Die ouderwetse winter komt wel weer Een dik boek vol feest mSBM ZATERDAG 24 JANUARI 1976 FAOINA 15 DE BILT Nu de trekvogels vroegtijdig hun steven hebben gewend en crocussen de kop op steken, zijn de verhalen niet van de lucht over een veranderend klimaat. Het jaar '75 (dat voor meteorologen begon op 1 december '74 en eindigde op 30 november '75) is bijzonder geweest; talrijke weerrecords moesten opnieuw flink worden opgepoetst. En nu ook het jaar 1976 waarachtig ook al een wintertje van niks lijkt aan te dragen, krabbelen velen zich achter het oor. „Het klimaat is van slag", zeggen ze en met de lauwe winters van de afgelopen jaren in de kleren wordt er weemoedig ge praat en zelfs gezongen over „waar blijft die ouderwetse win ter?". Het weer is altijd een topper in het gekeuvel van alledag. Ieder heeft tenminste een tante met likdoorns of een oom met een natte vinger, die zich kind aan huis waant bij de weergoden. We hebben een aantal jaren geleden de „fall out" gehad weet u het nog? die als boosdoener kon worden gebruikt, wanneer de realiteit tante met haar likdoorn in de hoek zette. Maar die fall out is met de BB langzaam uit het gezichtsveld vergleden. Wat dan nu? Wel niks, want er is niets aan de hand. Het rijtje zachte win ters is helemaal niet uitzonderlijk. Het komt door ons beperkt geheugen en bestaan op deze aarde, dat we er zoveel woorden aan vuil maken. En om uw eventuele ongerustheid over een naderende noordpool of Sa hara in uw achtertuintje weg te ne men, zijn we gaan praten met een deskundig man: dr. C. J. E. Schuur mans. Hij is verbonden aan de afdeling meteorologisch onderzoek van het KNMI in De Bilt. Een man, die van voorspellingen voor een toekomst, die verder weg ligt dan enkele da- egt, dat ze „verdraaid vaag" zijn. We hebben gesproken over de zachte winter, die niet alleen de vo- gels en de bloemen, maar ook ons it in de war brengt, maar vergist u niet. We zijn er nog niet. „In de winter van '55-'56 waren de cember en Januari zeer zachte maanden, februari de koudste uit de annalen. Deze aanloop geeft hele maal geen garantie voor een com pleet zachte winter". Ook die reeks van vijf of zes win ters met een milde temperatutu- is niks bijzonders. Eigenlijk zijn het er veertien. Dr. Schuurmans: „Dankzij Polkert Unsen, een meteoroloog, weten we van winters sedert 1200. I Hij voerde ook een nieuw karakter- 1 getal in, een vorstgetal. Nemen we nu op zijn schaal een bepaald crite- ™"*n dan blijkt dat er in de achter liggende 775 jaar veertien keer periode is voorgekomen van oèneer dan dertien aaneengeschakelde mchte winters. Ongeveer twee keer uw. De langste periode telde 4 Jaren. Nog in het begin van deze ieuw, tot 1917 was er een periode 21 aaneengeregen zachte win ters. Voor ons viel de laatste strenge winter in '62-'63. Praten over de kan- een reeks van Jaren met zachte winters is enigzins roulette spelen. Er is niets van te zeggen". ZEEWATER Omtrent de weervoorspelling voor een aantal dagen liggen de zaken nog betrekkelijk gunstig. Naarmate het aantal benodigde gegevens gro ter wordt (onder meer door infor matie van weerschepen) kan men betere verwachtingen opstellen. Ook de periode van een maand wordt wel aangehouden, in een aantal lan den blikt men zo'n periode vooruit, en baseert zich dan op tamelijk sta- tinistische methoden, die niet veel le- „Ze voldoen niet beter dan de ver wachting. die wij wel eens „lazy man forecast" noemen. Vage veron derstellingen. „Wat iets leert, is de verdeling van de zeewatertempera tuur. Al dienen we dan ook nog te weten hoe de invloeden verlopen. Het lijkt tenminste zo, dat als het water ten noorden van ruwweg de Azoren (ongeveer tussen de 40ste en 50ste breedtegraad) relatief koud is, dat we dan een strenge winter krij gen. Door hoge