen daarvoor de reke
ning zullen presenteren. De opin
ieonderzoeken gaan in die rich
ting. Ik ben ervan overtuigd, dat
als het onnutte gekrakeel door
gaat, de kiezers deze tendens al
leen maar zullen versterken.
iO\ fint
V4 VII V V4I V
fp i/p/r/p 99
IC? l/C/UC? -
.JU IIS
Door Dick Tesselaar wethouder sportzaken Leiden
Mijn zoon van twaalf voetbalt. Nu
voor het tweede jaar. Toen hij vo
rig jaar deze ivens te kermen gaf.
is er nog enige tijd gemekkerd
over welke klup het dan wel zou
worden.
Zoals alle Leienaars, aan gene zijde
van de spoorlijn, konden we kie
zen utf U DO,Oegstgeest of AS.C
De keus viel op Oegstgeest. daar
zaten de meeste schoolvriendjes
op. Ik had er vrede mee. Tenslotte
is het - al doet de naam anders
v<ermoeden - een regionale klup
met een voorzitter uit Leiden .een
sekretaris uit Voorschoten en een
penningmeester uit Oegstgeest.
Helemaal ixjlgens het geijkte
beeld: Leiden de lasten, Oegst
geest de centen
Zo af en toe ging ik eens mee om te
kijken wai mijn zoon ervan bak
te. Tenslotte is het familieleven
een veel vergeten variant van het
politieke leven. Bij de start van de
nieuwe competitie ging ik de eer
ste de beste wedstrijd kijken. Het
past in hetzelfde ritueel als elk
nieuw jaar stoppen met roken.
Daar er op dat moment geen lei
der beschikbaar was.stelde ik mij
als invaller ter beschikking
Een onbezonnen daad tri het sport-
wereldje, want voor ik er zelf erg
in had, stond mijn naam de vol
gende keer als leider achter de D.4
vermeld. Als pleister op de wonde
werd mijn zoon onmiddellijk
overgeplaatst naar een ander elf
tal, zodat ik met een elf a twaalf
wildvreemde jongens ten strijde
kon trekken.
De folklore drongzo staande op het
veld, langzaam tot mij door.
"Mijnheer, mag ik aanvoerder
zijn"", nepen ze alle twaalf. Als
goed politicus dacht ik koortsach
tig na hoe ik uit dit probleem zou
kunnen komen zonder een volks
deel te kwetsenDe door mij geko
zen oplossing "allemaal om de
beurt" werd met enige verbazing
begroet.
Hij kan niet eens voetballen, laat
staan aanvoerderen"meldde een
uit de kluiten gewassen haantje
de voorste, terwijl hij een nietig
manneke utf mijn gezichtsveld
duwde Giegelend gingen ze tens
lotte akkoord, terwijl ik in den
blinde een van hen tot aanvoer
der bestempelde.
"Waf moet ik nou doen", vroeg hij
mij. Gelukkig werd ik gered door
de scheidsrechter die door een
fluitstoot het begin van de wed
strijd aankondigde. Plotsklaps
schudden allerlei wildvreemde
personen mij de handen werd mij
een vlag in diezelfde hand ge
drukt: Ik was tot grensrechter
verheven. Parmantig stelde ik
mij aan de verkeerde zijde van
het veld op, om mij na een "kom
kerel stel je nu eindelijk eens links
op" met gezwinde pas en nog
minder zelfvertrouwen naar de
overkant te begeven. En wat doe
je dan? Je holt wat af.
Je vlagt als de bal buiten de lijnen
vliegt, maar dat heeft iedereen al
gezien, 'f Is heel wat moeilijker te
zien wie hem er nou eigenlijk bui
ten heeft geschopt. Mijn intuïtie
vertelde mij dat ik een belang
rijke rol zou kunnen vervullen bij
het bepalen van buitenspel. En
plots wist ik het weer: De voor
hoede mag bij het ontvangen van
de bal zich niet achter de laatste
man bevindengespannen lette ik
op. En ja hoor, bij een vergewor-
pen inworp stond er iemand bui
tenspel. Trots hief ik de vlag,
rechtte mijn rug en verwachtte
een goedkeurend knikje van de
scheidsrechter.
Aan de manier waarop en het ge
zicht waarmee hij zich naar mij
toe repte, vermoedde ik al dat dit
toch weieens een erg eigen inter
pretatie van de spelregels zou
kunnen zijn. "Of ik er nog nooit
van gehoord had dat je bij een
inworp niet buitenspel kon
staan?" Langzaam zakte ik het
zand van de Boshuizerkade in.
Die vlag heb ik de rest van de tijd
maarzo'n beetje op kniehoogte la
ten hangen. Een lastig ding.
