Oscar Brown jr zingt eigen werk
FILMMUZIEK
VAN LEGRAND
Walden Twee: roman over
de „ideale samenleving
van Zijp
Klassiek
gala van
Ai ion
Charly Rich: elpee
vol liefdesliedjes
De beste
van Sandy
WOODHOUSE
AAN WOLGA
MET JOHN
CHESS:
UIT DE
GLORIE
JAREN
DrJohn en de heilige noodzaak
Sly and the Family
Stone is geen groep
maar een gebeurtenis
Hardins simple songs
PAGINA
STEEDS DE NIEUWSTE GRAMMOFOONPLATEN
HAARLEMMERSTRAAT 279
LEIDEN - TEL. 01710—24010
Oscar Brown jr. Brother
where are you Atlantic 50036.
Negerzanger Oscar Brown Jr.,
heeft mij al op vrij Jeugdige
leeftijd immer gefascineerd.
Toen hij pakweg zo'n dikke tien
jaar geleden op de zaterdagmid
dagen als presentator/zanger voor
de buis kwam met overigens voor
treffelijke Amerikaanse gasten/
jazzmusici, boezemde hij telken
male een groot muzikaal vertrou
wen in. Door zijn diepgaand enga
gement, maar bovenal door zijn
hyperswingend en warm stemge
luid.
Blijkens de plaat die hij onlangs
heeft uitgebracht "Brother
where are you" is ook hij enigs
zins door de roerselen des tijds
aangepakt. Zijn stem en presenta
tie hebben niet meer zo dat dyna
mische, zoals dat zioh bijvoor
beeld manifesteert bij Carl An
derson, Judas in de film "Jesus
Christ Superstar".
Toch heeft Oscar Brown Jr. nog
voldoende capaciteiten bij zich ge
houden om de luisteraar te
boeien. Al was het alleen maar
zijn compositorische kracht. Op
"Brother where are you", die uit
sluitend werkjes van zijn hand
bevat, zingt Oscar Brown Jr met
begeleiding van een zeer omvang
rijk instrumentaal gezelschap,
waarvan de kwaliteit zonder meer
goed is. Voeg daarbij het nog
steeds wel erg warme en uitste
kend inspelende geluid van de
"master himself" en het resul
taat van deze optelsom is een
brok muziek waarvan niemand
zal kunnen ontkennen dat het
thuishoort in de regionen van de
betere klasse.
W.W.
Muzikale ontmoetingen met
Arion promotie-elpee. ARN
27224.
Fragmenten van maar liefst 16
platen bevat deze reclameplaat
van Arion. een Franse dochter
maatschappij van CBS. Zestien
stukkies met een gemiddelde tijds
duur van minuut: 'n hap van
dit en een snap van dat. van Gre
goriaans tot Grieg, van Schu
mann tot Stravinsky. Dit alles tot
meerdere eer en glorie van
Arion.
Aangezien voor mij niet vaststaat
of de gekozen fragmenten wel re
presentatief zijn voor de "moe
derplaat", zit er niets anders op,
dan te turven wat goed of minder
goed is. zodat voor Uzelf kunt
uitmaken of deze plaat een tien
tje waard is of niet. Persoonlijk
ben ik de mening toegedaan, dat
dit soort platen alleen zijn nut
kan bewijzen indien de maat
schappij ze gratis huis-aan-huis
gaat verspreiden.
Het repertoire van Arion ls al
tijd interessant geweest en ook
deze plaat draagt daar alle ken
merken van.
We noemen hier slechts
Drei Stücklein van Schumann,
Les Indes galantes van Rameau,
twee dansen van Gervaise, het
draailierconcert van Corette en de
Italiaanse suite van Stravinsky.
Het merendeel van de uitvoerin
gen valt in de categorie Goed tot
zeer goed. Arion presenteert hier
een nieuwe generatie kunstenaars
geruggesteund door vertegen
woordigers van de oudere garde.
