In heel het hnis hoor
ik n klop op de deur
Ach.'waren alle Menschen
wijs/
En wilden daarbij wel!
De Aard waar haar een
F a radijs/
Nuisse meesteen H et
Bloemen zullen het
Rijnsburg bestaat 1000jaar
"Vakantie
is er
echt
niet bij"
WAAR LANDT DE BALLON?
Ballonvaarders stijgen op in Rijnsburg
BEWOONSTER SPINOZAHUISJE:
De werkplaats is nog helemaal in tact.
Spreuk in de voorgevel.
Door
leunt je van Delft
De studeerkamer van Spinoza.
RIJNSBURG - Ballonvaren, ledereen
droomt er wel eens van om zo n grote
luchtballon van dichtbij te kunnen be
kijken. Rijnsburgers krijgen daar
dinsdag 5 augustus om half vier alle
kans toe. In het kader van het duizend-
bestaan zal er in het bloemen-
een ballon opstijgen. Het echt-
Nini en Jan Boesman en Ben
zullen het korfje van. slechts
meter m het vierkant bemannen.
De ballon, die de Rijnsburgers te zien
krijgen, is een „Charlière".Hij is twin
tig meter hoog. Boesman is er mee op
gestegen in Zwitserland. Londen. Ko
penhagen en vele andere landen en
Ondanks dat het mandje klein is. is er
toch nog plaats voor vele instrumen
ten, zoals een hoogtemeter, ba rograaf,
kompas, variometer en een vochtig
heidsmeter. De ballon heeft een een
voudige lichtinstallatie, die uit een wit
boordlicht bestaat voor 's nachts en een
paar lampen voor het bijhouden van
de vaartbaan en de boordpapieren.
voorde ballon wordt opgelaten wordt
hij aan de grond gehouden met dui
zend kilo zand in zestig ballastzakken.
Het starten eist heel wat werk. Voorde
besturing gaan één of meer piloten
De ballonvaarders nemen een aantal
merkwaardige attributen mee, zoals
een muizenpluis, confetti, een histori
sche ballonvaarders hoorn, messen en
bijlen. De muizenpluis hangt onder de
mand. Als zij omhoog komt daalt de
ból Ion. Voor de piloot een teken.dat hij
moet oppassen. De confetti is nodig om
de windrichtingen op verschillende
hoogte te controlerenDe echo-hoorn
doet dienst in bergland wanneer men
de hoogte niet kan bepalen. De ballon
vaarder is het verder vangroot belang
om vóór een opkomende bui regen uil
te blijven varen. De druppels op de
ballon kunnen een extra ballast ver
oorzaken van zestig kilo.
Twee uur vóór de ballon opstijgt kun
nen luchtvaartvragen worden gesteld.
Dit moet schriftelijk gebeuren. De
Rijnsburg - 'De klop op de deur. Aan de
titel van dit boek moest ik denken, toen
ik de zware klopper op de deur van het
Spinozahuis liet neerkomen en de doffe
korte maai harde geluiden hoorde, die
de bewoonster moest waarschuwen, dat
er iemand was. De grote zwarte smeedij
zeren klopper, een prachtig speelobject
voor de langslopende, jeugd, siert de
donkergroene uit twee delen bestaande
deur. Van een elektrische bel is geen
sprake. Op het naambordje staat A. van
Dam. Waarschijnlijk heeft daar ooit B.
Spmoza gestaan, maar dat moet dan wel
zo'n 315 jaar geleden zijn.
Even later hoor ik het harde schuren
van metaal op metaal en enkele grendels
voor de deur worden weggeschoven. De
gidse of gastvrouwe. mevrouw J. van
Dam-Koot doet open. Een vriendelijke
verschijning, die ons gelijk voorgaat
door de nog in stijl zijnde gang, naar de
werk- en studeerkamer van Spinoza. De
gang is van marmer, terwijl in zijn beide
kamers rood verkleurde plavuizen sie
ren. De wand van de schoorsteen is
evenals de plinten van Delftsblauwe te
gels voorzien. Vol barstjes en stukjes
eruit. Verder staan er twee zware eiken
houten kasten, enkele stoelen met geha
vende leren bekleding en een tafel met
boeken. Eigenlijk is het er kaal. maar er
gens heeft de kamer iets gezelügs. De
kleine glas-m-lood raampjes zien uit op
een prachtige bloementum. In die tuin
staan een zonnewijzer en een borstbeeld
van Spmoza. Eé van de houten kasten in
de studeerkamer is voorzien van glazen
zen deuren, die op slot kunnen. Hierin
staat de bibliotheek van Spinoza. Vele
boeken, genummerd keurig jp rij. De
oude vergeelde perkamenten kaften of
van leer staan statig met hun rug naar de
bezoekers. De afgesloten deuren mogen
alleen open als de veremging toestem
ming geeft aan een bezoeker boeken
in te kijken. Dit moet eerst schriftelijk
aangevraagd worden, -dan pas mag me
vrouw Van Dam de deuren openen.