Bij de rust stonden de onzen met 5-0
achter en werd ik in de kantine
genood. U weet wel die roem
ruchte kantines waar de regu
liere horeca zo de pest aan heeft.
Mijn antwoord op de vraag wat
ik drinken wilde - een bakkie kof
fie - viel met een klap op de keien.
Rondom zaten de echte mannen
met de pilsflesaan de mond. Tens
lotte was het inmiddels al kwart
voor elf.
Na afloop bleek ik mij in de bureau
cratie van de sport te moeten stor
ten. Ik draafde op en af om hand
tekeningen van aanvoerders, lei
ders en de scheidsrechter te ver
zamelen. Deze cijclus doorliep ik
met verve nog een keer, nadat ge
bleken was dat ik middels een
handig carbonnetje alles in twee-
roud diende te bezitten. Heel
knusjes aanvaardden we na een
10-0 nederlaag met zijn dertienen
in een auto de terugtocht.
Alhoewel ik er behoorlijk de pest in
heb als ik op mijn vrije zaterdag
weer vroeg op moet, begin ik er
steeds meer lol in te krijgenEner
zijds omdat de jongens er lol in
hebben en een uiterst grote tole
rantiegraad ten opzichte van
mijn ondeskundigheid bezitten
anderzijds omdat ik op deze wijze
de sport ook eens van een andere
kant kan bekijken. Heren wel
zijnswerkers zie daar elk wee
kend de onbezoldigde vaders
ooms en andere aanverwanten
met duizenden jongens dartelen.
En vraag je niet af wat de geëman
cipeerde huismoeders doen. Dat
weet je gauw genoeg als ze je vra
gen, juh, loop je thuis ook altijd
met de modderpoten door de
schone kamer?"
Het was niet eenvoudig om de be
wuste Playboy te pakken te krij
gen. Toen alle kranten het nieuws
gaven dat Jimmy Carter een in
terview aan Playboy weggege
ven had kon ik nog juist bij de mij
vertrouwde zaak een oktober
nummer veroveren. Ik maakte
dezelfde vergissing als alle an
dere gretige kopers. Het inter-
vieuw dat in september al bekend
werd zou pas staan in de aflever
ing van november. Elke week in
deze maand oktober vroeg ik er
naar. Maar 't meisje, Trees, in de
zaak zei dan discreet, met het oog
op de andere aanwezigen in de
winkel: "Wat U zoekt is er nog
niet.
Dezer dagen belde ze op: "t Is er."
Met het dikke boek a 5.90 thuis
gekomen vond ik het geruchtma
kende verhaal Zoals ik vermoed
had beslaat de onzin over over
spelige gedachten van Carter
slechts één kolom van de 12 blad-
zyden tekst. Helemaal aan 'teind
lokken de ondervragers hem in
de val door te vragen: Denkt U
niet dat de wat minder gelovige
mensen zullen vrezen dat U een
koude onbuigzame president zult
zyn? Nou, dat wil Carter wel eens
even bewijzen, onder vermeend
patronage van Christus zelf, dat
hij best eens stout is geweest en
slechte dingen heeft gedaan, zij 't
maar met zijn ogen en via zijn
ogen in zijn gedachten. Dat is al
les.
Er staan eiggnlyk opmerkelijker
dingen in dat interview. Carter
houdt overal, soms 12 maal per
dag, eenzelfde grote basis speech.
Maar hij heeft altijd telkens
aparte afwisselende gedeelten bij
de hand: b.v. voor joden, voor ka
tholieken, voor negers. Telkens
een andere pet op. maar hij blijft
wel lachen. Dat hij 't toch bij de
joden verknoeid heeft deert hem
niet, tenslotte zullen niet-joden
hem president maken. Zo is dat.
Over zijn land zegt hij zonder blik
ken of blozen en niet van de wijs
te brengen door herinneringen
aan b.v. Vietnam en Chili: "Ik
denk dat ons land even sterk en
moedig is als 't 200 jaar geleden
was.Het beschikt nog steeds over
dezelfde innerlijke kracht." Ook
wil hij niet beloven dat Amerika
onder zijn presidentschap niet 't
eerste land zal zijn dat weer met
atoombommen zal gooien. En
verder mogen we er kennis van
nemen, dat deze vrome baptist zo
eens in de drie a vier weken les
geeft op een zondagsschool.
Door Piet Wesseling
Het is duidelijk dat Amerika op
Jimmy Carter moet stemmen
want, zegt hij, Amerika heeft er
recht op de beste man op die post
neer te zetten.
