Happen uit zon en Eens in de tien jaar verduisterde paas-maan Verduistering in beeid Verduistering op 29 april en 13 mei Twee-in-één WETENSCHAP en TECHNOLOGIE door P. BOK Links: een opname van de totale zonsverduistering van 22 sep tember 1968. Een krans van dia manten, veroorzaakt door zon licht door de lage delen in de ge kartelde maan-horizon wordt omgeven door uitwaaierende lichtflarden van de corona. Dit verschijnsel zal zich nergens op aarde voordoen op 29 april, want dan blijft minstens een ring van zonlicht stralen langs de kleinere maanschijf, waardoor de corona niet zichtbaar wordt. i Maansverduisteringen komen voor een waarnemer ergens op aarde vaker voor dan zonsverduisteringen en wel gemiddeld 1,4 maal per jaar. Aangezien er tegen de 14 volle manen per jaar zijn, zal het eens in de tien jaar voorko men, dat een bepaalde volle maan verduisterd wordt. Dat is ook het geval met Paas- volle maan Paas-volle maan is de eerste volle maan na de intrede van de lente. Paaszondag is de eerste zondag na die volle- maan. Daardoor zwerft de paasdatum ook van jaar tot jaar een beetje door de kalen der heen en bijgevolg ook de Pinksterdatum. Paaszondag kan door deze vaststelling op 34 verschillende data vallen. Dit jaar is het een latertje, namelijk 18 april, terwijl de laatst mogelijke datum 25 april is. Dat is een gevolg van het feit, dat dit jaar de eerste vollemaan na 21 maart pas op 14 april valt. Paasdatum De regeling omtrent de Paasda tum stamt uit het Midden- Oosten. Reden voor koppe ling aan volle maan is, dat op deze wijze kerkgangers op Paasavond altijd behoorlijk licht zouden hebben op weg naar de diensten en weer naar huis. Dat gaat natuurlijk niet op, wanneer die maan verduis terd wordt, en dat is ruwweg eens in de tien jaar. De laatst volledige verduistering van de Paasmaan vond op 13 april plaats, de eerstkomende valt op 24 maart 1978, een zeer vroege Paasmaan derhalve, nadat het jaar daarvoor de Paas-maan op 4 april gedeel telijk door de aardschaduw verduisterd wordt. Binnenkort zijn er gedeeltelijke verduisteringen van de zon (29 april) en de maan (13 mei) in ons land zichtbaar. Uit de aard van de verduisteringsmechanica is die van de maan voor de gehele aarde (voorzover de maan zichtbaar is) ge lijk, namelijk slechts een gering hapje uit de schijf. Maar de omvang van de zonsverduistering is verschillend, naar ge lang de plaats van de "waarnemer op aarde. Straks komen wij terug op het hoe en waarom Van dit verschil. vlammende corona, waaruit veel te leren valt over de energieprocessen en de fysica in wat men de zonne- atmosfeer zou kuni De zonsverduistering is i: een bijzondere, dat het een ring vormige is. Dat wil zeggen dat de schijnbare grootte van de nieuwe maan te gering is om de gehele zon neschijf af te dekken, zoals ge woonlijk bij een zonne-eclips het geval is. Er blijft een smalle ring van de zonneschij f zichtbaar ook in de slechts maximaal 302 km brede strook van Mauretanië, via Algerije, Libië, de Middellandse Zee, het uiterste zuiden van de Peleponne- sus, noordwest Kreta, Cyprus, Tur kije en verder door Azië tot in Chi- Verschillen Er bestaan fundamentele verschil len tussen zons- en maansverduis teringen. Wanneer de maan wordt verduisterd, staat de aarde tussen de zon en de maan (die dan dus al tijd vol is) waardoor de slagscha duw van de aarde op de maan valt en deze derhalve geen direct licht van de zon meer ontvangt. Dit ver schijnsel is voor iedere plek op aarde waar 4e maan in de verduis teringsperiode zichtbaar is gelijk. Want het is inderdaad de maan zelf die verduisterd wordt doordat zij door de schaduwkegel van de aarde trekt. Een zonsverduistering is echter een geheel ander verschijnsel. De zon wordt helemaal niet verduisterd, maar blijft even vrolijk en helder stralen als altijd. Alleen: het zon licht wordt onderschept door de (dan altijd nieuwe) maan. Doordat de maan veel kleiner is dan de aar de, is de slagschaduw van de