n iijii i|jF Het jaar jfcj f» van schakei^Ë^^HI g» mm MM Max Euwe Mp Theo Uittenhout bij Nederlandse waterpolo-ploeg gi''K HEB WEL ZIN 'N 'N REISJE - -' iMf fiz'T-■■"k Stoelpoot hield 't nog 16zetten uit. «ggg^lK ZEI VOOR DE GRAP: "Fischer leeft eigenlijk in een andere wereld" ZATERDAG 17 APRIL 1976 Bert Koekebakker (links) in duel met prof. Euwe. Voor de schaakpartij zakte de medewerker van onze krant door een poot van een stoel in het dure interieur bij Euwe thuis. Mevrouw Euwe was toen toegesneld, had de poot rechtgebogen en geruststellend opgemerkt "Dat ge beurt wel meer." Waarop prof. Euwe zei; "Weest u niet bang. De vijf zetten die u denkt te kunnen spelen, alvorens ik u schaakmaat zet, zal de stoel nog wel I meegaan. Het werden er toch nog zestien. Hieronder de partij. 1 Wit Zwart v- ••<v I*:' ittV. •- Prof. Euwe Koekebakker 1. e2-e4 e7-e5 9. e4-e5 Pc6xe5 2. Pgl-f3 Pb8-c6 10- Pf3xe5 h7-h6 3. Lfl-c4 Lf8-d6 11. Pe5-g6t Ke7-d6 4. d2-d4 Ld6-b4t 12. Lg5-f4t KdS-e5 .5. c2-c3 Lb4-a5 13. Pbl-a3 Dd8-e8t 6. Ddl-b3 e5xd4 14. Kel-/1 d4xc3 7. Lb3xf7t Ke8-e7 l 15. Db3-b5t Kc5-d4 8. Lcl-g5t Pg8-f6 16. Db5-d4 mat Prof. Dr. Max Euwe wordt 20 mei a.s. vijfenzeventig jaar. Deze verjaardag zal aan de ex-wereldkampioen schaken en voorzitter van de wereldschaakbond (FIDE) niet onge merkt voorbijgaan. Er is namelijk een zogenaamd 'Euwe- Comité' in het leven geroepen, dat tot taak heeft een aantal evenementen rond Euwe's verjaardag te organiseren. Het Éuwe-comité heeft 1976 tot 'Euwe-jaar' uitgeroepen en daarnaast een groot aantal evenementen in de schaakwe reld in het vooruitzicht gesteld. Voldoende reden om naar Amsterdam-Buitenveldert te gaan, waar prof. Euwe woont en hem te vragen, hoe hij alle activiteiten en initiatieven rond zijn vijfenzeventigste verjaardag waardeert. Prof. Euwe, kunt u iets vertellen over de simultaanseance, die enige tijd geleden door de 24- jarige Russische wereldkampioen schaken Anatoli Karpov werd ge speeld, ter gelegenheid van de opening van het 'Max Euwejaar' waarin Karpov o.a. speelde tegen de burgemeester van Amsterdam, dr. Ivo Samkalden? Euwe: 'Het was de eerste séance, die Karpov hier in Nederland speelde. Hij speelde op twintig borden. Dat lijkt niet zoveel, maar hij had zeer zware tegenstanders, het geen ook blijkt uit de uitslag van die séance. Karpov heeft toen tien remisepartijen gespeeld, er drie verloren en er maar zeven gewon nen. Dat viel samen met de opening van het Euwe-jaar. Karpov doet namelijk mee aan de 'Euwe- vierkamp', die in mei van dit jaar zal worden gespeeld. Aan die séance deden, behalve de burgemeester van Amsterdam, de heer Samkal den, die overigens heeft verloren, Oosterom mee en één van onze sterkere jeugdspelers Paul van der Sterre, heeft in die séance tegen Karpov verloren." In schakerskringen heeft men het zeer gewaardeerd, dat u toen Anatoli Karpov de simultaan- séance op vijfentwintig borden tegen geselecteerde deelnemers terugbracht tot twintig borden, onmiddellijk aanbood een klok- séance te spelen tegen het vijftal, dat teleurgesteld dreigde te wor den. Dat moet voor u toch een zeer moeilijke opgave zijn geweest? Euwe: "Dat was inderdaad niet eenvoudig, omdat ik de klok- séance moest spelen tegen de vijf sterkste tegenstanders van Karpov. Ook al omdat ik me in het geheel niet op de klokséance had voorbe reid. Nu bereid ik me in het alge meen niet op séance voor, maar ik houd me zo'n dag wel extra rustig. Niet iedereen weet overigens, wat een klok-séance precies inhoudt. Een klok-séance betekent een ver zwaarde opgave voor de simultaan-speler, omdat de tegen stander niet onmiddellijk behoeft te zetten. Hij heeft een tempo, bij voorbeeld van veertig zetten in tweeëneenhalf uur, en kan dus min of meer 'de tijd nemen'. Wat in het