33 uit
produktie
Robot
treintje
bij Pon
Betaalbare test-
ipparatuur voor
loe-het-zelver
TROETELKEVER
Twee autoboekjes
MORRIS
MARINA
Winter vraagt om wat
extra voorzichtigheid
PAGINA
Hij staat er wat verloren bij
vlak achter de ingang van Kam-
steegs garage aan de Geversstraat
in Oegstgeest. Oud en ogenschijn
lijk der dagen zat. Grauw en grijs.
Met gebogen rug. En met het
overjarige „brilletje" nog op. Een
weinig opvallende verschijning te
midden van de glanzend felle
kleuren, die de kevers van Volks
wagen aan een nieuwe jeugd moe
ten helpen.
Maar in de ogen van de familie
Kamsteeg is het een pronkjuweel-
tje. Een geliefd stukje jeugdsenti
ment. Een toch wel erg dierbare
herinnering aan de pioniersdagen
van weleer. Om precies te zijn:
?an vijfentwintig jaar terug. Want
op 3 oktober was het precies een
kwart eeuw geleden, dat het tot
Volkswagen-dealer gebombardeer
de bedrijf van Kamsteeg de eerste
sever bij importeur Pon in Amers
foort ophaalde.
Inmiddels zult u het wel heb
ben begrepen, het was dezelfde
kever die nu aan de Geversstraat
staat, die de triomftocht in Lei
den en omgeving inluidde, welke
de kever zo lang heeft volgehou
den. Al jaren wordt er geroepen,
dat het met „deze verouderde con
ceptie" wel spoedig afgelopen zal
zijn, maar nog steeds worden ze
verkocht. Goed verkocht. In vele
landen ter wereld. Nog steeds is
de kever het belangrijkste been,
waarop het grote VW-ci
staat. Natuurlijk komt daar
?en einde aam, maar wie zegt
wanneer?
Terug naar dat zilveren
autootje. Het heeft een bewogen
geschiedenis achter de rug. Die
begon hoe kan het anders?
in de showroom van de firma
Kamsteeg. Daarna werd hij de
monstratiewagen en vervolgens
directiewagen. Uit die tijd dateert
het open dakje, dat er aanvanke
lijk niet in zat. De huidige directie
van het bedrijf heeft er in leren
sturen. „Ach. wat we ook deden.
lijkheid om het op handen zijnde
35-jarig jubileum een apart ac
centje te geven. Het idee werd ge
boren op Jacht te gaan naar die
allereerste kever. Via het kente
ken-registratiebureau kwamen de
jongere Kamstegen er achter, dat
deze in het bezit was van de hou
der van een patates-frites-tent in
Apeldoorn.
De man zal wel vreemd hebben
opgekeken, toen daar ineens twee
jonge zakenlieden voor zijn neus
stonden, die hem een veel jongere
het ging toch niet kapot," herin
nert directeur André Kamsteeg
zich met plezier.
Directies plegen niet zo erg lang
in dezelfde wagen te blijven rij
den en dus kon men het karretje
weinig later als servicewagen in
Liisse terugvinden. Maar niog steeds
binnen de perken van het bedrijf.
Daar kwam pas na tien Jaar trou
we dienst een einde aan. In 1958
werd deze eerste kever als occa
sion verkocht aan een graafma
chine-machinist in Lisse.
De draad Kamsteeg-kever
werd pas 3 jaar later weer opge
pakt, toen de Jongere generatie
Kamsteeg zocht naar een moge-
en puntgave kever aanboden in
ruil voor zijn bejaard beestje. Hij
vond het volgens de overlevering
eerst wat verdacht, draaide toen
tangzaam bij, maar ging tenslotte
gretig op het aanbod in. De juni
orgeneratie Kamsteeg reed zin
gend naar Leiden.
Maar ze waren nog niet waar
ze zijn wilden n.l. bij de kever in
zijn oorspronkelijke staat. In de
loop der jaren hadden de verschil
lende eigenaren hun bezit nogal
"verfraaid". Met busjes, bumpers,
wieldoppen en -nog veel meer.
"Eerlijk, we zijn er maanden mee
in de weer geweest. Het was maar
geen toer om al die originele on
derdelen te krijgen. Door middel
van advertenties hebben we ze
uiteindelijk gekregen. Ook dat
gasrolletje in plaats van het gas
pedaal. Ook die Jute bekleding,
waarvan ergens toevallig nog een
rol lag. En nog veel meer", vertelt
André Kamsteeg. "In de avondu
ren hebben we die wagen hele
maal origineel gemaakt En dat
voor een wagen die al 400.000 kilo
meter achter de wielen had".
