Volop leesvoer
Hulp aan Bangladesj
verdrijft honger niet
Er is rijst genoeg opgeslagen
ZATERDAG 2 AUGUSTUS 1975
PAGINA 17
Enkele weken geleden kondigde
ik in deze visrubriek aan dat er
een paar nieuwe visboeken op
punt stonden te verschijnen. Dat
is inmiddels gebeurd en deze ru
briek zal ik daar grotendeels aan
wijden. Van de drie nieuwe wer
ken, die aan het toch al omvang
rijke oeuvre van de Nederlandse
hengelsportbibliotheek zijn toe
gevoegd is volgens mij het nieuwe
boek van de bekendste Nederland
se hengelsportpublicist Jan
Schreiner de belangrijkste.
De belangrijkste omdat de au
teur erin geslaagd is buiten de
gebaande paden van de visserij
te blijven. Jan Schreiner is de
man die zoekt naar steeds nieu
we methoden o mzijn liefste vrije
tijdsbesteding te perfectioneren.
Hij is geen naprater, maar een
man van de praktijk. Een sport
visser, die alles eerst grondig on
derzoekt alvorens daarover college
sportvissers te informeren. In het
boek „Moderne materialen en vis
technieken"; dat verscheen bij de
uitgeverij Interdijk zijn daarvan
weer enkele frappante staaltjes te
vinden.
Het eerste hoofdstuk is bij
voorbeeld gewijd aan een vorm
van poldervisserij, zoals die nog
nooit eerder is beschreven en
die bovendien is aangepast aan
de sterk gewijzigde omstandighe
den die de polderwateren de laat
ste jaren hebben ondergaan. Im
mers verlanding en explosieve
plantengroei door het lozen van
voedingsrijk afvalwater hebben
het vissen in de polder niet een
voudiger gemaakt.
Jan Schreiner vertelt in zijn
boek hoe ook in sloten waar een
dikke krooslaag ligt de vis aan de
schubben te komen is. Hij laat
het niet bij het fraaie verhaal
maar levert zelf ook de ingre
diënten voor een succesvolle door
hem geïntroduceerde -lani-u- van
poldervisserij namelijk uitgeba
lanceerde lepeltjes, die door hem
zeff zijn ontworpen. Nu zullen
er ongetwijfeld weer kritikasters
zijn die hem voor de voeten wer-
't Is geen visserslatijn, maar voor
al uw hengelsport artikelen kunt
u beter terecht bjj:
Fa. Verhoog
Boelee's
hengelsportartikelen
HOGE RIJNDIJK 110, LEIDEN roggen. De ontwittelïng
TELEFOON 21393
Alles voor de vissport.
Maden en wormen.
Hij heeft enkele tientallen visboe
ken op zijn naam staan en ope
reert de laatste jaren steeds in ge
zelschap van fotograaf Paul Me-
lief.
Bij de Zuidhollandse uitgevers
maatschappij b.v. in Den Haag
verscheen dezer dagen een nieu
we paperback getiteld „Polderpa
radijshengelparadijs". Zoals
de titel al doet vermoeden is het
tachtig pagina's tellende boekje
geheel gewijd aan de poldervis
serij. Voor diegenen, die tevoren
nog weinig boekjes van Van Onck
hebben gelezen is dit deeltje een
vlot stukje „leesvoer". Zij die al
wat vaker kennis gemaakt heb
ben met de pennevruchten van
Van Onck zullen ontdekken dat
veel van de inhoud al eerder ge
schreven is en dat hij weinig
nieuwe gezichtspunten weet te
creëren.
In het boekje behandelt Van
verrukkelijk stukje vrijetijdsbeste
ding.
Vrijwel alle facetten komen aan
bod: van het kleine witvis tot de
,big game-vissen", als haaien en
het
vliegvissen, het wedstrijd vissen en
het zeevissen, terwijl veel aan
dacht wordt besteed aan de vele
uitvindingen die in de loop der
eeuwen zijn gedaan. In de boek
winkel kost het werk f36,50. Tot
zover de nieuwe hengelsportlite
ratuur.
