„Als opdrachten niet uitgevoerd worden, zijn de rapen gaar" „Amateurs te angstig de voor profclubs Perfectionist Van Schooten: -&xtra DINSDAG 6 AUGUSTUS 1974 NOORDWIJK Dit verhaal zou kunnen worden beschouwd als de afronding van de eerste Van Schooten-trilogie. De hoofdstukken „Wally de Voorzichtige" en „Wally de Zwijger" zijn als momentopnamen uit zijn eerste drie trainers-jaren definitief dichtge slagen. Aan het begin van weer een nieuwe voetbaljaargang kunnen velen de oefenmees- ter van UVS Ieren kennen als een „open boek". Wally de Openhartige zou hij nu kun nen heten. Wally van Schooten: Als het kon zou hij de kanaries willen laten zingen, zoals hij had gedacht (Foto Jan Holvast) Althans, voor diegenen die het voetbal serieus wensen te nemen en die daarover niet zulke nonsens uit kramen als op feestjes en partijen zo treurig vaak wordt gespuid. In het bijzijn van zulke mensen grijpt Van Schooten terug naar deel II uit zijn loopbaan en hult hij zich in stil zwijgen. "Dan ben ik degeen die zijn mond dichthoudt". Eenvoudig omdat hij het voetbal ernstig ervaart. Niet dat hij er geen afstand van zou kunnen doen ("Je moet constant relativeren, vooral als trainer", is zijn onderkoelde houding), maar gewoon omdat hij er nou eenmaal een hobby van heeft gemaakt inten sief met voetbal bezig te zijn. En het hele wezen van Van Schooten is ge richt op prestatie. Door Paul de Tombe VOETBAL Vrijer alls trainer alls een soort gangster ge dragen. Dan moet Je proberen spelers met zo weinig mogelijk geld af te schepen. Je moet koeien met gouden harens beloven en als de spelers het niet waarmaken, moet Je ze laten vatlen als een baksteen. Ik zou niet kunnen werken met een groep waar uit geen enkele reactie kwam. Met jongens die je aanhoren en intussen denken aoh, barst waarop ik zou moeten zeggen: doe Je het niet, dan kun Je vertrekken. Je moet el kaar op fouten kunnen wijzen. En gelukkig zijn de spelers met wie ik werk ook allemaal prestatie-gericht. Dus zijn er zelden problemen en kan alles worden doorgepraat. Volgens mij is er geen andere club, waar het zó fijn gaat Die zekerheid heeft Van Schooten in ieder geval. Het aantal onzekerhe den dat in de hoofdklasse kan schui len heeft hij tot een minimum trach ten te beperken. Maar dat is weer een ander ver haal. gels. Zangkanaries speciaal. Idealistisch Op de achtergrond daarbij speelt dat Van Schooten "een eigen soort 'zou willen ontwikkelen. Als het mo gelijk was zou hij de kanaries zo wil len laten zingen als hij gedacht had. Een idealistische poging die hij ook in de voetbalsport heeft gewaagd. 'lp het eerste Jaar bij UVS had ik gedacht dat mijn eigen inbreng veel groter zou zijn. Ik wilde het team in één Jaar tijd laten spelen zoals ik graag wilde". Logisch dat zijn emotionele be trokkenheid toen groot was. Van Schooten kon zich mateloos opwin den als er iets fout ging. Binnenvetter als hij was, verwerkte hij dat alleen. Hét afgebeten "geen commentaar" was na zulke wedstrijden een logi- che voortvloeisel van zijn teleurstel ling. Afstand Alles wat de ploeg kon raken, pro beerde hij te elimineren in zijn stre ven om zijn ideaal te bereiken. Dus nam hij, overeenkomstig zijn aard, het "zekere voor het onzekere" en klapte dicht na wedstrijden. Het stuitte hem tegen de borst ("want ik bén niet iemand die tegen alles en iedereen kan inroeien. Ik ben een gevoelsmens"), maar het doel hei ligde de middelen, zo vond hij. Tot dat hij I merkte dat zijn ideaal niet verwezenlijkt zou kunnen worden, "omdat Je nu eenmaal met elf ver- echillende karakters werkt". Van die tijd af nam Van Schooten veel meer af&tand. Figuurlijk en letterlijk. Van full-time trainer met als ne venfunctie een achturige baan als gymleraar op een LTS, werd Van Schooten de docent met als part-ti me job zijn functie als oefenmeester. "Het voetbal was me toch te onzeker" (daar is dat woord weer!). "Je wordt te vaak op momentopnamen vastge pind. Dat is de voetballerij nou een maal eigen. Als Je in m'n hart