Reus onder de kabouters op de wethoudersstoel Wisselende facetten van Israels dagelijks leven Roel van DuynMijn ideeen geef ik niet op Het is beslist een duiding van het lot, zo realiseer ik me, dat ik klem raak in een kilometers lange file juist wanneer ik op weg ben naar een gesprek met Roel van Duyn. Heeft hij, de milieuprofeet, de eerste provo, de wijze kabouter, de ambas sadeur van Oranje Vrijstaat, niet altijd op het verwerpelijke van het vervoer per auto gewezen? Door Alexander Münninghoff Had ik maar beter naar hem geluis terd en de trein genomen! Had ik zijn voorbeeld maar gevolgd en de witte flets bestegen! Drie kwartier te laat betreed ik de ruime, stijlvol ingerichte regentenkamer van het Amsterdamse stadhuis, waar hfj, Roel. sinds zijn recente benoeming (tot wethouder van gemeentebedrij ven van de hoofdstad, zijn intrek heeft genomen. Als ik hem, bij wijze van veront schuldiging, verslag doe van het leed dat ik op de weg heb ondervonden, kijkt hij me wat meewarig-spottend aan. Het is dezelfde blik die me, een Jaar of vijftien geleden, op grijze zaterdagmiddagen in het Nationaal Schaak Gebouw in de Haagse Van Speykstraat woordeloos aankondigde dat ik weer mat ging. Want Roel schaakte ongenadig sterk en onna volgbaar origineel. Het spel van koningen en raadshe ren heeft hij nu links laten liggen, al wil hem soms nog wel een tijde lijke bevlieging overvallen. Zoals af gelopen zomer, toen hij zijns on danks geregeld in het Amsterdamse schaakcafé kwam. „Heel gevaarlijk is dat", is zijn commentaar^ „je ver stand verdwijnt samen met de stuk ken in het doosje. Enfin, je hebt er zelf genoeg ervaring mee, denk ik." Die zit. Voor het interview komt hij van achter zijn grote, met twee telefoons en een beginnende berg paperassen indrukwekkend ogende bureau van daan en zet zich, enigszins onwen nig, aan de fraai gepolitoerde confe rentietafel. Het glaasje prik, dat hij op het afgesproken uur voor me had laten klaarzetten, vindt eindelijk zijn bestemming. „Tja, hoe is het zo gekomen?", begint hij, „Nou, ik ben door mijn partij, de PfR, in de gemeenteraad geko zen en daarna is er, via een accoord tussen de vier progressieve partijen en de CPN, op mij gestemd toen er bepaald werd wie wethouder zou worden. En nu zit ik hier, een week al." De portefeuille die Roel toegewezen heeft gekregen behelst de gemeente bedrijven: „Electriciteit, gas, water, stadsdrukkerij, ga maar door. En bovendien nog de lokale radio en tv, wat ik erg leuk vind. Dan kun je namelijk door buurtzenders in te stellen de gemeentelijke decentrali satie bevorderen, begrijp je? Als de mensen weten wat zich in hun eigen omgeving afspeelt, dan voelen ze zich er sterker bij betrokken." Er zullen weinig wethouders te vin den zijn die him werkterrein van zo nabij kennen als Roel van Duijn. In de loop der jaren heeft hij zelf ge regeld het blauwe werktenue om de schouders gehangen om als tijdelijk vuilnisophaler of waterfitter erva ring op te doen. Een bijzonder principiële werkwijze, waar hij ook nu mee wil doorgaan: „Hoofd- en handarbeid moet Je niet zo scherp scheiden, vind ik. Dat leidt tot de mentaliteit van heren en knechten. Voor de stadsreiniging wil ik er bijvoorbeeld op aansturen, dat het schoonhouden zoveel moge lijk door de mensen zelf wordt ge daan. „Ik zou scholen en buurtcentra wil len inschakelen om mee te helpen de straten schoon te houden. Als dat gebeurt kunnen de vuilnisopha lers misschien tijd overhouden om naar school te gaan, vooropgesteld dat ze dat willen natuurlijk. Iets anders is ook goed, als we maar iets in gezamenlijk overleg vinden dat tegenwicht biedt voor altijd maar weer dat vuilnis ophalen. Dat is af schuwelijk werk." Alternatief Een mooi plan, zoals zovele andere ideeën die uit Roel's brein zijn ont sproten. Als wethouder heeft hij na tuurlijk wel rekening