't Is vaak een kwestie van boerenverstand A.O.W. en pensioen NORIT Lezers schrijven Per jaar 12 doden bij waterrecreatie Boekje met wenken voor de watersport CDA'er Stroink uit raad WOENSDAG. 30 JULI ANWB-functionaris over ongelukken op het water: Op 25 mei j.l. deed zich aan boord van een ouderwetse motorkruiser in de Haarlemmertrekvaart een hevige explosie voor. Een achttien jarig meisje raakte zwaar gewond. Ze werd overgebracht naar de afdeling brandwonden van het Rode Kruis Ziekenhuis in Beverwijk, waar ze enkele weken later overleed. De boot brandde vrijwel geheel uit, terwijl een woonboot die in de nabijheid lag, flink werd toege takeld. Enkele dagen na de explosie werd de oorzaak vastgesteld: rondhangende benzinedamp en het vonkje van een sigaret. Bijna twee maanden later, op 14 juli, voltrok zich een soortgelijke tragedie aan boord van een polyester motorjacht dat op de Warmon- der Leede voer. De eigenaar vulde zijn benzinetank bij, waarop een ontploffing volgde. Hij en zijn vrouw sprongen brandend te water. De man kwam om het leven; de vrouw werd zwaar gewond naar het ziekenhuis in Beverwijk getransporteerd. Oorzaak: benzinedamp in de boot en een vlammetje van een koelkast. Twee ongelukken op het water. Dezelfde oorzaak. Het eerste schip had zojuist getankt, de eigenaar van de andere boot was er nog mee bezig. In beide gevallen was een vonkje voldoende om de zaak tot ontploffing te brengen. Was er in beide gevallen sprake van onachtzaamheid. Was het een constructiefout? Of was het simpelweg onbekendheid met wat je in bepaalde omstandigheden het beste kunt doen of kunt laten? Het laatste lijkt op het eerste gezicht het meest waarschijnlijk. En dat voert ons dan ook automatisch naar instanties die het weten kunnen. Met deze hamvraag op de lippen: zijn er geen regels of voorschriften die de grootst mogelijke veiligheid op het water waarborgen? op 25 mei Brandde In de Haarlemmertrek vaart een ouderwets motorjacht geheel uit (foto onder). Medio juli deed zich opnieuw een explosie voor, dit maal op de Warmonder Leede. Van het motor jachtje (zie foto links onder) bleef eveneens weinig over. Door Wim Wintz LEIDEN/DEN HAAG „Neen", zegt de heer B. J. F. Stijger, chef van de afdeling waterrecreatie de ANWB. „Er zijn voor de pleziervaart geen wettelijke voor schriften. Dat is oók niet een voudig. Want je kunt wel een wettelijk voorschrift gaan maken. Maar je moet ook nog controleren men zich wel aan de voor schriften houdt: En dat kost ont zettend veel mankracht". De heer Stijger komit uit hoofde m zijn functie veelvuldig in aan raking met ongelukken op het water. Maar kan, evenmin als de vele ove rige instanties die bij de waterre creatie betrokken zijn, niet een-twee een voorstelletje op tafel leggen de ongelukken met 'n paar voor schriften te voorkomen. ..Ik heb wel het gevoel dat het nuttig zou zijn r voorschriften waren", zegt hij, „maar je blijft nou eenmaal zitten met de moeilijkheid van die con trole". Voorlopig blijven het dus richtlij- ?n en wenken waarmee de ANWB, de Rijkspolitie te water, de Konin klijke Nederlandse Waterspoot Ver eniging en de Nederlandse Kano Bond' gezamenlijk proberen de ple ziervaartuigen in goede banen te lei den. En volgens de heer Styger kan ook de waterrecreant zelf daar het nodige toe bijdragen. „In het alge meen", erkent hij, „is het vaak ge woon een kwestie van boerenver stand. In het geval van de motor- Jachten komt het wel voor dat men de benzine zowel in als naast de tank giet. Zit de benzinetank in het dek, dan is er weinig aan de hand. Maar is het zo dat de benzine in de boot moet worden