Vrij
wonen
met rustig praten en wat gebaren kun je
nog heel wat overbrengen. De koningin
is hier ook geweest, dat vond ik erg fijn.
Weet u, wie hier ook vaak komen? Bruid
jes!
Ja, hier komen ze foto's maken. Van
Hjp veel paartjes kreeg ik dan naderhand
ook een afdruk. Leuk hoor. Moet u ze
De vereniging het Spinozahuis zorgt
voor het onderhoud van het huis. Het
entree 0,25 gaat volledig naar de ver
eniging, ook de opbrengst van de te ver
kopen ansichtkaarten, boekjes en cata
logi. De familie Van Dam mag vrij m het
huis wonen, maar daarvoor moet me
vrouw Van Dam elke dag in huis zyn,
want elke dag van 10 uur tot 4 uur is het
huis opea en s'zondags van 2-4 uur. Al
tijd moet er iemand zijn 'Denk maar
niet, dat ik dat erg vind', zegt ze. 'Ik ben
niet zo weglopeng en dan, als ik ooit eens
een keer weg moet komt mijn dochter in
huis of mijn man is er. Vakantie, ach nee.
we gaan nooit weg 's Avonds een eindje
fietsen en bij de Kaag zitten is toch ook
heerlijk
Als ik naar al die mensen kijk in die flats,
denk ik, nee hoor, ik niet. Ik zit hier best
en lekker vrij. Op het werfje hiernaast
kan ik heerlijk van mijn zt>n genieten. En
de klopper hoor ik overal, die gaat door
het hele huu>.'
Mevrouw Van Dam bij het beeld van Spinoza, dat in de tuin staat.
De 52-jarige mevrouw Van Dam is een
vriendelijke vlotte vertelster. Niets is
haar te veel om uit te leggen of te laten
De foto's in het album toont ze éen
voor één. "Kijk eens, dit is een mooie af
druk en deze gekleurde". Onder elke
beeltenis staat zijn naam Benedictus de
Spmoza, dan met 'n s en dan met 'n z.
Zijn voornaam is eigenlijk ook anders.
Baruch, eigenlijk nog Benito Despinoza.
Het was een Nederlander van
Portugees-Joodse afkomst. Een vrijzin
nige wijsgeer, waardoor hij ook uit de
synagoge werd gesloten. De albums lig
gen ter inzage op de tafel bij de veeltalige
boekjes en het grote gastenboek. De eer
ste handtekening dateert van 1899. Nog
wel leesbaar, maar erg moeilijk. Veel
vreemde namen uit allerlei werelddelen
komen voor achter de tienduizenden
namen, die er staan. Palestina. Torónto,
Londen, Groningen af en toe eens Rijns
burg.
Met bussen
Weg is ze weer. E
bruidjes ter talel.
later komen de
paartje Dij de
werkbank, een bij de schoorsteen, by de
kleine glas-in-lood raampjes, in de voor
deur. "Ja, mijn eigen kinderen zijn hier
uit ook getrouwd. Drie meisjes en een
jongen. Toen de meester op school eens
aan mijn dochters vroeg de spreuk op de
gevel op te zeggen, wist ze het niet. Ach
ze waren alles zo gewoon. Wilt u mijn
eigen kamer eens zien?"
We rollen van de ene wereld in de an
dere. Zo kaal het bij Spinoza was zo ge
vuld is het hier, maar ook hier is het ge
zellig en huiselijk. Ze leest mijn gedach
ten, "Het is hier wel vol hé, maar daar
hou ik van, al mijn kinderen en klein
kinderen staan hier hoor en mijn man. In
Spinoza's kamer mag niets geen sier
staan, zelfs geen bloemetje. Alles moet
zo blijven. De gang en de trap ook. Er
komen wel eens Joden.'die 'n bos rode
rozen meenemen, maar die mogen ook
•niet in de kamer. Ik zet ze dan maar
bij het borstbeeld in de tuin. Voor dat ik
weg ga zegt ze: '"Ija hij is niet oud ge-
De grendels gaan weer open en na een
vriendelijke groet hoor ik ze weer achter
me dicht schuiven. Ik kyk nog even om
naar de spreuk op de voorgevel. Ach wa
ren alle mensen wys en deden daarbij
wel, dan was dees aarde een paradys,
maar nu is het een heel. Ja er is veel
veranderd, maar dat is nog steeds hel»
zelfde.