maan, de van de zon afgerichte schaduw kegel, veel smaller dan die van de aarde. Slechts in een betrekkelijk smalle strook op aarde verdwijnt de zon bij een totale verduistering in derdaad geheel achter de maan schijf. Maar buiten die strook ziet men de zon nog altijd langs de maan, zodat daar de verduistering niet volledig is. Het hangt van de plaats van de waarnemer op aarde af, voor hoeveel procent de zon verduisterd is. Bij de verduistering van 29 april wordt voor de waarne- met in ons land slechts 46 procent van de middellijn van de zon afge dekt door de maanschijf, en wel om 11.25 uur v.m. Strook De grootste verduistering treedt op in de genoemde strook waar een ririgvormige verduistering te zien valt waarbij maximaal 91.5 procent van de zonneschijf onzichtbaar zal zijn. Dat is in het uiterste zuiden van Griekenland het geval. Wetenschappelijk gezien is een to tale zonne-eclips van groot belang voor astronomen, omdat daarbij, wanneer de maanschijf ogenschijn lijk de gehele zonneschijf afdekt, lichtverschijnselen optreden die iets vertellen over de buitenste ijle gaswolken om de zon, de corona, die gewoonlijk door het overstra lende licht van de zonneschijf zelf niet waarneembaar is. Er worden vaak zeer kostbare wetenschappe lijke expedities uitgerust naar veelal afgelegen plaatsen op aarde in de smalle strook van de totale verduistering. Het liefst naar een plaats waar men op dat tijdstip enigszins kan rekenen op een hel dere lucht. Dan worden foto's en filmopnamen gemaakt van de op- Kringetje k De gedeeltelijke zonsverduiste ring in beeld. Op het moment dat de nieuwe maan de zonneschijf schijnt te raken maan 1) is het 10.08 uur onze tijd. Van dat mo ment af schuift de maanschijf steeds verder voor de zon tot op 1125 uur het maximum wordt bereikt (maan 2), op welk mo ment het zwarte gedeelte van de zon afgedekt of "verduisterd" is. Het einde van de verduistering is om 12.45 uur (maan 3) wanneer de maanschijf weer geheel voor de zon is weggeschoven. Het grijze gedeelte van de zon wordt verduisterd voor de waarnemers in de smalle strook van Maure tanië tot ergens in China, waar deze ringvormige eclips het i bereikt. Ditmaal zullen dergelijke expedi ties niet worden uitgerust, omdat het op z'n hoogst gaat om een ring vormige verduistering, dus niet een totale. En al is het maar een heel smal buitenste ringetje direct zon lichtdat nog naar aarde gaat, toch is dat voldoende om het licht van de corona te overstralen en waarne mingen van die corona onmogelijk te maken. Om een fiasco van een kostbare we tenschappelijke expeditie i verduisteringsgebied als gevolg van weersomstandigheden te on dervangen, heeft men de laatste tien jaren dikwijls vliegtuigen ge charterd en met wetenschappelijke waarnemingsinstrumenten uitge rust om boven een eventueel wol kendek en bovendien boven een groot en woelig, lichtverstorend deel van de atmosfeer waarnemin gen te kunnen verrichten. Dit geeft ook een tijdwinst. Een totale eclips duurt, doordat de schaduwkegel van de betrekkelijk kleine maan slechts smal is, hooguit enkele mi nuten op één en dezelfde plaats op aarde. Met een vliegtuig kan men de totale eclips "volgen" en daar door veel langer waarnemingen aan de corona verrichten. De ruimtevaart heeft het mogelijk gemaakt, "kunstmatig" zonsver duisteringen te scheppen, maar daar is tot dusver nog niet zo erg veel gebruik van gemaakt, mede door de technische problemen en de kosten, benevens het maar zel den beschikbaar zijn van de beno digde apparatuur in voor andere doeleinden gelanceerde sondes. Voor het laatste deed men het met de gecombineerde Apollo-Sojoëz- vlucht vorige zomer. Na ontkoppe ling van de vaartuigen ging de Apollo met het volkomen ronde hitteschild naar de Sojoez gericht precies zo voor de zon vliegen, dat de gehele zonneschijf voor de So joez afgeschermd werd, maar het licht van de corona er buiten om heen straalde en dus waargenomen kon worden. Telescopen Op aarde kan