aangevuld, dan heeft 't In zoverre iets met voorschriften te maken dat men dan beter moet op passen" Toch is het niet de watersporter alleen die in dergelijke omstandig heden verantwoordelijkheid draagt. Ook de botenbouwer kan een groot aandeel hebben in het bevorderen van de veiligheid. Een voorbeeld is een constructie waarbij de benzine tank van een jacht weliswaar in het dek is gemonteerd, maar waarvan de ontluchting benedendeks uitkomt. Uit het oogpunt van veiligheid een uiterst aanvechtbare constructie, zegt de technische dlienst van de ANWB. Zotteklap De ongelukken in Leiden en Waar mond, uiteindelijk de aanleiding voor het gesprek. De heer Stijger: „Ik ken het geval van Warmond niet. Maar Ik kan wel zeggen: een constructie waarbij een spaar vlammetje van een koelkast onderin het schip zit. is na tuurlijk zotteklap. Want je kunt wel zeggen dat, als je benzine tankt, je dat vlammetje moet uitdoen. Maar wanneer doe Je het dan weer aan? Dat is immers niet na te gaan". Niet zozeer zotteklap maar dan toch wel gevaarlijk vindt de heer Stij ger ook de rüoksichltlos opererende zelfbouwer die even z*n butagas- sysbeem aanlegt. Styger: „Het gaat vaak zo van: .butagasfles achter een paar plankjes, slang keurig langs de vloer en een schot er overheen. Wat krijg je dan? De slang wordt op den duur door het schot doorgesneden, met alle gevaren vandien" Stijgers advies: laat het zoveel mogelijk over aan een erkende installateur. En wat de waterrecreant dan verder zelf moet doen is dit: „Voordat je gaat starten, even ruiken. Je moet maar denken: met de auto start ik direct. Nu is het een schip geworden, dus eerst even ruiken. Een andere moge lijkheid is gewoon een gasdetector kopen die afgericht is op gas en benzine. Dan wordt Je automatisch door een lampje of een bel gewaar schuwd als er gas of benzinedamp in de boot hangit". Algemeen kader De ongelukken in Leiden en War mond brengen ons verder dan alleen de richtlijnen en handige tips die nochtans voor iedere watersporter van belang kunnen zijn. Styger plaatst de twee ongelukken in een algemeen kader en wijst op een over zicht van dodelijke ongelukken die op het water gebeuren. Zelf maakte hij over een periode van zeven jaar (1964—1971) een analyse, waaruit in elk geval blijkt dat het aantal slacht offers van explosies aan boord van een schip het laagste percentage vormt in het totaal: slechts L3 pro cent. Veruit het grootste percentage zyn de slachtoff ers van het omslaan van een boot: 44 procent. Overige on gelukken met dodelijke afloop zyn terug te voeren op overvaring (13 procent), speedboten die over zwem mens heen varen (7 procent), water- Skiërs die brokken maken (4 procent) en een deel „bijzondere gevallen" (8 procent). Opmerkelijk is verder dat 51 procent van de ongelukkken op stil water gebeurt, 32 procent op matig druk en 17 procent op druk water. Dit verloop valt te verklaren uit de grotere snelheid waarmee in het al gemeen op druk water hulp wordt verleend. Zwemvest Op het eerste gezicht lijkt het, aan de hand van deze percentages, logisch een schuldige te zoeken, een derde die één of andere stommiteit heeft be gaan. Stijger vertaalt dit met .grove onachtzaamheid" en noemt dit één van de belangrijkste gevaren in de watersport. Ter illustratie zegt hij: „Verreweg de belangrijkste remedie tegen ongelukken op het water is het dragen van een zwemvest. Er is eens nagegaan wat dat scheelt en het bleek toen dat zeventig tot negentig procent van de ongelukken voorko men had kunnen worden als de be trokkenen een zwemvest hadden ge dragen". Maar de grove onachtzaamheid van de waterrecreant