Miljoenen op
de vlucht...
„Den Uyl jaagt
bedrijfsleven
het land uit"
Werklozen
roken meer
KAMERLID KONING:
ZATERDAG 13 DECEMBER 1975
PAGINA 17
De belastingexpert van de WD in
de Tweede Kamer, mr. H. E.
Koning, geeft het kabinet-Den Uyl
de schuld van het wegvloeien van
vele miljoenen guldens naar fiscaal
aantrekkelijke land'en.
„Het bedrijfsleven is wel genood
zaakt, constructies te zoeken om
zijn winsten - zo die nog worden
gemaakt - in tax havens onder te
brengen. De druk van fiscus en
sociale premies is zo zwaar in ons
land - gemiddeld tien procent
zwaarder dan in andere EG-landen
- dat er steeds minder wordt
geïnvesteerd. Dat geldt ook voor
buitenlandse bedrijven; die vestigen
zich hier ook niet meer".
Het slechte ondernemingsklimaat
bevordert het zakendoen in ons land
evenmin. „Het optreden van deze
regering, maatregelen als die voor
de VAD en de ondernemingsraden
en de nivellering van inkomens
jagen het bedrijfsleven bij wijze van
spreken naar het buitenland", aldus
mr. Koning.
Volgens hem kan het klimaat alleen
worden verbeterd door de collectieve
uitgaven en de belastingen te
verlagen, zoals aanbevolen in de
tegenbegroting van de VVD. Het
effect daarvan zal gunstiger zijn
dan dat van maatregelen van de
regering voor de bestrijding van de
werkloosheid. Als de belastingdruk
niet wordt verminderd, verwacht het
liberale kamerlid, dat het Neder
landse bedrijfsleven in de nabije
toekomst nog meer gaat investeren
in het buitenland en nog meer
pogingen zal doen om via „tax
planners" winsten elders weg te
werken.
Sterkere bestrijding van de inflatie
is eveneens noodzaak voor de
verbetering van het ondernemings
klimaat: „Inflatie brengt de belas
tingdruk sluipend op een steeds
hoger niveau, vooral ook omdat
correcties niet of onvolledig worden
doorgevoerd".
Mr. Koning is het met vele anderen
eens, dat de zware als on
rechtvaardig ervaren belasting
druk de „mentaliteit van de
belastingbetaler heeft verziekt".
„Grote groepen Nederlanders nemen
hun toevlucht tot constructfes om
aan de fiscus in eigen land te
ontkomen. Daar schaamt men zich
niet langer voor. Er zijn zelfs
nauwelijks scrupules meer om te
frauderen".
Een NIPO-onderzoek wil doen
geloven, dat tien vijftien procent
van de belastingplichtigen er geen
moeite mee heeft om de fiscus om
de tuin te leiden. Die percentages
komen neer op een half miljoen
Nederlanders.
Commentaar van Ko
ning: .Misschien is het nog wel
erger. Niet iedereen geeft antwoord
op zo*n directe vraag. Tekenend is
in elk geval dat men er zich op laat
voorstaan, de belasting te bedonde
ren. Zo is de mentaliteit Inmiddels
ondermijnd".
Het optreden van de belastingdienst
tegen het illlegale wegvloeien van
kapitalen wordt, aldus de VVD-ver-
tegenwoordiger, bemoeilijkt door de
erfenis van het beleid in de Jaren
tussen 1953 en 1965. „Er zijn in die
periode te weinig hoog gekwalifi
ceerde mensen opgeleid of in dienst
genomen; bekwame topambtenaren
hebben onder die omstandigheden
ontslag genomen en zijn belasting
adviseur geworden. Dat beleid heeft
de opbouw van het korps ernstig
verstoord en die handicap wordt nu
nog steeds gevoeld".
Belasting-
Caaeï
studie
Mr. M. A. Wisselink
Op initiatief van de Eras-
musuniversiteit Rotterdam
(EUR) is het Fiscaal-Econo
misch Instituut, onder leiding
van dr. J. C. L. Huiskamp,
lector in het belastingrecht,
bezig met een diepgaand on
derzoek naar internationale
belastingontwijking.
Mr. M. A. Wisselink, één
van de vijf leden van het
team: "Doel is in de eerste
plaats het begrip belastingont
wijking te definiëren. Wat is
legaal en wat is illegaal? Na
het fiscaal-juridisch onderzoek
zullen we proberen een kwan
titatief onderzoek in te stellen
in de hoop dat we exacte
bedragen boven water kunnen
halen We zijn nog maar
nauwelijks een jaar bezig en
het kan nog wel jaren duren,
voordat onze studie is afge
rond. Zo ingeivikkeld en veel
omvattend is de materie."