te houden met de gemeenteraad, die zijn voorstel len eerst zal moeten goedkeuren, vooral als het om zaken van princi piële aard gaat. Zoals bijvoorbeeld zijn bedoelingen met het gemeentelijk energiebedrijf, waarvan hij vindt dat het voor zover mogelijk moet overgaan op produktie van energie uit schone bronnen, zoals zon en wind. Reflec toren en molentjes dus op de daken van de huizen en gebouwen. Ander plan: het verstrekken van biologisch voedsel in de kantines van gemeen tebedrijven. Zijn doelstelling: Am sterdam moet als stad leefbaar ge maakt worden. Zijn strategie: de centralisatie. Hoe reageert de ambtenarij op dit nieuwe geluid? Hoe is de samen werking met de collega's ten stad- huize? „Nou, even wennen, he. Het functio neert pas een week. Voorlopig gaat het goed, ik heb wel de hoop dat ik een beleid kan voeren zoals me dat voor ogen staat. Over mijn plannen praat ik vanzelfsprekend veel met mijn ambtenaren; die hebben een dergelijke aanpak ook wel verwacht van mij en hebben zich daarop in gesteld." Hoe is het om, met je tegen de staat gerichte verleden, nu opeens als wethouder het staatsbeleid mede te bepalen? „Ik ben nog steeds onlosmakelijk met dat verleden van provo en ka bouter verbonden. Mijn ideeën over de alternatieve maatschappij heb ik behouden, die geef ik niet op. Ik denk alleen dat het goed is om, ge bruik makend van de mogelijkheden van de gemeente, des te harder aan de verwezenlijking van die idee te werken. Want de eemeente is. als zodanig, een sympathieke organisa tie met veel democratische controle." „Bovendien is het geen commercieel bedrijf, daarom leent het zich tot aanzetten in de richting van een al ternatieve maatschappij, vind ik. Tja, ik ben van plan daar hard aan te werken: ik heb niets meer te ver liezen dan een regenten-carrière. (Lacht). De veranderingen moeten snel komen. Ik heb een dienstfiets met tien versnellingen, dat is sym bolisch op te vatten." Hoe is de reaktie onder de vroegere kabouters op je nieuwe baan en het j daarmee samenhangende salaris? „Van da.t salaris gaat een aanzien lijk gedeelte naar de partijkas van de PPR. Wat de kabouters betreft: als beweging bestaan ze niet meer, individueel heb ik geregeld contact met ze. Indertijd was er een verschil van mening onder de kabouters, dat weet Je. De ene stroming vond, dat je alle aandacht uitsluitend moest richten op de strijd met de bestaan de orde, terwijl ik toen zei dat Je daarnaast ook de opbouw van de nieuwe maatschappij ter hand moest nemen. Ik stond de twee- handen-theorie voor: opbouw van het nieuwe en afbraak van het ou de. Toen ik zei dat we best aan par lementen en zo konden meedoen, zagen de meeste kabouters dat hele maal niet ztiten." Je stelde dat voor omdat Je vond dat de twee handen zo sterk en ef fectief mogelijk moesten zijn? „Ja, en daarnaast moesten ze na tuurlijk wel samenwerken. De PPR is naar mijn smaak dermate actie partij, dat dat samengaat. Hier in Amsterdam in elk geval wel." Heb je veel contact met de bevol king? „Jazeker. Vaak mensen met allerlei problemen: ze dreigen ontslagen te worden, of mogen opeens om een of andere reden niet meer gratis met de tram, dat soort dingen. Ik geef die mensen zoveel mogelijk advies en stu'l* ze dan door naar mijn col lega's die voor het betreffende geval geëigend zijn. Jammer genoeg moet ik vrij veel doorsturen, omdat mijn portefeuille nog niet veel is: ge meentebedrijven ls niet groot, ik hoop dat het meer wordt." „Daarnaast heb ik veel te maken met actiegroepen. Mijn filosofie is, dat Je actiegroepen, en dan bedoel ik vooral mensen die de verbetering van hun buurt en het leefmilieu op het oog hebben, vanuit het gemeen tehuis zoveel mogelijk moet steunen." Zien de mensen Je als een soort om budsman? Dat zou Je kunnen zeggen. De mensen hebben niet zo dat idee van deze wethouder is voor dit en