Turkije's nieuwe politiek Groeiende invloed vakbonden U begint waar Noach strandde ZATERDAG 1 MAART 1975 PAGINA 19 De politieke erfenis van Atatürk kan in een woord worden samengevat: hervormingen. Alle belangrijke politieke partijen zijn het daarover eens en het leger greep in 1960 en in 1971 hoofdzakelijk in omdat die hervormingen op de tocht kwamen te staan. Op het platteland wordt de landbouwhervormingswet van 1973 doorgevoerd, waarbij de grond- bezitters verplicht zijn de aan hen uitgekeerde schadeloosstelling te investeren inde nieu we, door de staat te vestigen industrieën. Vooral van linkerzijde zijn er tegen die wet vele bezwaren. Ze was niet vérgaand genoeg en men vreest dalt de oude kaste der land heren omgevormd zal worden in een nieuwe klasse van kapitaalbezitters, naar Iraan-s mo del. MaaT voorlopig schept de nieuwe industrie per jaar een kwart miljoen nieuwe ar beidsplaatsen en levert daarmee een belangrijke bijdrage aan Turkije's grootste pro bleem, de enorme werkeloosheid. Een rondblik op de internationale beurs van Izmir maakte duidelijk dat die industrie steeds beter aan de binnenlandse vraag kan voldoen: tractoren, irrigatiepompen, naaimachines, transistorradio's, eenvoudige weefgetouwen. De overige inzenders speelden duidelijk op de Turkse behoeften in: bulldozers, vracht wagens, machines om kleine industrieën mee op te zetten. De Nederlandse inzending ge tuigde overigens niet van een slagvaardig beleid. De N.V. Philips had een luidspreker in gezonden, er stonden wat lege bierblikjes en een maquette van de firma Unilever uit de jaren dertig. De ambtenaar van de Nederland se Kamer van Handelsbevordering had die dag dan ook nog geen klanten gehad. Bülent Ecevit (links op de foto, gemaakt tijdens een bezoek bij Wüsonj valt uit het Turkije van vandaag niet meer weg te denken. Velen zien in hem een nieuwe Ata türk. Met de groei van de industrie groeit ook de invloed van de vakbonden. In het inmiddels weer afgetreden overgangskabi net, dat de inflatie moest bestrijden en nieuwe verkiezingen voorbereiden, zat ook een vakbondsfunctionaris. Ook van de Turkse arbeiders in West-Europa komen belangrijke impulsen. Bijna 1 miljoen Turken werkt in de EG en hoewel voor een aantal van hen het grote ideaal een pension of een taxi is, leve ren de anderen met hun buitenlandse valuta en hun vakkennis een onmisbare bijdrage aan de verdere industriële ontwikke ling van hun land. Daarenboven brengen zij nieuwe ideeën mee en zorgen op die manier dat de Kemalistische Revolutie van bovenaf langzaam overgaat in een revolutie aan de basis. Deze laatste trend heeft Ecevit. lei der van Atatürks Republikein se Volkspartij, duidelijk on- cii rkend, en de verkiezingen van 1973 hebben hem in het gelijk gesteld. Het duidt erop. dat de Turkse Republiek van Atatürk, 50 jaar na haar stiehting, een nieuwe fase ls ingegaan: de fase der vol wassenheid. Bülent Ecevit valt uit het Turkije van vandaag niet meer weg te denken. Zijn succes heeft hij niet alleen te danken aan zijn onge kunsteld optreden, aan de manier waarop hij samen met zijn vrouw Raksan gearmd door de straten van Ankara loopt of aan zijn pakkende redevoeringen. En ook niet aan de door hem gevoerde politiek ten aan zien van Cvprus, die ziln al ruim te boots aarwezige populariteit enorm heeft vergroot, vooral onder de jeugd. Want hij is zonder twijfel de popu lairste Turkse politicus van dit mo ment en velen voorspellen dat zijn partij bij nieuwe verkiezingen de ab solute meerderheid zal kunnen be halen. Hij is ook de man die aan de Republikeinse Volkspartij, de par tij van