Over de belastingwetgeving
in ons land zegt hij: "Theore
tisch is die niet zo slecht: han
dicap is dat de wet slechts voor
zeventig procent uitvoerbaar
is. De fiscus zou veel meer fei
ten moeten kennen, maar dat
is om allerlei redenen prak
tisch onmogelijk. Half Neder
land zou voor vijfhonderd mil
joen gulden aan salaris- en
reiskosten per jaar terecht
zeer actieve zakenlieden
achterna moeten reizen en
daarbij voortdurend al hun
documenten moeten kunnen
inzien om hooguit vijfhonderd
miljoen méér aan belasting te
kunnen innen."
"Het is allerminst beioezen
dat strengere wetten Ameri
kaDuitsland) meer belasting
opleveren. De enige echt-radi-
cale oplossing is de invoering
van een federale wereldrege
ring met eigen belastingbe
voegdheid. Voor het zover is,
kan men alleen maar lapwerk
doen. of staatssocialisme in
voeren. Maar het laatste wordt
niet door ons volk gewenst",
aldus de heer Wisselink.
Door
Wim de Regt
Exacte cijfers en gegevens zijn er niet niettemin is zeker, dat jaarlijks tenminste tweehon
derd miljoen gulden aan de hand van de fiscus ontglipt en legaal of illegaal terechtkomt
in landen waar belastinggaarders winsten van ondernemingen niet of bijna niet belasten: de
zonnige Bahama's, Bermuda's, Nieuwe Hebridenen Caymaneilanden, of dichter bij huis
Liechtenstein.
De belastingvlucht uit ons land is ontstellend groot. Nogmaals: de feitelijke informatie over
de omvang is onvolledig, maar er zijn zovele tref zekere aanwijzingen, dat alle reden bestaat om
aan te nemen dat duizenden Nederlandse bedrijven sluipwegen naar fiscale paradijzen, (tax ha
vens) hebben gevonden om belangrijke porties van hun winst onder de druk van de belasting
pers in ons land weg te halen.
Duidelijk is eveneens, dat wellicht
een evengroot aantal ondernemingen
nog bezig is, het spoor te zoeken
naar landen waar belastingambtena
ren onbekende of hooguit
zeldzame wezens zijn. Bewijs
daarvoor is de groeiende, industrie
van adviseurs', die tegen betaling
iedere ondernemer de weg willen
wijzen naar naties met het
gunstigste belastingklimaat met
een modewoordde taxplanning
industry.
Mr. M.A. Wisselink, wetenschappe
lijk hoofdonderzoeker bij het
Fiscaal—Economisch Instituut van
de Erasmusuniversiteit Rotterdam,
waagt zich niet aan een uitspraak.
Hij houdt zich op de vlakte met de
opmerking dat fraude met harde
cijfers moet worden bewezen.
Desondanks: ,De omvang van de
belastingvlucht is aan de hand van
bedragen niet vast te stellen, maar
daarmee wil ik niet wegredeneren,
dat elk Jaar miljoenen of misschien
wel miljarden guldens niet naar de
fiscus in Den Haag, maar naar tax
havens vloeien. Iedereen kan
constateren dat de taxplanning
industry bestaat. Trouwens, laten we
eerlijk zijn: het bedrijfsleven zou
toch wel gek zijn, als het niet zijn
best zou doen om gedeelten van zijn
winsten op geoorloofde wijze naar
belastingvrije landen te brengen?
Grens
Reele taal! Maar waar ligt de grens
tussen geoorloofd en ongeoorloofd,
tussen legaal en illegaal? Waar ligt
de grens aan welks andere kant het
dubieuze gebied van de fraude
begint?
De algemene hoofdlijnen laten
weinig ruimte voor twijfel. Naar de
letter van de wet geredeneerd is
helder als kristal hoe het legale
terrein is afgebakend; alles daarbui
ten is illegaal. Het klinkt te
simplistisch om waar te zijn, en dat
klopt. De praktijk is dat er een
uitgestrekt niemandsland ligt tussen
de legale en de illegale grenspalen,
en op dat terrein gebeuren
transacties, die het daglicht niet
verdragen. Daarvan is ook de
belastingdienst overtuigd. Maar in
grijpen kan hij niet; de wapens
ontbreken. De fiscus blijft zoveel
informatie onbekend, dat tegen de
kapitalen, die illegaal ons land
uitstromen, geen dam is te bouwen.
