Laurens Beijen: „Ik voel me niet opgesloten" Arbeid a la carte: boekje open over uitzendbureaus Rechtspositie onduidelijk PPR-raadslid: college moet blijven Reglement Rijnland gewijzigd PAOTNA LEIDEN „Ik vind dat Ve in de raad aardig wat in de melk te brokkelen hebben- Ik heb niet de indruk dat de PvdA vaak zegt: de PPR wil dit, dat kan ons niet schelen, we doen toch lek ker dat". Dat zegt Laurens Beijen, raadslid van de PPR en van het begin af aan betrokken bij de totstandkoming van het linkse programcollege van'wethouders in I/eiden. Door John Kroon De PPR staat voor de vraag of de party door wil gaan met de samen werking met de PvdA en verant woording wil bleven dragen voor het huidige college. Een half jaar gele den kreeg het college nog eens de kans om zyn leven te beteren; op 18 juni zal de PPR een definitief besluit nemen. Het staat vast dat er binnen deze partij stromingen zijn die het tot een breuk willen laten komen; Laurens Beijen, fractielei der van PPR/D'66 in de gemeente raad behoort daar niet bij. Het be lang van de linkse samenwerking geeft voor hem de doorslag: het col lege moet zijns inziens blijven. Voor alle duidelijkheid: de PvdA levert aan dit college vijf wethouders en PPRD'66 één. Laatstgenoemde frac tie bestond tot begin dit jaar ook uit de PSP, maar deze party is reeds afgehaakt. Het programcollege kan daardoor nog in principe op achttien van de zevenendertig stemmen in de raad rekenen; in de praktijk voegen de éénmansfracties van de CPN en toch weer de PSP zich vaak iit de linkse gelederen. Verbetering Beyen constateert dat er in het collegebeleid de laatste tyd een zekere verbetering is te bespeuren. „Wethouders op wie we de meeste kritiek hadden, beginnen iets meer te begrijpen wat we willen. Met name denk ik aan Verboom (volkshuis vesting). In het begin was hy erg autoritair. Hy wilde de dingen rege len voor de mensen, desnoods tegen hun wil in. Hy is gaan begrypen dat dit toch niet de manier is. By reno vaties zegt hy nu tegen de bewoners: als je het niet wilt, gaat het niet door. Dat is een iets andere houding dan in het verleden. Het college is meer ernst gaan maken met in spraakprocedures in het algemeen. Dat geldt byv. by de aanstelling van personeel". Een andere, zeker in PPR-kringen omstreden wethouder is Van Aken (economische aange legenheden). De nieuwbouwplannen van C en A in de Breestraat, do destijds mogelijke vestiging van Tee- kens in de Hansenstraat ontlokten luidkeelse protesten. Beyen zegt nu: „Er is een positieve tendens. Er zyn de laatste tyd geen grote kwesties meer. waarby het college het econo misch belang heeft laten prevaleren boven het belang van de bevolking". „Er blyven twee hoofdpunten van kritiek. Het eerste betreft de presen tatie van het beleid. Daar bestaat te weinig gevoel voor. De huidige wethouders zyn wat dat betreft niet veel beter dan hun voor gangers, terwyl ik wel van een links college verwacht dat het de bevol king betrekt by het beleid. De wet houders maken nogal eens een auto ritaire indruk, hebben nog steeds de neiging te veel op eigen houtje te willen doen. Een ander punt is het trage tempo. Een heel sterk voor beeld daarvan is de reconstructie en afsluiting van de Breestraat. In de periode van Kret (de voorganger van Waal als wethouder van stadsont wikkeling) is daar echt hard aan ge werkt. Nu hoor je de Breestraat af en toe nog noemen, maar dat er iets gebeurt, merk je niet". Twee resolu ties De ledenvergadering van de PPR kan