drukgebieden boven IJsland. Omgekeerdis het water in de buurt van New Fouindland, rich ting IJsland kouder dan normaal, dan is er kans op een zachte winter. Door de westenwinden, de zachte luchtstroom. „Overigens", zegt de wetenschapper uit De Bilt. „niets is zeker. Bij wes tenwind zal het doorgaans niet gaan vriezen, maar een paar Jaar geleden was er een langdurige oostenwind uit Europees Rusland en een deel van Siberië. Toch werd het bij ons niet koud, omdat zich in een voor afgaande periode zoveel warme lucht in Rusland had verzameld". Een gesprek met de heer Schuur - mans maakt in elk geval duidelijk, dat weinig vaststaat. „We praten over het meten van temperatuur van oceaanwater, maar in de praktijk wordt er met een em mertje water naar boven gehaald. Steekproeven in een dun laagje. Voor metingen op bijvoorbeeld een diepte van vijftig meter is andere apparatuur vereist, veelal niet be schikbaar. We weten maar weinig". De kennis is theoretisch en beter onderzoek neemt wel toe, maar nau welijks praktisch toepasbaar. Een man, die zich een zekere faam heeft verworven met voorspellingen ten aanzien van het klimaat op zeer, zeer lange termijn is professor H. H. Lamb van de Climatic Re search Unit van de universiteit van East Anglia in het Engelse Norwich. „Hij geeft onder meer adviezen aan grote maatschappijen, oliegiganten en dergelijke, die graag iets willen weten over dat klimaat in de toe komst. Zij steunen het onderzoek, wederzijds belang. Maar omtrent zijn voorspellingen kan ik alleen maar weer zeggen: vaag, erg vaag. Algemeen wordt aangenomen, dat er een zekere golfbeweging bestaat in het klimaat. Eniorme temperatuur wisselingen tussen ijstijden en inter- glaciale perioden. We verkeren nu in een periode van afkoeling, zouden richting ijstijd gaan. Lamb zegt, dat die afkoeling wel doorgaat maar tij delijk (en mogelijk nog in deze •eeuw) wordt afgezwakt of zelfs voor even zal omslaan in verwarming. Een soort golfbeweging om een gro tere golfbeweging geslingerd. Als ge volg van natuurlijke oorzaken en de toenemende aanwezigheid van C02 i(koolzuur) in de atmosfeer. ZONNESTRALEN Er zijn een aantal factoren, die het klimaat bepalen. Zoals de hoeveel heid zonnestraling, invloed van bui tenaf. Die is slecht te meten. Ik heb op heel wat congressen daarover ge sproken en geen sluitende antwoor den gekregen, waarom die metingen zo moeilijk zijn. Ook Nasa kon het niet Het antwoord hiidde dat er moeilijkheden waren met een con stante ijking, de meetapparatuur verliep in de ruimte en kon niet worden bijgesteld". „Een andere factor is de samenstel ling van de atmosfeer. Het is mak kelijk voorstelbaar, dat een schone atmosfeer meer zonnestralen door laat. Hoe meer zonnestraling op aarde hoe hoger de gemiddelde tem peratuur". D's logisch hè, hoor ik u zeggen. Maar, ook hier haken en ogen. Rekent u maar mee. Meer zonne straling op aarde leidt tot hogere temperatuur, leidt tot afsmelten van ijs en sneeuw, leidt tot minder te rugkaatsend vermogen van de aarde de hoeveelheid „wit" wordt minder) leidt tot meer opname van zonne straling door de aarde. Welnu dan klopt het toch zult u zeggen. Maar; meer zonnestraling op aarde leidt tot hogere temperatuur, leidt tot meer verdamping van water, •leidt tot meer wolkenvormingleidt tot grote terugkaatsend vermogen van de atmosfeer, leidt tot minder zonnestraling op aarde, dus lagere temperatuur. Dat noemt men dan het terugkoppelings-effect. Waaruit blijkt hoe moeilijk en hoe gevaarlijk het is snelle conclusies te trekken. „Als er een constante zonnestraling en samenstelling van de atmosfeer is, dan zijn er toch schommelingen. Dat is bewezen", zegt dr. Schuur- „We kunnen slechts hopen, dat we een beetje greep krijgen op aller handezaken". Twee andere factoren, die