Er is geen ondernemer, die het zich
kan veroorloven om de .spelregels'
niet te kennen. Elke vennootschap
in Nederland wordt in principe
belast voor het inkomen, dat in ons
land en in het buitenland wordt
verdiend volgens het beginsel dat
iedere Nederlander en elk Neder
lands bedrijf (ook al is dat in het
buitenland gevestigd) .wereldwijd'
wordt belast. Daar kan dus niemand
onderuit.
Geen boeman
Maar een onderneming, die haar
activiteiten of een deel daarvan
buiten de vaderlandse grenzen in
een buitenlandse rechtspersoon hult,
omzeilt het beginsel van de
Nederlandse fiscus. En dat levert
uitzicht op mogelijkheden om in het
buitenland behaalde winsten onder
te brengen in landen waar de
belastingdienst geen boeman is
volstrekt geoorloofde transacties
overigens! Tax havens als noem
maar op Liechtenstein, Bahama's,
Bermuda's, Panama en Liberia
fungeren voor die bedrijven als
.opvangbekkens' tussen de plaats
waar de winsten worden gemaakt en
de Nederlandse eigenaren.
De legale mogelijkheid om op deze
manier de belastingdruk in ons land
te ontvluchten is voor fabrikanten
moeilijker dan voor handelsonderne
mingen en financieringsmaatschap
pijen. Een handelsman kan de
fiscus eenvoudig aantonen, dat een
deel van zijn activiteiten zich in een
.buitenlandse jas' afspeelt; voor
financiers is het nog eenvoudiger
zij kennen voor hun transacties
boekhoudkundige handelingen, even
efficient als snel.
Mr. Wisselink: .Belangrijk aspect is
ook dat belastingontwijking wordt
begunstigd doordat juridisch veel
kan worden gesplitst wat econo
misch bij elkaar hoort'.
Tot zover is de grens tussen legaal
en illegaal nog opvallend. Een
Nederlands bedrijf dat de jas van
een tax haven aantrekt, terwijl het
uitsluitend in ons land opereert, is
duidelijk fout; een aannemer die
een project in het buitenland (b.v. in
Perzie) in een aparte vennootschap
onderbrengt in Perzie bv. en
h et werk aan een Pers toevertrouwt,
wordt in principe alleen in Perzie
belast wat hij doet is toegestaan,
's Rijks Belastingen mag dan met
lede ogen toezein hoeveel geld legaal
ons land verlaat, de fiscus moet
toegeven dat daarmee niets gebeurt
wat niet in de haak is.
Maar hoe legaal is legaal? Hoe
groot is het gebied waarop de
grensgevallen zich afspelen, de
gevallen waarop de belastingdienst
geen vat heeft? Niemand die het
antwoord kent, maar veel wijst erop
dat het heel groot moet zijn.
De naspeuringen van de fi6cus lopen
dood tegen de muur van stilzwijgen
van de belasting plichtige bedrijven
waarvan activiteiten zich buiten ons
land afspelen, onder het dak van
(formeel gesproken) een buitenland
se onderneming. Het ligt voor de
hand dat het die bedrijven er veel
aan gelegen is, een flink brok van
de totale winst naar een belasting
paradijs over te maken.
Onder die omstandigheden begint
het spiegelgevecht met de belasting
inspecteur, een gevecht waarin de
fiscus in vele gevallen de verliezer
i6. omdat zij geen vuist kan maken.
Het bedrijf is niet verplicht om alle
inlichtingen te verstrekken; uit puur
eigen belang houdt het een br0k
informatie onder een wollen deken
verborgen. De belastingdienst kan
geen volledige informatie eisen, en
daarmee is de patstelling bereikt.
Compromis
De praktijk is meestal dat de
(liberale) belastingdienst in arren
moede een regeling treft: een
aanslag die gebaseerd is op feiten
die boven water zijn gekomen en op
feiten die onder de waterspiegel
worden vermoed schoolvoorbeeld
van een compromis dus. De fiscus
kan niet anders; zij kan niet
vaststellen hoe groot de buitenland
se activiteiten zijn: twintig, vijftig,
tachtig procent?
Mer andere woorden: hoe vaak
gebeurt het dat transacties het
etiket legaal krijgen, terwijl ze
wellicht in feite illegaal zijn? Het
antwoord ontbreekt; de belasting
dienst moet het schuldig blijven zo
lang in ternationale belastingverdra
gen niet voorzien in informatie
plicht.