straks kiezen uit twee resoluties, zoals op dit moment bekend is. In de tekst van de ene resolutie wordt voorgesteld om door te gaan met het college, (Beyen: „Zonder het klak keloos te steunen"); in de ander om met het college te breken, wat nog niet inhoudt dat er onmiddeliyk mo ties van wantrouwen zullen worden ingediend. Wanneer de laatste reso lutie wordt aangenomen, zal aan D'66-er Oosterman worden verzocht als wethouder af te treden. Mocht de LEIDEN Provinciale staten hebben een door gedeputeerde staten voorgestelde wijziging van het reglement van het Hoogheem raadschap Rijnland vastgesteld, bedoeld om in de toekomst moei lijkheden te voorkomen, zoals zich in 1975 hebben voorgedaan by verkiezingen voor hoofdingelan den voor de verenigde vergade ring van het hoogheemraadschap. De wyziging komt verder tege_ moet aan de wens tot verder gaande democratisering van het waterschapsbestel door een ver laging van de kiesdrempel. Het aantal stemgerechtigden stijgt hierdoor met ongeveer 52.000. By de behandeling in de staten vergadering werd enerzyds (PPR) aangedrongen op een nog ver dere verlaging en wel liefst zo ver, dat iedereen, die mee betaalt ook stemrecht krijgt, maar an derzijds (KVP) waarschuwde men er tegen van de waterschapsbe sturen politieke colleges te maken. PPR besluiten om uit te treden, dan hoopt Beyen dat er een minderheids college van PvdA-wethouders zal blyven bestaan („daar verwacht ik minder slechte daden van dan van een college met CDA en VVD"). Hy zelf zal de resolutie steunen, waarin voor voortgezette samenwerking, in het college tussen PvdA en PPR/ D'66 wordt gepleit. „Ik voel me in de huidige situatie niet opgesloten. Je hoort de oppositie zo vaak roepen dat een voorstel om party-politieke redenen is verworpen of aangenomen. Dat idee heb ik vrywel nooit gehad. Met één uitzondering: by de discus sie over de ambtelyke reorganisatie. Toen hebben we anders gestemd dan we gedaan zouden hebben, als we niet in het college hadden gezeten. Verder is dat beslist nooit gebeurd. Ook de wykbezoeken, die leden van de PPR onlangs hebben gehouden, o.a. om te vragen wat de bewoners van de daden van het college vin den, hebben Beyen het inzicht ge geven, dat het niet tot een breuk met de PvdA moet komen. Er zyn positieve en negatieve punten ge noemd. Maar ik heb niemand horen zeggen: wat de PSP gedaan heeft, is zo flink, dat moeten jullie ook doen. Ik denk dat de mensen het meer op prys stellen als je je best doet de slechte kanten van het be leid te verbeteren". Wat zyn de consequenties voor Beyen, als de PPR anders besluit dan hy zou wensen? „Daar moet ik over nadenken, dat kan ik nu niet zeggen. Ik trek in zoverre de con sequentie, dat ik niet dwars tegen de wil van de ledenvergadering in dingen in de raad zal doen. Als de ledenvergadering zou zeggen: dien een motie van wantrouwen in, dan heb ik twee mogeiykheden: dat doe ik. of ik trek me terug. Aan de mo- gelijkheid om de motie gewoon niet in te dienen, heb ik weinig behoefte". LEIDEN Aan de Interkerkelyke school voor M S.P.O., Rynsburgerweg 86 te Leiden zyn de volgende leer lingen geslaagd voor het examen van Gezinsverzorgende: H. W. Atten, Boskoop; D. van Beelen, Katwyk; J. v. d. Bent. Katwyk; K. A. Bouw man, IJmuiden; M. Dikkes, Leiden; A. van Duyn, Leiden: K. Buys. Oude Tonge; C. Haasnoot. Katwijk; C. van Duijvenvoorde. Katwyk; M. Dros. Den Burg (Texel); A. P. M. v. d. Helder. Noorden; A. D. M. Hagen, Stompwijk; A. M. F. Ernst, Zwam- merdam; M. S. Heymans, Leiden; B. E. J. v. d. Ham, Roelofarendsveen; T. ae