"Dubbel-hartige man' van dokter Barnard Sfinx krijgt spalken en injecties Oudste9 ruilhart stopte onlangs na ruim zes jaar Wetenschap komt monument van 4500 jaar her te hulp Prenatale controle ZATERDAG 7 DECEMBER 1974 Harttransplantaties zijn sinds de geruchtmakende primeur van de Zuidafrikaanse chirurg dr. Christiaan Barnard in december 1967 wat in discred'iet geraakt, hoewel zij bij tiental len zijn uitgevoerd in vele landen. Dit had verschillende oorzaken, waarover straks meer. Maar het denkbeeld dat een dergelijke door verfijnde technieken mogelijk gemaakte in greep een heilzame oplossing kan vormen voor duizendten ten dode opgeschreven hart patiënten over de gehele wereld heeft Barnard niet losgelaten, en onlangs kwam hij met een nieuwe primeur: de inplanting van een tweede hart niet in plaats van maar naast het gehandhaafde eigen hart. Van origine is dit een Russische op dieren beproefde techniek, die echter voor zover be kend thans in Kaapstad voor het eerst op e en mens is toegepastnaar het lijkt met rede lijk succes. De Zuidafrikaanse chi rurg dr. Christiaan Barnard, die na de grimeur van een harttransplantatie nu ook de primeur heeft geoogst van de inplant van een natuurlijk steunhart. Hoewel niet aan genomen mag worden, dat dit eerste xeperiment meteen een doorslaggevend succes wordt, bestaat de mogelijkheid dat hiermee een geheel nieuwe en succesvolle weg wordt inge slagen op een terrein, dat langzamerhand wat in dis krediet geraakte. Het aanvankelijk enthousiasme over de eerste prestaties van Bar nard ebde weg door verschillende oorzaken. In de eerste plaats bleek, dat in de meeste transplantatiegeval len het nieuwe hart als „vreemd weefsel" werd afgestoten, dat wil zeg gen dat de oellen waaruit het is op gebouwd niet konden aarden in het niPt-eigen lichaam en daardoor af stierven. Tegen dit verschijnsel bestaan ge neesmiddelen, maar die hebben ook het effect dat het natuurlijke af weermechanisme van het lichaam te gen „indringers" verminderd wordt. Het gevolg was, dat in vele trans plantatiege vallen de patiënt overleed aan infectieziekten zoals longont steking. Dat is natuurlijk te voorkomen door de patiënten in een volkomen steriele omgeving te houden. Maar het is beslist niet de bedoeling, ten dode opgeschreven hartpatiënteen voor de rest van hun leven op te sluiten in 'n steriele ziekenhuiska mer. Op 'n gegeven moment, wan neer zij toch nog (altijd of langdu rig) middelen tegen afstoting van moeten krijgen, moeten zij wil len zij iets aan de verlenging van hun leven hebben weer de maat schappij in, met hoeveel medische zorgen omringd dan ook. Met deze moeilijkheden hebben al le chirurgen te kampen gehad, die in de loop der jaren in een tiental landen meer dan honderd hart tra ns-„ plantaties hebben verricht. Een bijkomende factor voor het ln diskrediet raken van de hart transplantatie was de publiciteitsgolf om Christiaan Barnard. Dat gold niet alleen de „buitenwacht" van le ken. maar evenzeer de medische wereld. Niet het minst werd deze weer stands-factor versterkt door verschil lende facetten van het persoonlijk leven van de Zuidafrikaanse chirurg, hoewel in wezen motieven op dit ni veau nooit behoren mee te spreken in de evaluatie van nieuwe medische technieken. Niettemin hebben zij zo wel in medische kringen als bij de leken hun invloed doen gelden. Een zeer belangrijke invloed op de devaluatie van de harttransplantatie vloeide voort uit een waarschijnlijk nog lange tijd blijvend probleem: een hart moet worden overgeplant zo lang dat hart zelf nog „leeft", of al thans „levensvatbaar" is. Men moet een weefsel typering uitvoeren bij een potentiële donor om de afsto tingsreacties tot een minimum te beperken, men moet de Juiste patiënt in gereedheid brengen voor een transplantatie en dan op 'n gegeven moment razendsnel beslissen en han delen. Wanneer de „klinische dood" b.v. van een