EEN HELD WORDT GEEERD Guy Gibson Foto boven: Guy Gibson, prototype van de jonge RAF- officier. Foto onderNaast elkaar de graven van wing-commander Gibson en navigator Warwick in Steenbergen. ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1974 Een door de Duitsers ge maakte foto van de verwoes ting bij de Moehnedam. Door Cor Docter Foto's Lex de Herder lm, rond en vooraü boven Steenbergen zal er op 19 septem ber geen twijfel aan bestaan, dlait er Een Held wordt geëerd. Bij het graf van Guy Gilbson, EngelandJs populairste ootr- logsvliegetr, zullen autoriteiten van twee landen ziich verza melen en de RAF zail met het daverend gewdld van een oude Lancaster, twee Harvards en dte indirukwekkende Vul- can-bommenwerper eer bewijzen aan de historische figuur. Maar wie was de man er achter De Britse propaganda zat in moeilijke oorlogsjaren dringend om een héld verlegen en Guy Gibson had er alles voor mee. Hij was wenste niet te teren op de roem, die hij met zijn elitesquadron 617 tij dens de vernietigende aanval op de Moehnedam in het Ruhrgebied had behaald en hij bewoog hemel en aar- de om op Operaties terug te keren. Met de grootste tegenzin werd dat tenslotte door zijn hoogste chef sir Arthur "Harris toegestaan. Op zijn 173ste operationele vlucht werd Guy Gibson in zijn Mosquito, na terug keer van een geslaagde bombarde- mentsvlucht op een fabriek in Rheydt, neergeschoten. Zijn laatste woorden, die in de an dere toestellen werden opgevangen, waren: "O.K. kerels, dat was gewel dig. Smeer 'm naar huis". Mét zijn navigator kreeg hij een graf in Steenbergen. Idealist? De heldenfeiten staan vast. Maar het beeld van de man zélf is slechts met moeite uit momentopnamen vast te stellen en zelfs in het door hem geschreven boek "In zoeklicht en afweervuur" gaat de-persoon gro tendeels achter de daden verloren. Idealist? De oorlogspropaganda kon moeilijk vertellen, dat Guy Gibson de militaire dienst verfoeide en nooit zou wennen aan een ambtenarij, die als discipline vermomd was. Eén zo'n momentopname: de militaire politie vond het nodig bij een inspec tie van het overwerkte grondperso neel van het 617de squadron 7 rap portjes te maken over ongepoetste schoenen en ontbrekende knopen. Guy Gibson verscheurde de rappor tjes zorgvuldig, liet een formulier in vullen om een prullebak voor de snip pers aan te vragen en zorgde er voor, dat zijn mannen nieuwe kle ding kregen. Vrijheidsdrang zat in de familie. Guys vader, in Rusland geboren uit Schotse ouders, was een bosbouw- expert en reisde door heel de we reld. Hij importeerde de eucalyptus boom, hij richtte een terpentijnin- dustrie op in India en hij was later een erkend autoriteit op het gebied van Russische wetenschap en tech niek. Tot een jaar voor zijn dood in 1969, al ver in de negentig, vertaal de de oude Gibson nog vijf uur per dag Russische wetenschappelijke pu- blikaties. Vrijbuiter De Jonge Guy, die reeds vroeg zijn moeder verloor, was een vrij buiter. Als het even kon voer hij met de vissers mee voor een nachtje op zee, maar zijn hart trok naar het vliegen. En uitsluitend en alleen, om dat dèAr zijn enige kans op een op leiding lag, nam hij in 1936 dienst bij de RAF. In 1939 zou Guy de dienst verlaten om testpiloot te wor den, maar Mussolini begon aan zijn Albanees avontuur en Hitier stortte zich in de oorlog en tegen wil en dank bleef Gibson bij de RAF. De "vuurdoop" kreeg hij eerder dan alle anderen, want reeds bij een oefenvlucht in vredestijd werd hij beschoten door afwëergeschut