Werkt scholenproject door?
Kijken in
"Athenae
Batavae"
bleyle
Activititeit Project'75 wel aangeslagen
M. B. van den Berg
'Uitkeren onder politie
toezicht een schande'
ZATERDAG 19 APRIL 1975
Door
Wim Wirtz
LEIDEN Op 16 mei a.s. wordt
in De Waag een tentoonstelling
geoend van werkstukken die zijn
vervaardigd in het kader van het
scholenproject van Projekt '75.
Dezelfde dag za Ier ook een boek
je worden uitgebracht waarin
samenvattingen zijn opgenomen
VLOTTE WEEKEND.
KLEDING VOOR
MANNEN.
Het scholenproject, één van de vele
activiteiten die door Projekt '75 ter
gelegenheid van het vierhonderd jarig
bestaan van de Leldse universiteit
worden georganiseerd, is nu min of
meer afgesloten. En de vraag kan dus
gesteld worden of er. afgezien van
het boekje (dat nu bü de drukker
ligt), nog lets van het projekt zal
blüven hangen. De tien medewerkers
van Projekt '75 die het project co
ördineren hopen ergens van wel. En
die hoop lijkt ook wed gerechtvaar
digd.
Uit een nogal informele „evaluatie"
over het project, die onlangs met
een aantal betrokken leerkrachten
werd gehouden, is namelijk gebleken
dat de louter onderwijskundige kant
van het scholenproject bü sommigen
erg positief is overgekomen. Daan
Iken. één van de medewerkers van
Projekt '75: „Eén van die leerkrach
ten zei zedfs: eigendijk gek dat Jullie
zo'n projekt moeten doen. Het zou
eigenlijk gewoon in een schoolpro
gramma moeten worden opgenomen".
Deze positieve ervaring tem spijt
is de belangstelling van de door Pro
jekt '75 benaderde scholen (alle scho
len voor voortgezet onderwüs in Led
den) dn het algemeen een beetje te
gengevallen. Iken: „Je hoorde argu
menten als: dat geeft moeilükheden
bü de roosterindeling. En zelfs kreten
als: linkse indoctrinatie. MaaT het
was natuurlek gewoon desinteresse".
Van de aangeschreven scholen
bleef in elk geval heit schamele aan
tal van negen over: het Rynlands
Lyceum, de Paulus Scholengemeen
schap, de Agues Scholengemeen
schap, Bonaventura-Kyckenborg,
Visser t Hooft Scholengemeenschap,
de Detailhandelsschool, de christe
lijke MTS aan de Wülem Barentz-
straat en de. nijverheids- en huis
houdscholen aan het Rapenburg en
het Gadgewater.
Methoden
'deelgebieden sectoren en niveau's.
Dat begrip kon op verschillende ma
nieren benaderd worden. Een voor
beeld van hoe dat kon gaf de Paulus
scholengemeenschap, waar de leer
lingen van de derde klassen een on
derwerp by de kop namen, dat ook
metterdaad onderzochten en er ver
volgens een verslag van maakten. Zo
ongeveer verliep het bok op de an
dere scholen. En zo kwam er een
verzameling van verslagen en werk
stukken voor de dag die binnenkort
geëtaleerd zullen worden in het ai
genoemde boekje en op de 'tentoon
stelling in De Waag.
Het scholenproject beperkte zich
uitsluitend tot de derde klassen,
dat de leerlingen van deze klassen al
ver genoeg op school waren ingevoerd
en zich bovendien nog niet het hoofd
hoefden te breken over een eind
examen. Van meet af aan werd de
opzet van het project doorgesproken
met de docenten die zich hadden be
last met de leiding va<n het project
op hun school.
Globaad werden er naar vrije
keuze twee methoden toegepast.
De ene hield in dat de kinderen zich
een weeklang buitenhuis met het
project gingen bezighouden.
De andere methode behelsde een
inpassing van het project in het
rooster. Waarbü dan tenslotte ook
nog een combinatie van die twee
mogelijk was.
Centraal in het project stond het
begrip 'stad' (Leiden) niet al z'n
- Projectonderwijs
Ofschoon de organisatoren realis
tisch genoeg waren om te beseffen
dat het project geen brug naar ver
nieuwing zou slaan in het hele on-
derwijssysfeem, was de achterliggen
de gcdacnte van het project toch wel
van enigszins ideologische aard. Iken:
De opzet was eigenlijk om de scho
lieren naar buiten te halen, uit die
hele prestaliegedwongen toestand
waarin ze zaten. En het mooiste zou
rijn geweest wanneer de kinderen
een week vrij zou zijn gegeven en er
£ezegd zqu zijn: zoek het maar uit.