verkeersslachtoffer is vastgesteld, moet de transplantatie onmiddellijk worden uitgevoerd. De grote vraag is dan „wat is klinisch dood"? Meestal wordt het volledig tot stilstand komen van de hersenfunctie als norm aanvaard. Maar daar be staan twijfels over. Dit is overigens 'n ethisch-medisch probleem, waarover ongetwijfeld nog vele. vele Jaren gediscussieerd zal worden, en voorts een probleem, dat blijft bestaan ook wanneer men de nieuwe Barnard-techniek van het dubbele hart op groter schaal zou willen toepassen. Maar anderzijds moet worden vast gesteld, dat de tot dusver verrichte harttransplantaties toch voor een groot aantal mensen een over het al gemeen hooggewaardeerde verlenging van het leven hebben betekend. Niet vergeten moet worden, dat het bij deze patiënten ging om op korte ter mijn ten dode opgeschreven lijders aan hartgebreken. Soms hebben zij vele maanden na hun oorspronkelijk onvermijdelijke dood nog van het leven zij het met beperkingen kunnen genieten. De transplantatie van een tweede hart door Barnard met handhaving van het oorspronkelijke, zoals deze onlangs in Kaapstad werd uitgevoerd, was de elfde onder leiding van Bar nard. Van zijn eerste tien patiënten, waarbij het eigen hart werd verwij derd, zijn er nu nog twee in leven. Een van hen heeft zijn nieuwe hart al meer dan vijf Jaar, de andere drie Jaar. Patiënten van Amerikaanse hartchirurgen hebben eveneens Ja renlang een transplantatie overleefd, evenals die van Engelse en Franse chirurgen. Zij hebben een betrekke lijk normaal leven en zijn daar ziels- dankbaar voor. De nieuwe teohniek, door Barnard in het Grote Schuur Ziekenhuis in Kaapstad op een mens geïntrodu ceerd, geeft ook nieuwe perspectieven. De transplantatie vond plaats bij de 58-jarige mijningenieur Ivan Taylor, die zonder deze ingreep bin nen enkele weken of zelfs dagen zou zijn overleden. De donor van het hart was het 10-jarige dochtertje Jennifer Schrikker van een vracht wagenchauffeur, dat bij een ver keersongeval om het leven kwam. Daarbij kwam\ weer die akelige ethi sche kwestie om de hoek kijken: het was een blanke man en het ging om een gekleurd meisje, wier di recte familieleden tevoren geen toe stemming hadden gegeven voor het gebruik van het hart. Men was alleen daardoor in staat het hart over te planten bij een „klinische dood" die niet door iedereen als definitief wordt beschouwd. Het eenvoudige adagium „dood is dood" gaat niet meer op bij de huidige situatie van de me dische technologie. Het tienjarige hart werd ingeplant in de rechter borstkas van de 58- Jarige man, terwijl het eigen zieke hart gehandhaafd bleef. De ingreep vond plaats slechts enkele dagen na dat de man zich met hartklachten bij het ziekenhuis had gemeld. Barnard werd bij zijn operatie on der anderen geassisteerd door zijn broer Marius, die in 1968 ook de Leid- se hartchirurg prof. Brom en de pio nier van de weefseltypering prof. Van Roodt heeft geconsulteerd over transplantatie-vraagstukken. Barnard verklaarde, dat hij het eigen hart van zijn patiënt en het donor-hart als het ware in serie heeft geschakeld. d.w.z. achter inplaats van naast, elkaar. Men kan dat enigszins vergelijken met de sleep- vaart. Men kan twee sleepboten naast elkaar laten trekken aan een vaartuig, maar ook achter elkaar, zo als twee lokomotieven voor één trein. Die laatste „schakeling" werd voor de nu dubbelhartige man toegepast. De aorta van oorspronkelijk en ingeplant hart werden aan elkaar gevoegd, evenals de andere hart- bloedvaten. Daarbij werd de zeer zie ke linker hartkamer van het eigen hart omzeild. Het eigen hart krijgt door deze schakeling een ontlasting van zijn taak, waardoor de toch enigszins zieke andere delen twat kalmer aan kunnen doen, vooral omdat zij steun krijgen van de werking van 't ingeplante hart, dat over het alge meen een soort steunfunctie krijft. De mogelijke afstotingsreacties kunnen