„In provo sprak
de maatschappij
kritiek me aan"
Onvoordelig
omdeDAF46
uit te sluiten
Dus t is
onvoordelig om
geen proefrit
temaken
R ^ATERDAG 29 NOVEMBER 1975
Prof. mr. H.H. Maas vertrekt uit college van bestuur van Leiclse universiteit
Uit zijn staat van dienst spreekt zijn grote
bestuurlijke ervaring: van 1947 tot 1949 chef
algemene zaken, later adjunct-directeur van
de Centrale Dienst voor de Economische Con
trole, van 1949 tot 1958 werkzaam op het di
rectoraat-generaal van Handel en Nijverheid
bij het ministerie van economische zaken en
van 1958 tot 1967 handelsraad bij de perma
nente vertegenwoordiging van Nederland bij
de Europese Gemeenschappen. Prof. mr. H. H.
Maas (60), lid van de PvdA sinds 1946, hoofd
bestuurslid van de Europese Beweging, redac
teur van de Common Market Law Review en
redactielid van het Tijdschrift voor Europees
en Economisch Recht, is sinds 1968 gewoon
hoogleraar in het recht der internationale or
ganisaties aan de Leidse universiteit. Van
1971 af met buitengewoon verlof vanwege
zijn functie in het college van bestuur. Waar
van hij officieel afscheid nam.
8—
i SyLEIDEN Professor mr. Herman
Hendrik Maas had in het college
van bestuur van de Leidse uni-
L2.3(Versiteit de portefeuille van fi-
hui^ianciële, economische, bestuur-
2-30lijke en juridische zaken. Had bo-
teravendien te maken met het aca-
,avoflemisch ziekenhuis, waarvoor hij
hr fitting had in het college van
policoördinatoren. Vier jaar geleden
,n Ejtwam hij in het college van be
lt, ostuur. Waaruit hij per 1 decem-
harper weer zal vertrekken.
in u' Op zijn werkkamer, een sober
vertrek op de zoveelste verdieping
yan Stationsweg 46: "Je leert elkaar
•n die vier jaar erg goed kennen,
j^^nisschien wel te goed. Misschien is
iomiet daarom ook wel goed dat ik er nu
(Mojnee ga stoppen".
Maas lijkt het prototype van een
jiooP°°oleraar- Ogenschijnlijk ver-
Lujtrooid. In 't verlengde daarvan past
ijk je geweldige chaos op z'n bureau.
^Verontschuldigt zich: "Zo ziet het
J; wf vrijwel elke dag uit. Als ik het he-
.rtieiemaal zou ontruimen, dan zou het
8> ïr nog dezelfde dag weer zo uitzien".
K Praten over het college van be-
89latuur. De democratiseringsbeweging
ptie daaraan vooraf ging
vllaas een niet onbeduidende rol in
1hoiiPeelde. De achtergrond, zijn jeugd-
o. aren: "Ik werd eigenlijk bij die be-
Bjr"*eging betrokken naar aanleiding van
^iet rapport-Maris en de commissie-
mda^e Boer, die met een rapport kwam
S. Kraarin voor de staf een klein beet-
an e medezeggenschap was ingeruimd
mpe'11 voor de studenten helemaal niets,
ïefcxk vond dat eigenlijk wel zot".
"In mijn midd'elbare-schooltijd en
tiijn studententijd zat ik van 1929
ot 1936 in de zelfstandige blauwe
:djeugdbeweging, een soortgelijke be-
jefcoteireging als de AJC, maar alleen ge-
irahtfid door leeftijdgenoten. Jongens van
ek Hchttien hadden daar de t ouwtjes
iefur handen. En als J'e drieëntwintig
Leilas, was je grijs. M'n oudste broer
tl ijegon ermee en m'n derde broer
k was de jongste van vier ging
Prof. Maas: ik ben, cjeloof ik, te beschouioend, al te zeer relativist.
r ook r
toe. Ik had toen nog vaak verdomme, nou moet ik me aanslui
ten bij de socialisten. Dat heb ik de bestuursstructuur
toen gedaan.
Maar ik ben daar nooit
geweest. Politiek heeft
uzie met m'n derde broer, omdat
'e6 k het waanzin vond dat-ie dat pad
;org olgde. Tot ik tot de conclusie kwam
lat ik me ook bij die beweging
Lihoest aansluiten. De humanistische aangetrokken. En dat geldt
d d'ealen, dat trok me. De verantwoor- vereenvoudigingen die in de poli
41. lelijkheid van de mens tegenover
roene maatschappij. Tenslotte had ik dat
lm tan huis uit meegekregen".