Op 3 oktober 1961 werd hij klaar
aangeboden aan de directie, de
heer Kamsteeg sr., die men ove
rigens ook nu nog enkele malen
per week in het bedrijf kan aan
treffen. Maar van dat moment
van aanbieding af is het wagen
tje altijd als een troetelkind be
handeld. Maar dan één, die af en
toe ook moet werken. Niet veel.
maar een enkel keertje wordt er
nog wel eens in gereden. Het is
een wonderlijke ervaring.
Dat dubbel klutsen. Die vurige
richtingtongetjes. Dat knopje op
het dashboard om ze te bedienen.
Die harde stoelen. Die stugge ve
ring, om het vriendelijk te zeggen.
Een belevenis, zo weer even een
kwart eeuw in de autohistorie te
rug te stappen. Want sinds het
moment, dat deze eerste en de
25.000ste bij Kamsteeg binnen
kwam is er toch wel heel wat ver
anderd aan het model en zijn uit
voering. Maar toch. de kever is
de kever gebleven. Dat kan men
bij Kamsteeg zien.
not
DAF zal in het voorjaar van 1974 1959 in produktie kwam. Afgeleide
erfe Produiktie van de L>AF-33 stopzet
Het werd volgens de fabrikant
moeilijke,r de auto met 750 cc
le kleinste volautomaat ter wereld,
tan te passen aan de jaarlijks toe-
teljiemende veiligheidseisen. Hierdoor
verd de produktie steeds minder ren-
tabel. Dit wil volgens een woordvoer
der van DAF overigens niet zeggen,
at de huidige DAF 33 onveilig is.
De 33 werd aanvankelijk gemaakt
i Eindhoven. De produktie heeft nu
laats in Born, waar ook de model-
14 en 66 worden gemaakt. Bel
agens hebben eenzelfde oarros-
arie. Het afwijkend model van de
►AF-33 leverde veel extra werk op,
etgeen een tweede argument was,
m de produktie stop te zetten.
De DAF-33 is rechtstreeks afge-
id van de eerste personenauto,
an DAF, het 600-model, dot begin
versies van de 600 waren achtereen
volgens het type 750, de Daffodil en
de 33. Dit type kwam in september
'67 op de Nederlandse markt. In to
taal zijn er van dit basismodel tus
sen 1959 en eind 1973 ruim 300.000
eenheden verkocht.
Een woordvoerder van DAF deel
de mee, dat bij het aflopen van de
33-prodirktie in Born een extra in
spanning zal worden betracht, waar
door dit model nog geruime tijd
leverbaar zal blijven. De onderde
len voorziening blijft voor tenminste
acht jaar of zoveel langer als nodig
is gegarandeerd, aldus DAF. Een
van de oorzaken om de 33 niet lan
ger in produktie te houden is naar
het oordeel van de fabrikant ook U
feit dat uit de verkoopgegevens is
gebleken dat het 44-model steeds
meer de plaats van de 33 is gaan
innemen.
et onderhoud van de auto is de
atste Jaren als gevolg van de kos-
nstijgingen in en rond het garage-
idrijf flink teruggelopen. Volgens
Bovag is een auto nu nog slechts
jfmaal per jaar voor een onder-
bij een garage tegen
in 1950. Het percentage
uto's, dat helemaal niet bij een
page in onderhoud is, steeg tussen
•50 en 197 van 25 tot 30 procent.
[Het aantal doe-het-zelf automobd-
afgelopen Jaren als ge-
hiervan-sterk gestegen: volgens
.tistieken telt Nederland nu ruim
erml0000 autorijdende hobbyisten.
lan<rndaar dat de nieuwe en betaalba-
[q k Amerikaanse testapparatuur, die
p op onze markt verkrijgbaar is in
pi behoefte kan gaan voorzien,
■j De heer A. van den Heuvel, direc-
'£|Jyur van de Haagse firma A. Rohé
jmbh die de testapparatuur impor-
Jert stelt: „Het is geen apparatuur
p te repareren, maar om eventuele
breken te kunnen vaststellen.
kndaar dat deze testapparatuur
ten voordele kan zijn van het ga-
gebedrijf. Immers, wanneer er na
ntrole iets fout blijkt aan het voer-
lig, kan het gaagebedrijf de 'repa-
tie verrichten". Volgens de heer
Van den Heuvel will de autogebruiker
hoe langer hoe meer preventief zelf
iets aan de auto doen. Tot nu toe
was hiervoor alleen maar professio
nele en dus veel te kostbare appara
tuur voorhanden.