natuurlijk ook bij een derge lijke ingreep optreden, maar de mid delen tegen deze afstoting hoeven niet zo intensief te worden toege past. Er bestaat namelijk 'n goede kans, dat het oorspronkelijke hart szich dank zij de assistentie van het nieuwe orgaan enigszins kan her stellen en mettertijd weer geheel kan functioneren. Het is zelfs mo gelijk, dat het assisterende nieuwe hart slechts een of twee maanden in functie hoeft te blijven om het oude hart gezond te maken. Maar er zijn ook mogelijkheden, dat het nieuwe hart zich Juist door de „samenwerking" met het oude be ter aangepast aan het "vreemde" lichaam, waardoor de afstoting uit blijft. Bovendien heeft deze techniek het voordeel, dat wanneer er voldoen de donorharten beschikbaar komen na verloop van tijd een nieuw „steun hart" kan worden ingebracht wan neer het eerste wordt verstoten. Weliswaar zijn er hartpatiënten geweest die al volgens de "oude" methode tweemaal 'n ndeuw hart hebben gekregen, en die dit nog eni ge tijd hebben overleefd ook, maar in de "dubbelharige" techniek is dit allemaal om bepaalde redenen waarop we hier niet verder kunnen ingaan veel eenvoudiger. Een van de enorme voordelen is, dat tijdens de inplanting van het tweede hart de patiënt niet op een long-hartmaohine hoeft te worden aangesloten, omdat het eigen hart het werk voortzet. Barnard heeft verklaard te ver wachten. dat een nieuw ingeplant in serie geschakeld hart reageert op de hersenprikkels, die de hartslag en de hartactiviteiten regelen, Juist omdat het oude hart daarvoor een basis biedt. Deze signalering vanuit het zenuw centrum van het lichaam is wel noodzakelijk. Om opstoppingen en chaos in het bloedverkeer te voor komen is het nodig dat de twee har ten synchroon werken. Wat dit betreft heeft men met de eerste dubbelhartige man wel enige moeilijkheden, die in de eerste perio de na de transplantatie om bepaalde redenen niet ernstig zijn maar na derhand toch wel een bezwaar kun nen vormen. De transplantatie van een aanvul lend tweede hart is in de Sowjet- Unie al tientallen malen met suc ces beproefd bij dieren. Barnard heeft de resultaten daarvan tijdens een bezoek aan Rusland geveri fieerd. Naderhand heeft hy in het Goole Schuur Ziekenhuis in Kaapstad soortgelijke experimenten verricht met honden en bavianen, die de in grepen alle lange tijd hebben over leefd. De man, die het langst met een ruilhart (dus niet een tweede naast het eigen hart) heeft geleefd was de 49-jarige Louis B. Russell in Milwaukee (Wisconsin, VS) die kort na de tweede primeur van Barnard overleed: op 27 november j.l. Hij kreeg zijn ruilhart (van een jongeman van 17 jaar) in een Amerikaans ziekenhuis op 24 agustus 1968, minder dan een jaar na de eerste harttransplantatie. Dat tweede hart gaf hem een extra leven van zes jaar, drie maanden en twee dagen. Russell kreeg op 7 oktober JA, na jaren van een uitstekende gezondheid te hebben genoten, weer last van dit ruilhart. Op 11 oktober werd een hart-stimulator chirurgisch aange bracht. Dit heeft niet mogen baten. Niettemin toont dit voorbeeld aan, dat ondanks alle be zwaren harttransplantatie toch voor mensen een niet in een of andere waardenormen uit te drukken winst kan betekenen. De thans het langst levende met een ruilhart is mevr. Bette Einck, die op 21 oktober 1968 ook in Milwaukee het hart van een ander kreeg, waarmee zij haar leven dus ook met meer dan zes jaar verlengd zag. Over het algemeen hebben de harttransplantaties in Ame rika meer langdurig succes gehad dan in de "wieg" van deze ingreep, Kaapstad. Een eenvoudige operatie ter ver steviging van de nek en enkele chi rurgische ingrepen rond de heupen en de beroemde Egyptische sfinx zal weer duizenden Jaren meekunnen, al dus hebben Egyptische oudheidkun- di°"m verklaard. Woestijnzand, opgewaaid door de wind, vreet de zachte steen van het monument weg. En het hoofd van de sfinx, die zijn neus