Vorige week kreeg in een brief
van de heer C H Wijkmans uit
de Gerard Brandtstraat 11 in Lei
den. Hij toonde zich evrontrust
over de berichten over het „botu-
lisme" in de krant en vroeg zich
af of het hengelen in het buiten
water op 't ogenblik gevaarlijk is
voor de mens. Tevens wilde hij
Elan echte visboten
Lloyds certificaat, vanaf f 1.39"
Yamaha - outboards
2 tot 55 pk, 2 jaar garantie.
BOOTCENTRUM B.V.
Onck achtereenvolgens de ver
schillende vissoorten die in de
polder gevangen kunnen worden.
Bij de wijze van poldervissen is
een plaatsje ingeruimd voor de
vliegvisserij. „Polderparadijs" be
sluit met een korte verhandeling
over de toekomst van de viswa
ter, waar hij volgens mij wat al
te simpel over de feiten heenloopt.
gelijk krijgt. Het boekje dat
f 9,90 kost, is voorzien van een
16-tal fraaie foto's van Paul Me-
lief. Mooie opnamen van de ver
schillende vissoorten en „kiek
jes" van de polder. Tenslotte nog
aandacht voor een goek dat thuis
hoort in de rij standaardwerken.
Titel is „De geschiedenis van de
het boek werd
weten of het gevaar op kan leve
ren wanneer vis, die in besmet
water is gevangen wordt opgege
ten.
Voor alle zekerheid heb ik even
contact opgenomen met het Cen
traal Diergeneeskundig Instituut
in Rotterdam waar vogelkadavers
worden onderzocht op aanwezig
heid van sporen van de bacterie
die het botulisme veroorzaken. Ik
legde de vragen voor aan de heer
Ter Laak. Deze raadde het af om
vis afkomstig uit besmet water te
consumeren. Het gif dat eventueel
gevaarlijk voor de mens kan zijn
wordt weliswaar bij flinke verhit
ting (bijv. bakken) onwerkzaam,
maar de duur van het bakken is
daar sterk afhankelijk van. Daar
om ter voorkoming van elk risico:
voorlopig geen vis eten uit be
smet water. Overigens kunt u
volgens de heer Ter Laak best
een hengeltje blijven uitgooien.
Dat levert geen direct gevaar op.
dag de handen goed met zeep
wassen. Maar dat deed u natuur
lijk toch al.
pen, dat hij preekt voor eigen pa
rochie maar de eerlijkheid gph-'<-dt
dat hij een van de weinige mensen
is die probeert materialen te ver
vaardigen, die bestemd zijn voor
typische Nederlandse omstandig
heden. Nog te vaak wordt er door
de grote importeurs, vismateriaal sportvisserij"
geïntroduceerd dat in snel tsro- uit het Engels vertaald door Kees Hier volgt het lijstje met record-
Tenslotte nog iets over de Kanjer
Koning Kompetitie van de KRO
die ook dit jaar weer op volle toe
ren draait. Er zijn al weer flinke
vissen gevangen, vooral in het
midden en oosten van het land.
mende rivieren ongetwijfeld goe- Ketting, op 272 pagina's wordt
de vangkansen biedt,
bijvoorbeeld de Nederlandse pol
der volstrekt onbruikbaar is.
In het hoofdstuk rat "ewijd is
aan de karpervisserij laat Jan
Schreiner zijn mening over de
kwestie boeren- en kweek de re
vue passeren en las ik met interes
se zijn methoden om 'n gehaakte
karper te drillen. Voor de brasem
poneert Jan Schreiner de theori
exemplaren, dat is bijgewerkt tot
met 16 juli: de grootste voorn
5 tot dusver 36 centimeter. De
de geschiedenis van de hengelarij
in woord en beeld gebracht. Be- wa
ginnend in de grijze oudheid bij
uit vuursteen vervaardigde haken De
en eindigend bij het modernste
lichtgewicht materiaal. De foto's
(waarvan vele in kleur), de gra
vures, de tekeningen: het is alle
maal zeer fraai afgewerkt. Kees
Ketting heeft zich er bij de verta
ling met gemakkelijk van af ge- HAARLEMMERSTR. 11.