Maar dat ging natuurlijk niet".
In alle bondigheid heet het ideo
logisch, onderwijskundig motief van
net project: zie en ervaar hoe het is
waarover Je praat. Dat correspon
deert in principe met het zg. pro-
lectonderwijs, waarover Iken zegt:
"We gingen er aanvankelijk van uit
dat het scholenproject een goede ge
legenheid zou zijn om het project
onderwijs aan te slingeren. Maar we
hebben ontdekt dat het de weten
schappelijke voorwaarden van pro-
Jectoniarwüs niet eens benadert.
Een fundamenteel verschil is bijvoor
beeld dat projectonderwijs blijvend
is. En dat was dit project duidelijk
niet"
Ook de docenten die bij het pro
ject waren betrokken, waren daar
al snel achter. Vandaar waarschijn
lijk ook dat het project op de mees
te scholen geïnterpreteerd werd als
ten project, dat integendeel moest
wordt gezien als een onderwijskun
dig experiment. Hoewel het op een
antal scholen aanleiding is gewor
den om er misschien op een an
dere manier mee door te gaan.
Een docent op de Paulus scholen
gemeenschap bijvoorbeeld liet zich
uit in te-men van: nog nooit zoiets
meegemaakt, en was steevast van
plan iets dergelijks nog eens te her
halen. Zoals dat trouwens ook het
geval was op de MTS. Weer andere
docenten tenslotte maakten opmer
kingen in deze trant: "Het project
onderwijs bewijst de onnatuurlijk
heid van het vak maatschappij
leer" en: "De kinderen met de la
gere cijfers werkten inventiever, le
verden betere prestaties dan de kin
deren die doorgaans de hoogste cij-
ers halen"
BU FOTO'S
De foto boven toont ons het
academiegebouw in 1614 met 't
in 1613 gebouwde en in de 19e
eeuw weer afgebroken acade
miepoortje. Het tafereel links
geeft een voorstelling van de
nacht voor het examen. In een
nachtmerrie verschijnt prof.
Van Assen de universiteit
verkeert dan al in de derde
eeuw van haar bestaan om
zün slachtoffer te mishandelen
Achter de hoogleraar staat de
pedel met een geldbuidel om te
herinneren aan het te betalen
examengeld. Op de foto rechts
Winston Churchill op de stoep
v. Sociëteit Minerva tüdens zün
verblijf in Leiden ter gelegen
heid van zijn ere-promotie op
10 mei 1946. De foto onder toont
die koffievrouw tij es Mioeke en
Riekje in 'hun winkeltje aan 't
Vrouwenkerkhof. Moeder en
dochter dreven zo rond de eeuw
wisseling een water- en vuur-
winkeltje annex koffiehuis waar
studenten op vrijwel elk urn-
van de dag koffie thee en soep
Of iets eetbaars konden gebrui
ken.
Actiecomité tegen werkloosheid:
LEIDEN Het Leidse Aksiekomi-
ee tegen de Werkloosheid noemt het
oen schinde dat juist werklozen
run toch al lage uitkeringen, die
snel lage»* worden op dit moment bij
de Gemeentelijke Sociale Dienst on
der politietoezicht moeten ontvan
gen. Volgens het actiecomité zijn de
huidige moeilijkheden bij de GSD
niet te wijten aan de zg. mentaliteit
van de man achter de balie. "Het is
de laksheid van de gemeente dat de
GSD niet over genoeg personeel be
schikt en in het geheel ongeschikte
jand aan de Langebrug haar werk
moet doen", aldus het actiecomité.
Het actiecomité zegt te eisen dat
hierin wordt voorzien en dringt er
verder bij de gemeente op aan zich
uit te spieken voor positieverbete
ring van de werklozen door een
duurtetoe.dag ineens van tweehon
derd gulden netto, optrekking van de
.VW tot negentig procent van het
laatst verdiende loon, verlenging
van de WWV tot 85 procent van het
jaatst verdiende loon en onbeperkte
verlenging van de WWV. zodat er
geen WVV-ers naar de büstand be
hoeven. Tem sEStfle vraagt het comüté
nogmaals aan de gemeente om een
tref- en adviescentrum ter beschik
king te stellen.
MiohM Beraardus Paulus van
den Berg (49), sinds 1 juli 1972
directeur van de Leidse Spaar
bank. Kantoor houdende in de
Doezastraat in een gebouw, dat
(zoals vele bankgebouwen) over
dadig is belegd met marmer.
"Misschien is het wel het psy
chologisch effect dat meespeelt.