En de andere kandidaat dan? Ford
werd niet gekozen, noch als
vice-president, noch als presi
dent. Hij is als vice-president een
corrupte Spiro Agnew opgevolgd
en als president een notoire mis
dadiger. Daarmee is zijn
corrupt-zijn natuurlijk nog niet
bewezen. Wel gaf hij, geheel al
leen, Nixon algehele kwijtschel
ding. Hij kreeg wat Amerika be
treft de laatste restanten van het
Vietnamschandaal op te ruimen
en deed en doet dat nog op een
uiterst slechte manier.
Het Mayaguez-incident bewees, dat
Ford ook niet afkerig is van bom
bardementen. Dat Kissinger
meer is dan zijn rechterhand
waar het buitenlandse zaken be
treft bewees hij door zijn gro
teske beweringen over Oost-
Europa.
"Election-day",
eindelyk is het dan zover. De we
reld maakt zich op voor het grote
gebeuren. Hoofdredacteuren van
de kranten vliegen Amerika bin
nen, telexapparaten worden in
uiterste paraatheid gebracht. Alle
Klaas Jan Hindriksen zitten op
hnn stoelen te wiebelen. Wie gaat
de nieuwe president worden?
Maandenlang hebben we er alle
dagen over gelezen. De conven
ties kregen we'te zien en de de
batten waren te volgen.Wat op 2
november gaat gebeuren zal een
anti-climax zijn. Een afgang voor
Amerika en de zoveelste afgang
voor de wereld. Het gezag van
hen zal versterkt worden die vol
houden, dat de mensen de groot
ste ramp van de wereldgeschie
denis zijn.
Jaren geleden heb ik zo'n presi
dentsverkiezing meegemaakt, 't
Ging toen tussen Eisenhower en
Stevenson. In New Orleans was
ik bij zo'n carnaval. Een stamp
volle zaal met joelende, gillende,
kirrende kauwende, uitbundig
schaterende mensen.Iedereen
van boven tot onder volgeplakt
met: "I like Ike"
Een walgelijke, uiterst bescha
mende vertoning. Uniek in weer
zinwekkendheid. Eisenhower
ging de spitse, progressieve intel
lectueel Stevenson met grove
plattitudes te lijf in deze geest:
had Stevenson wel eens ooit een
geweer in zijn handen gehad?
Had hy wel eens ooit een bom
bardement meegemaakt?Hij had
zijn eigen huwelijk niet eens
overeind kunnen houden. De
menigte was laaiend van enthou
siasme. Twee maal heeft Steven
son het van Eisenhower verloren,
in '52 en '56. Met de Amerikaanse
verkiezingen gaat het nu nog pre
cies eender als toen.
Als de Amerikaanse evenknie van
drs De Hondt gelijk krijgt zullen
niet veel meer dan 50% van de
kiesgerechtigde opkomen. Want:
"Die twee doen toch niet wat ze
beloven."
"Ik schiet je dood"Hoe
zeer Amerika een goede regering
nodig heeft bleek o.a. wel weer
duidelijk uit het tragische ver
haal, dat in deze krant stond over
de ervaringen van Lex Dalen
Gilhuys in New York.
Het schijnt misschien wat overdre
ven. Niets is minder waar. Ik
maakte in New York midden op
de dag eens een wandeling door
Harlem, de meest afschuwelijke,
uitgeleefde, vervallen krotten-
buurt varr New York. Ik was op
zoek naar een pastoor die daar er
gens een noodkerk had. Iedereen
had 't me afgeraden, dat moet ge
zegd. Na vergeefse pogingen 'n
paar mensen aan 't praten te krij
gen, kwam er plotseling een jon
gen van plm. 12 jaar op me af met
een geweer. "Ik schiet jou dood,"
riep hij.
"Je geweer is vast niet geladen.'
riep ik vrolijk. Hij schoot in de
lucht om het tegendeel te bewij
zen. "Handen omhoog!" klonk 't.
Hij had groot plezier in mijn
angst, kwam naar voren en zei:
"Recht door je hart!" Aan 'n ne
ger die achter hem kwam aanlo
pen en 't geweer op de grond
sloeg had ik mijn leven te dan
ken.
'n Maand later was ik in Chicago.
Op zondagmorgen werd er een
extra collecte gehouden vopr de
heropbouw van een pas afge
brande kerk. Na de laatste dienst
werd er een overval in de sacristie
gepleegd, 'n Kapelaan raakte do
delijk gewond. Vlak vóór hij
stierf vroeg hij om gratie voor een
van de overvallers: het was een
oud-misdienaar.
Meningen op
deze pagina
weergegeven zijn
voor rekening
van de auteurs