Het grote ongenoegen biedt veel genoegen Baden Powell weg van oorsprong? Second Day valt in het water.... De Groot kleedt componisten uit tot op liet hemd Boeiende bezetting trio Oscar Peterson webum- NOG VINGEROEFENINGEN.. BOB DYLAN: MUZIEK UIT DE KELDER „AT THE STRATFORD SHAKESPEAREAN FESTIVAL" Gino Vannelli, "Storm at Su nup", op A M 89 151 XOT. Gino Vannelli is samen met zijn broer Joe nog bezig met vinge roefeningen. Herb Alpert him self, de grote baas van A&M, houdt er een oogje bij in het zeil. Op "Storm at Sunup" wordt nog vaak te hoog gegrepen, maar ongetwijfeld heeft Gino Van nelli (pas 23 jaar oud) zeer veel mogelijkheden eri is er, als hij goed begeleid wordt, nog veel van hem te verwachten. Op deze derde elpee van Van nelli is het geluid erg beïnvloed door Stevie Wonder, met wie hij een toernee maakte. Het is een sterk elektronisch, wat glad ge luid met soms een "bluesy" ef fect. Gino's stem is een tikkeltje verwijfd en decadent., maar past prima bij de hoogdravende tek sten en dikdoenerige muziek. "Storm at Sunup" moet be schouwd worden als een goede oefening: hierna begint het echte werk. Het is te hopen dat Vannelli zijn talenten dan goed gebruiken gaat. T.M. The Oscar Peterson Trio at the Stratford Shakespearean Festi val. Verve 2352 079. Speciaalzaak voor grammofoonplaten nic. de tombe Lange Pieterskerkchoorsteeg Leiden, Telefoon 071-22184 Een trio waarin de pianist en bas sist het zonder drummer moeten stellen, heeft in de jazz een vol strekt ander klankenpatroon dan een trio waarin de drummer wel aanwezig is. Een goed voorbeeld is het trio van pianist Oscar Peterson, waarvan opnamen werden ge maakt tijdens het twee nachten du rende Stratford Shakespearean FestivaL Ofschoon hij ook vroeger, meestentijds met een drummer speelde (Ed Thigphen) en zich im mer vergezeld wist van de fabu leuze bassist Ray Brown, concer teert de grote klavierist hier met de voortreffelijke gitarist Herb Ellis- Twee dingen vallen dan direct op. In de eerste plaats is het volume van een bescheidener gehalte. Maar wat belangrijker is: de afzonder lijke instrumenten bewegen zich onafhankelijker. De bassist bij voorbeeld zal meer op de voor grond treden en zich minder ge makkelijk kunnen terugtrekken in het veilige domein van de begelei ding. En de gitarist heeft het zo mo gelijk nog moeilijker. Hem worden twee taken toegemeten: deels moet hij begeleiden, voor de rest krijgt hij een soliërende rol. Dit terwijl de pianist wat meer aandacht zal moe ten geven aan het akkoordenptroon onder de linkerhand. Dit alles maakt een trio zonder drummer naar mijn smaak boeiender. Een goed voorbeeld is, zoals ge zegd, het trio van Oscar Peterson op het Stratford Shakespearean Festi val. Een dissonant is alleen dat bas sist Ray Brown in een aantal stuk ken op deze plaat erg onder de maat blijft. Het komt te vaak voor dat hij, met name in strijkgedeelten, vals en fantasieloos overkomt. Voor het overige blijft er nog genoeg van de plaat heel om er met diepe teugen van te genieten. W.W. Cor de Groot - Pianorecital Rachmaninov/Tchaikovkskv - RCA Red Seal - YHRL 10981 'Het grote ongenoegen", met Ton van Duinhoven ett Dimi- tri Frenkel Frank. Philips 6413 079. "Cursief in de Van Speykshow" (Gerard Cox, Frans Hal- sema, Aad v. d. Heuvel, Luc Lutz, Simone Rooskens, Her man van Run) - Philips 6413 073. Een paar maanden geleden woonde ik in de NOS-studio's de opnamen bij voor het pop-programma NL-Tippers, waarin Nederlandse groepen en vocalisten hun nieuwste platen presenteren. Opvallend vond ik destijds het betreurenswaardig lage niveau van het uitgevoerde nieuwe werk. Je hoort zo'n plaat daar een keer of vijf achter elkaar en meestal weet je het dan wel en is er flink wat door de mand gevallen. Achteraf blijkt ook geen van de toen gelanceerde platen iets gedaan te hebben. Een uitzondering werd gedeeltelijk gevormd door "Water", een nieuwe Haagse formatie, die er debuteerde met "Holiday". Best een aardige sing le, dacht ik toen, een groep die misschien nog wel eens leuke dingen gaat doen. Inmiddels is hun eerste elpee uitgebracht "The Second Day" (de dag waarop God het water schiep, aldus de tekst op de hoes), en helaas hun single "Holiday", is in feite het enige leuke nummer op die elpee. Hoe komt dat nou, denk je