In de trant van:"hier is uw geld
veilig,u ziet het, het gaat ons
goed". Vlak daarop zegt hij
"maar ja, het is ook een stuk
werkgelegenheid, zo'n gebouw.
Vergeet dat niet."
Een man die snel carrière
heeft gemaakt. Werd geboren in
Zandvoort, bezocht daar, na
de lagere school, de MULO en 3
Jaar avondgymnasium. Komt uit
een gezin van zeven kinderen.
Diploma's boekhouden, MBA, ge-
meentefinanciën. Werkte bij de
gemeente Zandvoort, de Vereni
ging van Nederlandse Gemeen
ten, wéér bij de gemeente Zand
voort en werd op een goed mo-
jn&at gemeente-ontvanger in
Heemskerk.
"Een heerlijke tijd. Ik was
eigen baas, had niemand boven
me staan en had eigenlijk een
vreemde taakomschrijving. Er
werd van mij niet verwacht dat
ik om half negen al achter mijn
bureau zou zitten. Dat deed een
ontvanger niet. Hij had ook een
specifieke status. Toen het op
een gegeven moment niet meer
verplicht was dat iedere gemeen
te een ontvanger moest hebben
en ook Heemskerk dat "instituut'
afschafte, zou ik in de gemeente
een andere baan krijgen. Maar
die moest nog worden gecreëerd.
Nou, dan hoeft het niet meer. Ik
vrist veel van hypotheken af. ook
omdat ik secretaris was van een
woningbouwstichting (ik ben
voorts penningmeester geweest
van diverse instellingen). Ik heb
boen gesflüicite eirtt in Leiden en in
1969 ben ik begonnen als ad
junct-directeur. Dat was wel
wennen. Ik had een "baas" aan
wie ik veel moest vragen. Maar
het was een goede baas, dat ze
ker.
Eigenlijk heb ik een mooie
werkkamer in het kantoor aan
de Oude Rijn, maar die is bezet.
Ik ben nu al een jaar te gast bij
mijn huidige adjunct, meneer
Bergkamp. Er moest worden uit
gebreid en de enige die ruimte
kon maken, was ik. Op mijn oude
kamer, hier, zitten nu drie da-
De overgang van Heemskerk
naar Leiden? Dat was inderdaad
een hele overgang. Ik kwam uit
een beschermd milieu en ging
opeens naar het bedrijfsleven.
Maar ja, u moet maar zo den
ken: de banken gaan zo snel de
wereld niet uit. Toen ik kwam,
was mijn taak het dienstenpak
ket uit te breiden. We wilden
ons niet alleen maar richten
op de spaargelden. Het werden
ook hypotheken, vreemd geld,
effectenverkeer enaovoirt. We
hebben de Stichting Eigen Huis
voor zo'n 30 miljoen hypotheken
verstrekt.
Nee, we verkopen geen reizen.
Ten eerste moet je daarvoor des
kundig personeel hebben. En wat
doen die? Die verkopen een reis-
pakket van de een of andere ver
eniging. Ten tweede moet je kan
toor er ook ruimte voor hebben.
Je kunt niet achter het loket
twee weken Benidorm gaan (ver)
kopen. Je moet rustig kunnen
zitten en praten. En ten derde
moet je er vrij veel geld inpom
pen en vrij veel reizen verkopen
wil je het goed doen".
Om kwart over acht ongeveer,
verschijnt Van den Berg op kan
toor, doet dan eerst he alarm uit
en opent de kluizen. Decimeters
dikke deuren. Inbreken is onmo
gelijk. Toeters en bellen gaan dan
lawaai maken en omstanders be
horen dan te weten dat er iets
aan de hand is .Als je per onge
luk een vals alarm veroorzaakt,
heb je nauwelijks tijd om zoiets
aan de politie te melden, want ze
staan in een wip met gierende si
renes op de stoep.
Vervolgens komt de post: sta
pels girokaarten, taxatierappor
ten en cijfers, cijfers, cijfers.
Om negen uur komt de eerste
koffie. Mooi in een kopje. "Ik
vind het bij de secundaire ar
beidsvoorwaarden horen dat de
koffie in een kopje wordt ge
schonken". (hoe heerlijk dat
eens van een ander te moeten
horen!)
Wat telefoongesprekken en na
denken over de vraag van mij:
wat is nou uw taakomschrü-
ving? "Ja, kijk, de gaande en de
komende man, mag ik het zó zeg
gen? Je krügt verzekeringsinspec-
teurs, besturen van clubs en van
wijk verenigingen, mensen di'e een
huis willen kopen, gesprekken
met het personeel, overleg met
functionarissen van het hoofdkan
toor in Den Haag. Je moet gere
geld naar de bijkantoren, Je te
kent post. De hele dag is er wel
wat te doen. Soms denk ik wel
eens: wat heb ik vandaag ge
daan? Het lijkt niets, maar
je bent de hele dag bezig. De
contacten met de mensen buiten
het bankwezen".