De nieuwe meet- en afstelappara-
tuur voldoet volgens de importeur
aan alle eisen van nauwkeurigheid
en betrouwbaarheid, doch is eenvou
dig in uitvoering. "Bij het hanteren
zal dus 'n bepaalde voorzichtigheid in
acht moeten worden genomen", aldus
de heer Van den Heuvel, die uiteen
zette dat verkrijgbaar zijn apparaten
voor vaststelling en controle van on
der meer voltage compressie vacuum-
druk en benzinepompdruk. Tevens zijn
een afstellamp, starter en bougietes
ter voorhanden. De prijzen van de
apparaten variëren van 18 tot 45 gul
den en een complete diagnoseset kost
f 170. In West-Duitsland en in
Groot-Brittannie worden deze arti
kelen veel verkocht.
„De apparatuur is professioneel
genoeg om er hoge eisen aan te kun
nen stellen. Met name Iran de doe-
het-zelver het afstellen van de mo
tor zelf controleren. Dit voorkomt
slijtage en vermindert het brandstof
verbruik", zo zegt de importeur.
zijn weer twee autoboekjes in de
gelopen weken bijgekomen. Eerst
ttvangen wij van de VAM in Voor-
hoten een nieuw boekje van H. G.
ibots. Als leraar technisch En-
Is, technisch vertaler en autojour-
üist had deze auteur natuurlijk al-
mee om een Engels-Nederlands
Itotechnisch woordenboek samen te
ïllen. Een boekje (in de z.g. Zwaai-
htserie), dat velen van nut kan
want het gewone woordenboek
t nu eenmaal vaak te kort als
t gaat om zuiver technische ter
uitdrukkingen.
n uitgave dus, die in hoofdzaak is
stemd voor de specialist. Dat kan
niet zeggen van "Elseviers
tozakboek", dat werd geschreven
or J. R. Kruger en natuurlijk is
:schenen bij Elsevier Nederland
V. (f8.90).
'Een vraagbaak voor iedere
itomobilist" wordt bij de introduc-
aan de titel toegevoegd. Daarbij
kan men ook lezen, dat een onder
zoek onder autobezitters heeft uitge
wezen, dat er dringend behoefte be
staat aan stuk degelijke informatie,
dat beduidend meer geeft dan het in
structieboekje in het dashboardkast
je van elke nieuwe auto. De onder
werpen zijn alfabetisch gerangschikt,
wat de overzichtelijkheid inderdaad
ten goede komt. Veel plaatjes, veel
algemene informatie en wat aan
wijzingen bij het opsporen van me
chanische storingen. Het formaat u»
ook handig, dus het kan gemakkelijk
ook in het dashboardkastje. Je weet
nooit.
DEZE PAGINA
IS SAMENGESTELD
DOOR
KOOS POST
Drs. Jan de Kleermaeker is nog
niet zo verschrikkelijk lang direc
teur van British Leyland Nederland,
maar bij het moederbedrijf in En
geland kent men hem al heel goed.
Want hij vertikte het met weinig
effectieve wapens ten strijde te trek
ken in een poging om eens verloren
terrein te heroveren. De Engelsen,
hadden hem de Morris Marina gege
ven om te vechten op de toch al
moeilijke Nederlandse automarkt.
Maar de kritiek op sommige onder
delen van deze wagen was niet mals.
Vooral het weggedrag was mikpunt
van de autopers. Bovendien werd hij
over het algemeen te duur gevonden.
Dat vond doctorandus Jan zelf ook.
Daarom heeft hij in Engeland flink
de vuist op tafel geslagen. "Zo kun
nen we in Nederland niet verder
gaan", moet hij ongeveer hebben ge
zegd. Hij wees op de bijzonderheden
van de concurrentie en de niet over
weldigende verkoopresultaten van de
Marina (ruim 4000 stuks in meer
dan anderhalf Jaar). Na veel heen
en weer gepraat gingen de Britten
door de knieën en dus kon de heer
De Kleermaeker kortgeleden ap
plaus van de dealers oogsten, toen
hij fikse prijsverlagingen mocht be
kendmaken.