dan. "Water" bestaat uit ervaren mensen (voormalige groepsleden van o.m. Ekseption, Mayfair en Livin' Blues) en de elpee is dan wel slecht, maar je hoort wel dat ie is gemaakt door mensen die best iets zouden kunnen.Het eigen geluid, waarvan de groep denkt dat ie het heeft, is nergens te vinden. In een nummer als "All around you tumble" forceert de met een plezierige stem begiftigde zangeres Debora Wokaty zich op een verdachte manier in de richting van Kiki Dee, welke laatste ik toch liever hoor. Gezegd moet ook dat Piet Souer in zijn produk- tie wellicht hier en daar te weinig gevoel voor proportie en dosering heeft gehad. Echt jammer want een elpee als "The Second Day" wordt hierdoor een van vakmanschap getuigende afgang, en dat is natuurlijk altijd vervelender dan een door tekortschietende capaciteiten veroorzaakte miskleun. T.v.B. Bob Dylan The Band - The base ment tapes. CBS 88147. Bob Dylan heeft met The Band in 1967 enkele maanden gewerkt in de kelder van een huis in West Sauger- ties (New York). De muziek, die daar werd geproduceerd, is nooit officieel uitgebracht en bereikte al leen de groeven van "witte" elpees. Dylan en zijn bandleden schijnen daar nooit zo enthousiast over ge weest te zijn. Vermoedelijk omdat ze over de kwaliteit niet tevreden waren. Gelukkig is Dylan tenslotte toch overstag gegaan en heeft hij toe stemming gegeven om een groot deel van het werk uit te brengen. Het resultaat is een dubbelalbum met 24 nummers, waarvan er 13 nooit eerder zijn verschenen. Op deze elpees komt Dylan beter over dan b.v. op Before the flood, het al bum dat hij overhield aan een tour nee door Amerika vorig jaar. Dylan werd toen verweten dat hij toppers als Blowin' in the wind en Rainy day woman op een te routine achtige wijze aanpakte. Dergelijke kritiek kan hem nu in ieder geval niet in de schoenen worden geschoven. Wat van de banden is geplukt en is bewerkt is goed. Hij is al improviserend op dreef in bekende nummers als Wheels on fire en Million dollar bash, maar zeker ook in die songs die nooit eerder zijn vrijgegeven. Dylan fungeert zestien keer als leadzanger, in de overige acht nummers heeft hij die eer gegund aan Richard Manuel, Levon Helm, Rick Danko en Robbie Robertson. Overigens heeft Dylan na deze te rugkeer in de tijd een nieuw expe riment opstapel staan. Er zijn plan nen om met Eric Clapton een plaat te maken. Hopelijk wordt dat werk meteen "officieel" uitgegeven. Zeer terecht zijn zes destijds in de Van Speykshow vertoonde "grote ongenoegens", ontworpen door Dimitri Frenkel Frank en uitge beeld door Ton van Duinhoven, nu op een langspeler gezet. Ze behoren tot de beste stukjes satirisch caba ret van de laatste jaren. Wat opnieuw opvalt is het fenome nale vermogen van Ton van Duin hoven om een aantal volstrekt con trasterende personages op authen tieke wijze neer te zetten. Er is geen andere acteur in Nederland te vin den die dat op deze wijze kan. Van de zes grote ongenoegens op deze elpee is naar mijn smaak die van "De bokstrainer" het vermake lijks! Zijn grote ongenoegen is de vrouwenemancipatie. "Vrouwen kenne toch helemaal niks. 't Is leuk dat ze er zijn, ala. Ik ben ook dol op me hond, maar daarom hoeft-ie nog niet in de regering." Prachtig zijn de zwenkingen in dat verhaal. Nadat de bokstrainer heeft uitge pakt over de vrouwen, zegt de in terviewer dat hij nog nooit iemand heeft meegemaakt die zo klein erend over vrouwen heeft horen praten. Die opmerking wekt grote woede bij de bokstrainer. Geen sprake van dat hij kleinerend doet over vrouwen. Hij is al jaren geluk kig getrouwd en zonder zijn moe der zou hij er niet eens zijn. De in terviewer wordt het vertrek uitge- kieperd. Tegen twee boksers die bij dat tafereel ademloos toekijken, zegt de bokstrainer vervolgens: "Wordt er niet meer getraind? Staan jullie hier niks te doen? Wat krijgen we nou? Jullie zijn toch geen wijven?" Het meest raak is zonder twijfel "De grijze gehaktbal" ("Je neemt een mens en zet 'm voor de camera en wat wordt 't dan? Een grijze ge haktbal. Iemand die niet zegt wat-ie denkt, maar wat ie denkt dat ie mot zeggen as-ie voor de televisie komp. Het Nederlandse volk bestaat uit 13 miljoen grijze gehaktballen") en het meest schilderachtig "De oude Haagse heer". ("Het is allemaal minder