Atatürk en Inönü, een nieuw gezicht heeft gegeven. Nieuwe Atatürk In heel wat huizen hangt zijn por tret naast dat van de stichter van de Republiek. Velen zien in hem een nieuwe Atatürk, een tweede vernieu wer en inspirator. Zij zijn ervan over tuigd dat hij, meer dan wie ook, in de komende Jaren het nieuwe gezicht van Turkije zal bepalen. Zijn poli tieke scholing ontving hij van zijn vader, hoogleraar in de pathologische anatomie en onder Atatürk afgevaar digde voor de R.V.P. Van zijn moe der, evenals zijn tante een begaafd schilderes, kreeg hij zijn ruime cul turele belangstelling mee. In zijn Jeugd vertaalde hij de werken van Door Harm E. J. Botje Rabindranath Tagore in het Turks en later verzorgde hij de kunstru briek in het inmiddels opgeheven par tijblad Ulus. Inönü, de eminence gri se van de RVP, ontdekte hem al spoedig en op diens voorspraak ver wierf hij een studiebeurs in de Jour nalistiek aan de Universiteit van Harvard. Terug uit Amerika deed hij in 1957, in het kielzog van Inönü, zijn intrede in het parlement als af gevaardigde van Ankara. Het waren de na-dagen van de regering Men- deres. In Istanboel braken studen tenonlusten uit tegen Menderes dic tatoriale neigingen, op het platteland kwam het tot bloedige opstanden en ir 1960 greep het leger in om het land van éen dreigende burgeroor log te redden. Na de staatsgreep werd Ecevit lid van de Constituerende Ver gadering en hielp bij het opstellen van een nieuwe grondwet, die bijzon der liberaal was. Inönü werd premier en als diens minister van ATbeid ver ankerde Ecevit het stakingsrecht in de grondwet. Hij schreef een nog steeds veelgeciteerd boek over de col lectieve arbeidsovereenkomst en werd nadat de RVP in de oppositie ging, secretaris-generaal van de partij. Dan volgt, na toenemende arbeidson rust en anarchisitsche geweldplegin gen in de grote steden en een steeds verder om zich heen grijpende Koer dische autonomiebeweging in het Oosten, opnieuw het ingrijpen van t-et leger. Inönü inmiddels de tach tig gepasseerd, keurt die ingreep goed. Ecevit keurt ze af. Hij vindt dat de tijden voorbij zijn dat er van boven af ingegrepen kan worden. De on rust in het land, zo zegt hij, kan alleen worden bestreden door hervor mingen naar sociaal-democratisch model, zoals in de Westeuropese lan den. Voorbeeld Zweden is daarbij zijn grote voor beeld. En het ongelofelijke gebeurt. Inönü, de vertegenwoordiger van de geest van Atatürk, mede-oprichter van de partij, moet in 1972 het veld ruimen. Ecevit neemt de voorzitters hamer over en met hem de nieuwe generatie. De revolutie van onderop kan beginnen. Ecevit, wiens popula riteit bij brede lagen van de bevol king snel groeit, weet bij de verkie zingen van 1973 zijn partij een derde van de stemmen te bezorgen, het hoogste percentage ooit door de RVP behaald. En dat niet alleen. Met de steun van president Korottirk, oud admiraal en vertrouwensman van het leger, brengt hij een coalitie tot stand met de Islamitische Welvaarts partij van Erbakan en daarmee een verzoening op gang met Atatürks grootste tegenstander, de Islam. En hij geeft, door het schenken van ab solute prioriteit aan de ontwikkeling van oost-Turkije, uitzicht op de op lossing van een ander groot binnen lands probleem, dat van de Koer den in het oosten. Binnen Turkije vormen de Koer den een minderheid van zo'n 6 7 miljoen, geconcentreerd in de dun bevolkte en strategisch belangrijke telijke provincies. Olievelden De grote olievelden van Bat man. die Turkijes oliebehoef ten voor 20 procent dekken, lig gen op Koerdisch gebied, het gebied is rijk aan mineralen