Totonze nek
in de rotzooi
Dutch Chain Works
Voorschoten viert
het gouden feest
^©midl
©ff
©tfm) (al©
©QI©inloo'7
ZATERDAG 11 SEPTEMBER 1976
De Leidse vuilstortplaats in Roomburg. Staat regelmatig in brand
slijp- of freesmachine vliegen
of hij wordt onmiddellijk opge
slokt door een afzuiger. In het
bedrijf staan vele stofzuigers,
vaak voorzien van iliustere op
schriften als "alleen voor goud
stof'. Bij het verlaten van
sommige werkvertrekken is
voeten vegen verplicht. De mat
wordt later uitgezogen, de
goud- en zilverdeeltjes worden
er zorgvuldig uit gescheiden.
Zelfs het water, waarmee de
werknemers hun handen was
sen, wordt gefilterd. "Als we
dat niet zouden doen zouden
we voor tonnen aan grondstof
fen kwijtraken." Het goud
vliegt je hier af en toe om de
De andere prijs die men betaalt is
de beveiliging: "Niemand
komt er hier in, alles is electro-
nisch beveiligd. Zelfs als er hier
in het gebouw een muis rond
loopt begint het alarm te wer
ken."
ZIELIG
De sieraden-industrie heeft
weinig romantische aspecten.
Het is een produktie-proces en
de DCW wijkt niet af van an
dere fabrieken: er worden veel
bewerkingen toegepast en
soms lijkt het een beetje lo
pende bandwerk: "We krijgen
hier natuurlijk ook mensen van
de zilversmedenschool en
soms vind ik dat wel een beetje
zielig. Die mensen denken op
een gezellig ateliertje te komen,
maar dat is het hier bepaald
niet."
Toch is het personeel "gemoti
veerd": "We praten alles met
het personeel door. Over alle
moeilijkheden en wensen
wordt gesproken. Verder leg
gen we altijd uit wat een klant
wil en waarom hij het zo wil. Ik
geloof dat er hier onder het per
soneel een bijzonder plezierige
sfeer heerst."
Bij de DCW werken nu circa 300
mensen waarvan een gedeelte
thuiswerker is. DCW heeft op
dit moment meer dan de helft
van de Nederlandse markt in
handen plus een fors aandeel in
de buitenlandse markt.
(Hoogovens-Hoesch), de blik-
'fabrikant Thomassen en
Drijver-Verblifa, de Verenigde
Ontginningsfabrieken en de
VAM. De installatie in Mierlo
kan per jaar uit 120.000 ton
vuilnis zo'n 3000 ton blik halen.
Hoewel dit soort recyclingspro-
jecten op het eerste oog uiterst
interessant lijken, worden er
hier en daar desondanks vraag
tekens bij gezet. Zo staat de
stichting Natuur en Milieu, die
een studie aan de afvalverwij
dering wijdde, nogal sceptisch
tegenover grote recyclingfa
brieken.
Ir. J. V. Henselmans van de stich
ting Natuur en Milieu zegt:
"Een vereiste voor dit soort
recycling-fabrieken is dat je
kostbaar vuil nodig hebt. Dus
vuil, waarin veel papier, meta
len en andere materialen zitten,
die je graag wil terugwinnen.
Dit is in feite strijdig met het
principe uit het wetsontwerp-
afvalstoffen, namelyk dat we
willen voorkomen dat er afval
ontstaat".
"Dergelijke grote recycling
fabrieken zijn bijvoorbeeld in,
Amerika economisch veel
haalbaarder, omdat daar de
samenstelling van het vuil veel
rijker is. Met veel meer metalen
en papier dan hier".
"Het eerste wat je bijvoorbeeld
opvalt uit de samenstelling van
het huisvuil, is dat niet minder
dan eenderde deel uit verpak
kingsmaterialen bestaat. Daar
zou je eerst wat aan kunnen
doen Marktstrijd
Ir. Henselmans meent voorts dat
bepaalde reclame
overwegingen niet vreemd zijn
aan het project van de blikvan
ger in Mierlo.
"Binnen de verpakkingswereld
bestaat namely k een grote
strijd om de markt. De blikfa-
brikanten proberen zoveel mo
gelijk in blik te verpakken, de
glasfabrikanten in flessen en de
plasticfabrikanten in plastic.
Verblifa gebruikt dit project
naar mijn mening als reclame-
uiting: kyk eens, blik is milieu
vriendelijk, dat gaan we herge
bruiken. Ook voor de VAM is
het een reclame-object. De
VAM doet het wel graag voor
komen dat het voornamelijk
aan recycling doet, maar het
grootste deel van het VAM-
huisvuil wordt gewoon gestort.