kijkt, zóu ik me natuurlijk het liefst aan voetbal alleen wijden, want ik ben nou eenmaal ingesteld op prestaties. Maar als realist zeg ik: het is te onze ker. Als iets niet lukt, kun je zo een schop krijgen? Dat zc mentaal als een enorme klap ren". Menselijk LEIDEN De hoofdklasse een injectie voor het amateurvoet bal? Wally van Schooten meent sterk van wel. De oefenmeester heeft voor zichzelf het verras singselement zoveel mogelijk pro beren uit te bannen, door "op uit wisselingsbasis" ijverig trainers- gegevens in te winnen over de toekomstige tegenstanders, maar voor zijn spelers én voor het pu bliek moet Juist dat nieuwe ele ment de attractie gaan vormen. Hij: "We waren natuurlijk uitge keken op West II ieder hoek je van elk veld konden we bijna uittekenen. Nu komt daarin ver andering en dat is maar gelukkig ook. Voor de spelers, die anders wellicht robotachtig hadden gaan spelen, maar ook voor het publiek. Dat raakt ook een keer uitgeke ken op steeds dezelfde vent bij een tegenstander. Maar of er nu continu een grotere belangstelling voor het amateurvoetbal zal ko men? Daar wil ik een vraagteken bij zetten. Ja, in het begin zal hét allemaal vers zijn, maar als het nieuwtje er eenmaal vanaf is, ben ik bang dat we terugvallen op het oude peil. Het is de taak van de ploegen dat niet te laten gebeu ren. Niet alleen van UVS natuur lijk, maar van alle teams. En ik geloof ook wel dat de meeste clubs zullen willen gaan aanvallen, vooral omdat er vorig jaar zo wei nig spelvreugde is geweest. Daar voor zal nu een plaats kunnen worden ingeruimd. Dat is moge lijk, want niet iedere wedstrijd, hoeft nu nog een zenuwenduel te zijn. Er kan nu vrijer woitlen ge speeld, al wordt het natuurlijk uit kijken niet bij die onderste twee plekken terecht te komen. Dan zit Je weer in hetzelfde schuitje" "Over het algemeen kan er toch wat meer risico worden ge nomen. Er is geen zinnig woord over te zetten hoevéél meer. We weten immers nog nauwelijks hoe de krachtsverhoudingen liggen? Als je kijkt naar de versterkin gen van sommige clubs (RVC bij voorbeeld, dat nu zowat de hele achterhoede van het amateurelftal heeft met V. d. Leek, Martens, Van Dullemen en daarbij nog De Klerk), dan zeg je: die beginnen al met een voorsprong het wordt dus moeilijker. Aan de an dere kant is een club als Gouda zwakker geworden, nu Westra, Clement en Weerdenburg (die gaat het maken bij Sparta) weg zijn. We moeten even de krachts verhoudingen in de gaten houden, dan pas kun je bepalen waarop je moet gaan spelen. Op 22 punten of toch weer voorzichtig?" "Daarbij kampt UVS weer met hetzelfde euvel als in zoveel voor gaande seizoenen. De vraag is wie er rechts en wie links in de spits moet. Een probleem, want de eni ge puntspeler is op dit moment Jan Verver. Daar zou V. d. Hey- den nog bij kunnen komen, of Teun Hoek of Anton Bakker (overgenomen van ARC), maar je moet eerst maar afwachten, hoe die spelers zijn. En ik kom er niet aan toe alle nieuwe spelers een kans te geven, want ik heb dit jaar maar goed vier weken voorbereidingstijd" (op 30 Juli is de training bij UVS begonnen) "Daarom zijn we ook afgestapt van ons principe. Er is geen sei- tie meer van zestien, maar een se lectie van twintig man. Daarmee draaien we nog even door. Een voudig omdat er anders geen reë le vergelijking mogelijk zou zijn. Straks trainen we met de selec tie, vier, vijf en misschien zélfs zes keer in de week terwijl de B- groep maar twee keer oefent, dus dan zouden lang niet alle nieuwe Jongens een eerlijke kans krijgen. Dat houdt in dat ik pas laat kan bepalen hoe we gaan spelen. Op dit moment neig ik nog het meeste naar het systeem met twee spitsen en vier middenvel ders, waarbij Désar misschien in de gaten zou kunnen duiken. Want Désar gaat natuurlijk niet meer in de punt, zoals voorheen. Daar levert hij een zwakke pres tatie, terwijl hij toch zo sterk is óp het middenveld. En Je denkt toch niet dat ik dat middenveld ga breken? Dat is tactisch te sterk, te ervaren ook. Mannen