on Koot protesteert tegen verpesten van ons land" WINTERHULP )r. W. Drees sr. over de Nederlandse Watergate ''Ondanks de sjeiks toch in de kussens )AG 21 DECEMBER 1973 j wij stapelgek geworden, dat vertrouwde, waardevolle laten onteigenen en plat gooi- öreken, buurten laten ruïne- rachten laten dempen? Dat Ton Koot, van 1948 tot itvoogd van het Muiderslot en verdediger van ons steden- rich af in „Help! ze verpesten het zoveelste boek van d, dat aan behoud en her waardevolle oude architec- i gewijd (uitgave A. J. G. jolt, Naarden, prijs f 27,50). eigenlijk staan wij toe, gzaam maar zeker onze weer- {ijngetekende silhouetten van i dorp in ons daarvoor zo ge wijde landschap worden ver door hoge smakeloze bouw- aarom laten wij Hol- Zeeuwen, Friezen, Gronin- ,n, op en in het wa- i opgegroeid onze rivieren, ren verslonzen en ver tot de verderfelijkste open Wie kan beter dan wij we nzeer daardoor het biologisch verstoord, het grondwa- de funderingen aan- rorden? indruk mocht hebben, dat spraken van Ton Koot op de bladzijde van zijn boek wat ?en zijn, moet wel even door lezen. Hij schrikt dan (met tai van foto's gedemon- verwoesting, die in tal van plekjes van ons land wordt „Mogen er geen beken het land kronkelen, geen meer ontspruiten? Moe- zand- en landwegen opge- met hun beschuttend om- bomenrijen „rasiert und as- worden? Moeten de boch- Rijn en Amstel om karak- snelweg- of schietbaan ef- teweeg te brengen? verzuipen, in beton, in pro benepenheid, in lawaai, ver lucht, vergiftigd water, in ilvaart! Wij zijn de slachtoffers van tekentafel- grondspeculanten en ters". linkt wat hard en onver dat toornig protest van Ton jen de barbarij van onze tijd, rat deze kenner-bij-uitstek mds natuurlijke en stedelij- onheid aan feiten ter tafel dan ook geen kleinigheid, er eigenlijk aan te doen? elen ons te klein, ontwapend, machteloos tegen een ollende machinerie, die ons [hoon, onze duinen, wadden, inken, essen, heiden en on- aan ons ontneemt of op- immens uitgerolde asfalt- iïat kan „ik" met blote han- een mond, die hier alleen maar HULP kan roepen, doen te gen deze nauwlettend berekenende verdelgingsmachinerie? Maarer zijn duizenden, miljoenen „ikken". Wij zijn óók nog kiezers, die hun stem kunnen uitbrengen op die on zer kultuurbewuste politici, die waard zijn ons land, onze provincie onze gemeente te besturen, die in plaats van kul tuur verslinders, kui tuurdragers moeten zijn. We zijn een democratisch land. Nou, stelt dan betere kandidaten. Stèmt dan betere kandidaten! Het gaat om u- zelf, om uw kinderen te doen verke ren in een menswaardig woonklimaat, leefmilieu". Onder de druk van de na-oorlog- se woningnood is er vaak maar raak gebouwd en wie durfde oppe ren, „dat de binnensteden in haar oorspronkelijke behuizing waarde volle elementen bevatten, dat de hui zen behalve voor de bewoning, ook door hun bouw en stijl, het karak ter en de aantrekkelijkheid van zo'n binnenstad bepaalden, ook het eigene beklemtoonden, de sfeer, de vertrouwelijkheid, wie dat alles op merkte vond noch in het Parlement, noch in de Raadszalen voldoende weerklank, zoals wij uit bittere er varing weten", aldus Koot. Die waarschuwingen zijn niet van vandaag of gisteren: precies hon derd Jaar geleden schreef de ver maarde Victor de Stuers een artikel in „De Gids" over „Holland op zijn smalst". Hij klaagde over langdurige verwaarlozing en het ontbreken van weerklank voor de stemmen, die zich tegen de vernieling verheffen. Toch groeide het verzet steeds meer en in 1911 kwam de „Bond Heemschut" tot stand om zoveel mogelijk te wa ken voor de schoonheid van Neder land. Die bond ging later ook parti culieren tellen,., maar