"We hebben als Leidse Spaar
bank sinds 1818 een stempel op
deze stad gedrukt. In de Meren-
wijk hebben we in één klap 400
cliënten aan een hypotheek gehol
pen. We knokken er nu ook voor
om in het winkelcentrum een bij
kantoor te krijgen. Dat is nor
maal, vind ik. We hebben in de
stad en de omgeving zo n 80 000
rekeninghouders. Vaak is het van
vader op zoon overgegaan. We
hebabn een tegoed van 175 mil
joen gulden. We zijn de grootste
spaarinstelling van Leiden. We
bemoeien ons met spaargelden,
die weer grotendeels in Leiden
worden belegd. Dat deden de han
delsbanken nooit zo erg. Als er
vroeger iemand bij een handels
bank kwam met vijfduizend gul
den, waarmee hij wilde sparen,
dan stuurden ze die mensen naar
ons toe.
Die hoorden bij ons. Die gingen
naar de Oude Rijn. Dat was een
begrip dat "Oude Ri>n".
In 1971 zün we gaan samenwer
ken met de Nutsspaarbank in
Den Haag. We maken gebruik
van nun computers. Maar we
hebben een grote mate van vrij
heid in handelen. Er zijn abso
luut geen beperkingen. We blij
ven Leidse Spaarbank. Het is al
leen de eenheid in het diensten
pakket.
Kwart over tien: Van den Berg
moet even naar de Oude Rijn
en stopt mij de oprichingsaoe im
de hand. Citaat: "Zullen we nu
het sparen aanbevelen? Wie ver
stand heeft, moet het doen. Men
zie slechts rond, in welke huizen,
en bij welke menschen, ruimte
heeneht naar ieders stand, en
zal dis vinden, waar men ge
spaard heeft em nog weet te spa
ren." Dat was op 24 oktober 1818.
Het kantoor aan de Oude Rijn
was wat somber en versleten. Ga
je het helemaal opknappen dan
hoor je: "Zeket van mijn cen
ten hè?" En doe je er niets aan
dan zeggen ze: "Het kan erken-
nclijK niet af; het gaat slecht
met jullie."
Kwart over twaalf lunch. Mooie
verhalen over de tijd van het
"ontvangerschap". Van den Berg
vertelt iets over zijn vijf kinde
ren, zijn politieke keuze (KVP,
niet fervent). Lacht veel en toont
zich een prima gastheer.
Terug cup kantoor: "Men zegt dat
Leiden een arme stad is. Dat is
niet waar. Het is een arme ge
meente. Dat is iets anders.
Ook de bevolking is niet arm. We
hebben mdertüd d»e Jeugdrekenin-
gen getest. Nou. de grootste toe
name van rekeningen zit in
die hoek, hoor. We hadden een
zwarte lijst van straten, waarvoor
we heel zeker geen hypotheek
zouden geven. De laatste Jaren
zijn de mensen zelf begonnen
hun huizen op te knappen. Ik
zeg u dat we die lijst helemaal
hebben herzien. Je stond ver
steld.
Weet u, het contact met de
mensen is enorm belangrijk. Er
zijn cliënten, die persé door een
en dezelfde medewerker willen
worden behandeld. Dan zeggen
ze tegm een meisje aan het lo
ket: "Geef me meneer of juf
frouw Zusenzo maar; die weet er
alles van". Dat is vaak helemaal
niet waar, maar de mensen zijn
nu eenmaal aan een bepaald fi
guur gewend. Je hebt daarvoor
ook een goed team medewerkers
nodig. Zo'n team hebben we ook.
Beslist.
Het is een eerlijke zaak. Je geeft
ze meer dan ze hebben gebracht.
De mensen worden hier niet be
duveld".
Drie uur thee. Praten over
zwart geld en de angst om naar
de bank te komen.
"Er ligt vreselijk veel geld op de
bedd'-plank, wist u dat? Als Je 's
ochtends leest over een roof
moord, of zo. dan staan ze de vol
gende dag bij je op de stoep met
hun geld. En vaak zijn dat zeer
grote bedragen. Die angst, niet"?