De bezoekers komen ook wel met bus
sen gelijk. Hiervan wordt dan wel van
tevoren bericht gegeven, maar ook een
enkele bezoeker is van harte welkom.
in de werkkamer staat Spinoza's
werkbank. Daar sleep hij zijn lenzen,
want ook daardoor werd hy beroemd.
Het geheel zit met touwtjes en spijkers in
elkaar. Naar onze begrippen zou er niet
mee te werken zyn, toch is het mogelijk
geweest. "Kijk, dat is nog zijn eigen as
bak," zegt de gidse. Dit eigenlijk kleine
gedeelte waar Spinoza leefde heeft sfeer.
Het is niet muffig of doods. Nee, het lijkt
wel of hij elk ogenblik thuis kan komen
van een ommetje Rijnsburg.
Aan de muur hangen enkele afbeel
dingen van hem en een bronzen beeldje
op de kast. Het komt me bekend voor.
"Dat klopt," zegt de gastvrouw "Dit
zelfde beeld staat in het groot in Den
Haag op de Paviljoensgracht. Kyk hier
heb ik er nog een foto van." Na even
zoeken ligt ook deze foto weer op tafel.
"Weet u," gaat ze verder, "eerst vond ik
het wat vreemd, maar nu doe ik het reuze
graag, de mensen vertellen en laten zien.
Veertien jaar doe ik het alweer. Ze vra
gen veel de mensen, ook de buitenlan
ders. Vreemde talen ken ik niet. maar
RIJNSBURG - Bloemen zullen het
"zeggen", dat Rijnsburg zijn duizendja
rig bestaan viert. Bloemen overal. In de
kerken, in de feestzalen, als onderdeel
van de straatversiering en in eigen pre
sentaties, zoals het grote en het kleine
corso en de vaktentoonstelling Begrij
pelijk. Aan die bloemen en alles wat er
mee samenhangt heeft Rijnsburg in deze
Door C.ees Oom
twintigste eeuw zijn bestaansrecht te
danken. Eigenlijk is deze "duizendjarige
veste" altijd al een agrarische gemeen
schap geweest. Rond de Abdij bevonden
zich uitgestrekte landerijen. waarop de
inwoners de landbouw en de veeteelt
uitoefenden en later de groenteteelt. Van
die groenteteelt is men aan het eind van
de vorige eeuw heel moeizaam overge
stapt op het kweken van bloemen. Dat
heeft welvaart m 't dorp gebracht. "Flo
ra", de bloemenveiling, is het snel klop
pende centrum van die teelt. Nu al weer
meer dan zestig jaar lang.
De agrarische bevolking van Rijns-
buig heeft het in die tien eeuwen van het
bestaan van haar dorp bepaald niet een
voudig gehad. Er moesten fikse pacht
sommen worden betaald en de prod uk-
ten brachten bijzonder weinig op. Hele
families werkten in de bedrijven meeom
toch nog maar een redelijk inkomen te
bemachtigen Het bleef toch ondanks al
les, altijd weer "Vader, geef ons heden
ons dagelijks brood". Eigenlijk is het
eerst na de Tweede Wereldoorlog met de
bloemen sterk crescendo gegaan. Er
begon grote belangstelling te bestaan
voor de produkten en de Rijnsburgers
"ontgonnen" steeds nieuwe afzetgebie
den. Vooral in Duitsland. Jonge mannen
sqhroomden er niet voor honderden ki
lometers diep het land van onze ooster
buren binnen te dringen om er hun kleu
rige waren aan de man of de vrouw te
brengen.
De pioniers van de bloementeelt, die
reeds voor 1900 naast groenten ook dit
produkt gingen telen, hadden het eens
moeten kunnen meemaken, dat de in
1914 gestichte bloemenveiling "Flora"
dit jaar mikt op een record-omzet van
1' 130 miljoen. Ze zouden het niet hebben
geloofd. Dat overschakelen geschiedde
eigenlijk uit armoede en de eerste man
nen, die met de kruiwagen of met de
tram erop uit trokken om hun bloemen
aan de man te brengen, eerst in Oegst-
geest en later in Den Haag. werden meer
als bedelaars dan als handelsmensen
aangezien. Ze stoorden zich er niet aan,
maar gingen rustig door De tijd heeft nu
wel geleerd, dat het gelijk aan hun zijde
was en dat ze een ver vooruitziende blik
hadden.
Rijnsburg en bloemen zijn thans on
losmakelijk aan elkaar verbonden. Voor
dat "Flora" in 1914 gestalte kreeg, kende
men al de veiling in café "Coster" op de
hoek van de Tramstraat. Die Coster heeft
op dat gebied baanbrekend werk ver
richt. Mede aan hem is het te danken,
dat de bloementeelt Rijnsburg stormen
derhand heeft veroverd. Toen "Flora"
kwam nam het tijdperk Coster een ein
de.