geworden. Jé wordt er niet meer uit wijs. Als vroeger iemand d'r goed uitzag, dan wist je 't hoor. Dat was een héér.") De andere drie stukken op de elpee ("De intellektueel", "De Italiaanse gastarbeider", "De man zonder on genoegen") zijn ook pittig, maar be reiken toch niet dat "genoegen" dat men aan de andere fragmenten "ongenoegen" beleeft. Ook tot de Van Speykshow behoort het fameuze "Cursief', waarin Ge rard Cox, Fans Halsema, Aad v. d. Heuvel, Luc Lutz, Simone Roos kens en die frivole aristocraat Heg man van Run hun pijlen afschieten. Er zitten weer tal van flitsende din getjes tussen (Flippeijunkie, Ou deravond, Vakature-bank, Gert en Hermien), maar als geheel blijft de plaat, naar mijn gevoel, toch wat achter bij zijn voorgangers. Waar ik altijd een beetje mee zit, is de "Uitzending van de overheid". Dat is altijd een zeer humoristische gebeurtenis, maar in wezen steu nend op een zeer goedkope onder grond. Na er om gelachen te heb ben, breekt bij mij elke keer een gevoel van gêne door. R.P. De pianist Cor de Groot maakte voor RCA een elpee, waarop Tsjaikowski en Rachmaninw vertegenwoordigd zijn met hun bestsellers, schlagers of wat u maar wilt. In elk geval een plaat afgestemd op een zeer ruim publiek. De hoes bevat een tekst van de hand van de pianist zelf, die meer een opsomming geeft van andere voorbeelden van het IJzeren Repertoire, dan dat er iets zinnigs over de hier gespeelde composities wordt gezegd. Zelden is een hoesillustratie zo kenmerkend geweest voor de vertolking op de plaat: op de voorgrond een kaal landschap, een uitgestrekte vlakte met enkele armetierige bomen, op de achtergrond een heuvelrug, waar achter de zon ondergaat. Cor de Groot geeft het notenbeeld inderdaad op een uiterst kale manier weer, rnet enerzijds al het ijdele en anderzijds ook het beklemmende ervan. De werkjes zelf hebben over het algemeen van zichzelf weinig zeggingskracht, zomin als de zon het landschap nog kon verüchten. Eén compositie springt er bijzonder opvallend uit: Tsjaikowksi's Album blad op.19,3. Cor de Groots analyse is verbluffend reëel en dus hard: Schuberts écossaises moeten de componist door het hoofd gespookt heb ben. Ook in een ander opzicht is deze opname verhelderend: de invloed van Chopin op de beide Russen moet zeer groot zijn geweest. Cor de Groot kleedt op deze plaat de componisten tot op het hemd uit, waardoor zij soms in hun hemd staan RGH Cor de Groot: kaal landschap Op deze pagina bijdragen van: Ruud Paauw Tom Maas Ron Harms Wim Wirtz Ton van Brussel Jan Preenen Eindredactie: René Vos Ton van Duinhoven en Dimitri Frenkel Frank in het GROTE ONGENOEGEN STEEDS DE NIEUWSTE GRAMMOFOONPLATEN Baden Powell. Apaixonado. BASF 20 22500-3. "Apaixonado" (wat bij ons 'verliefd' betekent) is ver moedelijk de laatste langspeelplaat die gitarist Baden Powell in zijn moederland Brazilië heeft gemaakt. Hij zetelt nu in Parijs, waarvan hij vindt dat het centraal genoeg ligt om van daaruit de nodige muzikale c.q. commerciële activiteiten te ontplooien, aldus de essen tie van de hoestekst. Wat de plaat zelf betreft, kan, naar analogie van alle andere platen die Baden Powell gemaakt heeft, sim pelweg worden volstaan met de opmerking dat het een goede plaat is. Maar dat zou al te saai zijn. Bovendien is er wel een kritische kanttekening te maken. De inhoud Van de plaat "apaixonado" doet namelijk sterk het vermoeden rijzen dat Baden Powell-hoe geraffineerd en onweerlegbaar bedreven hij ook speelt - geleidelijk op weg is de oorsprong van zijn muziek geweld aan te doen. Wat bij zijn debuut en nog vele jaren later alom trof, was de sprankelende romantiek van zijn Latijns- Amerikaanse snarenspul. De charme van de ogen schijnlijk eenvoudige Bossa Nova met vrijblijvende knipoogles naar de ldassieke muziek, de jazz en de pop. Dit alles lijkt zich te gaan wijzigen. De knipoogjes krijgen een diepere betekenis. En meer dan ooit is de uitgangsstelling van de gitarist doordrenkt met kunstmatige effecten (overdreven echo's etc.) en slimme, technische foefjes. Het is allemaal niet slecht. Maar wel een beetje jammer en in elk geval verontrus tend. Want wat vermag de muzikale dagdromer Baden Powell in het vervolg dan wel in de groeven te druk ken? W.W.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 21