strekt zich nog ver der uit. Zo nemen maar weinig wa tersporters de moeite om het vaar- reglement even door te lezen en slui ten nog vele motorbootschippers de achterkant van hun schip met een stuk tentzeil af Dan zitten ze lekker beschut. Maar 'zien de in het alge meen wat forser geschapen beroeps- heden vaart dan van achteren meestal niet hij, ho. - naderen. dat boerenverstand. »Kyk zegt hy, „je kimt met een boerenverstand Er zijn ongetwijfeld meer voorbed- weliswaar geen vliegtuig besturen, den te geven van wat Styger aan- Maar een motorboot, dat moet toch duidt met onachtzaamheid, nalatig- mogelijk zijn". In vergelijking met het aantal slachtoffers van het wegverkeer vallen de cijfers van ongelukken met dodelijke afloop op het wa ter nog mee. Jaarlijks komen gemiddeld twaalf mensen om het leven als gevolg van een ongeluk op het water. Daar zit overigens geen duidelijke stijging in. De aantallen per jaar zyn aan forse schommelingen onderhevig. Tot zo'n twee weken geleden bedroeg het aantal doedlyke slachtoffers van ongelukken die dit jaar op het water gebeurd zijn, veertien. Volgens de heer Styger is dat vrij veel. Overigens kans volgens Stijger gesteld worden dat er in Neder land op de 10.000 schepen één dodelijk ongeluk per Jaar gebeurt. In Frankrijk ligt dit hoger: één per 4.000 tot 8.000 Jachten. Nederland telt verder in totaal zo'n 140.000 pleziervaartuigen. De ANWB heeft, o.m. aan de hand van cijfers die verstrekt zyn door de Economisch Technologische Instituten, berekend dat daar een stijging in zit van gemiddeld negen procent per jaar. Dat betekent dat de pleziervloot in Nederland zich elke acht jaar ver dubbelt. De ANWB acht het overigens niet uitgesloten dat het stij gingspercentage op den duur groter wordt omdat het op het land en vooral op de wegen steeds drukker wordt waardoor de waterrecreatie zich mogelijk nog flink zal ontwikkelen. De ANWB heeft samen met enkele andere watersportorganisaties en de Rijkspolitie te water een uiterst handzaam boekje uitge bracht onder de titel "Wenken voor de watersport". In dit werkje wordt behalve aan enkele algemene veiligheidsadviezen ook aan dacht besteed aan het Vaarreglement en een handjevol overige bepalingen. Het hoofdstukje veiligheid begint met het advias om als niet- zwemmer te allen tijde een zwemvest te dragen; dat geldt overi gens voor iedereen bij als het weer slecht weer is, vindt men bij de ANWB. Overige punten om te onthouden: zorg dat u altijd weet wat er achter u vaart, dus zorg voor goed uitzicht, luister elke dag minstens driemaal naar het weerbericht, plaats een gas- ruimte met ventilatie direct naar buiten, zorg aan boord voor een fles niet in de kajuit, maar zo mogelijk aan dek of in een speciale hang het op een direct bereikbare LEIDEN Het CDA-raadslid drs. P.L. Stroink gaat de Leidse gemeen teraad verlaten. Het staaf nog niet exact vast wanneer, maar zelf verwacht hij in september raads lid af te zijn. Stroink vertrekt vol gend jaar naar Chreuveuse in Fran krijk, waar hij per 1 mei tot coör dinator van de Nederl. Volkshoge school is benoemd. De gemeente raad zal nog nader geïnformeerd worden over het vertrek van Pie- ter Stroink, die door tussen tydse opvolging in 1973 zijn intrede deed in de toenmalige KVP-fractie. De huidige onderzoekwerkzaamhe den, die hij verricht ten dienste van het Nederlands Instituut voor Prae- ventieve Geneeskunde, het inwerken van zijn opvolger in die functie, als mede de voorbereiding op zijn nieuwe baan nopen Stroink ertoe om ruim voor zijn definitieve vertrek naar Frankrijk het raadslidmaatschap op te geven. De maand augustus wil