Het ging in die beginjaren allemaal niet
zo eenvoudig. Men moet er de geschied
schrijving van pionier Teun Kralt zn.,
de grote voorman die zich altijd met hart
en ziel heeft ingezet voor kwekers en
handelaren en die haast het onmoeelijke
heeft gedaan om voor de Nederlandse
kvveekprodukten vaste voet op buiten
landse bodem te krijgen, maar eens op
nalezen. De omzet in het eerste "Flora"-
jaar was f 25.000.- en na 61 jaar ging er
voor meer dan f 1U4 miljoen aan Dioemen
onder de veilingklokken door.
Rijnsburg en "Flora" behoren bij el
kaar. AL heeft de bloemenveiling jaren
lang op Oegstgeester grondgebied ge
staan. Er zijn onder de autochtone inwo
ners maar heel weinigen, die niét op de
één of andere wijze bij de bloementeelt
of handel via "Flora" betrokken zijn en
voorzover dat niet het geval is, plukt
men er toch de vruchten van. Wat zou er
van de middenstand geworden zijn als er
geen kwekers en handelaren en geen
"Flora" waren geweest? Zouden de gara
gebedrijven en de zaken, die landbouw
machines, koelinstallaties en -huizen en
andere landbouwattributen verkopen zo
hebben gefloreerd? Hoe zouden de
woning- en kassenbouwers het hebben
gehad? Zouden de orderportefeuilles
van de verzekeringsagenten zo goed ge
vuld zijn geweest als nu het geval is?
En tenslotte zou Rijnsburg z -veel finan
cieel sterke bankinstellingen'hebben ge
had? We geloven van niet. Dat overscha
kelen van de tuinbouw op de bloemen
teelt heeft Rijnsburg beslist geen wind-
eieren gelegd.
Het dorp heeft door al die kassencom
plexen de laatste laren een geheel ander
karakter gekregen en ook door de fraaie
woningen, die erbij zijn gebouwd. Men
moet maar eens gaan kijken langs de
Noordwijkerweg en aan het begin van de'
Voorhouterweg.
Toch zal als de plannen gestalte krijgen,
de band tussen Rijnsburg en „Flora" in
de komende jaren minder hecht worden.
Het besluit tot verplaatsing van de vei
ling is enkele jaren geleden genomen,
omdat er in Rijnsburg zelf onvoldoende
ruimte voor expansie is. „Frederik-
soord", waar „Flora" destijds die uit
breiding had willen realiseren, is woon
wijk geworden. Er zijn heel wat
bels" aan voorafgegaan en
geeft iedereen, iedereen de scl
het mislopen van die e
van de bloemenveiling op eigen
Al enige jaren zoekt men nu
stuk grond van zo omstreeks vi
taren om een nieuwe „Flora" t
bouwen. Het overleg met de provinciale
autoriteiten verloopt heel erg stroef. Die
willen de veiling in het Katwijk se ,,'t
Heen" stoppen en daar voelt het
„Flora"-bestuur niets voor, omdat de
grond te duur is en de plaats niet ge
schikt voor de aan- en afvoer. Liever zou
men de nieuwe veiling bouwen bij „De
Uiver" in Sassenheim naast de Sikken'a
fabrieken aan de andere zijde van de
spoorlijn Leiden-Den Haag en dicht bij
de op- en afritten van rijksweg 44 Am
sterdam-Wassenaar-Den Haag. Daar ia
voldoende bouwgrond beschikbaar. Het
heeft er veel van, dat het provinciaal be
stuur en de Provinciale Planologische
Dienst daar niet zo enthousiast voor zijn.
Hoe het zij, het blijft een touwtrekken en
hoe langer het duurt hoe hoger de
bouwkosten worden.
Eén van de thans zittende raadsleden, de
VVD,er Kier Brul, kwam eens in een ge
sprek over „Flora" met de volgende sug
gestie: „De gemeente Rijnsburg wil nu
in de Kamhuuerpolder, omsloten door
Oegstgeesterweg. Rijnsburgerweg en
Rijksweg 44, woningen gaan bouwen.
Misschien kunnen we, als de nieuwe
burgemeester er is, het voorstel doen
deze grond aan „Flora" beschikbaar te
stellen voor de bouw van de nieuwe vei
ling en in de plaats daarvan op het hui
dige „Flora-gebied woningbouw gaan
realiseren. We moeten koste wat kost
proberen de bloemenveiling voor Rijns-
burg te behouden"