Slechts een klein deel wordt
gecomposteerd. En bij het
composteren zetten wij zelfs
nog vraagtekens, al wordt dat
ons in sommige andere
milieu-organisaties niet in
dank afgenomen".
"Het composteerbare gedeelte
van het afval is namely k sterk
afgenomen, door de toename
van het verpakkingsmateriaal.
Het huishoudelijk afval wordt
steeds smeriger. Batterijen,
verfresten, medicijnen, cosme
tica maken het vuil nu niet be
paald geschikt voor compost.
Daar komt bij dat in de land
bouw veel grotere hoeveelhe
den organisch vuil vrijkomen
die uitermate geschikt zijn voor
compostering, terwijl er ook
een verzadiging van de markt
voor compost is te verwach
ten".
"Het is daarom maar zeer de
vraag of het zin heeft deze ver
werkingsmethode van het
huisvuil verder uit te breiden",
aldus ir. Henselmans van Na
tuur en Milieu. Hij staat dus
zowel huiverig tegenover grote
recycling-fabrieken, als tegen
het op grote schaal composte-
Wat dan?
Henselmans: "Wat je wel kan
doen is het inzamelen bij de
bron. Er zyn op dit gebied wel
wat experimenten gedaan, die
deels mislukt zijn. Maar er is
nog nooit een geïntegreerd ex
periment uitgevoerd, waarbij
alle componenten betrokken
werden. Daar komt nog bij dat
er veel te weinig aan voorlich
ting en opvoeding op dit gebied
is gedaan. Voor je weer met
zoiets begint, moet je het heel
goed opzetten".
De mogelijkheden, die ir. Hen
selmans thans nog verant-
woord vindt, zijn gecontroleerd
storten, waarbij geen schade-
lyke neveneffecten voor het
milieu mogen ontstaan. Over
igens ontbreekt in dit verband
een wet bescherming bodem.
Deze is weliswaar door minis
ter Vorrink toegezegd, maar is
er nog steeds niet. Voorts is
verbranding zinvol en het op
kleine schaal composteren. Het
verhitten zonder zuurstof (py-
rolyse) is een mogelijkheid die
in Nederland nog weinig wordt
toegepast. Hierbij komen olie,
gas en koolstoffen vry.
Intussen wil ir. Henselmans de
uitslag van het experiment van
de blikvanger in Mierlo, dat
driejaar zal duren, nog afwach
ten voor hij een definitief oor
deel kan geven. Want op kleine
schaal zouden ook dit soort in
stallaties een bijdrage kunnen
leveren tot het oplossen van het
afvalprobleem.
Door Hans Meijer Foto 's Jan Holvast
VOORSCHOTEN - Kettingfa-
briek, heet The Dutch Chain
Works op z'n Hollands. Maar
wie er oer-Hollandse Smeedij
zeren scheepskettingen, fiets-
kettingen of iets minder Hol
landse sneeuwkettingen ver
wacht heeft het mis, al doet de
hoeveelheid gebruikte grond
stoffen - 22V2 ton metaal per
jaar - wel iets dergelijks ver
moeden.
De DCW echter maakt sieraden:
halskettingen, armbanden en
ringen. Het grondstofverbruik
beslaat 22'/2 ton edelmetaal, 20
ton zilveren 22'/2 ton goud. Niet
minder dan 150 machines ver
werken het grootste deel daar
van tot vaak ragfijne kettinkjes.
Voor het overige maakt men
verlovings- en trouwringen,
armbanden, hangers, ringen,
manchetknopen en oorbellen.
Alles uitsluitend op bestelling.
"Dat is een van de benen waar wij
op staan," aldus produkt-
manager/ontwerper B. A. F.
van Zanten van deze dochte
ronderneming van Van Kem
pen en Begeer, die deze maand
vijftig jaar bestaat. „Je ziet op
het ogenblik dat grote delen
van deze industrie op hun gat
liggen. Andere takken van deze
branche verkeren in grote
moeilijkheden. Daarom wer
ken wij anders. Wij gaan niet
eerst iets maken om dan te pro
beren het te verkopen. Wij tas
ten daarintegen de markt af en
werken alleen in opdracht van
grossiers en handelaren. Zo
doende zijn we nog steeds een
gezond en zelfs groeiend be
drijf, dat in deze tijd kan bogen
op een stijgende omzet." Daar
naast speelt de fabricage van
sieraden een belangrijke rol bij
het gezond houden van het be
drijf.