Relatie met het socialisme: "Ik
reet het nog goed. Op zekere dag
n 1933 liep ik van huis naar de
t:. Tftetsenstalling. En bij de sigarenhan- Provo
£!!$el zag ik een bulletin hangen
zich heen greep, ging vooraf aan de
WUB, De Wet Universitaire Bestuurs-
inning die de gedemocratiseer
de
nog.
tiek worden toegepast, staan me
niet aan. Ik ben, geloof ik, te be
schouwend, al te zeer relativist. En
daarom ook niet geschikt voor de po
litiek, geloof ik"
siteiten en hogescholen in 1971 zou
bewerkstelligen. Maas: "In 1969 ben
ik me acties met die zaak gaan be
moeien, omdat ik wilde voorkomen
dat het tot een geweldige chaos zou
leiden. En aan de andere kant omdat
ik vond dat er ook iets goeds uit
voort moest komen. Die twee ele
menten zijn ook later voor m'n be
stuurlijk optreden bepalend geweest".
"Ik voelde me op een of andere
manier wel sterk verwant met die
de zoon van dominee Riemens hier
in Leidesn werd uitgedeeld".
"Wat me vooral in provo aan
sprak was de immanente maatschap
pijkritiek. Dat was wel iets anders
dan: ikke en de rest kan stikke.
Dat
nog
werd
De democratiseringsbeweging, die
m het eind van de jaren zestig
soort wilde actie snel om
sterk speelt, ook in de vakbonden, en
waar ik grote kritiek op heb: dat
men zich zo sterk laat leiden door
dingen als verdeling van de koek, het
vergroten van de welvaart, materiële
zaken. In plaats van zich te bezin
nen op de vraag welke richting dat
allemaal uitgaat".
Opnieuw de woelige das
studentenbeweging toen. En de pio- jaren zestig. Maas herinnert aan
vobeweging en dergeïijke. Misschien Aardenburgi waar druk vergaderd
ADVERTENTIE
omdat
deed, hij
la-lettre. Ik vond dat
geval een aantal 'elementen
studentenbeweging zat die
tegenkwam
1932-'33. Je zat toen ook met
gen als: je zit wel op school,
"attracties dansant m*!
wassenaar vel ,g zondags. (SKIgN| 3c.haap5kooiJ
l (ook honden zijn welkom) m
..v.- een ontwerp-bestuurs-
soort provo avant- structuur. Voor een bepaald onder-
ti ieder deej daarvan zette hij een compro-
mis op papier. Kreeg vervolgens het
le_ verwijt te horen dat het geen com
promis was omdat het teveel de ge
dachten van de "progressieve krach
ten" zou vertolken. "Terwijl ik er
wat leer je eigenlijk? In 1931 kwam echt Van overtuiged was dat ik een
ik trouwens precies dezelfde tekst compromis-voorstel had gemaakt. Ik
tegen op
de zoon
in Leiden werd uitgedeeld".
pamflet dat toen door gei00f dan ook niet dat professor
dominee Riemens hier schöffer gelijk heeft als hij in het
jaarboekje van het Leidsch Univer
siteits Fonds - over de democratise
ringsbeweging - schrijft: de eens zo
felle Maas, eenmaal aangewezen voor
een bestuursfunctie, onderging het
Lammers-effect.
U kent dat wel. Ik vind dat niet
terecht. Ik ben, geloof ik, altijd het
zelfde gebleven. Door mijn functie in
het college van bestuur ben ik niet
veranderd ten opzichte van wat ik
bedoelde te doen in '69. Ik geef graag
toe dat je soms fouten maakt.
Maar er zijn twee elementen die
spelen. Een ding is: wensen en eisen
stellen. Iets anders is: wensen en
eisen tot uitvoering brengen. Door
mijn functie in het college van be
stuur ben ik tot de ontdekking geko-
dat de zaken aanzienlijk min
der eenvoudig zijn dan ze er aan de
buitenkant uitzagen. Ik kan me ook
wel voorstellen dat men aan de bui
tenkant bepaalde zaken anders inte-
p re teert dan je bedoeld hebt. Niet
temin kan dat je toch pijn doen. Een
communicatiestoornis, nee, dat geloof
ik niet. Het is eerder een gevolg van
een algemeen menselijk tekort".