als Leget en Désar zien zelf als het een keer niet goed loopt. Die komen dan overleggen aan de lijn". Ja, ik weet het: dat is een oude kern. We zullen er ook snel voor moeten zorgen dat er meer regio nalen achterstaan dan Bert Kort (een middenvelder, maar het is afwachten hoe het met zijn knie blessure gaat) en Adri Bleyen- berg (een verdediger). Maar kijk eens naar de laatste twee jaar. Daarin zijn we Van Velzen, Hen- drikse en Kamphues (allen naar Telstar) kwijtgeraakt en daarin hebben we V. d. Boogaart ver loren door blessures. We hadden dus nu al vier jonge binken kun nen hebben, maar het frustreren de is dat jnogens van dat niveau onmiddellijk worden weggehaald. Dus moeten we weer van onder af aan beginnen. We moeten daar toch echt eens een oplossing voor vinden, anders zitten we de vol gende jaren weer. PAUL DE TOMBE i Schooten is zich in de tJJ, J situatie" vrijer gaan to waarmee hij door het dagelijks voelen. Minder afhankelijk ook. Wat leven wandelt. Dat geldt niet alleen zeggen dat hij zijn trainers- op maatschappelijk terrein "("Ik ben taak minder ernstig zou opvatten, een beetje materialist") waarop hij zich als leraar lichamelijke opvoe- Er zijn trainers in de voetbalwe- ding beweegt, maar ook op hobbyïs- reid wier hobby niets doen is. Daar tisch gebied. Het element van ver- heeft Van Schooten nog steeds geen rassing boeit hem mateloos; hoe het tijd voor. Hij verfoeit de mannen die onverwachte uit te schakelen of wel- zich er op trainingen vanaf maken licht zelfs te bedwingen - nog meer. met een partijtje. Die na wedstrij- Dat zal hem weerhouden van een den mooi weer gaan spelen in de be gan g naar het betaalde voetbal - wat stuurskamer. eigenlijk in tegenstelling is met zijn materialistische inslag - en het heeft "Er zijn nog veel van die charla- hem waarschijnlijk aangezet tot het tans bij de amateurs. Bla-bla-man- uitoefenen van die andere vrije- nen die het nog maken ook. En dan tijdsbesteding: het kweken met vo- kom jij, als serieuze trainer, die hard wU werken, bij wil blijven en zelf veel mogelijk wil regelen. Die oude ren verklaren Je voor gek, maar toch blijf je het doen. Een soort idea lisme". Wally van Schooten: 28 Jaar nu, getrouwd, twee kinderen (meisje, jongen). Woont in de Noordwijkse Rembert Dodoenstraat. Eengezins woning met tuin, waarvan een ge deelte in beslag wordt genomen door een volière. Is niet groot, bepaald klein zelfs. Helblonde haren rond 'n markant gezicht. Hij praat makke lijk, maar kan even goed luisteren. Een gave waarover weinigen beschik ken. Opleiding CIOS en LO akte lichamelijke opvoeding, trainersdi ploma A. Relativeren Een perfectionist. "Ik beredeneer de voetballerij van uit de kennis die ik heb. maar Je kunt je gevoel natuurlijk niet altijd uitschakelen. Emotionaliteit probeer ik wel zoveel mogelijk te onder drukken" (de onzekere reactie!), "want als Je niet constant kunt rela tiveren ga Je op een gegeven moment kapot aan voetbal. Dan concentreer Je je ook teveel op één zaak; zie Je niet wat er ergens anders op het veld gebeurt. En dat wil ik zien om mijn oordeel te kunnen vellen. Want ik kan een nederlaag wèl verwerken als er maar voor gewerkt is. Niet als de spelers in het veld voor zichzelf hebben lopen voetballen. Als ze niet hebben gedaan wat afgesproken is. Want, dan zijn de rapen gaar". Een realist. Na een eerste uitbarsing zal Van Schooten toch weer open staan voor eventueel andersluidende meningen van zijn spelers. Zo uit het eerste UVS-team "gepromoveerd" tot oefemeester, weet hij nog te goed, wat er in de mannen kan omgaan. Dialogen spelers-trainer en vice ver sa zijn dan ook aan de orde van el ke voetbaldag binnen UVS. "Want er moet een vertrouwensbasis Wij ven het zijn tenslotte amateurs. En ik mag dan wel op prestaties zijn ingesteld, maar ik wil toch altijd menselijk blijven. Daarom zit ik ook niet te springen om naar het betaal de voetbal te gaan. Dan moet je Je LEIDEN Gerard Désar, door blauwwit-getinte supporters en bestuurders