die is voor dat, ze schrijven als ze moei lijkheden hebben aan een bekend persoon. Nou, en dat ben ik dan, he. Aan de andere kant is het ook zo, dat ik geregeld met de dood be dreigd word. Net zoals mijn collega Dammers, die vanwege de metro (waar ik tegen ben) vaak dreige menten te horen krijgt. Zoals Je zie* moordenaars van verschillende rich- richtingen hebben het op ons ge munt." Tranen Hoe verloopt Je priveleven onder de gewijzigde omstandigheden? tingen hebben het op ons gemunt." maar afgeschaft voorlopig. Wat wil Je horen? Ik ben 31 en leef al een Jaar of vier met mijn vrouw samen. Ach, ik heb het altijd druk gehad. Ik ben vroeger ambassadeur geweest van Oranje Vrijstaat, met alle di plomatieke verplichtingen van dien. In zekere zin is mijn huidige funk- tie dus een soort degradatie... Prive leven en werkleven wil ik niet zo zeer van elkaar scheiden." Je was bezig aan het derde deel van een trilogie. Na ,31oed" en „Zweet" is nu „Tranen" aan de beurt? „Ja, maar dat schrijf ik nu voorlo pig even niet, daar heb ik geen tijd En met olijke kabouteroogjes: „Bo vendien ben ik bang dat daar een demoraliserende werking van uit zal gaan, van die titel. Dat de mensen dan gaan denken van nou zeg, wat die Jongen doet is ook niet veel an ders dan een tranendal. Waar het over gaat, vraag Je? Dat zeg ik niet, dat houd ik geheim. Dkt is een ge heim plan wat ik daarvoor heb." Ondanks spanning wordt er vaak uitbundig geleefd De Israëliër klaagt veel. Behalve ten tijde van oorlog klaagt de Israëliër opvallend veel over de hoge prijzen, de hoge belas tingen, de lage salarissen en de immigranten, die zo bevoor recht zijn. Als je naar de prijzen en de hoge belastingen kijkt, geef je ze zo gelijk. Een zwart-wit t.v. kost zo'n tweeduizend gulden, een auto zo'n twee tot driemaal de prijs van dezelfde in Nederland en kleine elektrische apparaten zijn vaak zo'n drie tot viermaal zo duur. Ook erg hoge prijzen voor meubelen, huizen en kleding. Redelijke prijzen voor levensmiddelen, groente en fruit, alhoewel ook van deze artikelen de prijzen sinds de laatste oorlog flink zijn gestegen. Toch ontdek Je als Je goed rond kijkt. dat men hier gemiddeld zo on geveer alles aan noodzakelijke, maar ook aan luxe-artikelen bezit. Iedereen heeft wel ongeveer een t.v. en auto matische wasmachine bijvoorbeeld, de mooiste meubelen en allemaal goed in de kleren. En Juist het aantal duurdere auto's op de weg neemt toe. Een stereo-installatie of een vakantie naar Europa of de V.S. is geen al te grote luxe. De salarissen daarentegen liggen ge middeld lager dan bij ons en de be lastingen een stuk hoger. Hoe is diit dan mogelijk? Er blijkt zelfs niet eens zo gek veel op afbetaling te worden gekocht, want de Israëliër heeft zijn zwarte geld. Hoe hij eraan komt is moeilijk te achterhalen. Ve len hebben het en het verschaft hen de mogelijkheid de anders onbetaal bare stereo-installatie of auto te ko pen. Het mooiste zwarte geld zijn dol lars. En zo koopt hij, ondanks de in gevoerde veiligheidsbelasting op al les van bioscoopkaartje tot verzeke ringen enz. 't Kost wat meer moeite en er moet hard voor worden ge werkt. Immigranten Klagend over hoge prijzen en hoge belastingen kom 1e vanzelf bil de im migranten, de vele immigranten van de laatste tijd die als ze in Israël aankomen vrijwel direct een flat toegewezen krijgen en deze belasting vrij kunnen kopen, zoals ze alle nood zakelijke artikelen om een bestaan op te bouwen belastingvrij kunnen kopen. En dat scheelt heel wat meer dan de helft vaak. Dit zet vooral bij de jonge mensen hier nog weieens kwaad bloed. Woon ruimte is erg moeilijk te krijgen. Iets huren is moeilijk en duur en een Jong echtpaar kan vaak niet anders dan iets kopen. Bovendien gaat er dan ook een groot deel van de beschikba re woonruimte naar de nieuwe immi granten en blijft