aanvankelijk waren het organisaties van archi tecten, kunstenaars, toeristen, oud heidkundigen en hotelhouders, die in „Heemschut" een contactorgaan vonden. „Heemschut", een felle toon niet schuwend, is een stuwende kracht gebleken bij het stimuleren van restauraties, monumenten zorg en de woonsfeer in het alge meen. Ton Koot was er ruim 25 Jaar de zeer ijverige secretaris van. „De legende, dat Heemschut-idee- en voortsproten uit de breinen van een groepje conservatieve oude da mes en heren, die niet los konden komen van hun Jeugdherinneringen en hardnekkig bleven pleiten voor het behoud van oude huisjes, kreeg een geduchte knauw in de zestiger jaren", schrijft Koot. Jarenlang hadden de besturen van de Bond en van de verwante oudheidkundige verenigingen het gemeentebestuur van Amsterdam voorgehouden, dat zijn politiek van afbraak cata strofaal was voor de betekenis en de schoonheid van Amsterdam en niet het minst voor zijn bewoners. „De argumenten waren sterk, de toon steeds feller, de verhouding slech ter. En zietDaar stond plotseling een hippe Jeugd op, die zich druk maakte over het behoud van de Amsterdamse binnenstad, zich verzette tegen doorbraken, bevriezing van wijken, slopingen, enz". Inderdaad heeft de Heemschut gedachte steeds meer veld gewon nen en zelfs zijn politieke partijen met schroom begonnen, aldus Koot, het behoud van het stadskarakter in haar partijprogramma's op te ne men, helaas vaak te laat. Ik zou aan deze opmerking van Koot willen toevoegen, dat de oud-Hollandse waarheid, dat „de cost voor de baet uytgaet", tot vele „vroede vaderen" („Vroed" is een oud woord voor „wijs"!) nog niet is doorgedrongen. Onbegrijpelijk vind ik, dat tal van besturen geen flauwe notie hebben van de financiële attractie van die oude steden en dorpen. Mis schien niet op korte termijn, maar dan toch zeker op de lange duur. En van stads- en dorps- en pro vincie-besturen mag men toch ver wachten, dat ze verder kijken dan hun neus lang is. Ik denk in dat verband altijd aan Koning Lodewijk gouden eieren. „Amoveren" (oprui men, slopen) van oude stadskernen is vaak het wachtwoord om het ver keer ruimere toegang te verschaf fen. Toegang waarheen? Naar iets dat eerst door datzelfde verkeer is weggewerkt. Vreemder kan het niet: wegen maken naar een doel, dat dóór die wegen gaat verdwijnen. De triomf der doelloosheid! Ton Koot laat die oorzaken van de aanvallen op stadskernen in het midden en rept slechts terloops over de auto. Bij hem gaat het om het bewaren van oude schoonheid, ongeacht de motieven van bedrei ging. Wie nu denkt, dat de strijd om behoud een verloren zaak is, ver gist zich. In een stad als Amster dam hebben de vereniging „Hendrick de Keyser", de „Amsterdamse Maatschappij tot Stadsherstel N.V.", de „Stichting Diogenes", de vereni ging „Levend Monument", „Amster- daad '75" en „Stadskern Amsterdam" zeer veel ten goede kunnen keren. Enorm belangrijk, bleek de activi teit van buurtcomité's, die het een voudig vertikten de ondergang van bepaalde woonwijken te aanvaarden. Twee foto's van de Driehoekstraat in de Jordiaam, resp. van voor de Twee de Wereldoorlog en tien Jaar later, tonen aan dat er vaak verrassende resultaten bereikt zijn. Maar de ziel loze fort- en bunkerbouw heeft zo wel in de hoofdstad als daarbuiten Door C. J. Rotteveel (Ludwig) II van Beieren met zijn fantastische lustsloten in Neuschwanstein, Linderhof en Herrenchiemsee. De man liet, met zijn architectonische escapades, een financiële ruïne achter, maar nu stromen er elk Jaar honderddui zenden naar die bouwwerken toe om de capriolen van een bizarre vorst te bewonderen. Toegegeven, de vergelijking gaat slechts ten dele