algemeen bij een simultaan-séance niet zo is. Als de simultaan-speler voor je bord staat, moetje zetten." De 'Koninklijke Nederlandse Schaakbond, heeft met de viering van uw 75-ste verjaardag op 20 mei a.s. het 'Max-Euwe-jaar' afge kondigd, waarin veel manifesta ties zullen plaatsvinden. Hoe er vaart u de instelling van zo'n jaar en alle manifestaties, welke het zal omvatten? Euwe: "Ik moet u eerlijk zeggen: als ik het zelf voor het zeggen had, was dit beslist niet gebeurd. Ik vind LEIDEN - Theo Uittenhout, doelman van de Leidse wa- terpolohoofdklasser De Zijl/LGB traint sinds kort mee met de selectiegroep van bondscoach Ivo Trum- bic. Al geruime tijd be hoorde de nu 24-jarige Lei- denaar tot de betere doel- verdedigers in Nederland, zonder dat hij ooit kans kreeg om in het nationale team te komen. De Nederlandse ploeg had al twee zeer goede keepers: Evert Kroon van HZC/De Robben, die volgens velen de beste keeper ter wereld is, en de uitstekende ZIAN/Vitesse- goalie Wim v. d. Schilden. Doordat Van der Schilden, die lange tijd de tweede man achter Kroon is ge weest, uit de selectie stapte, kwam er een plaatsje vrij. Verrassend Het is niette zien waarom Theo Uit tenhout nu minder kans zou maken op uitzending naar de Olympische Spelen dan Alex Boegscnoten (de tweede keeper van De Robben) en Ronald Meyer (tot vorig jaar reserve-keeper van De Robben en nu bij VZC/Ritmeester). Zelf is Theo wat dat betreft nogal terug houdend. Hij is bang dat het geven van interviews een beetje voorbarig is. Hij weet ook dat sommige leden van de trainingsgroep het er niet mee eens waren dat er opeens nog een keeper bijkwam. Zijn uitver kiezing was nogal verrassend. Theo: „Dat is nogal eigenaardig ge gaan. Toen Harry Vriend terug kwam uit Barcelona vroeg hij na mens Trumbic aan Paul Belt of die zin had om weer met de nationale jeugd mee te gaan trainen. Ik zei toen half voor de grap: „Is er voor mij ook niet iets te regelen, want ik hel> wel weer eens zin in een leuk reisje", maar Harry ging daar serieus op in en het bleek dat hij altijd had gedacht, dat ik geen inte resse meer had om met die trainin gen mee te doen. Hij heeft contact opgenomen met Trumbic en toen had ik al gauw een uitnodiging." Het gaat je om de reis naar Mon treal? „Dat zit er natuurlijk ook wel ach ter, maar in de eerste plaats wil ik mezelf weer eens testen. Ik wil we ten hoe sterk ik ben in vergelijking met die andere keepers. Je kunt er gerust van uit gaan dat Kroon niet van zijn plaats te verdringen is; dan gaat het verder tussen Boegscho- ten, Meyer en mijzelf. Momenteel kan ik helemaal nog niet zeggen wie de beste kansen heeft. Ik heb wel een grote achterstand in condi tie. Die zal ik snel in moeten halen. het natuurlijk bijzonder vererend, dat men een 'Euwe-jaar' heeft afge kondigd, maar belangrijker vind ik de inhoud ervan. Een van de din gen, die mij wel aanspreken, is, be halve natuurlijk de séance, de 'Euwe-vierkamp'. Alexander Münninghoff heeft in deze krant geschreven, dat bij de officiële afkondiging van het 'Euwe-jaar' de algemene juich stemming, die men zou kunnen verwachten, eigenlijk niet ont stond. Heeft u daar een verklaring Euwe: Ik begrijp eigenlijk niet goed, waardoor die 'juichstem ming' zou moeten ontstaan. De proclamatie van een 'Euwe-jaar' op zich is eigenlijk niets bijzonders. Maar ik herhaal, dat ik veel meer waarde hecht aan de inhoud van dat jaar en aan het einde van dat jaar is er wellicht reden om in een juichstemming te raken. Ik herin ner mij overigens, dat de heer Münninghoff nogal teleurgesteld was, omdat onze nationale kam pioen Jan Timman niet mee zou zou doen aan de 'Euwe-vierkamp'." Ik wilde graag inhaken op de naam van Timman. Er ging name lijk het gerucht, dat Jan Timman, die destijds de