men met telescopen niet iets dergelijks bereiken als ge volg van de atmosfeer. Het zou denkbaar zijn een schijf van zoda nige grootte voor een telescoop aan te brengen, dat de zonneschijf vol ledig was afgedekt. Maar de ver strooiing van het directe zonlicht door de atmosfeer is zo intens, dat de corona ook dan onzichtbaar blijft. Dat is ook wel begrijpelijk, wanneer men een heldere zonnige hemel ziet. Die is niet buiten de zonneschijf zwart waarin dit coro- nalicht zichtbaar zou zijn, maar blauw. De gehele hemel schijnt licht uit te stralen. Dat is uitsluitend door de atmosfeer verstrooid zon nelicht. Een gedeeltelijke en ook een ring vormige zonsverduistering heeft derhalve geen grote betekenis voor de zonnestudie. Wel kan men er iets over de maan uit te weten komen. Het silhouet van de maan steekt dan namelijk scherp af tegen het heldere zonlicht. Men ziet dan bij k Twee maansverduisteringen uitgelegd in één tekening. In het centrum van de tekening de doorsnede van de kernschaduw en de bijschaduw van de aarde (omtrekken in doorlopende en streepjescirkel). Bovenin door deze schaduwen de maanbaan op 13 mei. Positie 1 het moment waarop de maan de bijschaduw raakt, 2 de volledige "onder dompeling" in de bijschaduw en raken van de kernschaduw3 het i de eclips om 20.54 een klein deel van de maan in zwart aangegeven) volledig verduisterd is, 4 het zelfde beeld als 2 na de gedeelte lijke eclips en 5 het moment waarop de maanschijf weer vol ledig uit de bijschaduw treedt. Op de onderste lijn het doortrek ken van de maan door de bij schaduw, bij 2 is de maanschijf vrijwel geheel in de bijschaduw maar raakt de kernschaduw nog net niet en bij 3 is de maan weer geheel uit de bijschaduw getre den. Dit is de minst spectaculaire van de drie zon- en maaneclipsen van dit jaar. exacte waarneming en fotografie zeer nauwkeurig het horizonbeeld van de maan tegen de zonneschijf afgetekend, waardoor men het bergprofiel aan de van de aarde af gezien "buitenland" van de maan nauwkeurig kan vaststellen. Hoe wel duizenden foto's van het maan landschap zijn gemaakt door rond cirkelende Orbiters en andere ruimtevoertuigen, bestaat er nog steeds behoefte aan nauwkeuriger gegevens over ook de vorm van het maanlandschap, en daarover kan ook de komende verduistering op sommige punten opheldering ver schaffen. Berookt glas In ons land begint de gedeeltelijke- zonsverduistering van donderdag 29 april om 10.08 uur vm. Dat geldt voor het midden van het land. In het zuiden begint het verschijnsel iets eerder en in het noorden een paar minuten later. Dan begint de (overigens onzichtbare) schijf van maan voor de zon te schui- van rechts onder af. Om 11.25 s de verduistering het diepste, r 46 procent van de middel lijn van de zon is afgedekt. Daarna schuift de maan weer voor de zon weg om weer geheel daarvan ver dwenen te zijn om 13.45 uur. Wanneer men het verschijnsel wil gadeslaan, moet men alleen door een berookt stuk glas of een diep zwart fotonegatief kijken. Zonder deze bescherming worden uw ogen onherroepelijk ernstig beschadigd. Zelfs korte tijd direct in het zon licht kijken kan blindheid veroor zaken.Het zal na de eclips van 29 april tot 1982 duren, voordat we in ons land opnieuw een zonsverduis tering kunnen zien. Dat jaar zijn er zelfs twee. Namelijk op 20 juli en op 15 december, maar onder betrekke lijk ongunstige omstandigheden, namelijk wanneer de zon zeer laag staat resp. bij zonsondergang en bij zonsopkomst. Zoals gezegd is een maansverduis tering een principieel ander ver schijnsel dan een zon-eclips. Bij een zon-eclips wordt de zon niet verduisterd, maar staat zij van de aarde af gezien achter de maan, zo dat wij haar licht, dat blijft schij nen, niet waarnemen. By een maansverduistering wordt de maan inderdaad donker, doordat zijzelf niet straalt maar alleen zon licht weerkaatst en bij een verduis tering het zonlicht door de aarde wordt onderschept. Kegel De schaduwkegel van de aarde