op, maar in één op zicht wél: wat nu als een financië le last wordt gezien, vormt in de toekomst, ja zelfs in de naaste toe komst en eigenlijk al in het heden een bijzondere attractie. Hoe groter het aantal torenflats in de nieuw bouwwijken, hoe aantrekkelijke èn kostbaarder het bezit van oude stadskernen. Dat zijn onze kastelen van de .gekke Ludwig"! Helaas is er in vele gevallen voor tijdig gebukt voor Koning Auto. Op zichzelf is dat een gemakkelijk ver voersmiddel, maar „vervoer" veron derstelt toch een doel. En als Je, om ruimte voor vervoer te scheppen, de „doelen" gaat vernielen, betekent dat het slachten van de kip met de RS SCHRIJVEN aemen van brieven ln rubriek behoeft niet te enen dat de redactie met de inhoud eens is. redactie behoudt zich mboven het recht voor ijdragen te weigeren dan te korten. Menigeen herinnert zich uit de Duitse bezettingsjaren de propagan da voor een op zichzelf goed lijkend doel, dat werd omschreven als Win terhulp. De fatsoenlijke Nederlander hield zich van deze Winterhulp afzij dig, omdat hij voelde dat de presen tatie vals was en omdat hij niet wen ste mede te werken aan iets, dat de vijand zou kunnen bevoordelen. Het Medisch Comité Nederland Vietnam vraagt thans hulp voor *n project, dat menige Nederlander on duidelijk en ongewenst acht. Dat sommigen voor dit project propagan da maken, is hun zaak. Maar ik vind het onjuist dat zoiets geschiedt bij de sectie Geschiedenis, Werkka mer Oude Geschiedenis der Rijks universiteit, aan de voorgevel van Rapenburg 16. Het is onbegrijpelijk dat het bestuur van de Leidse Uni versiteit een dergelijke exhibitie zelfs maar duldt. H. J. WITKAM, Rapenburg 21, Leiden. Mis in het weekblad 'Ac- is ook in onze kolommen sen ingezonden stuk) ge oreerd, dat Nederland kort de Tweede Wereldoorlog soort "Watergate-affaire" hebben gekend. Dr. W. fs sr., destijds premier, zou ioongesprekken van minis- Sassen met dr. Beel in het >malige Batavia hebben la- ifluisteren. Dr. Drees rea- d hierop als volgt. een boek van mr. dr. C. over deze periode van de re- Nederlandse geschiedenis is &en, dat ik op dit punt niets Sedaan. Mr. Smit schrijft ten onrechte, dat de toen- Se minister van Buitenland- mr. Stikker telefoonge- toen heeft doen afluisteren, fan hij notities te mijner ds bracht. Ik heb één keer 'n Ie ontvangen, waarvan later dat die van Buitenlandse afkomstig was. Daarin n het kort de inhoud weer- an een gesprek, dat ter Sassen, die als minister Overzeese Gebiedsdelen ont- had genomen wegens me ningsverschil met de overige le den van het kabinet en als wiens opvolger reeds minister Van Maarseveen was aangewezen, voor zijn afscheid op zijn departement nog radiotelefonisch had gevoerd met dr. Beel. Sassen, KVP'er, had Beel, eveneens KVP'er, gevraagd, nu Sassen heen ging, ontslag te nemen als hoge commissaris. Bee. ging daar niet op in. De kwestie had daarmee geen zakelijk belang meer. Ik heb de notitie doorgezonden naar Van Maarseveen, zowel omdat hij nu minister van Overzeese Gebieds delen was, als omdat ook hij KVP'er was, zodat het gebeurde voor hem in eigen politieke kring betekenis kon hebben. Dit is al wat er gebeurd is. Ontkend is voor zover ik weet niets anders dan dat ik een op dracht had gegeven. Later is ook niets anders bevestigd dan hierbo ven beschreven. Wat het verwijt betreft, dat ik het bewuste stuk nog altijd niet heb vertoond, zijn de feiten de ze: ik heb het nota bene maar 'n paar uur in mijn bezit gehad, geen afschrift gemaakt of laten maken, maar gestuurd naar het adres waar het het meest thuis hoorde. Tenslotte nog de opmerking dat het ging om een radiotelefonisch gesprek en dat het zeer twijfel achtig