en de verbindingen met de 6nel belangrijk wordende bondgenoot Iran waar ook zo'n 4 miljoen Koerden wonen, lopen dwars door Koerdistan. Het Koerdische probleem is zo oud als de Turkse republiek: 50 Jaar. Na de val van het Ottomaanse Rijk werden aan de Koerden en Arme niërs onafhankelijke staten in het vooruitzicht gesteld door de geallieer den. De Fransen en Engelsen echter, die meer rekening hielden met de olie dan met de volkeren die op die olie woonden, trokken een paar wille keurige grenzen door het gebied heen en grote stukken Koerdistan werden bij de door hen geschapen Arabische staten Syrië en Irak gevoegd. De overigen bleven in Turkije ach ter. Atatürk van zijn kant, kam, vastbesloten een zo groot mogelijk deel van het voor malige Turkse rijk onder zijn gezag te brengen bestreed de Koerden in het Oosten te vuur en te zwaard. Hij naaide hun leiders in zakken en liet ze in het Van-meer verdrinken, hij verbood het gebruik van de Koer dische taal, Koerdische muziek werd verboden en zelfs de naam werd niet meer toegestaan: voortaan heetten de Koerden Bergturken. Op het in bezit hebben van Koerdische litera tuur stonden en staan nog Terwijl in Ankara het nieuwe gezicht van Turkije wordt geboetseerd, wordt o-p het platte land de oogst nog op primitieve wijze binnengehaald. zware gevangenisstraffen. Tiendui zenden Koerden werden in lange dagmarsen naar de omgeving van Ankara getransporteerd, waar ze on der zware bewaking mee moest hel pen aan het bouwen van de nieuwe Turkse hoofdstad en Turkse boeren werden met premies aangemoedigd zich in de verlaten dorpen in het oosten te vestigen. In de Koerdische dorpen verschenen standbeelden van Atatürk met het opschrift: „Alleen hij is in dit land gelukkig die zich Turk kan noemen" en het grootste standbeeld van allemaal werd opge richt op het grote plein de stad Dyarbekeir, op de plaats waar de laatste grote Koerdische verzetsheld was opgehangen. Tot vóór kort heerste in de Turkse oostelijke provincies nog de noodtoestand en talloze garnizoenen moeten er borg voor staan dat de huidige opstand in Irak niet naar Turkije overwaait. Want die moge lijkheid is verre van denkbeeldig. Jonge studenten in Diyarbekir of Erzurum maken van hun Koerdisch nationalisme geen geheim, in de bus sen worden Koerdische strijdliederen gezongen en op de vraag wie de grootste levende staatsman is, is in oost-Turkije maar een antwoord mogelijk: generaal Mul lah Mustafa Barzani, de held van de Koerden in Irak. Argusogen De autoriteiten in Ankara zien het Koerdische nationalisme met ar gusogen aan en de Iraakse ambassa deur kwam de Turkse regering onlang nog te hulp door te verklaren dat Barzani nu echt wel gestorven was. 'Toch komt er langzamerhand een kentering in de houding van de Turkse regering ten aanzien van haar Koerdische onderdanen. In 1971 een Jaar na het autonomie-verdrag tussen de Iraakse Koerden en de re gering in Bagdad, deelde de toen malige eerste minister Erim op een persconferentie mee, dat aan de Koerden een zekere mate van cul turele autonomie gegeven zou wor den, als de rust in het land was te- teruggekeerd. Ecevit bracht als pre mier een aantal bezoeken aan het Oosten en beloofde dat absolute voor rang gegeven zou worden aan de ont wikkeling van het gebied en dat het tijdperk van ten achterstelling voor bij was. En hoewel het drukken van Koerdische literatuur nog steeds ver boden is laat staan het geven van onderwijs in de Koerdische taal (niet voor niets is driekwart van de Koerden analfabeet) kan men op de markten in oost-Turkije nu Koerdi sche grammofoonplaten kopen, ge maakt