bepalend zijn voor het klimaat zijn dan de aard van het oppervlak en de stro ming van de lucht (en van de ocea- Wat die luchtstromingen betreft, de reeds genoemde professor Lamb heeft nog een theorie ontwikkeld, die door dr. Schuurmans met wol ken van vraagtekens wordt omge ven. Deze theorie zou verklaren waarom we in de laatste jaren zo veel gekke uitschieters, zoveel „re cords" hebben kunnen registreren. Om het niet nog moeilijker te ma ken; Lamb zegt, dat er elke twee honderd jaar een periode is van heftige niet-zonale winden, lucht stromingen, die de uitschieters ver oorzaken. Even maar. Dr Schuurmans van het KNMI .Bewijzen geeft hij niet". Een wel bijzonder interessante zaak is die van de troebelheid, de turbidi- teit zeggen de meteorologen, van de atmosfeer. „Er zit stof in de atmos feer, door menselijke en natuurlijke oorzaken, bijvoorbeeld een vulkaan uitbarsting. Dat is te meten. Het stof schermt de zonnestraling af, het wordt minder warm. Met name de Amerikaan Bryson heeft gewezen op de gevaren van het vervuilen van de atmosfeer door de mens en uit zijn vervuilende activiteiten ver klaart hij de temperatuurdaling". „Van' werkelijke toeneming in turbi- diteit hebben wij niets kunnen me ten" aldus onze man in De Bilt. Heel anders ligt de vraag over de invloed van een stijgend C02 ge halte. iHet verwarmende effect van kooldi- oxyde staat niet meer ter discussie, wel over de mate waarin C02 ver warmt. (Sedert deze eeuw is er zo'n tien tot vijftien procent C02 bijgeko men in de atmosfeer. C02 vangt de verwarmende infraroodstralen, houdt de warmte op aarde vast; dus stij ging van temperatuur). Dr. Schuurmans: Als we werkelijk zeker waren, welke de mate van beïnvloeding was zouden we het aan •de verschillende regeringen moeten ■voorleggen. Met alle gevolgen ook politieke, van dien. Maar wanneer ■wordt de invloed van het stijgend C02 gehalte zichtbaar, wanneer de zeker, dat de dalende trend van temperatuur inderdaad onderbroken ■is door de invloed van het C02 ■hetis voor de meteorologen een van de priemende vragen, die mogelijk in de naaste decennia kan worden beantwoord. Dus toch hoop op zeke re voorspellingen omtrent de toe komst? „Nee. Er zijn veel meteorologen, die zeggen, gooi al deze gissingen, theo rieën, voorlopige kennis maar over boord. Een aantal warme winters, tijdelijke temperatuurstijgingen, het zegt allemaal niets". Ook de huisvoorspellers kennen die onmacht ten aanzien van het weer. Hoevelen hebben niet gezegd na de goddelijke zomer nu krijgen we een strenge winter. Op alle bureaus die maar iets officieels hebben binnen de Ver enigde Staten maar ook op de ambassades in het buitenland hebben ze een boek zo dik als de telefoongids van een grote stad. Daar staan alle feesten in. Niet zo maar gedrukt, nee, in de kleinste lettertjes die te vinden waren. Want anders paste al dat feest niet in die 476 bladzijden. Amerika viert dit jaar zijn tweehonderdjarig bestaan. Op 4 juli 1776 werd met de trot se Declaration of Independence de Onafhankelijkheidsver klaring de horigheid aan de Engelsen definitief opgezegd en werd een zelfstandig land geboren. De „Liberty Bell", de be roemde Vrijheidsbei met zijn even beroemde barst is pre cies op de overgang van het oude naar het nieuwe jaar van Independence Hall in Philadelphia overgebracht naar een eigen paviljoen ter opluistering van h$t tiveede eeuiofeest van Amerika. In alle zorgen, die de Amerikanen kwellen -de werkloos heid, de wankele economie, het verlies van overwicht in het 5t buitenland - en dan moeten ze nog 0 een president kiezen ook dit jaar in al die zorgen doen alle Amerikanen toch mee aan dit feest. Want niets kan ooit afbreuk doen aan dat ene, wat de zonen van de Nieuwe Wereld door alles heen hoog houden: hun patriotisme hun trots om Ameri kaan te zijn. De viering is eigenlijk allang aan de - gang. In de helft van vorig Jaar begonnen door het hele land al manifestaties, tentoonstellingen, voorstellingen die een aanloop moesten geven naar dat Jaar van het tweede eeuwfeest, het Bicenten nial De winkels, de bazarretjes, de bedoeninkjes in de hotels, waar Je je kranten koopt, puilden en puilen uit van souvenirs: kopjes, vaasjes, beeldjes, schilderijtjes, balpunten, 1 vlaggetjes, wandborden, T.