AVRO-tweekamp tegen u heeft afgezegd, graag als Nederlander aan dit toernooi had willen deelnemen, maar dat het organiserend comité de indruk had gekregen, dat Timman door familieomstandigheden een tijd lang zelf niet meer wilde spelen. Overwogen zou worden om Tim man toch in te delen, omdat het Nederlander van Anatoli Karpov te zien winnen. Kunt u daar iets over zeggen? Euwe: "Het is wat bout gesteld dat ik graag een Nederlander van Kar pov zou zien winnen. Dat is ook in het verleden nog nooit gebeurd. Maar Timman heeft in een toernooi Hoe hard wordt er getraind? „Er zijn op zes dagen van de week centrale trainingen, die in totaal twaalf uur duren. We moeten twee keer in de week naar Ede, twee keer naar Bussum, een keer naar Am sterdam en een keer naar Amers foort. Die trainingen op zich vind ik niet erg, maar het vele reizen is wel een enorm bezwaar. Als ik eens dicht bij huis train, dan is het altijd nog in Amsterdam. Die trainingen zouden toch eigenlijk gehouden moeten worden op plaatsen die voor de meeste top-poloërs gemak kelijk bereikbaar zijn. Ik heb nu maar een autootje gekocht. Ik ben een paar keer met de trein geweest, maar dan was ik voor een training van anderhalf uur vijf uur van huis, dus dat was niet vol te houden. Ik heb het trouwens toch vrij druk, want binnenkort ga ik trouwen en we zijn nu druk bezig om het huis in Skopje een zeer verdienstelijke remise tegen Karpov gespeeld. Dat vind ik al prachtig. Alsnog is beslo ten om Timman in de 'Euwe- vierkamp' in te delen. Het organise rend comité heeft overigens Tim man in eerste instantie niet inge deeld, omdat het vernomen had, dat hij zonder twijfel zou weigeren te spelen." Heeft u ook actief deelgenomen aan de voorbereidende bespre kingen om de ontwerp- reglementen op te stellen voor de komende wereldkampioenschap pen schaken in 1978, waarvoor de Rus Karpov speciaal naar Neder land was gekomen? Euwe: "De besprekingen hebben plaatsgevonden in februari van dit jaar, nog vóór het 'Euwe-jaar' werd afgekondigd. Karpov was één van de leden van het acht leden tellende comité ter voorbereiding van de reglementen van het wereldkam waarin we gaan wonen op te knap pen. Verder ben ik nog bezig met een avondcursus (mba), maar die zal nu wel even in de knel ko- men Dat vele reizen en trainen is niet voor iedereen op te brengen? „Dat is zo. Een heleboel goede spe lers zijn eigenlijk te vroeg gestopt met het internationale polo. Als alle topspelers zich beschikbaar zou den stellen voor het nationale team zou Nederland waarschijnlijk bij de allersterkste waterpololanden van de wereld horen. Het huidige team eindigt in Montreal misschien er gens tussen de vijfde en achtste plaats". Wat gebeurt er na Montreal? Ik denk toch wel dat ik ga proberen by de selectie te blijven. Ook al is het alleen als reserve-keeper. De toernooien in het buitenland zijn vaak wel de moeite waard en het is pioenschap. Hetgeen natuurlijk niet wil zeggen, dat we onmiddel lijk een reglement klaar hadden en daarna aangenomen hebben. Het is een suggestie en de algemene ver gadering zal erover moet beslissen. Het eerstvolgende congres van de 'FIDE', dat in oktober/november van dit jaar gehouden zal worden in Haifa, zal vervolgens de reglemen ten definitief maken. Er is een "Euwe-fonds" in het le- veiugeroepen, dat beoogt gelden bijéén te brengen om de schaak- ontwikkelingslanden materieel té ondersteunen. Kont u iets vertel len over dat "Enwe-fonds" en daarnaast wat men precies moet verstaan onder "schaakontwikke lingslanden"? Euwe: "Dit is voor mij een heel prettig onderwerp om over te pra ten, omdat ik mij altijd in deze rich ting heb willen bewegen, nl. zoveel mogelijk landen en volkeren tot het schaakspel te "bekeren". Met het geld, dat door het "Euwe-fonds" vrijkomt, stuurt