Anti-these
Via de democratisering aan de
universiteiten naar het bedrijfsle
ven. Praten over arbeiderszelfbe
stuur. Maas grinnikt. Denkt lang na.
Bedachtzaam: "Ik geloof wel dat in
de bedrijven de ondernemingsraden
meer verantwoordelijkheden kunnen
krijgen. Dat geloof ik zeker. En wat
ik ook geloof is dat het een goed
ding zou zijn als er een eind komt
de situatie dat de directie voorzitter
is van de ondernemingsraad. Maar
aan de andere kant geloof ik niet
dat je de democratisering in de be
drijven zover zou kunnen invoeren,
dat Je dat bij de huidige structuur van
naamloze en besloten vennootschap-
Den niet zo makkelijk van de grond
krijgt. Maar als je democratisering
wilt in de bedrijfssfeer dan is de es
sentie nu dat men over en weer eens
moet beginnen af te stappen van de
gedachte: directeuren zijn kapitalis
ten en werknemers zijn arbeiders.
Zolang je die anti-these in stand
houdt, krijg je de democi»tisering
niet van de grond".
Ander chapiter: het beleid van de
rijksoverheid inzake het weten
schappelijk onderzoek en onderwijs,
waarvan Maas in de toespraak die
hij hield ter gelegenheid van de ope
ning van het academisch jaar, zei
dat het de kenmerken vertoonde van
een toenemende centralisatie. An
ders gezegd: betutteling. Maas weer
spreekt de veronderstelling als zou
den de universiteiten daar iets tegen
kunnen doen. Zegt: "Waar ik voor
namelijk op gedoeld heb, is dat er
nooit ernst is gemaakt met het feit
dat de univesiteiten zelfstandige pu
bliekrechtelijke lichamen zijn ge
worden en niet meer een soort stukje
van de rijksdiensten zijn. In de twee
de plaats: de universiteiten krijgen
veel te weinig mogelijkheden om met
het geld dat ze krijgen de rijks
bijdrage, zou je kunnen zeggen
te doen wat ze zelf willen.
Ik weet wel dat dat voor een be
langrijk deel samenhangt met het
comptabele systeem dat we hier in
Nederland kennen. Maar niettemin
vind ik dat de vrijheid van de uni-
ik gewoon
Maas herinnert aan de plannen
voor de bouw van drie academische
ziekenhuizen. Windt zich enigszins
op: "In 1968'69 werd er gesteld:
de bouw moet worden gecoördi
neerd om tot een besparing te ko
men. Eerst zouden er drie identie
ke ziekenhuizen komen, later is
men daar van afgestapt. Maar in
tussen is wel duidelijk gewor
den dat er in geen enkel opzicht 'n
bereikt. Kijk, dat vind
vaanzin. Als ze hadden
gezegd: hier heb je 250 miljoen, ga
daar maar een academisch zieken
huis voor bouwen dat aan die en
die voorwaarden voldoet, dan had
dat ziekenhuis er toch al lang ge
staan"? Geërgerd: "De betutteling
van het rijk zit daarin dat ze bij de
kleinste dingen ze#gen: meneer, dit
moet u zus doen en dat moet u zo
doen". Noemt een voorbeeld waar
uit moet blijken dat er (ook) bij 't
rijk ondoelmatig gewerkt wordt.
Verzucht: "Ik geloof dat de uni
versiteiten een veel ruimere vrij
heid moeten krijgen om met geld
te woekeren. Dat ze die vrijheid nu
niet hebben, vind ik hoogst belem
merend".
Maas vertelt ten slotte van zijn
bestuurlijke ervaringen aan de uni
versiteit, constateert dat de univer
siteit een "uitermate ingewikkelde
structuur heeft die moeilijk doel
matig te besturen is". Toont zich
een pleitbezorger voor verdergaan
de decentralisatie van beheer. En
zegt in een monoloog over de per
soonlijke verhoudingen in het col
lege van bestuur: "Ik kan wel zeg
gen dat ik al die tijd erg plezierig
met de anderen heb samenge
werkt. Ook al waren onze menin
gen wel «eens verdeeld. Maar dat is
ook wel bekend. En ik geloof dat dat
misschien ook wel goed was zo".
ADVERTENTIE)
Transcendente
meditatie
techniek
Maharishi Mahesh Yogi
INTRODUCTIE
LEZING
door drs. J. JANSON
WOENSDAG 3 DECEMBER
20 uur
ACADEMIEGEBOUW
Rapenburg 73
Leiden.