er voor de Israëli's die hier hun leven woonden niet zo veel meer over. Daarbij komt dan ook nog het feit, dat de immigran ten alles makkelijk kunnen kopen, omdat ze de eerste Jaren in Israël nergens belasting op hoeven te beta len. De hier geboren Israëliër is het er lang niet altijd mee eens en dit is de aanleiding van een duidelijke ver deling in twee groepen in de nieuwe flatgebouwen, die de laatste tijd met zeer velen uit de grond rijzen. Er worden weinig pogingen ondernomen door de Jonge Israëlische gezinnen en de immigranten om contact met el kaar te zoeken of wat vriendelijker tegenover elkaar te staan. Daar bij komt dan ook nog dat een groot deel van de immigranten van de laatste tijd uit de volgens de Is raëliër minder ontwikkelde gebieden in de Sowjet-Unie komen. En zij zijn zeker geen verbetering van het aan zien van de Staat Israël. Naast het grote probleem van de oorlogen en de situatie in het Mid den-Oosten heeft Israël dus 'n ander steeds groter wordend probleem: de immigranten. Goede morgen De Nederlander heeft in Israël nog altijd een streepje voor op de ande re buitenlanders en heeft dit zeker niet in de laatste plaats te danken aan minister-president Den Uyl en zijn kabinet en aan trainer Rinus Michels en zijn Nederlands voetbal elftal. Twee zaken, die wij zo langzamer hand wel vergeten zijn liggen hier. lijkt het, nog vrij vers in het geheu gen. Het is mogelijk, dat het geheu gen door de aanwezigheid van een Nederlander alleen maar wordt opge frist. Vertel een Israëliër, dat Je uit Ne derland komt en hij roept vaak on middellijk: „Goede morgen" ongeacht welk tijdstip van de dag het is. Dit is wat hij heeft omthouden van de Nederlandse lessen, die na de laatste oorlog 's morgens op de radio gege ven werden en duidelijk iedere morgen begonnen met: „Goede mor gen". De rest \an de lessen is hij bijna ze ker vergeten, maar het standpunt van ons land tijdens die oorlog absoluut nog niet. Probeer niet duidelijk te maken, dat ze toch niet al te veel op ons moeten rekenen. Daar willen ze niet van horen en dat weten ze waarschijnlijk ook wel. Dat kleine beetje sympathie hebben ze gewoon nodig en daar blijven ze in geloven. De Israëliërs zijn moe van de ooriojjen en wachten met een ze kere angst de volgende oorlog af. Nieuwe oorlog Met de vorige en de komende oor log worden ze dagelijks geconfron teerd. Met de vorige, omdat deze maanden de slachtoffers van de Yom Kippur oorlog van oktober '73 van de oorlogsgraven aan het front over worden gebracht naar him de finitieve rustplaats op een van de gro te begraafplaatsen elders in het land. Elke dag worden zo'n 25 tot 50 gesneuvelde militairen opnieuw be graven. Dit wordt aangekondigd in de enorme hoeveelheid rouwadverten ties, in de kranten en op aanplak biljetten in steden en dorpen. En voor de komende oorlog wordt bijna dagelijks zowel van regerings zijde als van militaire zijde gewaar schuwd. De kranten staan er vol van en in' gesprekken komt het steeds weer naar voren. Iedereen is er van overtuigd, dat er een nieuwe oorlog komt binnenkort. Misschien is het al leen maar angst voor een oorlog, dat er zo veel over gesproken wordt. Het lijkt soms wel of er om oorlog gevraagd wordt. Men is voorbereid, en wat in oktober 1973 gebeurde zal geen tranede keer gebeuren. Men is er aan gewend te leven met het idee, dat er weer oorlog komt. De schrijfster van bijgaand ar tikel is Aleida Nijboer uit Leiden. Zij bevindt zich op dit moment in Israël, waar zij enkele maan den zal verblijven in verschillen de steden bij gezinnen en jonge werkende en studerende mensen. Het is niet haar eerste bezoek, zij is er al vele malen geweest- Aleida Nijboer beschrijft in bijgaand artikel het leven van alledag in Israël in de grote steden, de dorpen en de kibboet sen. Het leven van de jeugd in en buiten het leger, van de