Piattelandsdokter
gai stool tot de
oprichting van
Lissone-
Lindeman
ATKINS
DIEET
RUIKT
ACETON
Vooroorlogse
Pander EC
opnieuw
de lucht in
ZATERDAG 17 JANUARI 1976
AMSTERDAM Na Cook, dat in 1841 in Engeland werd op
gericht, is het reisbureau Lissone Lindeman het oudste ter we
reld. Dit jaar viert het bureau zijn eeuwfeest.
Het is een bejaarde plattelandsdokter, genaamd Haksteen, ge
weest, die, zonder zich daarvan bewust te zijn, de stoot heeft
gegeven tot de oprichting.
Door
Henk de Ridder
De arts kwam met een vertrouwelij
ke opdracht bij de Amsterdammer
Jac. P. Lissone, eigenaar van een
wekelijkse bodedienst op Londen.
Hij wilde een paar schilderijen van
de 17e-eeuwse schilder Adriaan
Brouwer in Londen laten verkopen.
Enkele weken later kreeg de dokter
bericht, dat de schilderijen vijf
pond meer hadden opgebracht dan
de gestelde limiet.
Daarna stapte de arts Weer bij
Lissone binnen. Nu hij financieel
een meevallertje had gehad, wilde
hij met zijn vrouw en een paar
kennissen naar Londen. Of Lissone
de reis wilde regelen en zelf
meegaan als gids. Aanvankelijk
astribbelde deze hevig tegen. Toch
echter bleek dat ook enkele
kennissen uit zijn eigen kring
meewilden en het gezelschap uit
tien personen zou bestaan, zwichtte
hij voor de aandrang.
Hij begon te organiseren, schreef
brieven aan Londense hotels,
bestelde plaatsen op de stoomboot
Batavier en maakte dagindelingen
voor het verblijf in de Engelse
hoofdstad. Zijn pessimisme van het
begin werd gelogenstraft door de
reacties van het reisgezelschap, dat
na terugkeer via een advertentie in
de kranten erkentelijkheid toonde
aan dte heer Lissone.
Het succes noodde tot doorgaan.
Nog in 1876 bezocht een gezelschap
onder leiding van de heer Lissone
(„reizen verrijkt de geest") het
eiland Wight.
In de daaropvolgende keren werden
de vleugels steeds verder uitgesla
gen. Zodra er ook maar ergens ter
wereld een aanleiding was voor een
bezoek, werden er een of meer
reizen op touw gezet.
Er werden wereldtentoonstellingen
bezocht in Parijs en in Amerika. In
1894 reisde een groep Nederlanders
naar Moskou om de kroning van de
laatste Russische Tsaar bij te
In 1896 trok een gezelschap naar
Jerusalem ter gelegenheid van de
inwijding van een protestanfcese kerk.
Velen bezochten de passiespelen in
Oberammergau en dte Festspiele te
Bayreuth. Ook in het binnenland
was Lissone actief. Voor het eerst
werd een boottocht1 georganiseerd
van Amsterdam naar Volendam en
Marken.
Oo tweede paasdag 1911 verscheen
onverwachts in de straten van
Amsterdam een reusachtig vuurrood
vehikel met vijf rijten banken,
oplopend opgesteld als theaterstoe-
Vonhonff in Story: kijk
hoe wijd m'n jasje nou is.
„Nooit nieer aardappels en brood"
zou er eigenlijk op het onlangs
verschenen boek Dr. Atkins" Dieet
Revolutie moeten staan. Maar nee
hoor. De titel is heel anders. „Volop
eten en toch afvallenlees je op de
kaft. Er staat ook nog bij dat A. C.
van Swol, arts, het voorwoord heeft
geschreven. Mooier kan het dus niet.
Eindelijk een manier om slank te
worden en toch veel te mogen eten,
en de dokter zegt dat het goed is.
Zo maakt uitgever Bosch en Keunig
het publiek lekker, en alsof dat nog
niet genoeg was kwam het weekblad
Story er onlangs nog een schepje
bovenop doen. Story meldde met
hoeveel succes burgemeester Vonhoff
van Utrecht, en de Zangeres Zonder
Naam (twee bekende dikkerds) dit
dieeit hadden gevolgd. Met foto's
erbij: Vonhoff die laat zien dat zijn
jasje te wijd is geworden, terwijl de
Zangeres en Van Swol bewonderend
totekijken.
Voordat u nou naar de boekhandel
rent om voor plm. 20 aan uw
eigen dieet-revolutie te beginnen,
eerst even dit: het Voorlichtingsbu
reau voor de Voeding is ertegen.