-shirts, speelgoedbeestjes, trompetjes, as bak- i Jes. nagelgarnituurtjes. zakmesjes, r aanstekers, tasjes en nog veel. veel K meer spulletjes, die op de meest onlogische wijze in verband worden gebracht met dat feest en suggere ren dat de aanschaf ervan de vreugde zal verhogen. Aandoenlijke kitsch, die toch wel vaak pijn doet aan de ogen. 'BEKNOPT' Maar dat alles is niet officieel Officieel is wat in Het Grote Boek staat. Het is uitgegeven door de organisatie, die in opdracht van de Amerikaanse regering de wanhopige taak moet uitvoeren om door de vijftig staten heen de feestelijkhe den in banen te leiden. Dat is de ARBA, de American Revolution DOOR ANTON PFEIFFER Bicentennial Administration, de Amerikaanse organisatie voor het tweede eeuwfeest van de revolutie. Het Grote Boek dan. Het heeft ook een mooie naam: Comprehensive Calendar of Bicentennial Eventas, State-bij-State Event Details, listed bij date, oftewel: Beknopte kalender van eeuwfeestevenementen, details van evenementen voor elke Staat, gegeven volgens datum. Vooral dat eerste woordje doet Je de schrik om het hart slaan„Beknopt". Want met dit foliant is men er nog niet, nog lang niet. Duizenden feestelijkheden in duizenden uit hoekjes van de Verenigde Staten staan nog niet geboekt. En wat er wel in die „beknopte kalender" staat krygt deze waarschuwing van de wanhoop mee: „Meer dan 45 procent van de programma's zijn voorlopig niet compleet of het is in elk geval verstandig van te voren nog even te informeren." Het is overdreven op grond daarvan te zeggen, dat er dus nog niets vast staat Vorig jaar al is getrokken dooi een stoomlocomotief, de Vrijheidstrein de rails opgegaan, een rijdende tentoonstelling van 25 wagons, waarin Amerika de erfenis van zijn geschiedenis kan terugvin den. De trein heeft nu al meer dan de helft van de ongeveer 30.000 kilometer erop zitten, waarlangs in meer dan honderd plaatsen in 48 staten overweldigende belangstelling wordt getrokken. En dan sjokt op het ogenblik ook nog uit alle vijftig staten de Wagon Train Pelgrimage, een pelgrimstocht met de oude huifkarren van de voorvaderen, door het wijde land om op de dag der dagen, 4 Juli, verenigd te worden in een rendez-vous bij Valley Forge in Pennsylvana. ZEILSCHEPEN En, Hollanders, opgelet: ook Jullie kunnen meedoen aan een hele zomer fietsen, dwars door Amerika van kust tot kust. een week of twaalf weken, tochten te kust en te keui. Houd er echter wel rekening mee dat de hele rit langs de Trans-America Trail 3700 mijl lang is, dat is een slordige zesduizend ki lonieter te fietsen. Groot evenement wordt verder „Operation Sail" als op 3 en 4 Juli in de haven van New York honderd vijftig historische zeilschepen, groot en klein gaan pronkvaren. De mooiste van de mooiste zijn erbij: de Amerigo Vespucci uit Itali, de Christain Radich uit Noorwegen, de Dar Pomoroza uit Polen, de Esmeralda uit Chili, de Juan Sebastian de Elcano uit Spanje en uit Amerika zelf de trotse Eagle en de Gazela Primeiro. Het zijn maar een paar namen. Dat zijn een stel manifestaties, die duidelijk een nationaal of zelfs internationaal karakter dragen. In Het Grote Boek zijn de activiteiten terug te vinden, die in meer plaatselijk beheer luister bijzetten aan de viering van het Bicentennial. En dan zie je, dat