im migranten enz. Voetbal Het tweede, wat de Nederlander in Israël een zekere populari teit geeft is de nederlaag van het Nederlands voetbalelftal in de fint- Ie om de wereldbeker tegen West- Duitslani in Mtinchen. Werktijden werden gewijzigd, winkels gesloten en examens uitgesteld op die zondag in juli, die zoals alle zonda gen in Israël een normale werkdag „Wat is er met Jullie elftal gebeurd en waarom hebben Jullie niet gewon nen"? Een veel gestelde vraag. „Hoe was dat mogelijk met Johan Cruyff in het veld?" Je vraagt Je af of je Je moet verontschuldigen of niet en haalt glimlachend je schouders op. Je schudt Je hoofd en mompelt Iets van „wij begrijpen 't ook nog steeds niet en vinden het ook rot". De Is raëliër maakt steevast een schudbe weging terug en roept, dat het toch eeuwig zonde is van zo'n team en zo'n voetballer en dat zijn zoon een voetbalshirt heeft met nummer 14 op de rug. Riskant De Israëliër geniet van zijn leven. Weliswaar altijd onder een zekere spanning, maar toch geniet hij zicht baar. Vooral de Jonge mensen ge bruiken ieder vrij moment om er op uit te trekken en te genieten van wat ze hebben, want dat is wat telt en al het goede wat daarna nog komt is meegenomen. De situatie waarin zij leven is over het geheel genomen net even riskanter dan de onze, ver keersongevallen en ernstige ziektes meegerekend. Behalve dat de mensen duidelijk moe zijn van de oorlogen, het steeds weer op herhaling moeten en bang zijn voor een nieuwe oorlog, merk Je verder eigenlijk nauwelijks iets van spanning, angst of innerlijke problemen, die zij toch weieens moeten hebben. In het verkeer zijn ze misschien wat agressiever en ze begroeten elkaar vaak alsof ze el kaar Jaren niet hebben gezien. Ze zijn altijd enthousiast als ze elkaar weer tegenkomen. Misschien lijkt het ook alleen maar zo, dat de Israëliërs meer genieten van een weekend kamperen of een dagje naar het strand. Nonchalant, wordt vaak sen aantal wapens ach ter in de auto gegooid en men trekt erop uit. Misschien zijn het die wa pens, die het idee geven, dat men meer geniet van alles. Alsof ze al les meer waard maken. Je vraagt of al die wapens nou nodig zijn. Dat blijkt een domme vraag te zijn. "Je zou ons nog weieens dankbaar kun nen zijn", is het enige antwoord. Schietlessen Het wapenbezit neemt zeker sinds de aanvallen op Ma'alot en Kiryat- Sohmonee toe en een vergunning, voor een wapen is zeer makkelijk te krijgen. In ieder gezin bevindt zich inmiddels wel het een en ander aan wapens. Schietlessen zijn veel gevolgde les sen. Scholieren van de laatste klas sen van de middelbare school tussen zestien en achttien jaar krijgen schietles en nemen zelfs deel aan de burgerbewaking op straat, scholen en in winkels. De beveiliging van kinder speelplaatsen, scholen, bioscopen en andere openbare gelegenheden wordt steeds uitgebreid. Van regeringszij de wordt er op aangedrongen om vooral het onderwijzend personeel te trainen en e*- voor te zorgen dat men altijd voorbereid is op eventue le aanvallen van terroristen. En dit niet alleen m de grensgebieden, maar ook in de rustiger gedeeltes, in het midden en het zuiden van het land. Meer en meer vrijwilligers, worden gevraagd voor de veiligheids dienst en burgerbewaking en meer en meer mensen melden zich aan. Veiligheid voor alles! Dat die veilig heid ook wordt gewaarborgd door de vele aanvallen op Zuid-Libanon is 'n heel andere zaak. En ondanks dat hij altijd op zijn hoede is, leeft de Israëliër uitbun dig. Er worden deze dagen meer hu welijken gesloten dan ooit en veel vrouwen zijn zwanger. De maand ju li, negen maanden na de oorlog had een geboortegolf. Kibboetsen lijken grote kinderspeelplaatsen. Het is de meest ideale plaats tenslotte om veel kinderen te hebben. Alles wordt gemeenschappelijk gedaan en de eni ge tijd, die de kinderen van hun ouders eisen ls tijd voor vertier en die tijd hebben ze zeker wel in de kibboets. Flatgebouwen rijzen uit de grond, mannen en vrouwen werken hard en Israël groeit In alle opzichten. Op de vrije Sabbath trekt de Israëliër er met gezin op uit en de files rich ting strand of het meer van Tiberias In het noorden doen niet onder voor de files in Holland op een mooie zon dag. 