Demonstraties bij installatie burgemeester „Te lichte straffen bedreigen samenleving" Amor betrapt, politie man bijna slachtoffer Boze rijksgenoten gaan opnieuw flats kraken in de Bijlmermeer Vonhoff, donder op Overheid let op aardgastekort Amsterdamse hoofdcommissaris P. A. Jong: g7J DINSDAG 20 AUGUSTUS 1974 UTRECHT De installatie van het ex-Tweede Kamerlid Henk Von- hoff als burgemeester van Utrecht is gistermiddag met incidenten gepaard gegaan. Nauwelijks was de nieuwe burgemeester in de propvolle zaal van Tivoli de ambtsketen omgehan gen of ruim tien jongelui stonden op, ontrolden spandoeken en hieven spreekkoren aan „Vonhoff, donder op". Terwijl het overige publiek de hieuwe burgemeester met applaus verwelkomde, werden de actievoer ders door rechercheurs in burger uit de zaal verwijderd. Ook buiten de zaal was burgemeester Vonhoff al spandoeken te verstaan gegeven, da" hy niet welkom was. Aan alle gr xligden voor de buitengewone r; Is vergadering werden protest- 6t '?lls uitgedeeld. "r zijn blijkbaar nu al een aantal li ?n, die mondreclame voor mij ir :en", reageerde de burgemeester lr -'jjn openingsrede op de ongere- y heden, „maar dit is een vergade rd t van de gemeenteraad en daar- b' zijn geen tekenen van instem- nv-ig of afkeuring toegelaten. Dit no<r los van het feit, dat ze op dit moment aan de verkeerde geadres seerd lijken". In zijn rede zette burgemeester Vonhoff uiteen welke rol actiegroe pen zijns inziens in de gemeentelijke samenleving dienen te spelen. Hij zei dat de raad het centrale beslissings orgaan in de gemeente is en dat die rol niet door actiegroepen kan wor den overgenomen. „Deze grepen kunnen alleen een positieve signaal functie hebben, zeker wanneer zij weerklank vinden by brede lagen van de bevolking", aldus Henk Vonhoff. De nieuwe burgemeester zei, dat het ambt, dat hy met vele gevoelens van emoties aanvaardde, hem een groot verantwoordeiykheidsgevoel gaf. „In deze zaal he ik myn m.o.- examen geschiedenis afgelegd", ver klaarde hy, „nu sta ik aan het begin van een examen, dat naar ik hoop 22 Jaar zal duren". Burgemeester Vonhoff is 43 jaar oud. Na vergeefse bezetting Amsterdams stadhuis AMSTERDAM „Nu de bur gemeester ons niet te woord wil staan, beschouwen wy de ge maakte afspraken als verbroken. De klok is teruggezet en dat houdt in, dat wy doorgaan met onze kraakacties". Dat verklaarde gisteren J. Maatryk, lid van de beheerraad van het welzynswerk voor Surinamers en Antillianen, die gisteren een gedeelteiyke be zetting van het Amsterdamse stadhuis door ongeveer honderd ryksgenoten leidde. De actievoerders waren, verge zeld door vrouwen en kinderen, het stadhuis binnengedrongen om him eis, een direkt gesprek met burgemeester Samkalden, kracht by te zetten. Toen de burgemees ter alleen bereid bleek een dele gatie van vyf Surinamers morgen te ontvangen, liet J. Maatryk on der luid gejuich weten, dat de gangen van het stadhuis bezet zouden worden. Een legertje politiemannen greep daarna in. Met zachte drang werden de actievoerders naar buiten geleid. By de ontrui ming deden zich geen ongere geldheden voor. De ongeveer honderd Surina mers wilden de burgemeester spreken over de opvang van ryks genoten in Amsterdam en hun huisvestingsproblemen in de Byi- mermeer. Zy verlangden boven dien een uitspraak van B. en W. over het toekennen van woon vergunningen aan circa tachtig krakers van flats in Amsterdams nieuwste wyk. De Surinamers verwyten B. en W. zich niet aan de afspraak te houden. Volgens de actievoerders had het stadsbestuur al vorige week een uitspraak moeten doen het eventueel toekennen van woonvergunningen aan de kra kers. In afwachting van die be slissing zouden geen flats meer worden gekraakt. „Het gemeentebestuur wil van ons af", verklaarde J. Maatryk na de vergeefse bezetting, „B en W. hebben achter onze rug om op dracht gegeven aan de woning bouwverenigingen de zaak te blokkeren en ons geen woning