Niet tegen uw gang naar de
boekhandel, maar wel tegten het
proberen van een dieet met zulbe
verstrekkende gevolgen als dat van
AtJkins.
„Wij willen er ernstig tegen
waarschuwen", zeggen de Nederland
se voedingsdeskundigen. „Atkins
wekt met dit dieet een gestoorde
vtetstof wisseling op, een toestand
waarin sommige suikerpatiënten
(als ze niet onder doktersbehande
ling zijn) verkeren.
Dat komt doordat je bij
dit dieet geen. of maar heel
weinig koolhydraten mag gébruiken
Het Voorlichtingsbureau voor de
Voeding is ertegen dat iemand
zichzelf, door heel eenzijdig te eten,
een stofwisselingsstoornis bezorgt.
Mensen met ziekten van hart- en
bloedvaten, lever, nieren en darmen,
en suikerzieken, mogen zeker niet
aan dit dieet beginnen.
Hoe zit het Atkins-dieet in elkaar?
Dr. Atkins. een Amerikaanse arts.
gelooft niet in vermageren door
minder calorieën te eten. Hij noemt
het calcrieënbeperkt dieet een
„valstrik". Volgens hem lijden dikke
mensen aan een stofwisselingsstoor
nis «een andere dan de zoëven
genoemde), die ervoor zorgt dat
koolhydraten «suiker en zetmeel)
niet worden verbrand, maar in het
lichaam worden opgeslagen als
vetlagen.
Om dat tegen te gaan laat hij zijn
patiënten zo goed als geen
koolhydraten mteer gebruiken. Het
lichaam gaat dan, volgens Atkins,
vetten verbranden om de energie die
het nodig heeft, te krijgen.
„Dikke mensen zijn allergisch voor
koolhydraten", zegt Atkins, en dus
zet hij de koolhydraten het huis uit,
voor altijd.
In de dagelijkse praktijk betekent
dat, dat je Je lteven lang geen brood,
aardappelen, rijst, maoaroni, melk
«vanwege de melksuiker), suiker en
alles waar suiker in zit (snoep,
gebak, frisdrank), bonen, bananen
enz. meer mag eten.
Ook veel vruchten (sinaasappels
bijvoorbeeld) zijn uit den boze
vanwege de vruchtesuiker. Van
alcohol mag je maar een heel klein
beetje hebben. En ook van
bladgroenten niet al teveel.
Van wat er overblijft mag je
onbeperkt eten. Dat zijn de dingen
met eiwitten en vet, dus: vlees, vis,
kaas, boter, eieren, mayonaise,
slagroom.
De kreet „volop eten" op de voorkant
van het boek slaat dus op dit
laatste rijtje. Je mag volop eten-
van heel weinig.
Verder moet je zorgvuldig gaan
controleren hoeveel koolhydraten Je
per dag toch nog binnenkrijgt, want
een heel klein beetje mag. Je gaat
dus koolhydraten tellen inplaats van
calorieën.
Jte moet bovendien vitamineprepara
ten slikken, want als je zoveel niet
mag eten kom je tekort.
En je moet regelmatig je urine
controleren met een teststokje dat
paars moet worden. Als het paars
kleurt zitten er „ketonen" in
«ketonen zijn acetonlichamen: men
sen die dit dieet volgen ruiken ook
naar aceton). Dat duidt er dan op,
dat het lichaam geen koolhydraten
maar alleen vetten verbrandt. Zodra
dat niet meer gebeurt, word Je
volgens Atkins weer dik.
Het Voorlichtingsbureau voor de
Voeding waarschuwt ervoor, dat Je
van het dieet klachten kunt krijgen
over lusteloosheid, vermoeidheid en
braken. Er is bovendien kans op een
verhoogd cholesterolgehalte in het
bloed (vanwege het vele vet) en op
een verhoogd urinezuurgehalte. Te
veel cholesterol is slecht voor het
hart, teveel urinezuur, kan Jicht
veroorzaken.
De Nederlandse voedingsdeskundi
gen geloven wel dat de resultaten
van het dieet in het begin
opmerkelijk kunnen zijn, maar niet
op de lange duur.
„Bij zo'n koolhydraat arm, maar vet
en eiwitrijk dieet zal het lichaam
tijdelijk veel vocht uitscheiden,
maar al gauw val Je niet meer af
dan bij een normaal calorieën be
perkt dieet. Wij blijven voorstander
van het dieet met minder calorieën,
omdat je je daarbij aan de gewone
Nederlandse voedingsgewoonten
kunt houden en geen extra pillen
met vitaminen of kalk nodig hebt",
zeggen ze.
len. De eerste „toeringcar" van
Lissone maakte een proefrit. Naar
de bollevelden. Er werd gereden met
een snelheid van 20 km. „Opdat de
reizigers onderweg alles goed zouden
kunnen waarnemen". Lissone haalde
alle kranten.