TOEGANG GRATIS
LEZERS SCHRIJVEN
Rijnsburger weg
Bij haar afscheidsspeech als raads
lid sprak Pauline Buring over het
gevoel van onmacht dat haar be
kruipt by de rijstebrij van stukken
en nota's die de raad te verwerken
krijgt. Dat gevoel kan ook onder
getekende zich goed herinneren uit
de tijd, toen hij nog de eer had lid
van de raad te zijn.
Maar momenteel overheersen bij
mij nu fractie-assistent van PPR/
PSP'D'66 andere gevoelens: on
vrede en boosheid over het feit dat
het politieke steekspel zich vaak niet
laat rijmen met ter zake doende ge
gevens, rapporten en verslagen. Bij
voorbeeld wanneer het er om gaat
een paar miljoen subsidie in de
wacht te slepen voor het asfalteren
van een oude weg; ik bedoel natuur
lijk de Rijnsburgerweg.
Het officiële doel is nog altijd be
vordering van openbaar vervoer door
middel van een busbaan, maar voor
wie ogen en oren goed open heeft,
wordt het met de dag duidelijker dat
belangrijke gegevens niet overkomen
en dat andere mogelijkheden om het
beoogde doel te bereiken niet serieus
zijn bestudeerd, laat staan uitge
werkt. Noch in Den Haag, noch in
Leiden!
Het mijns inziens gammele com
promis dat hier uit de bus dreigt te
komen als resultaat van wat ik niet
anders kan noemen dan een moei
zame koehandel, heeft als kenmerk
dat het wel veel geld zal kosten,
maar dat het doel niet of slechts ten
koste van ongewenste offers bereikt
zal worden. Een kwestie van eerlijk
interpreteren van de aanwezige ge
gevens en zich geen knollen voor ci
troenen laten verkopen. Met „veilig,
vlug en voordelig", eens de slogan
van de N.S., heeft dit alles nog maar
weinig te maken, en evenmin met
contact met de achterban de mensen
om wie het toch gaat. Dié achterban
verdwijnt trouwens vanzelf, wanneer
de raad zo doorgaat. Dan kunnen de
politici ongestoord hun gang gaan.
W. M. VAN ROOI JEN,
Marislaan 11 - Leiden.
ADVERTENTIE
U wilt zuinigheid. Economisch
in energieverbruik en onderhoud.
U wilt veiligheid. In deze tijd
hoort een auto allereerst veilig te zijn.
U wilt comfort. Makkelijk te
besturen en aangenaam om in te
rijden. Behoorlijk wat ruimte Terecht
Er is een DAF dealer bij u in de buurj.
GARAGE VLIETWIJK
GERARD DOUPLANTSOEN 22
VOORSCHOTEN
TELEFOON 01717—4455
Dealer voor Alphen aan den Rijn
en de Rijnstreek
BOOT
WILLEM DE ZWIJGERLAAN 39,
ALPHEN AAN DEN RIJN
TELEFOON 01720—75441*
Ingang showroom Wielewaalstraat.
steri
vrdoi Sint Nicolaas, Sinterklaas. Goed-
vo| heiligman, Kindervriend, bejaard
pleef ruiter, vreselijk oud. Zo'n dikke
zestienhonderd jaar. Hij verblijft op
I dit moment in Leiden. Staat nim
mer interviews toe, maar nu wel.
j „Er is wel het een en ander ver
anderd in deze stad en ach, waar-
N om eigenlijk ook niet eens een
keertje in de krant?"
3.V Sinterklaas is volgens de ency
clopedie (want hij is te bescheiden
om nadere informatie over zichzelf
te verschaffen) een vermaard
j volksheilige, die in de eerste helft
Jur van de vierde eeuw bisschop van
Myra werd. Later werd hij de hei
lige van de onverhoopte goede za
ken en patroon van scholieren,
kinderen (verschil moet er zijn),
5,90 schippers, gevangenen, bakkers,
0^30 kooplieden, apothekers, juristen,
2,io steden (Amsterdam bijvoorbeeld)
9*70 en landen (Rusland). Kortom een
0,50 man, met wie onmogelijk ruzie is
te krijgen en met wie je alle kan-
ult* ten op kan.
na" Enkele jaren terug besloot de
ad" huidige paus, een Italiaan die de
x Nederlandse kerkprovincie niet da
gelijks beluistert, hem van de hei-
ligenlijst af te voeren. Wij weten
al eeuwen beter.