:nige speciaalzaak voor al
HENGEL
SPORTARTIKELEN
DE SPORT
land vrijwel nooit maakt. Hij heeft niet domweg v
op grote diepte op brasem wordt
gevist, maar dat juist daar de gro
te exemplaren huizen. Verder
vindt u in het boek artikelen die
gewijd zijn aan de vliegvisserij,
de zeevisserij met de reel en
Schreiners tweede vaderland
Ierland.
Wat de vliegvisserij betreft: hij
weet dit facet van de sportvisserij
te ontdoen van alle rimram die
er steeds door elitair gebrabbel
omheen verzameld is. Het boek,
dat geïllustreerd is met talloze fo
to's. wordt besloten met een ver
handeling over het zelf bouwen
van hengels waarbij hij de lezer
een aantal kneepjes van het vak
leert. Een duidelijk schoonheids
foutje in het boek kunnen we
niet onbesproken laten. Dat is
het feit dat er in de tekst nogal
wat storende taalfouten voorko
men. Komt er een tweede druk
en wie twijfelt daar aan? dan
kan een correctie van de tekst
er toe leiden dat het boek zonder
enige terughoudendheid kan wor
den aanbevolen. De prijs van het
boek in de winkel is f 27,50.
Een man die we met een ge
rust hart de mentor van de Ne
derlandse hengelsport kunnen
is A. (Hans) van Onck.
taald maar paste de tekst a
de Nederlandse omstandigheden.
Hij vermeldde feiten over de Ne
derlandse hengelsport en liet ach- staat op dit ogenblik i
recordwinde is 53 centimeter lang
en de grootste brasem was 71.5
centimeter. Een zeelt van 54,6 cm
terwege wat in ons land
lijks enige interesse heeft. Het is
geen boek geworden wat je in één
adem uitleest. Maar het is een
werk dat je in een verloren uurtje
beetpakt en dan doorbladert en
er een hoofdstukje uitpikt. Het
boek barst van 't feitenmateriaal
en geeft duidelijk de evolutie van
het hengelen weer: van een vorm
van voedselverschaffing tot een
de grootste karper was 81 cen
timeter. Inmiddels is er al een
baars gevangen van 47,3 centime
ter en een snoekbaars van 94 cen
timeter. De vis met de grootste
afmeting tot dit ogenblik was een
aal van 1 meter en 7 cm. In de
categorie zeevissen staan op het
lijstje een tong van 51 centimeter
en een zeebaars van 60 centime
ter.
de labije
WATERSPORT
Oil: dealer van:
INTER KAJUITKRUISERS MERCURY
PIONIER VISBOTEN OUTBOARDS
TERH2 vis-volg-zeübuien rERHl
YACHTING PRANCE KA J UITZEILERS B.B.-MOTOREN
i rmcki TEL- «71—20781
LEIDEN TEL. 071—30644
DACCA Nastreven van uitsluitend
eigen belang en schaamteloze
verrijking ten koste van de arme
boeren door een steeds verder aan
geloofwaardigheid inboetende rege
rende Awami Liga in Bangladesj
leidden nu een jaar geleden tot een
spontane volksdemonstratie die dui
delijk aantoonde hoe groot de kloof
tussen de regering en het volk was.
De duizenden die toen langs de weg
stonden van het vliegveld van Dacca
naar het presidentiële paleis om een
glimp op te vangen van de
Pakistaanse president Bhoetto, voor
Ihet eerst op bezoek sinds de oorlog
om Bangladesj, schreeuwden uit alle
macht „Pakistan Zindabad" (Lang
leve Pakistan).
Door
Albert Stol
Een grotere afgang was voor
Moedjiboer Rachman niet denkbaar.