vaak met een ijl „Zjeraar" toegejuicht, ziet in de herfst van zijn sportcarrière nog altijd de zonnige kant van het voetbal. Zijn Brabantse humor mag dan in het veld zo nu en dan irritatie opwek ken, vaker echter weet hij met een kwinkslag wat variatie te brengen in het doorgaans te gewichtig en te koel opgediende voetbaleten. Daar het cijfer 3 sinds enige tijd de 2 heeft verdrongen waar het Désars leeftijd betreft, is de UVS-speler echter zelf ook nog wel eens het doelwit van ironische opmerkingen. Gerard Désar: "Amateur- en profclubs moeten beter met elkaar gaan samenwerken. Het is toch normaal dat een talent hogerop wil." ,Ik voel me nog wel Jong, maar er wordt af en toe wel eens gekat door tegenstanders en medespelers. Zo van, je loopt niet meer zo hard, Je wordt oud, of ze noemen je gewoon "ouwe". De oudste ben ik niet. Er zijn een stuk of vijf, zes spelers, met wie ik al zo'n negen jaar voetbal. Dat heeft wel z'n bekoringen. Je gaat met die jongens naar het voetballen om je walt uit te leven. Om te dollen. Ik hou er wel van dat er op z'n tijd een geintje wordt gemaakt. Na de wedstrijd hoor je een jongere tegen een oudere wel eens zeggen, zeg sta je nou nog voor de spiegel. Ja, volgt dan steevast, die paar haren die ik nog heb moet ik wel goed leggen". Gerard Désar gelooft echter niet dat Gillis Hendrikse en John van Velzen, het duo dat zijn voetbalpres- taties liever met klinkende munt ge honoreerd wilde zien, zijn advies hebben ingewonnen omdat hij tot de oudere voetbalgeneratie kan worden gerekend. "Ik geloof dat ze naar me toe zijn gekomen omdat ik zelf be taald voetbal heb gespeeld. Boven dien zit ik in het bestuur. En dat bestuur heeft me gevraagd de Jongens vanuit UVS te begelei den. Ik ben in hun hui^ gekropen. Moeilijk omdat het knapen van 19 en 21 Jaar zijn, maar ik dacht wel dat het voor beiden zeer goed is afgelo pen. Ze zullen beginnen in het c-elf- tal. In him contract is een clausule opgenomen waarin staat dat wan neer ze overgaan naar de eerste groep ze meteen meer geld verdienen Désar, die zelf betaalde voetbalerva ring heeft opgedaan bij het Roosen- daalse RBC, is gekscherend al de Cor Coster van Leiden genoemd. "Dat hoort ook bij het jennen, het dollen. Ik heb een leuk cadeau van die Jon gens gehad. Ik ben amateur. Het ging mij er niet om er iets aan over te houden. Het ging mij alleen om de toekomst van die twee. Ik vind het geen reële zaak, als je zegt, wij hebben een talent, la ten we hem uit de etalage halen, an ders raken we hem kwijt. Over het algemeen staan de amateurclubs te huiverig tegenover het betaalde voet bal. Natuurlijk, het profvoetbal moet meer oog krijgen voor de financiële wensen van de amateurs. Zij moeten een hogere vergoeding krijgen, zodat de amateurclubs weer betere trainers in dienst kunnen ne men, waar het profvoetbal op zijn beurt weer van kan profiteren. De partijen moeten beter met elkaar gaan samenwerken. Het is toch nor maal dat een talent hogerop wil. Bij UVS wordt dan ook eerst naar het belang van het lid gekeken. Zou de sprong te groot zijn geweest dan zou den we het hebben afgeraden. Jon gens als Hendrikse en v. Velzen, die het in zich hebben om eredivisie spelers te worden, kon je echter al leen maar aanmoedigen". Voor UVS- noemt Désar het vertrek van het aanvalsduo een "aderlating". "Hen drikse kan fabelachtig spelen en een verdediger alle hoeken van het veld laten zien, zoals hij bij ons ook deed op de training. De vraag is alleen Door Jan Preenen hoe hij zal reageren door een verdediger als Krol een paar maal fors wordt aangepakt. John van Velzen kan in ieder geval goed incasseren én uitdelen. Hij moet alleen nog worden geschoold op tak- tisch en technisch gebied. Het voor deel is dat hij zijn tekortkomingen kent. Je zou hem kunnen vergelijken met het type Müller. In ieder geval krijg je zo'n spitsspeler niet zo snel meer". Met het vertrek van Van Vel zen en Hendrikse valt tweederde van de aanval weg. Nieuwe spelers Kan die mini-exodus worden