Hij was een inventief man.
Toen de Eerste Wereldoorlog was
uitgebroken en tal van reizigers hun
bagage in een van de oorlogvoerende
landen hadden achtergelaten, werd
een bagage-, opsporings en ophaal
dienst in het levten geroepen. Toen
de Noordzee onveilig werd, zorgde
Lissone ervoor dat Indië-gangers of
repartriërenden via Genua over land
hun tocht konden volbrengen. En
toen zelfs dat onmogelijk werd,
kreeg Lissone een route voor elkaar,
die liep van Rotterdam naar
Zweden per schip, van Zweden naar
Finland per trein, dan een stukje
per slede, vervolgens vanaf St.
Petersburg met de trein dwars door
Siberië en tenslotte vanuit een
haven in het Verre Oosten per schip
naar Nederlands-Indie. Na een
moordende concurrentieslag met het
in de jaren negentig in Den Haag
gestichte reisbureau Lindeman wterd
in 1927 besloten tot een fusie. Sterke
rivaliteit resulteerde op deze manier
tot het ontstaan van een organisatie
met een bundeling van een niet
geringe kennis. Van 1 Januari 1974
werd nog een derde naam aan die
van het reisbureau <60 vestigingen
in Nederland) toegevoegd: Ruys.
BADHOEVEDORP Matthijs Maarten Verkuyl (55), profes
sioneel constructeur van vliegtuigmodellen, gaat als hobbyist
een vooroorlogse Pander nabouwen. Samen met zijn vriend, de
in Duitsland wonende Nederlander Frits Ruth (57), hoopt hij
er over een paar jaar demonstratievluchten mee te kunnen ge
ven. Voor het uitbreken van de oorlog in mei '40 was de Pan-
der-EC, een een-en-een-kwart dekker, een favoriet lestoestel
bij de Nationale Luchtvaartschool (NLS). Op (het oude) Schip
hol en op het vliegveld Waalhaven is er druk mee gevlogen.
Bekende instructeurs uit die jaren Van der Graft, Postma,
De Mul en Sluyters konden „ermee lezen en schrijven".
Door
Wim de Regt
Maathijs Verkuijl herinnert zich
dat nog precies, omdat hij in die
tijd als melkslijter bij zijn vader
dagelijks op Schiphol kwam.
Hij heeft er een ongeremde
passie voor de toenmalige luchtvaart
overgehouden
„Het idee om een toestel van voor
de oorlog opnieuw te gaan bouwen
is van m'n vriend. Ruth hij woont
op het eilandje Amrum, in de buurt
van Sylt is vroeger vliegtuig-
bouwtechnisch tekenaar geweest, en
hij heeft een speciale band met de
Pander-EC, omdat hij in dat toestel
heeft leren vliegen. Vandaar dus
Hij is een echte Pander-man, ik
niet. Ik ben van Fokker, daar heb ik
in de oorlogsjaren gewerkt. Maar
toen we eenmaal hadden besloten
om een toestel van voor 1940 te
bouwen, is het toch een Pander
geworden vanwege zijn afmetin
gen".
Vliegtuigfabriek Pander in Rijswijk
heeft in de jaren '30 zijn activiteiten
overgedaan aan de Koninklijke
Maatschappij „De Schelde" te
Vlissingen, die toen een afdeling
had waar toestellen werden gecon
strueerd met toepasselijke
namen: Scheldemus en Schelde-
meeuw, eenpersoons-vliegtuigjes met
een twee-cilinder motortje. „Het
waren net klompen met vleugels
eraan, maar ze vlogen als de hel".
Op het archief van "De Schelde"
heeft Verkuyl al zijn hoop gevestigd.
„De werktekeningen en sterktebere
keningen moeten daar nog ergens in
een kluis liggen. Ze hebben me
beloofd op zoek te gaan
afwachten dus maar. Als er niets
meer te vinden is, moeten we zelf
tekeningen en berekeningen gaan
maken Dan duurt het nog wel
een jaar of vier, voordat onze
Pander de lucht ingaat".
Verkuyl en Ruth hebben afgespro
ken dat. ze ieder een helft van het
toestel bouwen. In de garage van
een gezamenlijke Duitse vriend
worden de onderdelen geassem
bleerd. "Die man woont op 'n plaats
ongeveer halverwege Amrum en
Badhoevedorp; we komen elkaar dus
steeds tegemoet gereden Maar
we hebben ook voor Duitsland
Matthijs Verkuyl: passie
oor vooroorlogse luchtvaart
gekozen, omdat het daar eenvoudi
ger is een registratie voor het
toestel te krijgen".