men meesters of grootmeesters naar de ontwikke lingslanden, die daar dan schaak- simUltaanséances geven. Ook ge ven ze lezingen over schaken of treden als trainer op voor een groep spelers, die zich in zo'n ontwikke lingsland verder in de schaaksport willen bekwamen. Er komt geluk kig veel geld op het rekeningnum mer van het "Euwe-fonds" binnen, maar ons uiteindelijk doel is zoveel geld bijeen te brengen, dat we van de rente van het kapitaal iets voor die landen kunnen doen. Anders is het geld zó op". Van 13 tot 23 mei a.s. zal in het "Van Gogh-Museum" in Amster dam een speciale "Euwe- vierkamp" worden gespeeld, waaraan in ieder geval zullen deelnemen de eerder genoemde Russische wereldkampioen Kar pov en daarnaast de twee win naars van het laatste Hoogoven toernooi, de grootmeesters Lubo- jevic en Olafsson. Ook zou de ook nuttig voor de club, want je leert het spel kennen van jongens waar je in de competitie tegen speelt. Wat ik nog kan bereiken is onmoge lijk te voorspellen. Toen ik in '71 mijn laatste toernooi met de Neder landse jeugd had gespeeld, zei Jan Bultman, die toen jeugdtrainer was, tegen me: „Je bent een gewel dig waardevolle clubkeeper, maar geen international", en daar kon ik het toen mee doen. Er was voor mij geen plaats bij de A-selectie. Bult man had toen waarschijnlijk wel gelyk. Het best keepte ik in de jeugd altijd in onbelangrijke toer nooien. Als het er om ging was ik lang zo goed niet. Of ik nu dan wel ryp ben voor het internationale polo moeten we maar afwachten. Ik heb het gevoel dat ik nog vooruit kan gaan Ik experimenteer nog al tijd met de techniek van het keep en, eikjaar leer je er weer meer by". Amerikaan Browne meedoen, als een soort vervanger van Fischer. Euwe: "Ik ben bewust niet by de voorbereidingen van de "Euwe- vierkamp" betrokken. Maar soms zie ik doorslagen van brieven, die naar het "Euwe-comité" gaan en dan krijg ik een beetje een inzicht in de materie. Op het ogenblik staat vast, dat Karpov, de wereldkam pioen speelt; Timman, de Neder landse kampioen en daarnaast Olafsson, éen van de twee winnaars van het laatste Hoogoventoernooi. En in plaats van Lubojevic zou dan Browne spelen, een veelbelovende, jonge speler uit Amerika". Er is sprake van, dat u ook een simultaan-séance zal spelen tegen leden van de Tweede Kamer. Hoe is dat initiatief tot stand geko- Euwe: "Ik vind het heel prettig dat men zich ook in deze kringen voor het schaken interesseert Maar het initiatief hiertoe is niet van mij uit gegaan. Al heb ik wel gehoord, dat zich onder de leden van de Eerste en de Tweede Kamer schakers be vinden die mij ongetwijfeld goed partij zullen geven". U heeft van 1921 tot 1954 het Ne derlands kampioenschap gehou den om het in dit laatste jaar aan Jan-Hein Donner te verliezen. Het is toch opmerkelijk, dat u als enige in de Nederlandse schaakgeschie denis in staat was de titel zo lang met succes te verdedigen. Euwe: "Enerzijds opmerkelijk, omdat ik de titel zo lang met succes verdedigde, maar anderzijds moet u niet vergeten dat de Nederlandse schaaksport nog niet zo oud is. Ik dacht dat de kampioenswedstrij den van even voor 1900 dateren, dus het is haast onmogelijk dat een andere Nederlandse schaker een gelijkwaardige prestatie in die be trekkelijk korte periode zou heb ben geleverd. Nadat ik de titel aan Donner had verloren heb ik hem daarna in een boeiende tweekamp weer van. Donner teruggewonnen. Polo is in Nederland geen popu laire sport. Is er nog wel vol doende belangstelling bij de jeugd? „Belangstelling is er zeker. Bij De Zijl/LGB hebben we momenteel vier adspirantenzeventallen en dat worden er volgend jaar misschien vijf, dus jeugd is er genoeg. Het is wel zo dat ze er vaak niet genoeg voor over hebben. Er is nu eenmaal