Zo horen we de Hagenaar Hans
Goverts met het Kamerorkest
Bernard Thomas in een klave
cimbelconcert van Emanuel Bach,
de violiste Flora Elphège met
pianist Jean Martin in Debussy's
sonate en het Sestetto Chigiano,
in een kwintet van Boccheri-
ni. Nogmaals: een leuk repertoi
re. meestal een zeer goede ver
tolking, maar helaas een presen
tatie die doet denken aan een
ouderwetse leerlingenavond van
een muziekschool, waar ii>.zo kort
mogelijke tijd zoveel mogelijk
musici moeten optreden.
RGH
Wie de inhoud van deze pagina
regelmatig tot zich neemt, weet
dat een man als Michel Legrand
daarop een steeds terugkerende
gast is. Ditmaal aandacht voor een
schijf vol met door hem gecompo-
Charlie Rich Very Special Lo
ve Songs CBS, Epic 80031.
Een album opgedragen aan zijn
vrouw Margaret Ann; dat is de
LP Very Special Love Songs van
Charlie Rich, de man die onlangs
nog met veel succes op de hitlijs
ten paradeerde. Rich, markant fi
guur met aansprekende warme
stem, hoort thuis in het genre van
de betere vertolkers van het fijn
gevoelige liefdeslied. In eerste in
stantie lijkt hij in de verte op Rod
McKuen, in tweede instantie
komt de gedachte aan de stijl
van Euson boven drijven. Toch be
weegt hij zich op apart niveau.
Rich bezit een stem die dwingt
tot luisteren, hij vertolkt nummers
op een manier die blijft boeien.
Nummers overigens, waarvoor
hij in drie gevallen zelf de com
posities heeft aangedragen. Zijn
vrouw schreef bovendien nog twee
songs en ene C. A. Rich voegde er
nog één aan toe. Waarmee de fa
milie Rich (aangenomen dat die
C.A. daar ook toe behoort) voor
zes van de elf nummers tekende.
P.d.T.
neerde en gedirigeerde filmmu
ziek. Deze elpee is bepaald niet
nieuw, ze werd al in 1973 in
Frankrijk uitgebracht, maar om
de één of andere reden heeft men
haar nu pas in Nederland willen
(of durven?) loslaten. De grote
faam die Michel Legrand vooral
de laatste paar jaar in ons land
heeft verworven zal daar wel niet
vreemd aan zijn.
Zoals met vrijwel alle Legrand
platen is ook deze het bezit meer
dan waard, al moet ik er wel bij
zeggen dat niet al zijn werk van
dezelfde hoge klasse is. De Frans
man blijft een meester daar waar
hij "beschrijvend" en sfeerbepa
lend kan zijn (zoals het speelse
Le Galop des aristocrates, Les
feux de la chandeleur, het melan
cholieke La vieille fille en Soirée
chez Marc). Zijn orkestwerk en
arrangementen getuigen dan vrij
wel steeds van een beheerstheid en
evenwichtigheid die maar door
weinigen wordt bereikt.
Overal waar Legrand met mu
ziek moet uitbeelden wat op actie
lijkt, vind ik hem minder. Black
fire dream en Un homme est
mort horen dan ook duidelijk in
een andere categorie thuis dan
het al eerder genoemde werk. Dan
is er tot slot één compositie op de
ze plaat, La maison de poupée,
waar ik geen weg mee weet. Mis
schien is het als ondersteuning
van de film wel erg goed, maar
los daarvan gaat er weinig beko
ring vanuit. Het werk duurt ze
ven minuten en het is een zeven
minuten durend stukje verveling.
R.P.
"The best of Sandy Posey"
MGM 2353 087 Select.
Sandy Posey heeft destijds naam
gemaakt met nummers als "Born
a woman" en "The single girl'
Ze is dus boven het grote leger
van naamloze zangeressen dat
Amerika rijk is uitgekomen.