mist, is te zwaar voor de nek, aldus Nasser Has san, hoofdinspecteur van het Egyp tische departement voor oudheid kunde. „We werken sinds half vorig Jaar aan de sfinx en hij is nu weer zo goed als nieuwverklaar de Hassan. De nek van sfinx krijgt inwendige 6teunen waardoor het gewicht van het hoofd meer evenwichtig op de schouders komt te rusten. In de heu pen worden wetenschappelijk uitge kiende chemicaliën ingespoten ten einde de steen te verstevigen. Men heeft geen plannen om de sfinx zijn neus terug te geven. An ders dan de legende 't wil is die neus er niet afgeschoten door Napoleon tische troepen. „Een bijzonder vrome sjeik heeft het gezicht van de sfinx in 1436 ver minkt, omdat volgens hem de grote menigte die de sfinx kwam bewonde ren getuigde van athpisme", aldus Hassan. „Zonder neus is het gezicht trou wens expressiever. Het heeft er iets tijdeloos door gekregen. De sfinx ver tegenwoordigt het voortbestaan van Egypte", legde Hassan uit. De sfinx werd 45 eeuwen geleden gebouwd. Het beeld staat voor de py- ramiden van Chefren en Cheops en kijkt naar het oosten, naar de op gaande zon, als een schildwacht voor de graven. Het beeld van de leeuw met het enorme mensenhoofd heeft altijd een grote aantrekkingskracht uitgeoefend op bezoekers van Egypte of zij nu De afdeling celbiologie en genetica van de medische faculteit van de Erasmus Universiteit in Rotterdam heeft van het Preventiefonds een subsidie van 1,8 miljoen ontvangen om de komende vier Jaar voort te kunnen gaan met onderzoek naar mogelijke afwijkingen van nog onge boren kinderen. De mogelijkheden voor dit soorton- derzoek, zijn de laatste Jaren snel toegenomen. Het is nu mogelijk vruchtwater van aanstaande moe ders via een zogenaamde punctie te verkrijgen en de cellen in dit vocht op afwijkingen te controleren. Men doet dit vooral als de risico's op afwijking groter zijn dan normaal, bijvoorbeeld bij zwangere vrouwen boven de veertig Jaar, als er in de fa milie erfelijke afwijkingen voorko men, enz. Het onderzoek in Rotter dam staat onder leiding van prof. dr. H. Galjaard en dr. M. F. Niermeijer. In het Rotterdamse Centrum voor prenatale diagnostiek zijn tot nog toe ongeveer 300 vruchtwateranaly ses verricht. Het onderzoek heeft plaats in de veertiende tot zestiende week van de zwangerschap. Bij iets minder dan 10 pet. van de gevallen werd een afwijking bij het nog onge boren kind ontdekt, waarna de ouders tot medisch afbreken van de zwan gerschap besloten en de geboorte van een ernstig gehandicapt kind werd voorkomen. In alle overige gevallen had het vruchtwateronderzoek een normale uitslag. De ouders konden worden gerustgesteld en na de ge boorte bleek, in al deze gevallen, dat men ouder werd van een gezond kind. Alexander de Grote of Henry Kis singer waren. De Arabieren noemen het beeld, en Hassan had hier geen uitleg voor. „aboel hal", ofwel „vader van de Waarschijnlijk is het hoofd een ge- idealiseerd portret van Khafre (Che fren), dat de architecten hebben la ten uithouwen uit een stuk van de aanwezige rots nadat de beste ste nen van de rots gebruikt waren voor de bouw van de pyramiden. De sfinx, 20 meter hoog en 73,5 me ter lang, is een werk uit de vierde dynastie 2250 voor Christus. Herhaalde malen dreigde het mo nument volledig ander het woestijn zand bedolven te geraken. Reeds on der koning Thoetmosis IV (1411- 1293 voor Christus) zijn pogingen gedaan om het zand rond het beeld weg te krijgen. De Franse archeoloog Marietta Pasja heeft in 1869, ter gelegenheid van een staatsbezoek aan de Khedive Ismail, opnieuw het zand rond het hoofd verwijderd. Later in de ne gentiende eeuw is het zand rond de romp weggehaald. Nog altijd vormen het woestijnzand en sporadische regen de voor naamste bedreigingen voor het mo nument. Regen in de woestijn? „Ja", zegt Hassan. „Wij hebben afbeeldingen uit de oudheid waaruit blijkt dat het beeld soms tot