is, of minister Stikker, zo als mr. Smit stelt, het gesprek, of zoals hij het ten onrechte meent, meerdere gesprekken, zou hebben laten afluisteren. Hoe kon men weten of en zo Ja op wel tijdstip Sassen met Beel zou telefoneren. Het was een tijd van grote politie ke spanning in verband met In donesië en het is aannemelijk dat Buitenlandse Zaken, evenals in lichtingendiensten van sommige andere landen zullen hebben ge daan, geregeld wat door de lucht ging liet beluisteren, waarbij het gesprek Sassen-Beel te zijner kennis kwam. Iedereen die een gesprek via de lucht voerde, kon weten dat anderen daarvan ken nis konden nemen zonder enige overtreding te begaan. En dat is dan het Nederlandse Watergate-schandaal DR. W. DREES SR, Beeklaan 502, Den Haag. veel verwoest. Koot somt er heel wat van op. Helaas, vele stads- en dorps besturen ontbreekt het aan inzicht in de harmonie van oude stadswijken. En toch (Koot vestigt daar na drukkelijk de aandacht op) vormen de beschermde monumenten niet meer dan 1% van het totale hui zenbestand. "Het is Juist het kleine percentage woonhuizen, dat in de zee van moderne huisvestingsmogelijk heden de kernen vormt, die het ka rakter bepalen van de steden en dor pen. Wie over Amsterdam in goede zin spreekt bedoelt bepaald niet de Zaanbuurt of de Pijp, ook niet Bui- •tenveldert of Slotervaart, maar ziet de stad binnen de Singelgracht voor zich. Zo denkt men ook bij Gouda, Groningen, Breda, Maastricht, Zie- rikzee, Zwolle, Elburg, Sneek, Coevor- den, Enkhuizen om een greep te doen niet aan de buitenwijken met hun woningwetwoningen, industrie wijken, hun villa's of flattorens, maar aan hun kernen rond de markt, de kerk, het raadhuis of het waagge bouw. In Nederland zyn wij zo for tuinlijk een rijk bezit aan karakte ristieke kernen te hebben. Wie in nieuwe landen komt, in wat de Nieu we Wereld heet, of ook in eigen nieu we landwinningen, leert pas goed be seffen wat men daar mist en hoe waarachtig kenmerken onze eigen oude steden en dorpen zijn. Elk met him eigen gezicht, dat niet te verwar ren is met welk ander ook". Jawel, maar kan en moet de ge meenschap dergelijke oude centra als musea in stand houden of moet zij rekening houden met de nieuwe tijd? Koot zegt hiervan: "Zodra stadsbe stuurders gaan uiltroepen dat men van de stad geen museum moet ma ken en de "vooruitgang" niet moet te genhouden, dan weet men alweer uit welke hoek de wind waait. Wij heb ben fonkelnieuwe moderne panden in drukke straten te gronde zien gaan en in historische gebouwen zaken zien floreren. Wij kennen oude stads wijken waar fantastische zaken wor den gedaan en die een naam heb ben, die ver buiiten de grenzen van het land gaat en wij kennen een veelvoud van hypermoderne Ne derlandse stadswijken (door de Franse kunstenares Jacqueline Du- li éme spottend levende begraafplaat sen genoemd) waar ondernemende middenstanders in het faillissement werden gestort. Zowel het hanteren van het begrip "museum" als dat van de "vooruitgang" blijkt in dit ver band loos". Het is verheugend, dat „Heem schut" niet alleen een strijd-organi- satie is, die met waakzaam oog op de bres staat voor behoud van oude schoonheid; in vele gevallen hebben bestuurlijke instanties zich tot de Bond gewend om een advies alvorens tot acties over te gaan, die voor de schoonheid noodlottige gevolgen konden hebben. Dat vra gen om advies gebeurt gelukkig nog. Kort geeft het voorbeeld van Bun schoten, waar in 1961 een raadslid de gedachte opperde in het kader van rioleringswerkzaamheden de bin nengracht tussen de dorpskernen Bunschoten en Spakenburg te dem pen. „Heemschut" adviseerde afwij zend, omdat een aantrekkelijk element