Jong, Opperdoes; M. v. Klave ren, Katwyk; A. E. v. d. Heyde. Lei den; C. P. J. Klooster, Boskoop; B. M. A. Kortekaas. Leiden; K. v. d. Marei, Katwyk; A. A. M. van Lith, Alphen aan den Ryn; N. M. van Laar, Alphen aan den Rijn; M. J. van Nierop, Hazerswoude; C. Moole- naar. Huizen; J. ^M. Mooyman. Zoe- terwoude; C. H. Rietdyk, Woubrugge; Zakennieuws Kiel's Holding Maatschappy BV i.o. (ofwel Het Tapytcen- trum Leiden) met vestigingen aan de Hoge Ryndyk, Leven daal. Hooigracht en Driftstraat heeft een nieuwe dochteronder neming opgericht en gevestigd. De feesteiyke opening van Kiel's Tapytcentrum BV i.o. (Haven straat 50 in Noordwykerhout) zal a.s. vry dag. 11 Juni, om 15.00 uur plaatsvinden. Tot 17.00 uur is er gelegenheid het glas te heffen «.en te ledigen). Pa. J. van der Stok, de winkel voor luxe en huishoudelyke ar tikelen aan de Breestraat 155, wordt begin september ver plaatst naar Oude Ryn 10. Praxis Instruments B.V., elek tronische data acquisitie syste men, zal zich per 1 juli a.s. ves tigen in het gebouw waarin tot voor kort de Chr. Middelbare Technische School gevestigd was (Willem Barentzstraat 17). De school is in april verhuisd naar Lammenschanspark 5. Gerard de Lange Wasauto maten, nu nog gevestigd op de hoek van de Haarlemmerstraat en de Vrouwensteeg, gaat ver huizen naar de Breestraat. Ge rard de Lange komt in de plaats van het kledingbedryf ABC, dat op het ogenblik een opheffings uitverkoop houdt. In het pand Haarlemmerstraat 213 waar jarenlang een goed glas wyn of sherry werd ge tapt, tapt men sinds gistermid dag uit een ander vaatje. In het historische pand is nameiykeen woninginrichtingszaak gevestigd van De Winter-De Lange uit Vlaardingen. Het bedryf dat el ders in de Randstad ook geves tigd is vierde gisteren tegelyk met de opening het 15-jarig be- LEIDEN PV „De Reisduif" hield een wedvlucht vanaf No- yon. In concours waren 190 dui ven. De uitslag was: 1, 7. W. Kop, 2. F. v. Duuren, 3, 4, 8. K. v. d. Berg, 5. A. Singeling, 6. P. Mooten, 9. F. Bouwman, 10. H. Scheurwater. LEIDEN De visvereniging „Zaalberg" viste de eerste wed- stryd met matig succes in de Vliet. De uitslag was: 1. J. J. v. Went 34 st. (2830 gr.), 2. G. P. v. d. Vaart 17 (2030), 3. P. Hemerik 17 (1430), 4. G. Hols- wilder 8 (1240), 5. Ph. Hols- wilder 17 (1170), 6. J. Philippo 8 (750), 7. R. Kop 6 (580), 8. R. Lacourt 4 (550), 9. W. Roest 1 (90). SCHEVE NINGEN/LEIDEN „Het uitzendwezen is een vreemde eend in de byt van ons arbeidsbestel, maar daarom nog niet een zwart schaap. We zouden er by gebaat zyn, als het zou lukken de uitzendformule in te passen in het bestaande systeem. Daarby komt wel de vraag aan de orde naar de beste organisatievorm en de gewenste maatschappelyke controle". Door Ton van Brussel Dit is een van de conclusies van „Arbeid k la carte", een onlangs door de Stichting Maatschappy en Onderneming (SMO) uitgegeven studie over uitzendwerk. Een onder zoek van de jurist Van Haasteren en de econoom Van Overeem, dat in zicht probeert te geven in de plaats van uitzendbureau's in de samen leving en daarnaast de motivering van de uitzendkracht tracht te ach terhalen. Een zeer leesbaar boekje, waarin een reëel beeld wordt ge geven van de voors en tegens van de uitzendformule en waarin daarnaast een aantal zinnige alternatieven aan de hand wordt gedaan voor een beter functionerend en meer grypbaar uit- Drs. Van Overeem: uitzendkracht komt