heel wat voor nodig voordatje goed waterpolo kunt spelen. Veel jonge spelers haken daarom op een gege ven moment af. Nu vallen de trainingen ook vaak op een ongelukkige tijd. Daar komt in Leiden hopelijk snel verander ing in. Maar aan de andere kant, als je een groep bij elkaar kunt krijgen van jongens die bereid zijn altijd te komen trainen, dus ook op die on Een interview met u kan niet plaatsvinden zonder u ook iets te vragen over het grillige Ameri kaanse schaakfenomeen Bobby Fischer. In 1972 ging u voorbij aan de bestaande internationale schaakreglementen om Fischer tot spelen tegen Spasski te bewe gen. U meende, dat het schaken meer gebaat was bij een werkelijk gespeelde match dan bij een reg lementaire kampioen. Hoe heeft u die moeilijke onderhandelingen destijds ervaren en wat is uw privé-indruk van de persoon en de schaker Fischer? Euwe: "Ik heb niet met Fischer on derhandeld. Ik heb slechts een be sluit moeten nemen, nadat ik met alle FIDE-functionarissen die toen aanwezig waren, had gesproken. En ik heb natuurlijk ook contact gehad met Fischer's opponent, de Rus Spasski, die er erg voor was om nog twee dagen te wachten. De eni gen die niet voor uitstel waren, en dus Spasski onmiddellijk tot reg lementair kampioen wilden verkla ren waren de Nederlandse schaak- pers en Rusland. De anderde acht entachtig landen waren allemaal voor uitstel. Maar wat Fischer betreft Ik kan heel veel bewondering opbrengen voor zijn schaakkunst en ik zou het doodzonde gevonden hebben, als wij die ene wedstrijd hadden moe ten missen. Wij wisten toen dat Fi scher in elk geval even sterk was als Spasski en wellicht zelfs sterker. Hij had immers de voorwedstrijden met zo'n groot verschil gewonnen. Ik heb Fischer vier maal ontmoet en ik heb dezelfde indruk als de meeste mensen van hem hebben. Namelijk dat hij eigenlijk in een andere wereld leeft. Hij kwam be paald niet als een chaotische jon geman op mij over, maar zyn prin cipes zijn zijn principes en daar wijkt hij onder geen beding vanaf. Ik vond hem wel wat vreemd, om dat hij nooit tot een compromis be reid bleek". A. C. KOEKEBAKKER JR. mogelijke uren, dan krijg je wel een sfeer waarin goede prestaties gele verd worden. Dat heb je bij ons, dacht ik, wel kunnen zien. In de tijd dat we nog elke ochtend een zwem- training deden, hebben Albert Spijker en ik eens een half jaar lang met een ochtendkrant gelopen. Die zwemtrainingen beginnen om zes uur, dus dan stonden we maar om vier uur op, om op tijd die kranten wijk gedaan te hebben. Ik weet niet of er nu nog veel jongens zijn die dat zullen doen." Het gebeurt niet veel meer dat jongens van een jaar of zestien goed in een eerste zevental mee kunnen komen. „Maar dat komt ook doordat het tegenwoordig niets bijzonders meer is als een poloër goed zwemt. Vroeger konden jeugdspelers met snelheid hun gebrek aan routine compenseren, maar tegenwoordig gaat dat niet meer zo goed, omdat ook de oudere spelers een behoor lijke conditie hebben". Is keepen bij waterpolo erg zwaar of gevaarlijk? Niet-zwemmers vinden het watertrappelen altijd erg vermoeiend. „Gewoon in de goal liggen is na tuurlijk niet moeilijk, dat kan ik wel een paar dagen volhouden als het moet Echt zwaar wordt het bij voorbeeld pas als je ploeg met een man minder speelt, want dan moet je voortdurend in je doel heen en weer springen. Blessures heb ik bijna nooit Je krijgt wel eens een bal in je gezicht, maar dat doet meestal maar even pijn". Nooit spijt dat je keeper bent ge worden? Nee, beslist niet Het leuke van keepen vind ik, dat je wel aan een teamsport meedoet, maar dat je toch een aparte plaats houdt in de ploeg. Een keeper is altijd een beetie een individualist". JACQUES DE GRAAF

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 27