vergunning te verlenen. Nu de af spraken niet zyn nagekomen, gaan wy weer kraken". Het VVD-tweede-kamer- lid H. Vonhoff is gistermid dag in het Utrechtse Tivoli- theater geïnstalleerd als bur gemeester van Utrecht. Bij het binnengaan van Tivoli werd Vonhoff geconfronteerd met een actiegroep die pro testeerde tegen een VVD- burgemeester, tegen de ver krotting van de oude wijken en tegen de bouw van nog meer kantoren in plaats van nieuwe woningen. Zijn beroepsmatige nieuwsgierig heid is een wachtmeester van de rijkspolitie bijna noodlottig gewor den toen hij op een duistere avond in maart poolshoogte ging nemen bij een auto die onverlicht geparkeerd stond in de berm langs de provinciale weg nummer vyf (van Leiden naar Nieuwe Wetering). In de auto van haar man zat een getrouwde vrouw te vrijen met haar minnaar. By de nadering van de geü niformeerde politiebeambte schrok de amoreuze dame zo hevig dat zij haastig startte en vol gas op de ge zagsdrager inreed. Bij het starten gingen meteen de koplampen van de auto branden. Goed zichtbaar in de felle lichtbun dels gaf de politieman vol optimis me nog een stopteken, maar een fractie van een seconde later moest hij een noodsprong maken om niet door de wegsprintende wagen te wor den vermorzeld. Bijna had Amor zich ontpopt als ijzeren Hein. Terwijl hy zich als een circusartiest met één hand afduwde van het voor- spatscherm, scheen de lantaarn in zijn andere hand nog net over de ge zichten van het liefdespaar in de auto. In een oogopslag herkende de wachtmeester de inzittenden als Ria en Bert, twee ingezetenen van een nabijgelegen woonwagenkamp. Bij verhoor, de volgende dag, hield Bert zich van de domme. Wellicht was hij beducht voor rondvliegend lood in zijn woonoord toen hij glas hard beweerde: "Ik heb nog nooit met Ria in een auto gezeten". Ria was ondanks haar angst open hartiger. 'Tk neem wel vaker stie kem de auto van mijn man om met Bert te gaan vrijen. Ik ben dolver liefd op hem", onthulde zij. De verliefde vrouw bekende tevens Directeur van Zuidhollands Landschap overleden AMSTERDAM Uit een textiel- Aan de deur van het bedrijf hing importfirma in de Javastraat in een bord met de tekst "wij gaan met Amsterdam is voor honderdduizend vakantie, lekker luieren tot 22 augus- gulden aan rollen stof gestolen. De tus". Een nonchalante uitnodiging inbrekers gingen er ook met een voor kwaadwillenden, die prompt de geldkistje met 15000 gulden vandoor, toegangsdeur forceerden. DEN HAAG Als het de komen de winter verscheidene dagen achter een zeer koud zou zijn, zal de over heid een beroep moeten doen op de verbruikers in west-Nederland om zo zuinig mogelijk te zijn met aardgas. Dit heeft het ministerie van econo mische zaken ki antwoord op vragen bevestigd. Van de kant van de Gasunie is al enige malen gewaarschuwd dat er bij felle kou problemen zullen ont staan voor de aardgasvoorziening van West-Nederland. De oorzaak is het uitblijven van de vergunningen voor de bouw vaa een installatie voor het vloeibaar maken van aard gas op de Maasvlakte. In antwoord op Kamervragen heeft minister Lubbers van economi sche zaken verklaard, dat de gasre serves in zuid-Drente en noord- Overijssel zonder uitzondering "van beperkte omvang" zijn. In dat ge bied zyn tot nogtoe tien gasreservoirs aangetoond, waarbij de gasreserve per veld varieert van één miljard ku bieke meter tot ten hoogste tien mil jard kubieke meter. De reserve in t onder Emmen en Sleen aanwezige gasreservoir zal bij verdere ontwik keling enkele tientallen miljarden kubieke meter bedragen. In zijn antwoord spreekt minister Lubbers ook over een voorgenomen boring nabij Zwolle. Hij noemt het "niet uitgesloten", dat afhankelijk van de resultaten van verdere on derzoekingen in de toekomst nog en kele exploratieboringen in dat gebied nodig zullen zijn. ROTTERDAM Naar thans be kend is geworden is de directeur van de stichting "Het Zuidhollands Land