als geroepen". sen door „tydelyke" te vervangen, terwyl de PvdA in zyn nieuwe ver kiezingsprogramma wil pleiten voor het verdwynen van dit soort metho den van zaken doen. „Uitzendbureau's hebben van het begin af aan ter discussie gestaan. Ik denk voornamelyk, zo zegt Van Haasteren, „omdat er onvoldoende wettelyk is geregeld, wanneer Je ver houdingen tussen bijvoorbeeld de uitzendkracht en het bedryf waar de man of vrouw geplaatst wordt gaat bekyken. Die rechtspositie is een vry onduidelyke zaak. Als je naar het buitenland kykt is het opvallend dat daar veel meer rechtspraak over deze materie is geweest., zodat er op een gegeven momenit duideiyk uit spraken door de rechter zyn gedaan, die als voorbeeld kunnen dienen. Dat is hier niet zo. Ik heb my n studie dan het vaste dienstverband. Wy ge loven dat er ook by de mensen die een vaste baan hebben een toe nemende behoefte bestaat om meer vryheid te hebben en we dachten dat het een goede zaak zou zyn als het bedryfsleven daar meer op zou in haken". Een voordeel voor een bedrijf dat met deze tydelyke arbeidskrachten werkt is de kostenbesparing. Want wat ook de aanleiding is, de oplossing van het personeelsprobleem via een uitzenbureau concurreert, aldus de samenstellers, met andere mogelyke oplossingen, zoals overwerk, uitbeste ding en het zelf aanstellen van ty- deiyk personeel. Met name wanneer het gaat om een voorziening van een vacature op vry korte termyn biykt het uitzendbureau goedkoper te kun nen weiken. Afr. Van Haasteren: weinig rechtspraak over uitzendbureaus. Vast staat dat ontslagprocedures ook in de uitzendwereld voorkomen, maar hoe ze precies in zyn werk gaan is onduidelyk. Uitzendkrachten zyn niet georganiseerd en het typeert vermoedelyk hun karakter dat zelden of nooit protest tegen een ontslag zal worden aangetekend, omdat ze, ook al omdat een duidelyke binding met één uitzendbureau ontbreekt (krachten werken veelal voor ver schillende bureau's), toch wel weer, als ze dat wensen, via een ander bureau aan de gang komen Een ander nadeel van het huidige systeem is, dat de uitzendkracht niet wordt toegelaten tot de onder nemingsraad. Vraag is uiteraard of de kracht dit zelf zou willen, weer gezien in het licht van de tydelijk- heid van zijn baan by een bedryf, die een directe interesse in de gang Een moediyk te taxeren fenomeen biykt het uitzendbureau zonder twy- fel, gezien alleen al de grote diver siteit in de opvattingen die over dit verschijnsel de ronde doen: varië rend van mensenhandel, koppel bazen en verboden arbeidsbemidde ling tot een nuttige zaak zowel voor uitzendkracht als personeelschef. Feit is echter dat met name de laat ste tyd de weerstanden wederom wat groter dreigen te worden. In krin gen van de vakbeweging byvoor- beeld maakt men bezwaar tegen de mogelykheid die uitzendbureau's bieden om permanente arbeidsplaat- redhten afgesloten met een scriptie over dit facet van het uitzendwerk. De hebben een enquête gehouden onder 650 uitzendkrachten en gepro beerd eer antwoord te krygen op vragen als: wie zyn het en waarom doen ze het? We kwamen tot de slot som dat De Uitzendkracht eigenlyk niet bestaat. De groep blykt zeer ge varieerd". Uitzendkrachten zyn hoofdzakelyk Jong, aldus het onderzoek, hoewel er ook een toenemend aantal 65-plus- sers toe gerekend kan worden. 