zou plaatsmaken voor een langgerekte pleinachtige ruimte, waarlangs de huizer. ter weerszijden uit de schaal zouden komen te val len. Plantsoenaanleg zou dit bezwaar niet opheffen, uitermate kostbaar worden en moeilijk te onderhouden. „Te dikwijls," zegt Koot in dit ver band, „worden wijzigingen in het stads- of dorpsbeeld voorgesteld door de gemeentelijke diensten, die voora. gespecialiseerd zijn in de technische uitvoering der werkzaamheden en te weinig op het esthetisch effekt van hun maatregelen. Zolang er geen stadsconservatoren zijn in dergelijke gemeenten kan „Heemschut" hier nog altijd een funktie vervullen, die het behoud of het verwerven van schoonheid voor ogen stelt". Zoals reeds gezegd, is er naast veel verlies ook heel wat bewaard geble ven. Men denke aan vele prachtige restauraties in Amsterdam, aan Ne derlands enige B elfort in Sluis, aan dr Hanzestad aan de IJssel Doesburg, aan het mini-stadje Bronkhorst, de Muurhuizen in Amersfoort, het on geschonden esdorp Zweeloo. het be schermde stadsgezicht Sloten in Friesland, het fraaie herstel van de Zoutsloot in Harlingen, hèt keren van de kwalijke dempingsplannen in Alkmaar, het behoud van het witte stadje Thorn in Limburg, de groot scheepse restauratie van „de zalm- stad aan Maas en Waal" Woudri- chem, het behoud van prachtige boerderijen in Drenthe en Brabant en het herstel van de monumentale hofstede oud-Bussum in Naarden, enkele Jaren geleden aangekocht door A. J. G Strengholt's Uitgeversmaat schappij in Amsterdam, en nog zo veel meer. Ook aan „kastelen onder beleg" en „molens met tegenwind" wijdt de schrijver ruime aandacht. In het hoofdstuk „Eenzijdig?" zegt Koot, dat de actie voor behoud van oude bouwwerken „waardering voor verschillende nieuwe stadswij ken op zichzelf niet uitsluit". „Ook niet de waardering voor verschil lende individuele moderne gebouwen Onze „eenzijdigheid" is geba seerd op die te weinige aandacht en te geringe betekenis die Jarenlang gehecht werd aan de bestaande mo numenten Nee, dit is géén hobby van vergrijsde monumenten jagers, dit is een onweerlegbaar al gemeen belang, een visie op de toe komst. Er is een Jongere generatie, die dat helderder ziet en beter door heeft dan het merendeel van de on- Slopen en dempen kan iedereen wel, zegt Koot in zijn hoofdstuk over het herstel en behoud van de Zoutsloot in Harlingen, in maart 1968 aange vangen en in april 1969 voltooid. Toen was het alsof een toverstaf die ver vallen gracht had aangeraakt: wal len. straten en bruggen waren her steld en de Hein Buismanstichting, die panden koopt, herstelt en ver koopt, had zich goed geweerd,' met hulp van de gemeente en de Rijks dienst voor de Monumentenzorg. Hier in Harlingen, vertoonde zich een wa re demonstratie "van wat Heem schut zo lang en graag propageert: het gaat niet om het enkele huis, maar om het geheel, om de samen hang, om het milieu". Harlingen toonde hoe het óók kan: een bijna gedempte, maar sfeervolle gracht was tot nieuw leven gewekt en vormt thans een bijzondere attractie voor wie eens wat anders wil zien dan saaie flatgebouw. Zeker, "ze verpesten Nederland", land" maar ook: veel is er dank zij de ac tiviteit van verenigingen als Heem schut bewaard gebleven. Dank zij 't groeiende inzicht, dat oude stadsker nen een onvervangbaar cultuurgoed zijn, dat aan het nageslacht moet worden doorgegeven. De talrijke fo to's in het boek tonen dat duidelijk aan. Mij dunkt, dat een ieder, die deel uitmaakt van besturen van dorp, stad of provincie, dit boek gelezen moet hebben. De problemen zijn dik- wijks groot, maar met de hulp van deskundige organisaties kunnen ve le aantrekkelijke gebouwen en buur ten bewaard