En intussen had de fabriek in En
geland zich ook de kritiek ter harte
genomen. Men heeft flink aan de wa
gen gedokterd. "De verschillende
typen hebben geleidelijk aan een ge
heel andere specificatie gekregen,
dan bij de Nederlandse introductie in
maart 1972", betoogde men in het
Nederlandse hoofdkwartier in Gou
da. "De wijzigingen hebben voorna
melijk betrekking op een verbete
ring van de rij-eigenschappen en het
aanbrengen van veiligheidsvoor
zieningen".
De schokdempers werden verbeterd
de achterveren werden vervangen
aoor stijvere veren, de extra zware
torsiestaven zijn standaard geworden,
de positie van de schokdemperarm
is gewijzigd en de hoogte van de
stootrubbers bij de achteras werd
verminderd. Dat al die voorzienin
gen inderdaad hebben geleid tot een
betere hanteerbaarheid van de wa
gen ook op slechtere wegdekken
hebben we kunnen constateren, toen
de importeur ons een 1.8 liter voor
een week meegaf.
..Als men over wat mindere weg-
dekjes rijdt hobbelt, springt, danst
en wiebelt de wagen, dat het een
(minder) lieve lust is," schreven wij
vorig Jaar na de eerste kennis
making. We willen niet zeggen, dat
alles nu honderd procent voor elkaar
is maar de levendigheid is thans wel
teruggebracht tot aanvaardbare pro
porties.
Ook over
VW-centrum
in Leusden
In Leusden bij Amersfoort, rijden
robottreintjes.
Pon's Automobielhandel BV— de
importeur van Volkswagen heeft
het nieuwe kolossale centraal ma
gazijn nu ook officieel in gebruik en
in dat magazijn rijden als eerste in
Europa treintjes zonder rails, die
door computers worden bestuurd. Die
treintjes worden benut om alle ge
wenste onderdelen snel naar alle
hoeken en gaten van die gigantische
ruimte te kunnen brengen.
De gereedkoming van het maga
zijn betekende de afronding van 't
Volkswagencentrum, dat Pon in
Leusden heeft gebouwd. Al eerder
kwamen een distributiecentrum,
voor ruim 4.000 nieuwe auto's en een
imposant hoofdkantoor gereed. Met
het magazijn is de derde en laatste
bouwfase voltooid. Een ruimte van
180 meter lengte en 135 meter breed
te. Een totale vloeroppervlakte van I
25.000 vierkante meter en daaron
der in het sousterrain nog eens 28.000
vierkante meter.
In totaal herbergt het magazijn zo'n
40.000 onderdelen, verdeeld naar ty
pe en afmeting opgeslagen in een
aantal sectoren. Zoals de moderne
hefliftensector, bestaande uit zeven
stellingen van 35 meter lengte en 8
meter hoogte. Tezamen tellen ze
zo'n 32.000 verschillende vakken en
vakjes. Hier bevinden zich de mees
te onderdelen. Zeven personen in
even zovele hefliften zorgen voor het
verzamelen en opbergen van de on
derdelen. In totaal biedt het maga- j
zijn aan 100 personen werk.
geschiedt per trein,
de perrons binnen het ma-
gazijn liggen. Er kunnen tegelijk,
twaalf wagons worden behandeld.
vorig jaar verre van enthousiast. We
vonden ze vrij slapjes. Dat is één
van de veiligheidsonderdelen, die in
revisie zijn geweest. Er zitten nu
schijfremmen standaard op alle ty
pen en wel servo bekrachtigd. Het
heeft inderdaad geholpen. Verdere
verbeteringen zijn uitzwenkbare ach
ter-zijruiten bij de coupé's, wissel
stroomdynamo en een gewijzigde
benzinetankontluchting. En dat al
les gevoegd bij niet onaanzienlijke
prijsverlagingen.
De toch royale wagen, die wij re
den, een vierdeurs 1,8 liter kost
sinds kort f 10.350 wat zonder meer 'n
gunstige prijs kan worden genoemd.
We zullen nu niet weer ingaan op
alle details, die wij vorig Jaar zomer
hebben opgesomd. Een ruime, goed
uitziende wagen, redelijk wendbaar
en met redelijk pit. De zit van de
stoelen is goed en de afwerking laat
ook weinig te wensen over.
Over het benzineverbruik kun
nen we eigenlijk niet zo bar veel zin
nigs zeggen. We hebben ons als alle
weggebruikers aan de verzoeken van
het kabinet moeten houden, dus zijn
we zelden boven de honderd uitge
komen. En dan draaien we met zo'n
wagen nog altijd 1 op ruim elf kilo
meter.