hij nog wel meemaken. "Er zijn nog wel wat dingen die ik wil zeggen. Over de Leidse Spaarbank en over het storeekenergiebedryf ondermeer", zegt hij. De eerstvolgende KVP'er op de lijst van het CDA (samenwerkings verband van de ARP, CHU en KVP), die voor de opvolging van Stroink in aanmerking komt, is ir. J.A. Sala. Hij kon nog niet mededelen of hij ook inderdaad raadslid zal worden. Gemeente verkoopt panden Hogewoerd aan Diogenes ADVERTENTIE 't betrouwbare LEIDEN Het college van B. en W. heeft besloten om de opstallen Hogewoerd 30 (voorhuis en achter huis) en 32/32a (achterhuis) te verkopen aan de Stichting Diogenes, in totaal voor een bedrag van 15.750 gulden. De stichting is inmiddels al weer enige tijd bezig met restaura tiewerkzaamheden aan deze histori sche panden. Het voorhuis van pand Hogewoerd 32/32a is nog niet in de verkoop betrokken. Wel hebben B. en W. besloten de ontruiming hiervan te zullen 'bevorderen. In juli 1974 hebben architecten op verzoek van de Stichting Diogenes voor het eerst een bezoek aan de panden gebracht. Zij troffen er tal van vernielingen aan, maar ook in het achterste gedeelte van het voor huis de sporen van een middeleeuws bouwskelet. De gevels aan de zijde van de Oude Rijn werden voorzien van een nieuwe funderingsbalk, om te voorkomen, dat ze in het water zouden vallen. De overige gevels wer den door middel van een gewapend betonnen funderingsrooster veran kerd. "Jan van Galen" onder de pannen LEIDEN B. en W. hebben beslo ten aan Ce zeeverkennersgroep "Jan van Galen" op de oegane grond van 't voormalige Van Wyk-complex aan de Uiterstegracht een ruimte te ver huren. Het gaat hier om een stuk accommodatie van ongeveer 330 vier kante meter, waarvoor de zeever kenners per jaar f 330 zullen moe ten betalen. Hoofd vertrekt LEIDEN Quirijn Boeije (26), hoofd van de openbare school voor gewoon lager onderwijs aan de Drie Octoberstraat, zal, indien de ge meenteraad ermee akkoord gaat, op een nog nader te bepalen datum eer vol ontslag worden verleend. Boeije heeft een betrekking elders in het land gekregen, eveneens als school hoofd. \DVERTENTIE Maak het u gemakkelijk: voor alle geldzaken naar één adres, ook voor LEIDSE SPAARBANK Wet zuivering afvalwater is onrechtvaardig Nu is dan ook de bevolking van Leiden aan de beurt om opgezadeld te worden met onze nieuwe en uiterst onrechtvaardige wet op de zuivering van afvalwater. Omdat we regelmatig wat kwijt moeten hebben we de eer bijna f 63,- per jaar te mo gen betalen als "verontreinigingshef fing". De wet zit werkelyk van A tot Z onrechtvaardig in elkaar. Ieder waterschap, hoogheemraadschap of zuiveringschap stelt zelf het bedrag vast, waardoor er over heel Neder land enorme verschillen bestaan. Dat is punt één. Ten tweede wordt er niet naar inkomen gekeken, be halve de alleenstaanden betaalt ieder evenveel. De wet zegt dat per woning voor 3% vervuiler betaald moet worden. Men noemt dat 3% inwoner-equiva lent. Het maakt niet uit of er twee arme A.O.W.'ers wonen die nauwe lijks genoeg hebben om te vervui len of iemand met twee auto's die iedere week gewassen worden, een vaatwasmachine, een wasmachine en nog meer geld om zoveel te vervui len dat hij geen centje last heeft van een aanslag van f 62,65. Er zijn zuiveringschappen die hiertegen hef tig geprotesteerd hebben (Tiel bijv.) Maar dat hielp niet. Ze moeten van het ministerie die de wet heeft in gesteld. Ten derde: De drie soorten schap pen zijn dus door de wetgever ver plicht ons oppervlaktewater schoon te houden en als ze dat niet doen zwaait er wat. Maar dat pleit ze niet vrij. Ze hebben zuiveringsinstallaties