SCHUUR
De DCW begon 50 jaar geleden in
een hoekje van "de zilverfa-
briek" aan de Leidsew g -in
Voorschoten. Er werkten aan
vankelijk vier, later tien men
sen, die samen vijftien ket
tingmachientjes bedienden. De
toenmalige Leidse juwelier W.
van Rossum du Chattel was de
eerste bedrijfsleider en er werd
nog geen tiental kilogram goud
per jaar verwerkt. Van de ver
werking van zilver was in die
tijd nog helemaal geen sprake.
1928 beleefde het bedrijf zijn
eerste grote "revolutie", naast
kettingen ging men ook siera
den, aanvankelijk alleen trou
wringen, maken en er kwam
een .eigen gieterij en walserij,
waardoor het mogelijk werd
zelf goud- en zilverdraad - basis
voor het maken van kettingen -
te vervaardigen,
e tweede "revolutie" beleefde
het bedrijf - onder de bezie
lende leiding van directeur J.
Klaver - de laatste vijf jaar, toen
de automatisering zijn intrede
deed en de omzet verdubbelde.
De versnelde automatisering
maakte niet alleen veel vuil, in
spannend en soms gevaarlijk
Door Jankees Kokke
uiterst beperkte wijze toege
past. De belangrijkste compo
nenten van het huisvuil zijn
namelijk: bijna de helft
groente-, fruit- en tuinafval, een
kwart papieren karton, bijna 13
procent glas, 5 procent plastics
en ruim 3 procent ijzer en an
dere metalen.
De samenstelling van het huis
vuil is in de loop der jaren aan
zienlijk veranderd. Tengevolge
van het toenemend gebruik
van verpakkingsmiddelen
neemt het gehalte aan papier,
glas en kunststoffen toe. Huis-
brandas is vrijwel uit het afval
verdwenen, vanwege veran
derde stookgewoonten.
Jarenlang is afval beschouwd als
werk overbodig - het bevor
derde ook de snelheid van wer
ken. Nu kan een order, van eer
ste oriënterend gesprek tot
daadwerkelijke levering, bin
nen een maand afgewerkt wor
den. Een unicum voor de siera
den industrie: "Dat is de andere
peiler waar we op staan. De
klant komt binnen, aan de hand
van zijn wensen sla ik aan het
ontwerpen en twee weken later
zijn de eerste schetsen er. Nog
een week later hebben we het
eerste proefmodel en dan staat
niets de levering meer in de
weg."
STOFZUIGERS
Werken met goud en zilver bete
kent onvermijdelijk zuinig met
de grondstof omspringen. De
DCW doet dat zeer nauwgezet.
Er kan geen splinter van een
waardeloos materiaal. Onder
invloed van het rapport van de
Club van Rome zijn er in tal van
landen experimenten op gang
gekomen om bepaalde materia
len uit het afval terug te winnen
om deze opnieuw te kunnen
gebruiken.
Blikvanger
Onlangs nog werd in het Bra
bantse Mierlo een installatie in
gebruik gesteld, die blik uit
huisvuil sorteert. Het is een
enorme, verrijdbare machine,
die een mihoen gulden heeft
gekost. Parallel met dit project
loopt een experiment in Haar
lem, waar proeven worden ge
nomen met het terugwinnen
van papier en plastic uit het
vuil. De blikvanger in Mierlo is
een gezamenlijk project van
het staalconcern Estel
Er is in deze wereld aan heel wat
dingen gebrek. Maar in de aller
laatste plaats toch aan afval.
Want er wordt in de huidige
consumptiemaatschappij wat
afgedankt. En tot nu toe elk jaar
steeds meer. Als we niet oppas
sen zitten we straks tot onze
nek in de rotzooi. Elke Neder
lander, van zuigeling tot grijs
aard, zet per jaar een kleine 300
kilo aan afval langs de stoe
prand. Dat zijn vijftig tot de
rand gevulde vuilnisemmers
per jaar. Bij elkaar een berg van
vier miljoen ton huisvuil.
Maar daarmee hebben we de boel
nog niet aan kant. Tellen we
grofvuil, veeg- en marktvuil,
normaal bedrijfsvuil, bouw- en
sloopvuil, rioolslib, agrarisch
afval, ziekenhuisafval en auto
wrakken erbij op, dan zitten we
jaarlijks tegen een gigantische
berg van tien miljoen ton afval
aan te kijken. Wat moeten we
met die onvoorstelbare hoe
veelheid vuil?
Over de oplossing van dit pro
bleem is men het in ons land
nog lang niet eens. Er heersen
in het wereldje van de afval-
verwijderaars nogal chaotische
toestanden. Allerlei tegenge
stelde belangen komen met el
kaar in botsing. Men verschilt
nogal eens van mening. Er
heersen heel wat misverstan
den, zelfs tussen de milieu
groepen onderling.