schap", ir. W. J. Weidema, op 11 augustus overleden. De heer Weide- ma, die 42 Jaar is geworden, overleed tijdens zijn vakantie in Bilbao. De heer Weidema, die landbouw kundig ingenieur was en aanvanke lijk in het buitenland werkte in het kader van de Verenigde Naties, werd op 1 januari 1966 directeur van Het Zuidhollands Landschap. Zijn stof felijk overschot wordt morgen gecre meerd in het crematorium Maeter- linckweg in Rotterdam. dat zij de wachtmeester best had her kend, maar dat zij uit angst was doorgereden. "Ik wist niet meer wat ik deed", voegde zij er beschaamd aan toe. Dit alles wordt voorgelezen uit het dossier ter zitting van de Haagse po litierechter, waar Ria echter niet is verschenen, zodat de zaak bij verstek wordt behandeld. Zij staat terecht voor poging tot doodslag, subsidiair bedreiging met doodslag, en het niet opvolgen van een stopbevel van de politie. "Ik wil aannemen dat zij de moge lijke consequenties van haar daad niet tijdig heeft overzien", zegt de officier van Justitie. Hy acht alleen de bedreiging en het doorrijden be wezen en eist straffen van respec tievelijk 250 gulden boete met twee weken voorwaardelijke gevangenis straf en nog een boete van 150 gul den. De politierechter straft conform de eis. Hoe Ria's wettige echtvriend op d escapade van zijn vrouw heeft gerea geerd, blijft ter zitting bedekt met de mantel der liefde. Eerst geld, dan pas varken terug EDE Een automobilist uit Eist houdt er tijdelijk een varken op na. De eigenaar van het varken kan het beest terugkrijgen, zo heeft de Elste- naar de politie verzekerd, als de scha de, die is ontstaan na een botsing met het varken, wordt betaald. De auto van de Elstenaar werd door 't varken aan de voorajde flink beschadigd. Komt de eigenaar niet opdagen, zo bromt de Elstenaar naast het varken, dan zal het dier worden verkocht of geconsumeerd. AMSTERDAM „De lichte straf- fen die tegenwoordig worden opge legd zijn even ongelukkig als de zware straffen uit vroeger Jaren. Men I zal een gulden middenweg moeten bewandelen. Voor sommige mensen moet er echter ook een strenge straf als levenslang uit kunnen komen. Dat iemand tegenwoordig een aantal moorden kan plegen en er dan hoog uit met tien Jaar van afkomt is een 1 belachelijke zaak. Dat kan niet, dat is een bedreiging voor onze samen leving. j Dit zegt Amsterdams hoofdcom- i missaris P. A. Jong, die op 1 novem- I ber een week na zyn 60ste ver- Jaardag zyn functie als manager van het grootste gemeenteiyke po litiekorps in ons land neerlegt en met pensioen gaat. Een vraaggesprek I met hem betekent uiteraard praten over zaken die hem als politieman na aan het hart liggen, j ..Strenge straffen als de doodstraf hebben niet geholpen de misdadig heid uit de wereld te helpen. Dit is al een aanwijzing, dat de mens dit gewoon in zich heeft. Maar nu zyn we tot het andere uiterste vervallen. De neiging om enorm licht te straf fen en veel begrip te tonen te zeggen dan voeden we op is op zich een heel schone zaak. Maar in de Draktyk komt er geen lor van terecht. De scheidende hoofdcommissaris ze<rt het werk van de reclassering niet te willen kleineren, maar hy is over de resultaten niet erg optimis- I tisch. „Natuurlyk zyn die er wel, maai het vervelende voor de reclas sering is, dat er aan werkeiyk slechte delinquenten geen eer te behalen is I en toch moet zy het proberen". Vol gens hem zou het veel beter zyn als men al by de opgroeiende 1eugd wist wie kwetsbaar is en wie niet. De kwetsbare Jongeren zouden dan begeleid moeten worden voor ze strafbare feiten begaan. „Maar Ja, waar biyft onze vryheid dan? Toch zou het wel het beste zyn. Nu laten we ze eerst tot mlsdryf komen en zeggen dan, dat we ze moeten ver beteren. Dat is ook ondankbaar". Hoofdcommissaris Jong ziet duide lijk aanwyzingen dat er meer zorg moet worden besteed aan het alge meen belang, aan het gros van de burgery. „Men mag geen onschul- digen aan allerlei