Geen gejuich voor hem, maar voor
zijn grote tegenstander, de leider
van het tot voor kort zo gehate
West-Pakistan. De onderdrukker
van weleer nu middelpunt van
toejuichingen.
Toen Bhoetto aan het .eind van zijn
bezoek terugkeerde naar het vlieg
veld zorgde de para-militaire Jatyo
Rakkhi Bahini er voor dat de
bewoners van Dacca niet nog eens
de kans kregen de Pakistaanse
president te bejubelen. Met de
geweerkolf werd de toegestroomde
massa de zijstraten in geduwd.
Nu, een jaar na deze spontane
demonstratie zijn de betrekkingen
tussen regering en volk er niet beter
op geworden, integendeel. Alom
hoort men de uitspraak dat het
leven onder het Pakistaanse bewind
in vergelijking met nu nog zo slecht
niet was. Er was minder gebrek,
minder honger en de prijzen waren
een stuk lager.
Men herinnert er aan dat to^?
Moedjiboer Rachman toen hij na de
oorlog de macht in handen nam,
beloofde de prijs van de rijst terug
te brengen van veertig naar twintig
Taka per maund (ong. 40 kilo).
Eind verleden jaar bedroeg de prijs
in sommige streken bijna 400 Taka
per maund en momenteel is de prijs
ongeveer 200 Taka.
Toeval
De grote vraag is dan ook of de
verslechtering van de toestand in
Bangladesj in verband staat met het
aan de macht komen van de Awami
Liga van Moedjiboer Rachman. Of
is de verslechtering sinds het land
onafhankelijk werd een toeval,
veroorzaakt door natuurrampen als
droogte, cyclonen en overstromin
gen?
Zelfs voor een oppervlakkige toe
schouwer in Bangladesj moet het
antwoord duidelijk zijn. De oorzaken
van de ellende liggen bij Moedjiboer
en zijn luitenants. De natuurrampen
zorgen er voor dat het geheel een
nog uitgesprokener karakter krijgt.
Want ondanks de massale steun die
Moedjiboer en zijn partij kregen
toen zij ijverden voor althans
gedeeltelijke autonomie voor Oost-
Pakistan is de Awami Liga nooit
een echte volksbeweging geweest
maar altijd de vertegenwoordiger
van de opkomende middenklasse in
het land, die altijd onderworpen was
geweest aan Britse en Pakistaanse
overheersing en na de bevrijding
opeens de macht in handen kreeg -
en misbruikte.
Door West-Pakistan af te schilderen
als de grote vijand vermeed
Moedjiboer dat de boeren van
Oost-Pakistan zich tegen een andere
vijand zouden keren, die veel
directer de oorzaak is van hun
ellende: de feodale verhoudingen op
het platteland waar de boeren
afhankelijk zijn van woekeraars,
rijke boeren en kleine landheren.
Door de manipulaties van deze
dunne bovenlaag op het platteland
raken steeds meer boeren hun land
kwijt, waardoor ze voor hun voedsel
aangewezen zijn op de markt.
Doordat ook het marktmechanisme
in handen is van de rijke bovenlaag
op het platteland zijn de prijzen
voor rijst meestal onbetaalbaar.
De harnsteraars in de stad en hun
tussenhandelaren op het platteland
schrokken er eind 1974 niet voor
terug 400 Taka per maund te
vragen, terwijl een landloze boer, als
hij werk heeft, vaak niet meer dan
vier of vijf Taka per dag verdient.
Het gevolg is dan ook. dat steeds
meer verarmde boeren naar de
steden trekken om een hap rijst te
vinden of om te sterven. Het is
daarom van belang te beseffen, dat
terwijl uitgemergelde boeren op de
televisie verschijnen in films over
„hongersnood" in Bangladesj, de
schuren op het platteland veelal tot
de nok zijn gevuld.
Door het begrijpelijke gebrek aan
solidariteit onder de arme boeren
(voor wie staakt staan tientallen
werkloze werkwilligen klaar) zijn
massale hongeroproeren nog steeds
achterwege gebleven. En mocht het
daartoe komen, dan aarzelt de
alleen inn aam socialistische rege
ring van Moedjiboer niet. duidelijk
te tonen aan welke kant zij staat.