Inderdaad ja, er staat een wet op
stapel, die uitkomst moet bie
den. Dat is het wetsontwerp-
afvalstoffen dat in maart vorig
jaar door minister Vorrink van
volksgezondheid en milieuhy
giëne werd ingediend. Daar
naast blijft overigens de wet
Chemische Afvalstoffen zelf
standig bestaan.
Aanzet
Het wetsontwerp-afvalstoffen
bevat een aanzet om tot maat
regelen te komen, die de afval
stroom beperken en het herge
bruik voor andere doeleinden
en het kringloopgebruik van
afgedankte goederen bevorde-
Milieubeschermers en ook de
voorlopige centrale raad voor
de milieuhygiëne hebben de
pl.annen van de minister over
igens al direct te weinig con
creet genoemd. Zij vinden
vooral de rol, die de centrale
overheid moet gaan spelen erg
mistig.
Ir. W. C. Reij, directeur-generaal
voorde milieuhygiëne vatte het
afvalstoffenbeleid, dat ten
grondslag ligt aan zowel de wet
Chemische Afvalstoffen, als
aan het wetsontwerp-
afvalstoffen onlangs als volgt
Het voorkomen van het ont
staan van afvalstoffen is even
belangrijk als het opruimen
daarvan.
Iedereen is in principe zelf ver
antwoordelijk voor de verwij
dering van zijn afval.
Liever geen, althans zo min m.Q-.
gelyk afvalstoffen, omdat ie
dere vorm van verwerken van
afvalstoffen weer een ander
nadeel kan hebben. Wat doen
we namelijk met ons afval?
Momenteel wordt het huishou
delijke afval als volgt verwerkt
Bijna de helft wordt ongecon
troleerd gestort op een zoge
naamde vuilnisbelt. Er zijn in
ons land nog ongeveer duizend
van dergelijke stortplaatsen,
die nogal wat milieuhygiëni
sche en esthetische bezwaren
hebben. Brand, stank, ratten,
insecten, blootliggend en ver
waaiend vuil zijn nu niet be
paald plezierige bijverschijnse
len.
Ongeveer dertig procent van
het afval wordt verbrand. Er
zijn in ons land nu elf verbran
dingsinstallaties in gebruik, die
jaarlyks anderhalf mihoen ton
afval verwerken. Het is een van
de duurste methodes, maar ook
een van de minst omstreden,
zolang de uitwerp van schade
lijke gassen maar binnen de
perken blyft. Verreweg de
grootste verbrandingsinstalla
tie, de Afvalverwerking Rijn
mond, zit echter al jaren te
springen om afval. Het bedrijf
draait op ongeveer eenderde
van zyn capaciteit en lijdt
daardoor miljoenen verlies per
jaar.
Ongeveer zes procent slechts
van het huisvuil wordt gecon
troleerd gestort. Dat wil zeggen
dat het afval na het storten me
teen wordt aangedrukt en af
gedekt. Later kunnen deze
stortplaatsen, bijvoorbeeld be
groeid met bomen, een posi
tieve functie in het landschap
hebben. Er zijn pas een tiental
van dit soort stortplaatsen in
ons land.
Eèn procent van het huishou
delijk afval wordt gecompos
teerd bij gemeentelijke bedrij-
En zeventien procent van het
huisvuil wordt ten slotte door
de VAM (Vuil Afvoer Maat
schappij) afgevoerd.
De VAM is een volledig over
heidsbedrijf, maar dat wil he
lemaal niet zeggen, dat het be
drijf zich niet commercieel op
stelt. Hetgeen te merken is aan
de wyze, waarop de VAM zich
naar buiten presenteert. De
VAM doet zich namelijk voor
als een composteerbedrijf,
hoewel slechts een klein deel
van de aanvoer tot compost
wordt verwerkt.
De VAM heeft in feite het karak
ter van een stortbedrijf, omdat
circa 85 procent van de aanvoer
wordt gestort. Dat gebeurt in
het Drenstes Wijster en op de
kleinere stortplaats van de
VAM in het Noordbrabantse
Mierlo. Op het ogenblik voert
de VAM het vuil van 113 ge
meenten in ons land af.
Hergebruik
Hergebruik en kringloopgebruik
(recycling) van huishoudelijke
afvalstoffen wordt nog maar op
De - seriematige - fabricage
van ketting is de voornaamste
peiler waar de DCW op steunt.
Controle (Foto linksspeelt daar
bij een belangrijke rol.
k Sieraden, zoals deze slaven-
banden (Foto rechts) worden bij
de DCW in grote hoeveelheden te
gelijk gemaakt.