be staat uit twee gedeeltes. Een kern schaduw, waarin in het geheel geen direct zonlicht voorkomt. En een bijschaduw, waarin een gedeelte van het zonlicht is onderschept. De kernschaduw heeft op de afstand waarop de maan om de aarde draait (variërend van 357.000 km tot 407.000 km) nog een zo grote diame ter, dat de maan met een diameter van 3476 km er ongeveer tweeë neenhalf maal in past. Die lengte van de aardse kemschaduwkegel bedraagt ongeveer 1.4 miljoen ki lometer. Dat is circa één procent van de gemiddelde afstand zon aarde. Dat is een meetkundig lo gisch gevolg van het feit, dat de diameier van de zon ongeveer hon derd maal die van de aarde is. Gaat de maan alleen door de bijschaduw van de aarde, dan wordt al naar ge lang van de plaats van doorgang het zonlicht min of meer onderschept. Kernschaduw in de bijschaduw van de aarde ge komen en bereikt dan op één punt de kernschaduw. Op dat moment begint de gedeeltelijke maansver duistering, d.w.z. de gedeeltelijke doorgang door de kernschaduw. Op dat moment is in ons land de nog maar net opgekomen, omdat bovendien de zon pas om 20.22 uur ondergaat is deze gebeur tenis hier niet goed waarneembaar. Het maximum van de gedeeltelijke eclips, om 20.54 uur, is wel duide lijk zichtbaar. Het einde van de eclips door de kernschaduw vindt plaats om 21.33 uur. De maan be vindt zich dan weer geheel in de bijschaduw en maakt een betrekke lijk normale indruk, omdat zij dan vrijwel gelijkmatig wordt beliclv tijdens een volledige "onderdom peling" in de bijschaduw. Voor eer beter begrip van wat er in die pe riode van 20.16 tot 21.33 uur gebeurt verwijzen wij naar bijgaande teke ning. Indrukwekkend is deze duistering niet. De grootte be draagt slechts 0.12, wat beteken dat slechts 12 procent van de n schijf op het moment van maximum zich in de kernschaduw bevindt. Zelfs de spectaculaire kra ter Tycho op het zuidelijk halfrond die voorzien is van een grandioos stralenstelsel, zal niet door de kern schaduw gaan. Zeer vaag Een halfjaar na deze gedeeltelijke eclips trekt de maan, op 6 novem ber, opnieuw door de schaduw van de aarde. Maar ditmaal alleen door de bijschaduw. Het maximum van deze alleen zeer vage verduistering treedt op om 24.01 uur onze tijd, dus één minuut na middernacht, wan neer 84 procent van de maanschijf zich in de bijschaduw bevindt. Ook dat is in dezelfde tekening weerge geven als de doorgang door de kernschaduw van 13 mei. Op 6 no vember kan een nauwkeurig waar nemer tijdens het maximum van de doorgang door de bijschaduw van de aarde zien dat de noordelijke de len van de maan iets donkerder zijn dan de zuidelijke, hetgeen het ge volg is van het feit dat die noor delijke delen dichter bij de kern schaduw komen en daardoor aan zienlijk minder zonlicht ontvangen dan de overige delen. Geen enkel deel van de maan wordt die dag to taal verduisterd. Overigens kan men op 13 mei waar schijnlijk zien, dat het totaal ver duisterde deel van de maan toch nog wat licht schijnt te geven, donker-rood of roestbruin is. Zelfs bij een totale maaneclips, wanneer de maan zich dus geheel in de kern schaduw van de aarde bevindt, blijft zij meestal nog zichtbaar als een donkere, bloedrode schijf. Dat is de terugkaatsing van zonlicht dat door de aardse atmosfeer is afgebo gen en op die manier toch nog de maan bereikt. De rode kleur is voornamelijk een gevolg van het feit dat het rode licht het sterkst wordt afgebogen en dus meer op de maan zal vallen dan het licht aan de andere zijde van het zichtbare spec trum, het blauwe licht. Het optre den van zo'n asgrauwe maan" is sterk afhankelijk van de atmosferi sche omstandigheden op aarde, maar is nooit geheel afwezig. "As grauw" Wetenschappelijk is die "as grauwe maan" van enig belang, omdat de mate waarin het afgebo gen rode zonlicht wordt weerkaatst door de maan iets kan vertellen over de aard van het maanopper vlak ter plaatse. NOORD

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 23