Dat bleek bijvoorbeedl in februari
van dit jaar toen ruim duizend
hongerige boeren onder aanvoering
van kaderleden van een van de
illegale oppositiepartijen de rijk
gevulde rijstschuren van twee kleine
landheren openbraken en de voor
raad verdeelden. De Rakkhi Bahini
zorgde er voor dat tientallen boeren
die aan deze onteigening hadden
deelgenomen naar de gevangenis
verdwenen.
Ramp
Natuurlijk beseft de regering, dat de
huidige ontwikkeling alleen maar op
een ramp kan uitlopen en zij stelt
dan ook verwoede pogingen in het
werk om de toestand zodanig te ver
beteren dat massale sterfte wordt
voorkomen zonder dat daarbij de
basis van haar macht wordt
aangetast.
Dat betekent dat de regering het
accent legt op produktieverhoging
en geboortebeperking. De pil wordt
enorm gepropageerd en de mogelijk
heden van de zogenaamde Groene
Revolutie breed uitgemeten.
Maar het is juist deze Groene
Revolutie (het gebruik maken van
zogenaamde wonderzaden met een
hoge opbrengst per hectare) die de
rijke boeren in de kaart speelt.
Alleen zij zijn in staat de
noodzakelijke kunstmest, pesticiden
en irrigatievoorzieningen te betalen.
Met andere woorden: er vindt een
kapitalisering plaats die de bestaan
de machtsstructuren in stand houdt
of, zoals in vele landen waar de
Groene Revolutie werd geïntrodu
ceerd versterkt.
Op het ogenblik is de situatie zo dat
de eventuele hogere rijstopbrengsten
naar de rijke boeren en landheren
gaan en de handelaren meer kans
geven hun schuren, te vullen en de
prijs op te jagen. Het grote
probleem in Bangladesjis de sterke
toeneming van het/aantal 'landloze,
boeren, dat wil zeg'gén boeren met
een bézit van een kwart hectare, of
helemaal niets.
Was hun aantal in 1960 nog
ongeveer vijftien procent- van de
totale bevolking, nu is dat al
opgelopen tot bijna 70 procent.
Deze mensen zijn voor hun 'voedsel
vrijwel geheel aangewezen op de
markt maar kunnen de prijzen daar
veelal niet kunnen betalen.
Maar rijst is er vrijwel altijd
voldoende. Het statistische tekort
voor 1975—1976 van 1,5 miljoen ton
top een produktie van .12 miljoen
ton) is al aangevuld door toezeggin
gen van donorlanden.
Staatssecretaris Abdoel Monim
Khan van Voedselvoorziening zei mij
in een vraaggesprek dat de oorzaak
van dit feitelijke voedseltekort over
het algemeen natuurrampen zijn.
Volgens Khan is er in werkelijkheid
nog eens zo'n 900.000 ton nodig
„omdat niet iedereen evenveel eet",
terwijl het statistisch tekort bere
kend is op een bepaald verbruik-per
hoofd.
Wet
Over het algemeen zien Moejdiboers
ministers de problemen niet zo
zwaar. Zo zei minister Phani
Majumdar van Plattelandsontwikke
ling mü, dat de toeneming van het
aantal landloze boeren ondermeer
was te wijten aan het feit dat ze
meer aan vandaag denken dan aan
morgen en daarom hun land
verkopen waar ze ook morgen nog
van moeten leven. De gedachte dat
de boer slechts zijn land verkoopt
om aan geld voor eten te komen,
scheen bij hem niet op te komen.
Ook Moedjiboer weet, dat volgens
deskundigen Bangladesj met zijn 75
miljoen inwoners bij goed en eerlijk
landgebruik 120 miljoen mensen zou
kunnen voeden en dus zelfs rijst zou
kunnen exporteren.