Toch kan dat als een toevallig
heid worden beschouwd, want van
Sandy's stem en voordracht gaan
er dertien in een dozijn. Ze zingt
meisjes-achtig dweperig, soms
zelfs wat smeltend, Er zit weinig
karakteristieks in. Dat betekent
overigens niet dat wat ze brengt
onaardig is. Het kan er allemaal
best mee door. Alleen: als Je de
sohyf niet hebt, mis Je niks.
Behalve de twee al eerder ge
noemde verdienstelijke nummers
bevat deze elpee ook 'What a wo
man in love won't do, het zeer
bekende Its all in the game en
I take it back. Ook de overige
nummers stammen uit de Jaren
1966 en 1967.
RP.
Ran Harms
John Kroon
Ruud Paauw
Paul de Tombe
Jan van Wieringen
Wim Wirtz
Eindredactie en layout:
Bram van Leeuwen
"Woodhouse aan de Wolga"
John Woodhouse Philips 6410
061.
De populariteit van de Neder
landse accordeonist John Wood
house houdt ongeveer gelijke tred
met het sterk stijgende ledental
van de TROS. Sinds in ons natio
nale omroepbestel de "vertros
sing" steeds duidelijker merk
baar wordt, is het ook met Wood
house en zijn "magic accordion"
crescendo gegaan. De ene langspe-
ler na de andere verandert in
goud en aan die "goldrush",
schijnt voorlopig nog geen einde
te komen.
Op de nieuwe langspeelplaat,
heeft Woodhouse zich geworpen
op het Russische repertoire. Hij
verzekerde zich daarbij van de
steun van zangeres Therese Stein-
metz, van wie we de laatste tijd
veel te weinig horen, zanger Tony
Giaimo en niet te vergeten net
Westlands Mannenkoor onder lei
ding van Piet Struijk, een koor
dat sinds de televisie-serie "Gla
zen stad" geen kwaad meer kan
doen. De balalaika wordt op de
plaat bespeeld door Benny Lüde-
man. Het allerbekendste werk uit
het land van de wodka is door
John Woodhouse onder handen
genomen en geschikt gemaakt,
voor zijn "wonderaccordeon". Zo-
als Kalinka, waarbij Tony Giaimo
de grote Iwan Rebroff niet hele
maal kan doen vergeten. Het
Westland Mannenkoor levert uit
stekend werk in Wetsjerni zwon
(Avondklokken) en Ei oechnjem
(Wolga bootsman) en Therese
"Chess Golden Decade", Vol. I
III de jaren 1951—1957 Chec
ker 6445 150 152.
Desitively Bonnaroo Dr.
John Atlantic ATL 50 035.
Aan het eind van de jaren zes
tig braken er gouden tijden aan,
voor Otis Redding, Wilson Pickett,
Percy Sledge, Aretha Franklin en
vele anderen. Het was de tijd,
waarin de zg. soulmuziek in popu
lariteit een hausse doormaakte.
Muziek gedirigeerd door de ziel,
zo heette dat te zijn. Ook de blan
ke Jeugd kon in opperste ver
voering raken bij het horen van
eindeloze ritmische klanken,
waarop Je hartstochtelijk kon
dansen.
Die tijd ligt achter ons. Nog maar
in een enkele disco of nachtclub
wordt het muzikale geweld be
heerst door de opzwepende klan
ken van de soul. Ik heb er nooit
door in vervoering kunnen raken.
Ook niet door de nieuwste poging
van Dr. John om de hitladder te
beklimmenDesitively Bonnaroo.
Dr. John en zijn tien man tellen
de begeleidingsgroep hebben
twaalf nummers op de donkere
groeven laten vastleggen, waarin
alles weer wordt opgehangen aan
de heilige noodzaak van ritme.
De rest is aanpassing: het voca
le geluid van Dr. John, dat mij
doet vermoeden, dat zijn stem
banden eerst door een wringer
zijn gehaald, de wat hysterisch
aandoende klanken van een ach
tergrondkoortje en de negentien
verschillende instrumenten, die
maar weer bewijzen, dat kwanti
teit allerminst kwaliteit tot gevolg
heeft. Ik word er niet door ge
grepen. Maar misschien mis ik
iets in mijn bloedsomloop en
begrijp ik er niets van. J.K.