De hieuwe Pander wordt kwalitatief
beter dan die in de jaren 1924/'25
werd geconstrueerd. Matthijs Ver
kuyl durft die bewering best voor
zijn rekening te nemen. „De
materialen van tegenwoordig zijn
veel beter, en bovendien: de minder
goede ervaringen, die vliegers
vroeger met het toestel hebben
gehad, zijn voor ons aanwijzingen
voor correcties. Om een voorbeeld te
noemen: het landingsgestel vertoon
de nogal eens kuren dat mag bij
onze Pander niet voorkomen".
„Het wordt een moeilijk karwei",
vertelt hij nu al met nadruk. "Het
achterste gedeelte is een gelast
stalen buisframe, het voorste is van
hout, evenals trouwens de vleugels
die met linnen worden bespannen.
De problemen komen als beide
gedeelten aan elkaar moeten worden
vastgemaakt. Daarom zijn we zo
gelukkig met de reacties van
mensen die vroeger bij Fokker
hebben gewerkt. Ze willen ons
komen helpen!"
Een moeilijkheid wordt stellig ook
het vinden van de motor. De
vooroorlogse Pander-EC had een
Walter-motor uit Tsjechoslowakije.
De fabriek bestaat nog steeds, maar
het is de vraag of er nog zo'n
5-cilinder is. Hetzelfde gaat overi
gens op voor de propeller. Verkuyl is
daar niet pessimistisch over. „Het
zal natuurlijk niet meevallen, maar
we zullen die motor best op de kop
kunnen tikken".
Op vakantie in Amerika twee
jaar geleden heeft het plan van
Frits Ruth om zelf een oud toestel
na te bouwen vaste vorm gekregen
Dat is gebeurd, nadat hij op een
jaarlijkse „fly-in" had gezien wat er
in de Verenigde Staten nog bestaat
(en vliegt) aan toestellen van ver
voor de oorlog.
„Hij kwam verschrikkelijk enthou
siast terug, maar ook met een brok
weemoed. Waarom is er in ons land
zo weinig bewaard gebleven? Met
Fokker, Koolhoven, Pander en de
KLM hebben wij toch ook een
rijkdom aan luchtvaarthistorie?"
„Als in ons land iets geen cent meer
oplevert, wordt het opgeruimd,
omdat het in de weg staat. Er is
geen belangstelling, ook niet bij
luchtvaartinstanties, en dat is erg
Jammer".
Matthijs Verkuyl heeft dat zelf
ervaren. Als particulier heeft hij
een aantal jaren geleden al veel
moeite gedaan om een Fokker F-Xl
Universal naar ons land te halen.
Hij had het toestel gebouwd in
1927 en tot ongeveer 1967 in de
lucht ontdekt op het vliegveld bij
de Oostenrijkse stad Graz. Na een
botsing op de baan was het vliegtuig
met zware beschadigingen in een
hoek geparkeerd rijp voor de
sloop.
„Echt waar, ik heb staan huilen,
toen ik het daar zag staan te
verrotten. Voor 140 gulden de
schrootwaarde mocht ik het
kopen; de transportkosten waren
vierduizend gulden. Maar Fokker
had geen belangstelling Twee
jaar latei* kort voor het gouden
jubileum van Fokker wilden ze
het toestel ineens wel hebben. Ik
opnieuw naar Oostenrijk net te
laat. Twee Australiërs die op zoek
naar een Universal de halve wereld
al hadden afgevlogen, hadden het in
stukken gezaagde vliegtuig kort
tevoren gekocht. In Australië is het
gerestaureerd en het staat nu in een
museum als nieuw te blinken".
Later heeft Verkuyl, die zelf ook
heeft gevlogen nog een keer
geprobeerd een ander toestel, een
Fokker F-Vll B 3 M gebouwd in
1926/27, van de sloper te redden.
KLM en Fokker beide vijftig jaar
bestaand hadden er wel oren
naar; de KLM had zelfs het vage
plan er een vlucht naar Indonesië
mee te maken. Maar ook dit toestel
is verschroot, toen er geen centen
op tafel kwamen. De bouw van het
Aviodome op Schiphol had al teveel
geld opgeslokt.
De teleurstelling door die ervaringen
was voor Verkuyl en Ruth evenwel
ook een prikkel om het dan zelf
maar te doen een privébljdrage
aan de conservering van een stuk
luchtvaartgeschiedenis. De kosten
worden begroot op enkele tiendui
zenden guldens, maar daar praten
ze zelfs niet over. Hun hoofdzaak is
dat de Pander-EC opnieuw de lucht
ingaat!