in Istanboel. Slaagt Ecevit er in na de nieuwe verkiezingen aan de macht te komen en slaagt hij er in naast de dialoog met de Islam, een dialoog met de Koerden te be ginnen, dan zal hij de Turkse ge schiedenis in gaan als een groter man dan Atatürk, als de man die het land eindelijk eenheid gaf. Cyprus Die eenheid is er al over één bran dend probleem: Cyprus. Zelden zijn de Turken het zo met elkaar eens ge weest als over dit eiland voor de Turkse zuidkust. „Cyprus is geen probleem voor ons, het is een geloof', zegt de student aan de technische hogeschool van Ankara, gevraagd over zijn standpunt. „Het geeft ons het gevoel van eigenwaarde terug, van het besef dat we de buitenwe reld kunnen trotseren als we willen. Het heeft de wereld bewezen dat Tur kije een land is waar rekening mee moet worden gehouden. En het heeft de Grieken bewezen dat we voor onze rechten opkomen, niet alleen inzake Cyprus, maar ook inzake de olie in de Egeïsche zee, als het moet". Zijn broer was een van de eerste Turkse soldaten die op Cyprus aan land gin gen om, zoals veel Turken het voe len, de massamoorden op hun land genoten te wreken. Na één maand actieve dienst haalde zijn geboorte dorp hem in als een held. De straten waren versierd, er werd gedanst op het dorpsplein en de militaire gou verneur van Erzurum spelde hem de medaille op voor betoonde moed en bedankte hem namens de Turkse m tie voor zijn prestatie: het uitwissen van de smaad van het jaar 1964, het Jaar van de vernedering, het jaar van de Brief van Johnson. Sinds dat jaar is er een duidelijke ommekeer te zien in de Turkse buitenlandse poli tiek. Vóór die tijd gold dat het bond genootschap met de Verenigde Sta ten en de Navo en Turkije's oriën tering op het westen de onwrikbare pijler was van elke politiek. 1964 werd het keerpunt, „het jaar van het dwangbevel", zoals politici in Anka ra de brief noemen die president Lyndon Baines Johnson met het oog op een ook toen al heersende Cyprus-cirsis schreef aan de toenmalige Turkse eer ste minister Inönü, de oude strijd makker van Atatürk en de verdrij ver van de Grieken uit Turkije. In die brief deelde Johnson de Turkse gering in niet mis te verstane be- bewoordigen mee, dat Amerika zijn militaire hulp aan Turkije zou sta ken als dat land militair op Cyprus ingreep. Mocht daaren boven de Sowjet-Unie op haar beurt besluiten tot militaire te genacties, dan kon Turkije niet op steun van de Nato rekenen. „De brief sloeg in als een bom", vertelt Saydam Yildiz, toentertijd een hoge ambtenaar op het ministerie van Buitenlandse Zaken. „Heel An kara was in rep en roer. De uit werking was alleen te vergelijken met de situatie van 1945 toen Stalin, van ons, geallieerde bondgenoot, de af dracht eiste van de tussen 1878 en 1915 onder Russisch bestuur staan de oostelijke kantons Kars en Ara- dahan en verder bases wilde hebben aan de Bosporus en de Dardanelles We hebben toen besloten ons defi nitief bij het westen aan te sluiten en we werden de trouwste bondge noot binnen de NAVO. In 1964 toen we gedwongen waren onze landgeno ten op Cyprus te beschermen en een dreigende aansluiting bij Griekenland te voorkomen, liet datzelfde westen ons in de steek. Inönü is onder de Amerikaanse druk gezwicht, maar het heeft ons wel aan het denken gezet. Al in 1962 hadden de Amerikanen -ons voor het blok gezet door onaan gekondigd hun raketten uit oost- Turkije weg te halen in ruil vooi de ontmanteling van de Russische raketinstallaties op Cu ba. Onse hele oostgrens lag toen plotseling open. We begon nen ons af te vragen wat we eigenlijk aan zo een bondgenoot had