risico's blootstellen en de dupe laten worden van ele menten, die niet voldoen aan de normale eisen om in een geordende maatschappy mee te draaien". Hy verklaart altyd een tegenstan der van de doodstraf te zyn geweest. „Maar toch is het voor my thans een open vraag of Je daders van mls- dryven als kapingen en gyzelingen nog in de maatschappy moet accep teren. De gemeenschap zou dus zui verend moeten optreden. Behalve de oorlogsmisdadigers wordt niemand meer levenslang opgeborgen. De maatschappy krügt ze dus terug en toch zyn het knap verziekte geesten". De heer Jong kwam in 1940 als surnumerair by de hoofdstedelijke politie. In bet voor Amsterdam zo woelige Jaar 1966 hy was toen hoofd van de recherchedienst werd hy in zyn huidige functie be noemd als opvolger van Van der Mo len, nadait de provorellen en de ont stane gezagscrisis tot diens ontslag hadden geleid. Over die tyd zegt hy: 'In de Jaren 1965/'66 werden we voor het eerst met provorellen geconfron teerd. De politie zat daarby byzonder moeilijk. We kenden wel de rel, die een financiële of sociaal-economi sche achtergrond had, die kwam voor de oorlog nogal eens voor. Maar in 1965 waren er helemaal geen sociale bewogenheden, tenminste niet zoals wy dit zagen. Er broeide in feite niets en toch ontstond een rel. Gewooniyk zie Je, dat er span ningen ontstaan, waarvan Je weet dat die zich op een gegeven moment gaat uiten. Maar by provo deed zich dit helemaal niet voor. Ze bedachten, zelf dingen, die ludiek werden ge noemd. Als gezagsapparaat kom Je dan in een moeilyk parket'. Het gaat te ver om te beweren, dat de provo's ook de zaak in het buitenland op gang hebben gebracht. Ook alles wat in Nederland in be weging is gekomen kan niet aan pro vo worden toegeschreven. Het is een stel merkwaardige Jongens geweest, die waarschyniyk op allerlei gebied inderdaad wel ontevreden waren. Maar ze zyn in het niet verdwenen. Geen van hen heeft het in de poli tiek gemaakt. Roel van Duyn? Ach, dat is iemand die duideiyk anarchist was maar toch probeert een politiek loopbaantje te beginnen en dan zyn oorspronkeiyke opvattingen min of meer in de steek laat. Voor een anarchist is het uitge sloten dat hy lid van een politieke party is. Maar hoe dan ook, voor het gezagsapparaat vormden de provo's een lastig probleem. Daarby kwam dat onze mobiele eenheid haar pa raatheid zo'n twintig jaar alleen met oefeningen had kunnen byhouden. Toen M.E. dus tegenover ongeregeld heden kwam te staan bleek zy niet helemaal te voldoen'. Jong wyst er op, dat de stad thans reeds vier Jaar zonder rellen is. 'We moeten dan ook de paraatheid van de M.E. verdraaid goed in de galen houden, zodat er niet dezelfde fou ten van destyds worden gemaakt. Ne de reorganisatie van de eenheid hebben we echter een duidelijke greep op de rellensituatie gekregen'. Hy voegt er onmiddellyk aan toe, dat de betere aanpak natuurlyk niet tot het einde van de ongeregeldheden heeft geleid. 'Overal ontstaat een zekere moeheid en dat was kennelyk ook hier het geval'. Is de verhouding burgery-politie daarna verbeterd? 'Het publiek wordt be invloed door de Voorlichting die in de nieuwsmedia over het optreden van de politie wordt gegeven. De toon van die berichten bepaalt de toon van de reacties uit de burgery. Toen we de rellen beter in de hand kregen kwamen er gunstiger reacties in de pers en werden ook de reacties van het publiek sympathieker. Er werd vaak begrip getoond voor onze nieu we wyze van optreden'. De hoofdcommissaris is ervan over tuigd, dat de politie by het grote publiek betrekkelijk goed staat aan geschreven. Maar we moeten er niet van uitgaan ooit zo sympathiek te worden, dat Je by wyze van speken van iedere burger een klopje op de P. A. Jong schouders krügt, aldus de heer Jong. Wat het parkeerprobleem in de binnenstad betreft merkt hy op, da* voor een stad als Amsterdam in feite besloten zou moeten worden tot de aanleg van ondergrondse parkeerga rages. 