„Als de deken over de feiten zou
kunnen worden teruggeslagen, zou
de fiscus misschien wel honderd
miljoen per Jaar meer kunnen
innen. Het grensgebied tussen legaal
en illegaal zou dan kleiner worden,
het terrein van hagelwit tot
DEN HAAG "Er is voor de
Nederlandse fabrikant niet zoveel
reden meer om bedrijven of be
drijfsonderdelen naar België over
te plaatsen. De tijd is voorbij, dat
de lonen bij onze zuiderburen
aanzienlijk lager waren dan in
ons land en dat er voor de onder
nemers aantrekkelijke fiscale
voordelen en vestigingssubsidies
waren te behalen."
Aldus drs. H. M. C. van der
Waerden, voorzitter van de Ne
derlandse Vereniging voor de Si-
garenindustrie.
De personeelsomvang in de Ne
derlandse sigarenindustrie is in
de afgelopen jaren nogal terugge
lopen. In 1970 werkten er nog
ruim 7.100 mensen in deze be
drijfstak en in oktober 1974 ruim
5.300.
Een verder teruglopen is niet
te verwachten, aldus Van der
Waerden, die ervan uitgaat dat
de afzet zeker niet zal verminde
ren. "De vooruitzichten voor de
sigarenindustrie zijn bepaald
hoopgevend."
Aangetoond is, zo zei drs. Van
der Waerden, dat werklozen, om
dat ze meer vrije tijd hebben,
meer sigaren roken dan werken
den. "Maar dat mag voor ons na
tuurlijk geen aanleiding zijn om
terwille van een grotere omzet de
werkloosheid te stimuleren."
vuilgrijs geld", aldus mr. Wisselink.
Hij zegt overigens nadrukkelijk dat
de geldstroom die legaal naar tax
havens gaat, groter is dan de
illegale. Grote bedrijven de
multinationals bedenken zich wel
tien keer, voordat ze het risico
nemen betrapt te worden op een
ongeoorloofde transactie. „Multina
tionals hebben hun eigen mensen
om de sluipwegen te zoeken, en als
die een gaatje vinden, zal er beslist
gebruik van worden gemaakt. Maar
dan moeten die ondernemingen wel
voor honderd procent zeker zijn van
hun zaak".
Het vermoeden lijkt gerechtvaardigd
dat vooral de middelgrote en kleine
ondernemingen al dan niet geslaag
de pogingen doen om hun winsten
in fiscale paradijzen onder te
brengen. Zij kunnen dat ligt
althans voor de hand meer onder
de sluier van de geheimzinnigheid
stoppen dan een groot bedrijf dat in
de schijnwerper van de publiciteit
staat. Niet onwaarschijnlijk is ook
dat zij eerder bereid zijn, een zeker
risico te nemen, gesteund als ze
zich weten door de kennis dat de
belasting ,toch niet alles kan
ontdekken.
Via de kanalen in dit grensgebied
van net—niet—legaal en bijna—ille
gaal vloeien jaarlijks tientallen
miljoenen naar gastvrije banken in
tax havens miljoenen die niet of
Fraude
„De harde, domme fraude puur
bedrog dus is, zegt mr. Wisselink,
relatief onbetekenend. Dat geldt
misschien alleen voor kleinere
belastingbetalers, die geen andere
uitweg zien met hun pikzwarte geld".
De voorbeelden zijn bekend. Liech
tenstein telt meer basisvennoot
schappen (30.000) dan inwoners,
Zwitserland koketteert met zijn
bankgeheim, de Bahama's (380
bankfilialen) maken openlijk recla
me: lieve ondernemers, kom naar
ons, wij zijn het Zwitserland van
het Caraibische gebied.
Overigens, geen ondernemer hoeft
op reis om zich op de hoogte te
stellen van de fiscale geneugten die
hem buiten Nederland wachten. Als
hij wil, kan hij prompt alle
informatie krijgen die hij verlangt.
Via de taxplanning industry, een
.bloeiende tak van nijverheid', aldus
mr. Wisselink.
In Rotterdam en Amsterdam
opereren vier grote adviesbureaus
met. medewerkers, die de sluipwegen
naar tax havens kennen als
berggidsen de Zwitserse Alpen.
Daarnaast zijn er nog enkele
kleinere bureaus en een aantal
accountants en Juristen, die zich
hebben gespecialiseerd in methoden
om het Nederlandse belastingkli
maat te ontvluchten zonder in
aanraking te komen met de
strafrechter.
Overlopers
Saillant gegeven is dat onder de
meer dan honderd op dit terrein
gespecialiseerde consulenten er velen
zijn, die vroeger belastinginspecteur
zijn geweest. Populair gezegd: zij
zijn de .overlopers'. Ze staan nu aan
de andere kant van de streep en
.bevechten' oud—collega's, die
slecht bewapend en vaak ook
moegestreden het onderspit
delven, nota bene soms bijna (maar
niet helemaal...) zeker wetend, dat
zij dienaren van de fiscus
gelijk hebben.