40 van hen is manneiyk en veelal on gehuwd, de 60 vrouwen zyn qua burgerlijke staat evenredig verdeeld. Kenmerkend voor het werk is de vryblyvendheid en de tydelykheid. Vgin Overeem: „Dat is één van de grote voordelen van het uitzend werk. Het biedt veel meer mogelyk heid tot alternatieve werkpatronen, Het tydelyke karakter van het uit zendwerk (de meeste banen zyn voor een paar weken, geringer is het aan tal op langere termyn) deed de schryvers de vraag stellen: uitzend kracht wegwerpkracht? Een ge deelte van de onduidelykheid over de verhouding uitzendbureau en „in- lener", is weggevallen op het mo ment dat de Algemene Bond van Uitzendburau's met enkele vakbon den een C.A.O. opstelde voor de administratieve sector. Een derge lijke regeling ontbreekt evenwel op de andere terreinen waar het uit zendbureau opereert. Een moeilyk te beantwoorden vraag is of er sprake is van een werk nemer—werkgeververhouding en zo ja, wie dari de werkgever is. En daar opvolgend, is er voor het ontslaan van een uitzendkracht een vergun ning nodig van het Arbeidsbureau? van zaken op een bedryf wellicht veelal uitsluit. De onderzoekers dringen er by de wetgever op aan het verschynsel van het uitzendbureau in de wet op te nemen. Tot op de dag van vandaag vallen uitzendkrachten onder de „Wet op het ter beschikking stellen van arbeidskrachten" (1965), waarin geen onderscheid wordt gemaakt tussen uitzendarbeid en koppelarbeid (uitleenarbeid) terwyl er wel dege lijk verschillen zijn aan te geven. Een andere discussie die wordt ge voerd en waar dit onderzoek ook melding van maakt, is die over de vraag of de activiteiten van uitzend bureau's gerekend moeten worden tot de arbeidsbemiddeling met winst oogmerk. Internationaal werd dit aanvankelyk wel gedaan, maar nu blyken de meningen weer wat meer in ontwikkeling. Van Haasteren en Overeem zyn duidelijk voorstandei's van meer openheid over de door de uitzendbureau's geboekte winsten, maar onderkennen het probleem dat het steeds moeilyk zal zyn te be palen wat onder een redelyke winst moet worden verstaan. Inmiddels is echter de uitzend formule ook in Nederland gebruikt door een aantal stichtingen, een rechtsvorm, die het maken van win sten ten behoeve van personen in principe uitsluit. Van Haasteren: „By dit soort in stellingen zyn veel arbeidsbureau's betrokken. Ze houden zich bezig met tydelyk werk voor werklozen, die moeilyk te plaatsen zyn. Er is voor gepleit het aantal stichtingen uit te breiden. Deze zouden zich dan niet alleen moeten beperken tot moeilyk plaatsbare krachten. Als dat gebeurt kom je natuuriyk al snel op het ge bied van de gewone uitzendburau's. Het is nog steeds niet zo dat de overheid die tendens stimuleert". Tegenover alle eventueel als nega tief te bestempelen kanten van het uitzendwerk. blyft één voordeel overeind, want, zo zegt drs. Van Overeem: „De uitzendkracht wordt in het bedryf min of meer met ge juich ontvangen. Hy komt letterlijk als geroepen en als zodanig heeft hy een duidelyke functie. Wij hebben geprobeerd te inventariseren en we geloven dat het uitzendbureau zeker niet hoeft te verdwynen. We vinden wel dat er meer en beter geregeld moet worden om de zaak wat door zichtiger te maken. En daarnaast geloof ik dat zodra het bedryfsleven inderdaad meer aan alternatieve werkpatronen zal gaan doen, er in de toekomst wellicht minder krachten richting uitzendbureau zullen ver dwynen". „Ai-beid a la carte", door mr. F. C. A. van Haasteren en drs. M. van Overeem. Stichting Maatschappy en Onderneming Schevenin- gen. Prys: f 17,50. Waar kolom 7 al wekenlang bang voor is geweest is dezer dagen ge beurdEen van de abonnees