gebouwd voor volk en industrie, maar toen de planning klaar was besloot de industrie dat het goedkoper was om zélf te zuiveren. Er zijn zelfs industrieën die er winst op maken. Het gevolg is dat de installaties van de schappen doorgaans te groot zijn (overcapaciteit hebben) en wij moe ten dus meer dokken dan nodig is. Ook hier zit de hoogste instante in Den Haag, nl. de Unie van Water schappen: Statenplein 1. Ten vierde. Als toppunt van on rechtvaardigheid is het ook nog bij zonder moeilijk om voor het bedrag van de aanslag aanvullende bijstand aan te vragen. Mensen die dus toch al niet rond kunnen komen omdat ze een uitkering hebben zitten in de boot. Dat is niet alleen omdat ze hier in Leiden zo vrekkerig zijn, maar omdat de landelijke vereni ging van direkteuren van sociale diensten én het ministerie van CRM vinden dat je de aanslag best van je uitkering kan betalen. Alleen voor bijzondere gevallen wordt een uit zondering gemaakt, bijvoorbeeld als je onder het minimumloon of de norm zit, of als deze schuld samen met andere schulden die je hebt je bestaan bedreigt (volgens de opvat tingen van de sociale dienst, niét vol gens je eigen opvattingen). De O.A.B. vindt weigeren een principiëel goede zaak, waardoor je laat merken dat je geen zin hebt door de zoveelste instantie utgekleed te worden. Maar wat zijn de gevol gen? De verontreinigingsheffing is een belasting en heeft dus zeer veel machtsmiddelen: loon- of inkom- stenbeslag leggen, je giro blokke ren, een deurwaarder sturen, enz. En dat doen ze ook! Het heeft dUs alleen zin om te weigeren als je be reid bent de zaak tot voor de recht bank uit te vechten. Ook daar staat de Organisatie voor Arbeiders Be langen (OAB) achter en geeft ze steun. In Leiden voert het Milieu Aktie- centrum Nederland aktips en haalt de giro's van de mensen op. Het MAN is een organisatie van de Socialis tische Partij (een afsplitsing van de mao-gezinde Kommunistische Een heidsbeweging Nederland). Zij ver telt u niet dat in de plaatsen waar zij eerder deze zelfde aktie heeft ge voerd de meeste mensen uiteindelijk toch moesten betalen en dan mét boete, hoge boete. In Nijmegen zijn boetes van f 150,- gevallen, voor som migen een week-uitkering. Zij ver telt niet dat zy voor "ons huis" (het huis van de S.P.) in Nijmegen zelf wél de heffing betaald heeft. Zo wordt de arbeider van twee kanten uitgekleed, voor partij-belangen. De O.AJ3. staat achter politieke strijd, Opnemen van brlevon tn deze rubriek behoeft niet te betekenen dat de redactie het met de inhoud eens is. De redactie behoudt zich daarenboven het recht voor om bijdragen te weigeren dan wel in te korten. maar het moet wel eerlijke strijd zijn zonder de mensen te belazeren. Als je weigert moet je weten wat de gevolgen zijn en als Je die erbij neemt is het een goede zaak. Kan je niets doen? Mensen die niet tot de rechtbank willen gaan om het üit te ziten (en misschien gratie krijgen omdat de gevangenissen te vol ko men) kunnen tóch wat doen als ze weinig inkomsten hebben. Zij moe ten binnen een maand een bezwaar schrift maken. Andere schappen heb ben jurisprudentie geschapen door rekening te houden met de allerarm sten onder ons. Bijvoorbeeld door de heffing "niet invorderbaar" te ver klaren of door een betalingsregeling te treffen. Je hoeft niet gestudeerd te hebben om zo'n brief te maken. De O.A.B. heeft ze voor u op ver schillende adressen in Leiden. Het is geen garantie dat je niet hoeft te be talen, maar het is wel een kans én een vorm van protest die iederéén kan betalen. JANEKE DE VRIES

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 3