Voor hen zijn deze woorden van mr.
Wisselink wellicht een troost. JDe
grote jongens hebben meer kans
dan de kleine Jongens, en de grote
kijken wel uit...'
Een troost die tegelijk een keihard
feit is: de belastingvlucht is er, en
ze wordt g roter naarmate de fiscale
duimschroeven worden aangedraaid.
.Dat is ook logisch' zegt mr.
Wisselink in alle nuchterheid,
belastingen zijn voor elk bedrijf
een kostenfactor, en kostenfactoren
moet je proberen te drukken. Kun
je ondernemers dan nog iets kwalijk
nemen? Zo lang ze het tenminste
geoorloofd doen?'
Voorbeelden van transacties via tax
havens zijn talrijk. We duiden er
twee aan.
Een Nederlands bedrijf exporteert
zijn produkten rechtstreeks naar
een buitenlandse klant en stuurt de
facturen (mild prijsje) naar de
("zijn") "company" op d'e Baha-
Dit kantoor zendt een hogere
rekening naar de ontvanger. Deze
transactie is legaal. Voordeel voor
het Nederlandse bedrijf is, dat het
in ons land slechts een gering
bedrag aan belasting moet betalen,
namelijk over de kleine winst van
het bedrag dat de „company" in
Na-sau in rekening is gebracht; de
hogere winst die op de Bahama's
wordt gemaakt, blijft onbelast.
In een tax haven wordt een
financieringsmaatschappij opge
richt; zij leent (goedkoop) geld van
spaarders en leent die bedragen
met een winstmarge door aan
haar werkmaatschappijen, bv. in
Nederland.
De winstmarge is in ons land
niet belast en de werkmaatschappij
trekt de betaalde rente van de
belasting af. De opbrengst van deze
transacties wordt in de tax haven
tteer geïnvesteerd. Ook deze con
structie is legaal, indien de leiding
van de financiëringsmaatschappij
niet in ons land zetelt.
Andere functies van tax havens zijn
de exploitatie van patenten en
octrooien (de royalties worden dan
niet meer in ons land belast),
diverse dienstverleningen, verzeke-
rings- en bankzaken. Leasing van
kapitaalgoederen (schepen), exploi
tatie van onroerende goederen, tus
senhandel met bv. ontwikkelings
landen zijn eveneens activiteiten,
die via taxhavens kunnen worden
"gestuurd".
Landen die winsten niet of bijna
niet belasten zijn: de Bermuda's,
Bahama's, Nieuwe Hebriden, Liech
tenstein en Caymaneilanden.
Buitenlandse activiteiten worden in
beginsel niet belast in: Hongkong,
Panama en Liberia. Deze landen
hebben de voorkeur van scheep
vaartmaatschappijen („vreemde
vlag") en verkoopmaatschappijen.
Relatief weinig belasting van
enkele procenten tot hooguit dertig
procent wordt geheven in:
Nederlands Antillen. Zwitserland,
Luxemburg. Kanaaleilanden (deze
worden als tax haven steeds
belangrijker), Gibraltar. Antigua,
Bai" bad os, Monaco, Campione (en
clave bij Lugano in Zwiterserland)
en de Maagdeneilanden.
Deze landen winnen ook aan
populariteit als het erom gaat
privéinkomens onder te brengen.
Vele tax havens etaleren zich als
„fiscale paradijzen" via het bankwe
zen en internationale congressen. In
het Handboek van de Bahama's
informatiebron voor toeristen, die de
eilandengroep bezoeken wordt op
bijna ongegeneerde manier propa
ganda gemaakt voor de faciliteiten,
die de zakenmensen-onder-de-va -
kantiegangers aantreffen op New
Providence en Grand Bahama (de
twee belangrijkste eilanden), als ze
daar een (papieren) bedrijf stichten.
De stichting van een „company"
dat is het gebruikelijke woord in de
vaktaal van taxplanners in een
.fiscaal paradijs is een eenvoudige
procedure.
Aan de hand van het advies dat de
ondernemer van zijn belastingadvi
seur heeft gekregen, gaat hij naar
een gespecialiseerde Jurist (in tax
havens zijn er tientallen), die de
statuten en de contracten opstelt.
De „company" wordt in het
Handelsregister van het land
ingeschreven dat is verplicht,
maar de anonimiteit van de
eigenaar blijft gegarandeerd. De
naam van de Jurist of van diens
kantoor wordt voor de buitenwereld
als gemachtigde aan de "company"
verbonden.
Kosten? Een paar honderd dollar I