Maar „goed en eerlijk landgebruik"
betekent niets anders dan onvoor
waardelijk de kant van de arme
boeren kiezen en hun belangen
nastreven. En het is geen loze
bewering dat de regeringspartij dat
niet van plan is.
Veel van wat er in deze vergelen
uithoek van Zuid-Azië gebeurt blijft
verborgen voor het Westen. Maar
degenen die daar toch van ae
werkelijke situatie op de hoogte zijn
sluiten de ogen voor de opschort ng
van de fundamentele rechten van de
mens, voor de martelingen, massa
moorden en terreur, voor het
muilkorven van de pers, het
gevangen zetten van Journalisten.
Zij sluiten er de ogen voor dat
Moedjiboer heeft verklaard dat er
geen oppositie in het land is,
waardoor elk tegenstribbelend geluid
wordt beschouwd als werk van
misdadigers.
Hulp
De massale hulp aan Bangladesj,
hoe goed die ook bedoeld moge zijn,
bestendigt de huidige onrechtvaardi
ge situatie en verstevigt de positie
van de corrupte regering. ;n
sommige delen van het land ziln al
groepen boeren die aanaringen op
•stopzetting van de buitenlandse hulp
ómdat die de regeringsgreep over
hen alleen maar verstevigt, zonder
dat ze er zelf maar enigszins beter
van worden.
Iedereen kent het voorbeeld van de
dekens die in 1972 uit de hde
wereld naar Bangladesj werden
gestuurd. Moedjiboer dankte de
wereld en verklaarde dat er geiiuzg
dekens waren gezonden om icd-we
inwoner van een deken te voorzien.
Maar negen van de tien Bengalen
vragen zich nog steeds spottend af
„waar is mijn deken dan?"
En iedereen kent de namen ven de
ministers en ambtenaren die voor de
verdeling zorg moesten dragen. En
iedereen weet wie er rijk is
geworden door de dekens door te
verkopen aan de zwarte markten
van Bombay en Calcutta.
Bij sommige van de 107 i!)
internationale hulporganisaties die
in Bangladesj werken ontstaat dan
ook steeds meer onrust en twijfel
over het nut van hun taak. Houden
zij het regeringsfront tegen de
bevolking in stand en verlengen ze
daardoor de ellende en honger van
de boeren? Voorkomen zij revolutio
naire uitbarstingen door de boeren
die'van het platteland naar de stad
trekken daar zoveel mogelijk te
voeden?
De conflictsituatie leidde begin juli
tot de ontslagname van Garry Card,
de Canadese directeur van A3.AB,
de centrale organisatie van de
internationale hulporganisatie;. )n
zijn ontslagbrief, gepubliceerd na
zijn vertrek uit het land om
gevangenneming te voorkomen, vei-
klaarde hij niet langer te kunnen
samenwerken met de „fascistische
regering van Moedjiboer Rachman''.
Het is daarom erg jammer dat ook
de Nederlandse regering in plaats
van, zoals zij zich in haar
ontwikkelingsbeleid voorstelt, zich te
scharen aan de zijde van de
armsten, vereenzelvigt met een dooi
de bevolking gehaat bewind door
een „hulp"-bedrag van 50 miljoen
gulden te geven, waarover Moed jib
en de zijnen voor een groot deel viij
kunnen beschikken.
Het geld gaat voor een groot deel
naar de Bengaalse middenklasse en
de rijken die zich verrijkten en
daarbij bereid is over lijken te gaan.
Het zijn deze lijken die buiten
Bangladesj worden beschouwd als
slachtoffers van „hongersnoden" in
plaats van als slachtoffers van
woekeraars, hamsteraars, smokke
laars, corruptie. En de schuld van
de middenklasse treft in gelijke
mate de regering, die uit deze kiasse
is opgebouwd en haar vertegenwoor
digt, ten koste van letterlijk alles,
door Albert Stol
De regering van Bangladesh boeren, die middels woekersyste- nen beroven. Intussen krepeert king, terwijl de voorraadschuren
staat aan de kant van de rijke men de armen van hun land kun- het grootste deel van de bevol- vol ligge.n met rijst.