'Maar da* is, gezien onze bo demstructuur, niet te betalen. Er zyn teveel auto's en voor dit verschijnsel probeert de overheid een zo praktisch mogelyke oplossing te vinden. Je kunt zeggen, dat het bezit van een auto tot de grondrechten van de mens behoort. Maar de onsympathie ke kant voor de overheid is, dat zy regelend moet optreden en de vry heid die we zo lief hebben, moet in perken'. Het optreden van de actiegroep „Amsterdam autovry" (blokkeren van verkeersaders) ontlokt hem de opmerking, dat dit mensen zijn die eigenlijk zonder kennis van zaken, vaak voor hun eigen genoegen en om in de publiciteit te komen gaan de monstreren. „Het is verdraaid lastig op dat soort acties vat te krij gen. Kijk maar naar de boeren met hun landbouwmachines op kruis punten. De minister kan dan wel zeg gen, dat de politie er tegen gaat op treden, maar ga er maar aan staan". Bij de rellen in de Jaren zestig werd de politie wel verweten dat zij een weinig speelse mentaliteit had. Jong: "Ja, toen sprak men van speelsheid, tegenwoordig heet het tolerantie. Maar het politie-apparaat is niet als de maatschappij. Men wordt vrijer van opvattingen, er mag veel meer en wij behoren ons aan te passen. De maatschappij was destijds ook minder speels en toen zij daarmee werd geconfronteerd moest ook zij meegroeien. Dat is gebeurd en ook de politie zal nu wel wat speelser, wat toleranter zijn". Hoe staat hij tegenover de bewe ringen, dat Amsterdam een Europees centrum voor de handel in heroïne is? "De kreten worden vooral uit Frankrijk nog wel eens gehoord, maar bewijzen zijn er niet. Ik zie die beweringen als afschuiven van de verantwoordelijkheid door mensen die op verantwoordelyke posten zit ten. Je geeft gewoon de schuld aan een ander, in dit geval Amsterdam. Natuurlijk wijzen de cijfers wel uit, dat de heroinehandel aanzien- ïyk toeneemt, ook andere korpsen, hier en in het buitenland, hebben die ervaring". Hoofdcommissaris Jong gelooft niet, dat de belangrijke han delaren in Nederland zitten, wel dat de drugs via ons land worden door gevoerd. De voorzitter van de Bond van Christelyke politie-ambtenaren heeft de regering op de Jaarvergade ring van zijn organisatie verweten, dat zij onvoldoende oog heeft voor de meer dan moeilijke situatie waarin de politie verkeert. Hij drong daar bij om. aan op meer mankracht. Hoofdcommissaris Jong: .Inder daad, ook Amsterdam zou veel meer politiepersoneel moeten hebben. De mens wordt ongezeglijker en men veroorlooft zich steeds meer. De dis cipline wordt steeds minder. Als je het politie-apparaat daaraan wilt aanpassen gaat dat het volk geld kosten. En dat heeft het er eigenlijk nog altijd niet voor over". Over het begrip uit Den Haag blijkt ook hij niet erg te spreken. "Per 1 januari 1975 zou de toe gestane sterkte in Amsterdam weer met honderd man worden verhoogd. Iedereen zegt fijn, dan kunnen we doorgaan, ook met de werving. Nu horen we, dat het geen honderd maar zeventig man worden. Ik vraag me dan af waar het begrip is, als van 'n stad als Amsterdam weer eenderde wordt teruggenomen van wat is toe gezegd. Ik weet de reden wel. Er is zorg over de stijgende criminaliteit en daarom wil Den Haag ook de re cherche versterken. Ze hebben nu heel slim dertig man van de toezegging afgehaald en die krijgen we dan straks ter uitbreiding van de recherche. Met een gebaar van dan doen we toch ook wat ex tra's aan de bestrijding van de cri minaliteit. En dat is helemaal niet waar. Ze hebben het eerst van onze uniformdienst afgenomen. Als dat dan de aanpak van de misdaadbe strijding moet zyn dan zeg ik, ach". Over enkele maanden bent u baas af. Wat gaat u na uw pensionering doen? 'Tk weet het nog niet, maar ik blijf voorlopig in Amsterdam wonen. Het wordt in feite een lange vakan tie. Ik zie niet tegen myn pensioen op, ln tegendeel. Er liggen nog goeie Jaren voor me".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 7