Van den Berg houdt van
(kunst) geschiedenis, lezen "(in
bed en dan van allies. Liefst iets
"lichts", want ik slaap zo in. En
ik wil niet met een blessure wak
ker worden"). Kijkt graag naar
oude geveltjes ("Ik woon boven 't
kantoor op de Oude Rijn. Dan
kük je op de Hooglandse Kerk-
gracht. Jammer dat er die bocht
in zit, want dan zie je de kerk niet
zo goed"). Opera en operette be
luistert hij graag. Vakantie, sa
men met zijn vrouw in Luxem
burg in een vast hotelletje ("De
kinderen trekken hun eigen plan
wel. We zijn een keer naar Span
je geweest met zijn allen, maar ik
geloof niet dat we het nog eens
over moeten doen").
Respect heeft hij voor de oude
Drees ("Een erg wijze man") en
voor Godfried Bomans. Hij heeft
ook zowat alle boeken van deze
grote Nederlander.
Laatste vraag: "Bent u de
leukste thuis"?
Antwoord: "Sjonge, nou, ik vind
van wel ja. Haha".
Historie Leidse universiteit
andere manier tot de faam van Naer-
lands oudste universiteit hebben bij
gedragen.
In het boekwerk is verder ruime
aandacht besteed aan de typisch
•academische taferelen, waarvoor
vroeger kennelijk een grotereplaats
was ingeruimd dan tegenwoordig.
De oudere lezers zullen zich daar
ongetwijfeld nog wel het een ander
van kunnen herinneren: de dronken
student die zich een weg zoekt in
het nachtelijk duister, de tableaus
de la troupe ter gelegenheid van wat
voor evenenementen dan ook. En ten
slotte ook de Leidse typetjes die nog
niet zo lang geleden met grote
warmte door de academische wereld
werden gekoesterd teneinde het
standsverschil niet verloren te doen
gaan. In de negentiende eeuw was
dat bijvoorbeeld de fotograaf Kiek.
die menig studentikoos tafereel ver
eeuwigde. En ook het fruitvrouwtje
Mie Dop, d'iie zoals een aantal jaren
geleden de koetsier Hendrik door
studenten op handen werd gedra
gen.
Zo was de relatie tussen stad en
unliversieit vroeger. Hoe anders is
zij - gelukkig - nu.
WIM WIRTZ
Athenae Batavae. De Leidse Uni
versiteit/The University of Leiden,
1575-1975, 112 pags, 200 ill. f 36.50.
Universitaire Pers Leiden.
"Bü de viering van het vierde eeuw
feest van de Leidse Universiteit past
een terugblik op de afgelopen 400
jaar. De tegenwoordige ontwikke
ling van de Universiteit is immers
geen op zichzelf staande zaak maar
een logisch vervolg op de gebeurte
nissen en ontwikkelingen in het ver
leden. De geschiedenis van de
Leidse Universiteit is een voortdu
rende vermenging van traditie en
vernieuwing, zodat vele doorlopende
lijnen verleden en heden onderling
verbinden".
Zo begint drs. R. E. O. Ekkart,
conservator van het Academisch His
torisch Museum, zijn voorwoord in
het deze week uitgebrachte boek
"Athenae Batavae, De Leidse Uni
versiteit/The University of Leiden,
J 575—1975". In dit voorwoord
maakt hij er melding van dat
"Athenae Batavae" het resultaat is
van een eerste poging om het wel en
wee van de Leidse universiteit te bun
delen in wat in het buitenland zo ge
makkelijk wordt aangeduid met
"pictural history". Een poging die
misschien wel geslaagd is. alhoewel
je om daar zeker van te zijn, eigen
lijk eerst moet weten waaraan zo'n
boek moet voldoen.
Vast staat wel dat een flink stuk
geschiedenis weergeven met uit
sluitend prenten geen gemakkelij
ke opgave is. Zeker niet wanneer
het de bedoeling is er toch een
enigszins bondig avontuur van te
maken, waarin ieder zich met ge
mak kan oriënteren. Ekkart, die
het werk uitvoerde op basis van een
idee van de vroegere conservator
dr. Th. J. Meijer, onderkent dat ook
als hij schrijft: "Een dergelijke
taak is moeilijker dan de rijkdom
aan materiaal zou doen vermoeden,
aangezien de beschikbare afbeeldin
gen geenszins gelijkmatig over de
tijd gespreid zijn en ook niet alle
onderwerpen daarin vertegenwoor
digd zijn".
Het platenboek is niettemin een
boeiende toverlantaarn geworden
waarin via het te nauwe gaatje van het
heden de ontwikkelingen en gebeur
tenissen van het rijke verleden goed
te voGigein zün. Het boek is ingedeeld
in vier eeuwen, bevat reproducties
van gravures, etsen en schilderijen
en herbergt bovendien een respecta
bele fotogalerij van beroemde hoog
leraren en anderen die op één of