's Avonds kijkt men veel t.v. en als de programma's niet bevallen, schakelt men over via het centraal antennesysteem naar Libanon, Egyp te of Jordanië zoals wij naar Duits land of België. Politici Een politicus in Israël waard om eens een tijdje op zijn weg te volgen is ongetwijfeld minister-president Rabin. Hetzelfde geldt trouwens in minder mate voor minister van De fensie Peres. Twee mensen, die hard werken aan hun populariteit. Zeker wat betreft Israels eerste mi nister is dit een duidelijke zaak. De Israëliërs zijn Mosje Da jan en Gol- da Meir nog niet vergeten. Ondanks dat hun tijd gekomen was en er onvergeeflijke fouten werden ge maakt tijdens de laatste oorlog ge nieten beide politici nog een grote populariteit. Een man als Itzgak Ra bin verschijnt dan ook zelden tijdens een openbare bijeenkomst of iets van dien aard als bekend is dat Dajan of Golda Meir ook daar aanwezig zijn. De manier waarop de nieuwe mi nister-president werkt aan zijn aan zien wekt toch wel enig respect op. Het gebeurt maar al te vaak, dat je een krant openslaat en je af vraagt of de man op drie of vier plaatsen tegelijk was. De Israëlische pers is verplicht duidelijkheid te ge ven hierover en tijdstippen te vermel den. Zo kan het gebeuren, dat hij op een dag achtereenvolgens aanwezig is bij een lezing en discussie over de hudige situatie voor studenten aan de Universiteit van Jeruzalem, bij een vergadering met een zionistische beweging in Tel-Aviv, daarna militai ren toespreekt in een kamp in de buurt van Tel-Aviv en tenslotte sa men met de president de avond door brengt in het openluchttheater van Caesarea om een voorstelling van de Ame-ikaanse zangeres Joan Baez bij te wonen. Men luistert naar hem, stelt hem kritische vragen en het publiek in het uitverkochte theater juicht voor hem als hij het theater binnenkomt. Dagelijks spreekt men nog over het feit, dat hij onver wachts In het theater aanwezig was. Het wordt gewaardeerd. Itzgak Rabin is een belangrijk man, maar heeft het volledige ver trouwen nog niet. Dagelijks wordt hij getest en op de voet gevolgd. Er gaat geen dag voorbij zonder dat hij om meerdere redenen uitgebreid in de nieuwsmedia verschijnt, *n groot deel van het t.v. Journaal, wat over- gens altijd zeer uitgebreid is in Ts- sraëlisch nieuws, wordt aan hem be steed. De bevolking bekijkt het alle maal nog een beetje argwanend, maar men Juicht als men hem ergens te genkomt. Het vertrouwen dat zijn voorgan gers hadden en de fouten die zij maakten geven Rabin een achter stand op weg naar populariteit en vertrouwen van de bevolking. Een harde werker, die iedere ge legenheid aangrijpt om die achter stand in te halen en iets op zijn voorgangers te gaan winnen. Dit is geen makkelijke taak na een oorlog, met de moeilijk op gang komende vredesbesprekingen en de dreiging van een nieuwe oorlog. De bevolking vraagt in de eerste plaats de ze kerheid, dat alles klaar is voor een eventuele nieuwe oorlog en in de twe- de plaats om deze langs vreedzame weg te voorkomen. De angst voor een nieuwe oorlog is groot en men hoort het graag, dat alles is orde is om te voorkomen dat hetzelfde gebeurt als in 1973, toen Israël door de Ara bische (anden werd overrompeld. Pas daarna heeft hij oor voor voor uitgang m vredesbesprekingen Minister-president Rabin is op weg en hoever hij zal komen is de vraag, maar hij werkt er in ieder geval hard aan en doet zeker zijn best.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 19