Sinterklaas verplaatst zich ge
regeld van zijn residentie in de
Stadsgehoorzaal naar zijn logeer
adres. dat gevestigd is bij de firma
Hoppezak aan de Pieterskerk-
gracht. Aldaar worden we verrast
door de gigantische hoeveelheid
mijters, tabberds en superplies,
ringen, kruisen en handschoenen:
al die dingen die bisschoppen bis
schoppen maken. De kleermaker
van de hoogwaardigheidsbekleder
heeft wel zo'n 65 kostuums klaar-
hangen. Niet allemaal vóór Sin
terklaas, maar wel allemaal van
de goede gever. „Ja, kijk, je kunt
niet verwachten van zo'n oude
man dat hij overal tegelijk aan
wezig is. Hij heeft hulpklazen in
geschakeld. Die komen hier, wor
den aangekleed en gaan namens
Sinterklaas naar de kinderen toe.
Natuurlijk gaat Sinterklaas zelf
ook op pad; maar al te graag. Er
zijn dagen dat hy wel honderd
keer de deur uitgaat om cadeautjes
weg te geven".
Hs
Nicolaas later, achter de koffie,
mijmert over de geschenkenvloed.
„Ik ben van oordeel dat de men
sen weer terug moeten naar de
echte onvervalste tevredenheid met
speculaas en chocolademelk. Vroe
ger kregen de kinderen een blok
kendoos. een pop, een paard en
wagen van hout. Tegenwoordig is
het op de mechanische toer gegaan.
Het is ook wreder geworden, dat
speelgoed. Het cadeaufestijn ver
dwijnt, heb ik de indruk. De kin
deren zien teveel bij anderen en
willen dat ook hebben. Hoe meer
cadeaus, hoe tevredener het kind.
Ik ben heus niet te beroerd om
mooie geschenken te geven, maar
het moet redelijk blijven. Is het
lang geleden dat jij nog alle res
pect van de wereld voor mij had,
dat jij je schoen neerzette?"
„In mijn ogen wel lang gele
den, maar in uw ogen iets korter,
monseigneur".
„Klets, gewoon Sint zeggen. Nou
wat kreeg je, wat vroeg je?"
„Ik vroeg Electro en een Din
ky Toy en ik kreeg een Dinky Toy".
„Precies. Tegenwoordig moeten
er sirenes op, en lampen die schij
nen en zo. Of meteen maar een
tafelbiljart. Alsof het niks is. Een
echte ouderwetse surprise, dat zie
ik met genoegen, met een glim
lach. Ik zou het niet graag willen
zien. als de surprises gingen ver
dwijnen. Oh nee, jongeman, zeker
„Mijn verjaardag is
cieel gebeuren, Ja. Och, dat mag
best, hoor. Alleen vind ik het zo
vreselijk sneu voor die kinderen die
op 6 december jarig zijn. Die ko
men er dan meestal een beetje be
kaaid af. Maar dat had ik vroeger
natuurlijk ook, dat snap je".
Sint Nicolaas heeft ongeveer een
week gevaren voordat hij vaste voet
aan wal zette. „Ik ben het schip
ingegaan op uitnodiging van het
Leidse City Centrum. Ik heb er
wel erg lang over nagedacht. In
april al, toen ze me uitnodigden.
Hoe zal ik het daar gaan waar
maken?", dacht ik. „De vorige Ja
ren waren erg regenachtig en zo,
de entree was niet zo feestelijk. En
dit Jaar heeft mijn paard zich wat
neurveus gedragen. Waarschijnlijk
dacht hij aan al die daken met al
die antennes. Nee, dat doe ik niet
meer: daar zijn de Pieten voor.
Overigens weet ik nog niet of ik
mijn paard het volgend Jaar mee
zal nemen. Ik weet niet of ik door
de Haarlemmerstraat kan rijden,
op dat moment. Er komt daar een
nieuw wegdek, heb ik me laten
vertellen en ik weet niet of mijn
schimmel er tegen kan".
Sint Nicolaas loopt dagelijks in
cognito door de stad. En wordt
nauwelijks herkend. „Er zijn meer
mensen tegenwoordig met een
baard, dus dat valt niet zo op.
Hoewel ik een mooie witte heb,
ben je ook niet van oordeel? Mis
schien de wat ouderen die den
ken: „Hé, waar heb ik die man
meer gezien?"