vindt het maar een platvloerse rubriek omdat er woorden in gebezigd worden als „gods-ter-wereld" gedonderden rotbruggenHi) vraagt zich af uit toelk milieu de schrijver van kolom 7 komt. „Als hij zijn ,,moers taalspreekt lijkt het mij wenselijk dat de selectie procedure bij uw blad grondiger en beter wordt", aldus onze abon nee. Daar sta je dan: helemaal uitge teld met je mond vol tanden, ter neergeslagen, uitgeblust. Want dat is het trieste, kolom 7 is niet tegen kritiek opgewassen. Van daar dat kolom 7 deze week het werkhet werk heeft gelaten en via een stuk bezinning en zelfon derzoek heeft gepoogd te ontdek ken, wat er aan kolom 7 schort. Vanochtend is kolom 7 tot de slotsom gekomen dat het veie slechte karaktereigenschappen heeft: kolom 7 is multi-discipli- nair, budgetair indifferent, hete rogeen, maatschappijkritisch, mi lieubewust, comtemplatiefanti papistisch, introvert, servielon derbetaald en heeft een hekel aan afwassen. Waarmee bewezen ts dat de schrijver van kolom 7 ook. wel woorden uit .betere milieus" kent. Als de wethouders Verboom en Waal nog twee keer op stap gaan met staatssecretaris Schaefer krijgen de toekomstige bewoners van het Herengracht-Zijlsingel- gebied nog geld toe. Zou die witkalk gisteren met op zet in het vrijdagvoordeel zijn ge weest? Vrij naar J. C. Bloem: ,J)enkend aan het Witte Singelplan kan ik niet slapen, niet slapend denk ik aan het Witte Singelplan. Langs de Zoetxriooudsesingel zijn ze een paaliooning aan het bou wen. De auto's gaan eronder door. De buren ook. Kabeltelevisie: Keulen en Vjan Aken zijn ook niet op één dag ge- bouiod. Plan voor nieuw zwembad -in Zuid-West: wethouder Tesselaar heeft zeker de smaak te pakken na het baantje glijden in De Z\jl. Water in de Trekvliet: zeker een fata morgana in deze uoestijn- hete dagen. Het enige effect van het witkal ken: er wordt nu geplakt op plaatsen ivaar vroeger nooit iets te beleven viel. Wat is dat nou voor geteuter van de Politieke Partij Radikalen? Al dat gepruil en gesnotter over die gemene P van de A. Als je radï- kaal bent zijn er maar twee mó gelijkheden: of je breekt, öf je annexeert die P van de A en koiï- digt voor Leiden het raden-com- munisme af. Tentoonstelling in het Waagge bouw: Beeld en straatbeeld tien jaar kunst op straat. Een elitair zaakje hoor. Want natuut- lijk is de hondepoep als kunstob ject weer overgeslagen. En omdat die maquette wel leuk was, ach het doet zo denken aüji toen we klein waren en met blok ken speelden. Al die leuke kleirie houten dingetjes gestapeld, ge kanteldin leuke vormpjes. Dan staan die raadsleden natuurlijk weer met de mond vol tanden en tranen in de ogen jazeker, en er ivaren van die zonnige dia's van die gezellige universiteitsgebouio- tjes zo groot als luciferdoosjes op een stuk hardboard geplakt. En dat is dan een maquette met vooral ook een strook blauw pa pier geplakt heel opgewekt glim mend alsof water op de plaats waar nu de verlatenheid van de gedempte Trekvliït. Dan vinden al die onwetenden zo'n Witte Singel- en Doelent err einstruc- tuur schetsplan wél mooi. Maar natuurlijk nog nooit ook maar één stap gezet tussen de bloeiende valeriaan en hypochondrische populieren. Laatst nog, prachtige woestijnvogeltjes, zeldzame oase kwakertjes meegevoerd met de si rocco en oh hemel wat lag de nachtdauw als een goddelijke streling over fret woeste land. Beijen: ,fie wethouders beginnen te begrijpen ivat we ivillen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 3