den". De brief van Johnson is niet de enige reden geweest van de ver anderde Turkse verhouding tot het westen. Er waren, en zijn, ook duide lijke binnenlandse invloeden aan het werk. De politici van de genera tie van Atatürk zijn verdwenen en het sinds Atatürk bewust uit gesloten Islamitisch verleden keert 'angzaam terug in de politiek. Turkije richt zich in toenemende mate op de Islami tische landen in de regio: Iran en de Arabische landen. Ook in de Ara bische wereld heeft het nationalisti sche vernieuwingsstreven van Ga mal Abdel Nasser plaats moeten maken voor de oliemiljarden van Libië en Saoedi-Arabië, die ieder zo hun eigen ideeën hebben over een pan-Isla- mitisch riik van Marokko tot Oman. In die gedachtenwereld speelt Tur kije, als Islamitisch land, een heel aparte rol. Tenslotte was de Turkse sultan, in zijn hoe danigheid van Kalief, de lei der van de Islamitische gelovigen. De belangrijkste Islamitische reli kwieën, zoals de mantel en de baard haren van de Profeet Mohammed, liggen in het Topkapi paleis in Is tanboel. Oliectoliaris In Ankara wordt beweerd dat ko ning Feisal, die een wat naïeve hoop koestert op het Kalifaat, heel wat oliedollars voor deze gewijde voorwer pen heeft geboden. De gewij zigde houding van Turkije ten opzichte van zijn buren kwam duidelijk tot uiting in de Is- raëlisoh-Arabisch oktoberoorlog van 1973, toen de gereging in Ankara de Amerikanen verhinderde gebruik te maken van de op Turks grondgebied liggende bases om Israël van wapens te voorzien. Zo stelde ze de NAVO-basis Incirlik aan de Turkse zuidkust onder direct bevel van twee Turkse generaals, die de startbanen opliepen om te verhinderen dat „de basis ge bruikt wordt - voor doelen die niet in verband staan met de ver dediging van Turkije of met de door ons aangegane NAVO-verplichtin gen." Ze haakte daarmee in op geruchten dat een tiental Amerikaanse vliegtui gen vanuit Incirlik wapens hadden overgevlogen naar Israël. In datzelf de jaar 1973 hief Ecevit, tot woede van de Amerikanen, het verbod op de lucratieve opiumteelt op, onder Ame rikaanse druk tot stand gekomen en beloond met de levering van 40 Phan toms op uiterst gunstige voorwaar den, „omdat opheffing van deze teelt niet in ons belang blijkt te zijn". De Amerikaanse ambassadeur werd teruggeroepen naar Washington voor „overleg" en de Amerikanen weiger den Turkije helicopters te leveren, ge schikt voor troepenvervoer en voor het transport van tanks, met het oog op eventuele inzet op Cyprus. Een maand na de weigering deelde het Turkse ministerie van Defensie mee dat de helicopters in de Sowjet- Unie waren besteld. De Amerikaanse ambassadeur keerde ijlings op zijn post terug. De kwestie Cyprus toonde dat Tur kije een actief buitenlands beleid kan voeren en daarbij kan steunen op andere landen dan de leden van de NAVO. De Arabische landen, Tur kije's houding van 1973 indachtig, toonden veel begrip; de Russen pro testeerden voor de vorm, ondertussen aan de bestelde helicopters werkend. Het machtige buurland Iran lever de in de vorm van Phantoms zelfs daadwerkelijke hulp. Hoe nauw de bondgenootschappelijke betrekkingen tussen de twee landen inmiddels ge worden zijn blijkt wel uit het feit dat een Turks vlooteskader onlangs met Iran en Pakistan meedeed aan vlootmanoeuvres in de Indische Oce aan, een gebied dat volkomen bui ten Turkije's interessensfeer ligt. On danks alle smeekbeden van de Ame rikaanse president, heeft het Con gres nu toch besloten de wapenhulp te staken. De alom aanwezige Kissin ger zal ook dit keer moeten pro beren de Cyprus-impasse te doorbre ken, maar Turkije