Steinmetz brengt Avond in Mos
kou zeer verdienstelijk. En tus
sen dat alles door zijn de resul
taten van Woodhouse's vinger
vlugheid op de "trekharmonica"
te beluisteren.
B.vli.
Walden Twee, door B. F. Skin
ner; Uitgeverij: Meulenhoff prijs
f 22,50.
Sinds Plato is er heel wat afge
schreven over ideale samenlevin
gen en de organisatie en conse
quenties daarvan. Het bekendst,
zijn natuurlijk Tomas More's Uto
pia (1516), Bacon's New Atlantis,
Thoreau's Walden en het experi
ment van Frederik van Eeden
op het landgoed Walden in Bus-
sum, dat door Nico van Suchtelen
is beschreven in het merkwaardi
ge boek "Quia Absurdum".
De oommuines doe sinds enige tijd
weer over de hele wereld worden
opgericht zijn dus helemaal niets
nieuws en het was ook te ver
wachten dat al dan niet "geleerde"
mensen over dit verschijnsel
weer boeken zouden gaan schrij
ven. Op het eerste gezicht,
lijkt de omvangrijke roman
"Walden Twee" van B. F. Skin
ner" voor de volle honderd pro
cent een voortzetting van de be
staande reeks werken over Uto
pia's en betere vormen van samen
leving, maar bij goed lezen
blijkt dat er toch meer aan de
hand is.
Skinner beschrijft een modelsa
menleving zonder geld, zonder
concurrentie, zonder geestdoden
de arbeid, zonder status. "Walden
Twee" is de naam van de kolonie
die is opgericht door een zekere T.
E. Frazier naar het voorbeeld,
van het werk Walden uit 1854 van
Henry David Thoreau (ook bij
Meulenhoff uitgegeven).
Het boek is in roman-vorm ge
schreven. Frazier toont zijn sa
menleving aan twee hoogleraren
en twee studenten en uit hun dis
cussies moet dan steeds duidelij
ker worden hoe geweldig het al
lemaal is. En inderdaad, dat Wal
den Twee heeft veel aantrekke
lijks tot ongeveer tweederde
van het boek. Dan begint een van
de bezoekende professoren, een fi
losoof, ernst te maken met zijn
tegenwerpingen dat deze "sociolo
gische science fiction" uiteindelijk
samenhangt met het probleem van
goed en kwaad.
Hier wordt het boek werkelijk in
teressant voor de mensen die het
andere werk van professor Skin
ner kennen, bijvoorbeeld aljn Be
yond Freedom and Dignity (1972)
en de reacties daarop van zijn
voornaamste critici. Skinner
antwoordt op die kritieken in dit
Walden Twee. Wie hij met de
dwarsliggende professor bedoelt,
is niet helemaal op te maken
het kan Arthur Koestier zijn, die
het "behaviorisme" zoals Skinner
dat propageert "een monumenta
le trivialiteit" noemt, of Noam
Chomsky, een ijverig bestrijder
van Skinner die de wereld van
Skinner heeft vergeleken met
"een goed georganiseerd concen-
utratiekamp vol gevangenen die
elkaar bespioneren".
Wie Walden Twee koopt haalt
dus heel wat in huis: een roman
(niet meer dan middelmatig) een
psychologisch/sociologisch mani
fest (van hoog niveau) en een
stuk polemiek van een internatio
naal bekend geleerde.
J.v.W.
Sly and the Family Stone The
Golden Era of Pop music CBS
Epic 88033.
Je zou met een grof eufemisme
kunnen stellen dat Sly and the Fa
mily Stone een tamelijk bewogen
carrière achter de rug hebben. Na
dat Sylvester Stewart (Sly) een
maal overwegend uit familiele
den (en schoolvriendinnen) de
Family Stone had gerecruteerd
omstreeks '67 verwierf de gemengd
blank-zwart, mannelijk-vrouwe-
lijke soul-groep snel van alles.