bij Hoek van Holland, toen het squadron neutraal gebied schond. De bevrien de Nederlanders zorgden er wel voor niemand te raken. Brieven van vrienden (onder meer Ronald G. Low, die van 1939 tot 1941 op testvluchten als elektriciën met Gibson meevloog) geven een beeld van een sympathiek man, een levenslustige feestvierder (na 'n uitbundig feest in de mess bracht Gibson vier brandblusapparaten aan het spuiten, die hij daarna door de ruiten^ wierp), een goudeerlijk mens (toen de meisjes hem in de eerste oorlogsdagen bewonderden als oorlogsgewonde vertelde Guy met een, dat hij alleen maar door de hond van de commandant tot bloedens toe gebeten was) en als een man vol twijfels en angsten. Voor de beroem de raid op de Moehnedam, in mei 1943, voelde Gibson zich ziek, over spannen en hij ontwikkelde 'n enor me steenpuist op zijn gezicht. Aan de vooravond van de aanval werd zijn lievelingshond Nigger, de mas cotte van het 617de squadron, voor de poort overreden. Op verzoek van Gibson werd het dier in het geheim begraven; bijgelovigen zouden er een slecht voorteken in kunnen zien De Moehnedam nu. en dat zou de prestaties bij dit pre- ciebombardement kunnen beïnvloe den. Hoogtepunt Die aanval zelf behoort tot dé hoogtepunten in de luchtvaarthisto rie. Onder commando van Gibson was het speciale squadron getraind in het laagvliegen met Lancasters (twintig meter boven water) en in het omgaan met speciale bommen, en de chaos was na het bezwijken van de dam volkomen. Weliswaar werd de Duitse oorlogsindustrie er niet zo door verlamd als men ver wachtte (in oktober was de dam her steld), maar men had er wel duizen den werkkrachten voor aan de At- lantikwall moeten onttrekken en voor het moreel van de Engelsen was de aanval van onschatbare bete kenis. De man Gibson ligt bij Steenber gen begraven; het is de Legende, waaraan men op 19 september eer gaat bewijzen. De Rotterdammer V. d. Driesschen, die het graf vele ja ren onderhield, bracht het allemaal op gang, toen hij een bestemming zocht voor een geldsbedrag, dat hij uit Engeland en Zwitserland ont ving. Uit de kontakten over een bron zen plaquette ontwikkelde men het plan voor de herdenking. De ge meente Steenbergen zorgt voor een gedenknaald, waarop de bronzen plaat kan worden bevestigd; in hét Engelse Halston zal de Gibsonway op diezelfde dag worden beplant met bomen en omgedoopt worden in Gibson-avenue. Vliegtuigen trekken over het graf, RAF en RAFA. het voormalig verzet, het gemeentebe stuur en de Escapers zijn vertegen woordigd. Een RAF-band en een Schotse band komen spelen. Van het aan- vankexijK gestarte squadron 617 zijn nog zes man over en één van hen is Sir Harold Martin, die de bron zen plaat zal onthullen. De Last Post zal worden gespeeld en het is een grandioos eresaluut voor een man, die alle ceremonie verfoeide. Mis schien, dat iemand érgens in het ge zelschap dan weer die woorden hoort die dertig jaar geleden zijn laatste waren: "O.K., kerels, dat was ge weldig. Smeer 'm naar huis". Jong, zag er goed uit, behaalde veel successen en zette zich zo volledig in, dat hij door zijn superieuren soms gedwongen moest worden tot de rustperiode, waarop hij na elke dertig vluchten recht had. Winston Churchill besefte de psy chologische waarde van een held-in- levende-lijve en hij nam de Jon ge vlieger met zich mee op een toer- nee door Amerika om zijn waarde volle symbool te verhinderen het ge vaar op te zoeken. Maar Guy Gibson

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 17