heeft inmiddels meegedeeld niet meer aan zijn NAVO verplichtingen te kunnen voldoen. In het Turkse parlement gaan zelfs al stemmen op zich maar helemaal uit het bondgenootschap terug te trek ken. De stelselmatige bevoordeling door de V.S. van Griekenland, óók het Griekenland van de kolonels, ls daar allesbehalve vreemd aan. In ieder geval is de voornaamste doelstelling van de Turkse Cyprus-politiek in middels bereikt. Cyprus is formeel opgedeeld in een Turks en een Grieks gedeelte en zelfs de ophitsende bis schop Makarios kan daar weinig aan veranderen. Tijdens zijn laatste be zoek aan de Arabische landen werd hij opvallend koel ontvangen en ook zijn beroep op de Russen zal, zeker nu de Turks-Amerikaanse betrekkin gen op een dieptepunt zijn aangeland, weinig uithalen. Turkije heeft zich niet alleen voor het dwangbevel van 96 gewroken, de kortzichtige Ame rikaanse politiek van toen én nu heeft de zuid-oost flank van het bondgenootschap, dat onze democra tie moet veilig stellen, onherstelbaar verzwakt. Want ook op binnenlands politiek gebied komt de heroriënte ring op de Islamitische wereld steeds sterker tot uiting. Coalitie Voor het eerst is godsdienstonder richt op de scholen weer toegestaan. De Islamitische Partij van Erbakan, in 1971 nog door het constitutionele hof verboden omdat zij de grond wettelijke scheiding tussen kerk en staat zou willen opheffen, kon in 1973 aan de verkiezingen meedoen en wat tot voor kort onmogelijk leek: Ata türks RVP onder Ecevit ging met de Islam een coalitie aan. Spot.ers noemden de coalitie een Waterme loen, groen de kleur van de Is lam van buiten en rose de kleur van de sociaal-democraten van Ece vit van binnen. De Watermeloen is weer in stukken uiteengevallen maar het ongelofelijke is gebeurd: een minister van de anti-islamitische Republiek van Atatürk heeft een be devaart ondernomen naar Mekka, centrum van de Islam. Velen zullen hem volgen: de beper kende bepalingen op de bede vaart zijn opgeheven. Turkije heeft net voorzichtige Islami- seringsproces ook economisch onder streept: he; land is lid geworden van de Islamitische Investeringsbank in Djeddah, Saoedi-Arabië. De bank heeft een kapitaal van 1 miljard dol lar en, pikante bijzonderheid, bere kent conform het Islamitisch recht geen rente. En Wes.-Europa, waartoe officieel Turkije zich nog steeds toe rekent? „Toen wij West-Europa nodig had den waren Jullie er niet", zei de amb tenaar van het planbureau. „Niet po litiek, niet militair, niet financieel. Dadelijk hebben Jullie ons nodig. Maar dan moeen Jullie wel snel zijn. Anders zijn wij er niet meer". Dat zei hij me drie maanden gele den. West-Europa is sindsdien niet over de brug gekomen. Misschien hoeft dat ook niet meer. Hardnek kige geruchten in Ankara willen dat Iran en Saoedi-Arabië Turkije mili taire én financiële steun hebben aan geboden. Dat zou wel eens de gena deklap voor de NAVO kunnen zijn. ADVERTENTIE Koerdistan-reis van 17 mei tot 1 juni en van 20 sept. tot 5 okt. 1975 f2765,- p.p. De berg Ararat. Markant punt in een nog niet door toerisme- geteisterd lang maakt u kennis met Koerdistan. Een boeiende wirwar van volken en kuituren, geworteld in het oudste permanent bewoonde gebied ter wereld. Geen vakantietripje dus. Maar een avontuurlijke verkenningstocht voor fijnproevers. >NLWagons-Lits!Cook SPECIAL TRAFFIC De vriendelijke vakmensen voor elke reis. VolKên röral"8ê"Ararat Zend mij uw brochure met gedetailleerde I Straat:. ueze Don zenoen aan wagons-Liis//cooK. J Special Tratlic, antw. nr. 7237, Amsterdam.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 19