aan de' hals in het water heeft gestaan. Men ziet daarop hoe een man in een bootje bij het beeld vaart. Daar om heeft men er waarschinlijk ook een hoge muur omheen gebouwd", overigens nu weinig over is. Wetenschap cn technologie door P. Bok Elektriciteit en gezondheid Prof. Geza Altmann van het Zoölogisch Instituut van de Uni versiteit van Saarbrücken meent, dat met spoed een onderzoek moet worden ingesteld naar de invloed van sterke elektrische spanningsvelden op de gezond heid van mens en dier. Hetgeen wij, terzijde, zelf onlangs In een artikel op deze plaats over de betrekkelijkheid van het be grip veiligheid ook al eens (deze krant van 11 mei j.l.) hebben geopperd. Prof. Altmann ontdekte min of meer bij toeval, dat bijen in de buurt van hoogspanningslei dingen prompt in paniek raken en wild op elkaar gaan insteken tot het moord- en doodslagpar- tij wordt. Zij brachten zelfs hun eigen koningin om het leven. Hij ging experimenteren door meer dan 16.000 bijen in hoog- spanningsvelden te brengen. Waargenomen werd zelfs een soort zelfmoord op een aller merkwaardigste manier. De beestjes plakten het vlieggat van de korf en alle kieren dicht, •aardoor zij prompt stikten. Prof. Altmann is weliswaar niet van mening, dat door deze pa niekreactie van bijen zonder meer kan worden geconcludeerd dat hoogspanningsleidingen ook nadelige gevolgen voor de men selijke gezondheid hebben, maar hij acht een snel en diepgaand onderzoek toch wel aan te be velen Koelwarmte naar meren Tijdens een conferentie over opslagsystemen voor secundaire energie in Stuttgart is onlangs energie van koelwater van cen- nergie van koelwater van cen trales en andere industrieën aan te wenden voor de verwarming van de woonruimte van 62 mil joen Westduitsers. Prof. Gün- ther Schöll van de Universiteit van Stuttgart verklaarde, dat op deze wijze Jaarlijks 40 miljoen ton stookolie bespaard zou kim men worden. Een systeem van 500 meren, die verwarmd koelwater opslaan en bovendien nog door zonne-ener- gie zouden worden opgewarmd, zou voldoende zijn om alle hui zen in de Bondsrepubliek van warm water te voorzien. De me ren zouden met kunststofplaten moeten worden afgedekt. Hun •temperatuur zou dan tot 40 gra den celsius kunnen oplopen. Het opslagvermogen zou vijf miljoen kubieke meter moeten bedragen. Zonder de extra hulp van zonne warmte zouden ook stilgelegde mijnen voor een opslag van warm koelwater kunnen worden gebruikt. Twee nieuwe elementaire bouwstenen Het is allemaal metde sa menstelling van de materie be slist niet zo eenvoudig gesteld als men zich enkele tientallen Jaren geleden voorstelde. Van het sim plistische beeld dat atomen zijn opgebouwd uit protonen en neu tronen, die samen de kern vor men en elektronen die er in schillen omheen wentelen is al lang niets meer over. Het blijkt dat er veel meer elementaire deeltjes bestaan die men ook als energiepakketjes of energiedra gers kan zien. Die reeks elemen taire deeltjes heeft men in een enigszins begrijpelijke systeem kunnen ordenen, maar ook dat vage systeem staat nu weer op losse schroeven. In twee onderzoekcentra ln Amerika (Stanford en Brookha- ven) werd onlangs een nieuw deeltje aangetoond, dat ontstond bij een kernbombardement in .een krachtige deeltjesversneller. Enkele dagen later werd in Stan ford weer een nieuw deeltje waargenomen. Beide hadden een relatief lange levensduur, al moet die dan ook in miljardsten van mlljardsten delen van een seconde worden uitgedrukt. Die relatief lange levensduur is voor de geleerden nog een raadsel. Dat de deeltjes zo kort na el kaar en ook nog op twee ver schillende plaatsen zijn ontdekt is geen toeval. De krachtige deel tjesversnellers hebben in recen te tijd nieuwe gebieden voor on derzoek open gelegd. Bovendien lopen veel onderzoekingen para- lel en in elkaar overlappend teamverband.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 19