blijven en een even mooie als onmisbare afwisseling vor men in de eentonigheid van veel re cente huizenbouw. Mocht u niet geslaagd zijn om „meerijders" in uw woonwerkverkeer te vinden, of zelf met iemand mee te rijden, dan biedt onderstaande lijst misschien weer een mogelijk heid. U kunt zich nog steeds opgeven op telefoonnummer 0171025041, toestel 13 (voor Leiden en regio), 0172092544 (voor Alphen aan den Rijn en regio). Van Naar Tijd Tyd heenreis terugr. Contactadres -f- tel, Alphen a/d Rijn Delft. TH-wijk 7.20 17.15 W. H. van Pesch, Kievitstraat 12, Alphen a/d Rijn 3 personen (toerbeurt) Alphen a/d Rijn Katwijk 7.30 8.00 16.00 17.00 Breuker, Bremstraat 50, Alphen a/d Rijn, 01720—91872, 3 personen Katwijk Leiden 8.00 16.15 Har tog, Schaepmanstr. 82, 0171874008, toerbeurt 3 personen Katwijk Leiden 7.30 8.00 17.00 17.30 Helders, Varkevisserstr. 128, Katwijk, 01710- 45344, tst. 451, bij toerbeurt, 3 personen Katwijk/Zee Rijnsaterwoude 8.00 17.00 J. Dijkhuizen, Varkevisserstr. 329, Katwijk, 017218189, 3 4 personen, bij toerbeurt Leiden, Kaasmarkt Amsterdam, Museumplein 7.55 17.30 E. A. E. van Dishoeck, Hooglandse Kerkgr. 22, 0171021480, via L'dorp, 4 plaatsen vrij Leiden, Muidericring Den Haag, Van Alkemadelaan 800 12.30 Van Bruggen, Muiderkring 173, 01710—54943. 3 plaatsen, bij toerbeurt Grens Leiden- Leiderdorp Alphen a/d Rijn, station 7.30 17.15 P. Maliepaard, Wilddreef 106, Leiderdorp, 0171091963, 2 personen bij toerbeurt Leiden ZW Den Haag, Alexanderkazerne 7.30 17.00 Kos, Jacq. Urlusplantsoen. 01710—60740, 3 personen bij toerbeurt Leiden Rotterdam 7.30 a 8.00 17.00 P. Das. C. Franckstr. 24. 01710—^2135. toerbeurt Leiden ZW Den Haag, Stad houdersplantsoen 8.00 17.30 J. van Vliet, Debussystr. 41. 01710—61341. 3 personen bij toerbeurt Leiden, Lammenschans Den Haag, Laak kwartier 7.00 16.00 M. Verhoeven, Meidoornstr. 43 01710—23310 of 070624961, tst. 122, 3 pers. bij toerbeurt Leiden ZW Den Haag/West, Scheveningen 8.00 17.00 Boon, Griegstr. 24. 01710—63815. 1 persoon, bij toerbeurt Leiderdorp Krimpen a/d IJssel 7.15 17.00 H. v. Tol, Dr. de Bruynestr. 9, 0171022701, 2 plaatsen bij toerbeurt Leiderdorp Delft- 7.30- 8.00 16.45- 17.15 Guley, Rhynenburg 12, 01710—92832. 3 personen bij toerbeurt Leiderdorp Schiphol 8.15 17.00 Roosenhart. Mauritssingel 47. 0171041695, 2 personen bij toerbeurt Lisse Leiden 8.30 12.15 N. Simmers, Goovert Flinckstr. 23.' 02521— 12164, 3 personen by toerbeurt Oegstgeest- Noord Den Haag cs 8.00 17.00 Verdouw. Gerberalaeun 12. Oegstgeest, tel. overdag 070—711602. 's avonds 01710—55120 (na 6 u.), 2 plaatsen by toerbeurt Oegstgeest Den Haag, Plein 1813 7.30 16.45 Van der Velde, Frans Halslaan 199, 01710 54426, by toerbeurt 3 personen Roelof arendsveen Den Haag, omg. Malieveld 7.45 17.00 L. Steek es, P. de Jonghstr. 3. 01713—3548. 3 personen, afspraken n.o.t.k. Rijnsburg Schiphol- Centrum 8.00 18.00 Van Duyvenvoorde, Oegstgeesterweg 124, overdag: 020155522, 3 plaatsen by toerbeurt Rijnsburg Zoe termeer 7.35 16.45 Zandbergen, Oegstgeesterweg 200, Rynsburg, 3 plaatsen by toerbeurt Sassenheim, rk kerk Lelderdorpse brug 7.30 17.00 J. Bouwmeester, Van Slogterenhove 4, 02522—14362. by toerbeurt, 3 plaatsen Sassenheim, „Ontmoeting" Amsterdam, Sta tionsplein naar Keizersgracht 7.45 17.30 W. de Vos, Van Slogterenhove 3, 020—211300, tst. 2684. 3 Dl., toerbeurt Woubrugge Delft 7.45 17.30 tel. 01729608, 3 personen Woubrugge Rijswijk 8.00 17.15 De Meyrier, B Hosangweg 56. 01729—477, 3 plaatsen, toerbeurt Zoeterwoude Rijndijk Den Haag, Be noordenhout 7.15 16.00 Adriaanse, Lebuinestr. 5, 01710—44066, 4 plaatsen, toerbeurt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 13