in alle vijftig staten de organiserende commissies projecten van openbaar belang steunen of stimuleren, feestbijdrage van het volk voor het volk. En dat kan dan uiteenlopen van de restauratie van het Capitool de regeringszetel in Montgomery, de hoofdstad van Alabama tot een studie over een rijwilpadenplan- voor Puerto Rico, waar de hoofd stad San Juan verstikt in de uitlaat gassen van de auto's. EIGEN AARD Verder het hele jaar door in stad en dorp feesten en feestjes naar eigen geaardheid, veel folklore natuurlijk en overal de onmisbare parades, daverende groots opgezette feestop- tochten, die jong en oud op de been brengen. In het openluchttheater van Alas ka gaat de hele augustusmaand het historische spel „De schreeuw van de wilde ram", waarin de stichting van de kolonie door de Russen is vereeuwigd, in Phoenix in Arizona wordt van 15 tot 24 april daarentegen Eugene Ol' Neills uitzichtloze alcoholistendrama „Een maan voor de misdeelden" gespeeld En zeg maar eens dat dat niet echt Amerikaans is. In Monticello gaat op nationale feestdag 4 juli een koker in de grond met dokumenten en andere voorwerpen, die in een verre toekomst nijvere gravers duidelijk moeten maken, dat dit stadje in Arkansas in 1976 het feest wel degelijk heeft meegevierd. Californië heeft door het grootste dee' van zijn feestelijkheden de "guldrush" de roemruchte ren naar het goud, als thema. In Culver City houden ze daar een boomplantdag en Woodland belooft nu al op 4 Juli uit alle huizen de vlag te laten wap peren en dan 's avonds met z*n allen naar het historische program ma ln het operagebouw. Hoofdstad Washington. Zij heeft op haar verlanglijst een aantal belang rijke nieuwe projecten voor do aanleg van de metro, maar durft niet te beloven dat die dit Jaar echt gaat rijden, want het is daar al even hard sukkelen en sappelen als in Amsterdam. Er komt avond aan avond een groot geluid- en lichtspel. 'Onze hoofdstad de Vrijheid spreekt" en op 4 juli is er bij de torenhoge naald van het Washing ton-monument een nationale onaf hankelijkheidsviering met vuurwerk, ernstige sprekers en blije muziek. Nevada pocht erop het land het meest unieke souvenir aan dit feestjaar na te laten van alle staten. Honderd jaar geleden was Nevada de enige staat, die bij de viering van het eerste eeuwfeest- een gouden herdenkingspenning liet slaan. Het stempel daarvan is nog aanwezig en waar je bijstaat zullen daarop in de hoofdstad Carson City op de oude dollarpers opnieuw penningen wor den geslagen. OPSTEL Een trotse Amerikaanse uitdaging verder, die voor vele plaatsen van het land met Britse trots is aanvaard: een rondtrekkende mu- ziekshow van Britse militaire kapellen. De oude vijand komt het feest leven inblazen, maar de show draagt wel de waarschuwende naam „The British are coming", „Daar komen de Engelsen". Zo krijgt heel Amerika zijn deel van het Bicentennial, een oncontroleer baar groot feest, dat met al zijn blijdschap en ernst overal schuchter is gestart om op 4 juli tot klaterende hoogtepunten te komen. Maar hoe 49 staten het ook in kleden, zij hebben geen van alle voor hun kinderen zo'n feest be dacht als in die vijftigste staat, het eiland Hawaii. Hoor maar. Daar mo gen alle jongens en meisjes van de tiende tot en met de twaalfde on derwijsklas - zo van 15 tot 17 jaar - meedoen aan een opstelwed strijd met als onderwerp: "Geef een omschrijving van de visie op de idea le maatschappij, zoals die wordt uiteengezet door Thomas Jefferson in de eerste artikelen van de Onaf hankelijkheidsverklaring en bespreek in hoeverre zijn idealen al dan niet zijn bereikt in de hedendaag se Amerikaanse maatschappij". Nu zo'n kans krijg Je maar eens in de tweehonderd Jaar. Omdat het feest is!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 15