Over topprestaties zwijgen we op
dit moment ook maar. Vorig Jaar
lagen die dik boven de 150 kilome
ter, er zal wel niets aan zijn veran
derd. Maar die prestaties zijn op dit
moment toch onbelangrijk. We heb
ben ons altijd op het standpunt ge
steld, dat wij pogen de indruk van
de gemiddelde weggebruiker weer te
geven. En die gemiddelde weggebrui
ker mag op dit moment nu eenmaal
niet aan topprestaties denken. Dan
wij ook maar niet.
De kerstkaartromantiek van on
dergesneeuwde boerderijtjes en
dennebomen valt in de winterse
praktijk van het autorijden ver
te zoeken.
Een vers gevallen sneeuwlaag
verandert in het spitsuur maar al
te gauw in een verraderlijke glij-
brei, die een groot aantal schade
formulieren in versneld tempo bij
de verzekeringsmaatschappijen
doet belanden.
Om in het winterseizoen goed be
slagen ten ijs te komen, moeten
remmen, ruitewissers, lichten, uit
laatsysteem, waterslangen, ven-
tilatorriemen en accu in perfecte
conditie zijn. Als de wegen glad
zijn moeten de bezitters van wa
gens met voorwielaandrijving op
passen, dat de kofferruimte niet
te zwaar wordt belast. Extra ge
wicht zoveel mogelijk vóór of óp
de achteras plaatsen. Dit heeft
een gunstige invloed op de stahi-
liteit van de wagen en voor
komt onregelmatige slijtage van
de banden.
De technici van Goodyear's ban
dentest- en researchcentrum in
Luxemburg moeten steeds weer
vaststellen, dat talrijke automo
bilisten het idee huldigen dat
door verlaging van de spanning,
de grip op de weg wordt verbe
terd. Een groot misverstand!
Banden met te weinig spanning,
verliezen een deel van hun hou
vast op het gladde wegdek, omdai
het loopvlak dan enigszins ho)
gaat staan en het gewicht van de
wagen dan hoofdzakelijk op de
buitenkant van 't loopvlak komt
te rusten. Een gevolg daarvan is
ook dat de profielgroeven zich
sluiten waardoor de band zijn an
ti-slip eigenschappen verliest
Laat dus de bandenspanning ge
regeld controleren en handhaaf
daarbij de voorgeschreven span
ning.
Gladde of bijna gladde banden
zijn in de winter natuurlijk hele
maal uit den boze. Een profiel
diepte van 2 mm is wel het min
ste om op een besneeuwd wegdek
de wagen nog enigszins in be
dwang te kunnen houden. Laat
uw banden bij de bandenspecia
list of garage controleren, en
schaf nieuwe aan als dit nodig
mocht blijken.
Nog een paar Ups voor het rij
den in de wintermaanden:
Extra afstand nemen van
voorliggers. Bij een snelheid van
80 km/u. bedraagt de remaf-
stand op een besneeuwde weg:
130 tot 160 meter. Op een "beijzel
de weg heeft de wagen 260 meter
nodig om tot stilstand te komen.
Rij langzamer dan gewoonlijk.
Bij snelheden boven 65 km per
uur op een besneeuwd wegdek,
kan de automobilist zijn voertuig
nauwelijks meer in bedwang
houden. Boven de 100 km per
uur speelt hij met zijn leven.
Kijk altijd goed uit, zelfs wan
neer de weg droog lijkt. In de
winter kunnen mist en neerslag
'n dunne ijslaag vormen.
Trap het rempedaal niet met
volle kracht in. De bekende
pomp-beweging is de beste ma
nier om slippen tijdens het rem
men tegen te gaan.
Wees attent op beschaduwde
weggedeelten, bruggen en oprit
ten. IJs en sneeuw blijven daar
langer liggen.
Op een glad wegdek in een ho
gere versnelling voorzichtig op
trekken. Dit voorkomt doorslip
pen van de aangedreven wielen.
Controleer geregeld of de kop
lampen en achterlichten vrij zijn
van sneeuw en ijs. Het Is een
kwestie van zien en gezien wor
den.
Vooral na een rit door de
sneeuw moeten de banden extra
worden gecontroleerd. Onder de
spatschermen nl. wordt de opge
worpen sneeuw verzameld, plak
stevig vast en vormt na enige Ujo
een harde kluit, waarbij de banc
net genoeg ruimte overhoudt om
vrij te rollen. Spijkers en andere
scherpe voorwerpen kunnen zich
in die sneeuwklult nestelen en bij
elke positie-verandering van de
band de schouder en het loopvlak
ernsüg beschadigen.
mm