Roem, maar ook en vooral een
erg slechte naam. vanwege de vals
klinkende muziek, de grenzelo
ze verachting voor afspraken die
waren gemaakt en de teksten van
de nummers, die een psychiater
een half Jaar werk hadden kunnen
bezorgen zoals een muziekblad
schreef.
Sly en de Family Stone is dan
ook geen groep, maar meer een
gebeurtenis met de psychedelische
soul die wordt gebracht. Niet di
rect een happening die Je moet
hebben meegemaakt, maar als
je dat toch wil laten gebeuren;
het kan. Luister dan naar die in
één album uitgebrachte platen die
dateren uit '67 (A whole new
Thing) en '68 (Dance to the Mu
sic), die onder de verzamelnaam
The Golden Era of Pop Music op
nieuw op de markt zijn geworpen.
Er is één gevaar als je de vo
lumeknoppen helemaal open
draait en Je luistert te lang, dan
bestaat de kans dat je daarna in
het verkeer geen geluid meer
hoort. Een album dus voor men
sen, die niet meer het huis uit hoe-
P.d.T.
Een hoogst merkwaardige serie
elpees, die de markante geschie
denis laten herleven van het in
Amerika in de Jaren vijftig baan
brekende merk Chess. Het -abel
zag vlak na de oorlog het levens
licht in Chicago, waar tal van uit
het zuiden weggetrokken neger
musici een boterham probeerden
te verdienen. Chess specialiseerde
zich aanvankelijk op blues-werk,
maar verbreedde het repertoire
(en zijn werkterrein) later aan
zienlijk. Het merk heeft ongetwij
feld veel voor neger-musici be
tekend en een eresaluut is dan ook
stellig op zijn plaats, al moet Je
een beetje het hart vasthouden of
er voor dit soort jeugdsentiment
nog wek voldoende aandacht is.
In elk geval treffen de liefheb
bers van blues, New Orleans
rhythm and blues, rock, pop en
ballads een serie oer-opnamen op
dit terrein in mono aan. Soms
gaat het om originele nummers die
door heel andere artiesten werden
overgenomen en in de zes ver
koopcijfers werden gezongen. Dat
geldt o.a. voor See you later, alli
gator van Bobby Charles. In zijn
eigen vertolking deed het lied wei
nig, maar Bill Haley maakte er
een rock-topper van. Een over
zichtje van de artiesten die men
op deze elpees aantreft: Bo Didd-
ley. The Moonglows, Willie Ma-
bon, Eugene Fox, Bobby Tuggle,
Lowell Fulsom, Lee Andrews en
The Hearts, Ray Stanley, The
Four Tops, Chuck Berry, Paul
Gayten, Rufus Thomas. R.P.
"The best of Tim Hardin"
Simple Song of Freedom CBS S
80090.
Waarom de ene artiest boordevol
succes zit en de andere met gelij
ke of nog betere kwaliteiten nau
welijks voet aan de grond krijgt, is
een raadsel dat de platenbinken al
decennia proberen op te lossen.
Het is hun God zij geloofd en
gedankt niet gelukt, want dan
zou het verder computerwerk wor
den. Neem nou zo'n Tim Hardin.
Een jongen die er wel wat
kan, die geen alledaagse teksten
zingt, al moet men zich daar
ook weer geen overdreven voor
stelling van maken. In Amerika,
blijkt hij nogal wat succes te heb
ben. maar in Nederland doen zijn
liedjes weinig. Waar ligt dat
aan? Misschien zingt hij al
thans voor onze begrippen net
iets te veel voor het eigen plezier
en te weinig voor dat van het pu
bliek.
Het is een wat povere verklaring
ik zou echter geen andere kunnen
vinden. Het zal wel weer één van
die niet op te lossen raadsels zijn.
Enfin, wie belangstelling heeft,
voor de "simple songs", die niet
direct de gebaande wegen bewan
delen, weet bij wie hij terecht kan.
R.P.