opge vangen? "Als groep moet het kun nen lukken. Vooral omdat we nog wat nieuwe gezichten krijgen. Cor Pennenburg, Wim v.d. Linden, Teun Hoek. Of ze er bij zullen zijn kan ik niet zeggen. Ik weet alleen dat ze tot de 18 of 20 spelers zullen behoren, die zullen moeten knokken voor een plaats. Mijn ervaring is wel dat Jon gens, die het om prestatieve redenen hogerop zoeken uit het goede hout zijn gesneden. Wat de voorhoede be treft, Jan Verver kan zeker het ni veau van Hendrikse halen, maar dan zit je weer met het probleem van de linkervleugel". Gerard Désar, die het afgelopen sei zoen deel uitmaakte van het mid denrif van UVS en daarvoor zelfs al eens laatste man is geweest is van huis uit epn spitsspeler. Zou hij na het vertrek van Van Velzen naar zijn oude plek terugwillen? "Ik betwijfel of dat de goede oplos sing is. Ik kan niet zoveel risico meer nemen als in het verleden. Tussen vier man inspringen, waardoor je een klap met een elleboog op je ogen kan krijgen, dat risico wil ik niet meer lo pen. Ik kan eenvoudig die verant woording niet meer nemen. Drie jaar geleden liep ik tegen Fluks een her senschudding op. Zes weken was ik thuis. Zoiets kan niet meer. Ik heb ook mijn verplichtingen als leraar. Het afgelopen seizoen was ik lin kermiddenvelder. Op die plaats voel de ik me op mijn gemak. Maar als trainer Van Schooten zegt, Désar in de spits, dan doe ik het. Het is voor mij een hobby, die ik zo goéd mogelijk wil beoefenen. Je kunt toch niet meer voor je zelf spelen. Je moet je, ook in het amateurvoet bal, in aienst stellen van het elftal, anders kom je er niet meer aan te pas. Ac.it jaar geleden kon het nog wel en werden we met een paar pu re individualisten kaïnpioen". Aan een titel denkt Gerard Désar niet als hij de kansen afweegt voor het nieu we seizoen. Gematigd optimistisch, zou je hem kunnen noemen: "We gaan het wel redden in de hoofdklas se. Ploegen als SDW, De Spartaan en ElinkwijK kennen we nog van oefen wedstrijden. Daarin bleek dat zij van gelijkba-e sterkte waren. Het zal daarom iedere week keihard werken worden" Een Leidse derby op het hoogste amateurniveau ontbreekt tijdens de komende voetbal Jaargang. Voor Désar een onbegrijpelijke zaak. "Potentieel heeft Roodenburg een sterker elftal dan wij, met een flink aantal Jongens, die ongeveer 20 jaar zijn. Bij ons ligt de gemiddelde leef tijd zes a zeven jaar hoger. Daar om verwachtte ik dat Roodenburg met zijn jeugd zonder meer zou door stoten en wij het moeilijk zouden krijgen. Ik verwonder me er over, dat Roodenburg het niet heeft ge haald. Technisch gezien, doen ze immers ook niets voor ons onder". Afscheid? De kennismaking met de hoofdklas se zou voor Gerard Désar wel eens het afscheid kunnen betekenen van de amateursport als aktief voetbal ler. "K in ik trainer worden van een goed georganiseerde en prestatief in gestelde club dan zou dit inderdaad een van mijn laatste Jaren, zo niet het laatste kunnen worden Ik hoop. zo snel mogelijk het b-diploma te ha len en uar zal het er van afhangen welke mogelijkheden er voor mij als trainer zijn". Ligt zijn werkterrein ook dan nog bij UVS? 'Tk dacht het •niet. Ik zou tenminste UVS niet wil len adviseren om Van Schooten te laten gaan. Hij is een geweldige trainer, die goed met de Jongens kan omgaan en in taktisch opzicht erg sterk is" Ook op bestuurlijk niveau ziet Gerard Désar voor zichzelf wei nig toekomst bij UVS. Enige tijd is hij als vice-voorzitter de rechter hand geweest van de naar NAC ver trokken voorzitter Fokko Nienhuis, thans maakt hij als commissaris deel uit van at blauwwitte leiding. "Een vice-voorzitter leid Je op voor het voorzitterschap. Je mag althans aan nemen dat hij de voorzitter eens zal vervangen, maar dst zag lk voor me zelf niet zitten. Ik duik liever over enkele laren de trainerij in dan dat ik een organisatorische functie zou willen hebben. Ik heb de mogelijkhe den en onmogelijkheden in Lelden gezien. Vandaar".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 9