Vraag aan Sinterklaas: is er veel
veranderd in Leiden?
„Jaja, de Merenwijk is erbij.
Tsjonge zeg, wat een toestand.
Maar wel makkelyk voor de Pie
ten, vooral bij de flats. Daar kun
nen ze alles in een keer door de
schoorsteen gooien. Ja, die Jongens
mogen het best weieens gemakke
lijk hebben, ondanks het feit dat
ze een prima cao hebben met ge-
varentoeslag".
Er is één Nederlander geweest
die Sint Nicolaas heeft begrepen,
echt begrepen. Dat was Godfried
Bomans. En de Goedheiligman
heeft ook vaak met hem gespro
ken. Een van de liefste citaten van
Sint is de volgende uit „Caprio-
blyven bestaan, zolang Holland be
staat. Sinterklaas is echt, prent dat
goed in Je kop. En wie aan een
kind het tegendeel zegt. die heeft
met my te doen. Ik zal hem dat
kind afnemen en hij krygt een
scepticus weerom".
En uit: „Een mooie tyd": „De
geschenken, die men kreeg, waren
klein. Ten eerste ging het daar niet
om en vervolgens kregen de kinde
ren in China nog veel minder. Men
moest dus tevreden zyn. Ook de
„versnaperingen" in de schoen gin
gen niet uit boven de prijsklasse
van een suikeren schaap ter groot
te van een pink. Men at dit boven
dien niet op. Men bewaarde het.
Waarom dat weet ik niet, maar
wie dat niet deed was een schok
ker. Ook legde men iets terzyde
voor de kinderen in China, die het
zoveel slechter hadden. Hoe het
daarheen getransporteerd werd,
heb ik nooit vernomen. Maar de
hoofdzaak was het bewaren. Het
kon gebeuren dat Je met Pasen
nog iets van Sinterklaas had.
zwammig uitgeslagen, volstrekt on
eetbaar, maar niettemin bewaard.
De hiervoor benodigde tucht gaf
blijkbaar een voldoening, die gro
ter was dan de onmiddellijke con
sumptie. Over het hele feest lag
trouwens een waas van lichte
krankzinnigheid. Kerstmis was mij
liever. Je keek in het stalletje en
voelde Je veilig. Dat was al zo lang
geleden".
beesten
Er
geen vraag
hü,
De heilige Nicolaas kent de pas
sages zowat uit het hoofd. En zegt
stilletjes: „Gisteren was ik by V
en D. Wat zag ik? Chocolade
Kerstmannetjes. Droef hoor. Een
bevriend bakker in de Janvossen-
ik zal steeg maakt ook al geen suiker-
„Wil Je nog koffie? Ja, ik moet
het zelf verzorgen. Vroeger had Je
er nonnen voor, maar die doen het
ook al niet meer. Een speculaasje?"
Op vrijdagmiddag de 5de zal Sin
terklaas vanaf drie uur prijzen uit
reiken aan de kinderen die hebben
meegedaan aan de tekenwedstrijd,
die te zijner ere is georganiseerd.
Daarna bezoekt hij nog enkele in
stellingen, onder andere één voor
zwakzinnige kinderen. („Dan krijg
ik altijd natte ogen. Mijn hemel,
wat een schatten") en op 7 decem
ber wordt de terugreis aanvaard.
Per boot of vliegtuig, al naar ge
lang de weersomstandigheden. Dan
de boekhouding bijwerken, want er
zijn heel wat miljoenen gebruikt.
Vervolgens worden de Zwarte Pie
ten geteld of ze er nog allemaal
zijn. Tot en met nieuwjaar in zijn
paleis en dan met vakantie. Waar
heen? „Weet ik nog niet. Dat zien
we dan wel".
„Weet Je wat zo aardig is? In
de zomer komen er zoveel Neder
landers naar Spanje. Toen ik een
paar weken geleden receptie hield
in de Stadsgehoorzaal, kwam er
een meisje naar me toe, die ver
telde dat ze deze zomer in Spanje
was geweest en naar me had ge
vraagd. Ze had me niet kunnen
vinden".
„Vertel ze maar dat ik in novem
ber kom tot na mijn verjaardag.
En in die tussentijd ben ik voor
niemand bereikbaar".
Hier ,neem een taaitaaipo mee.
Hier, neem een taaitaaipop mee.
En vergeet je schoen niet te zet-
„Ja. graag Sint".
„Nou, vooruit dan maar. Kom,
het is druk vandaag".