Boeiende
thriller
trilogie
Wie is de duivel en wie zijn moer?
Dieren in natuurboeken sterven niet uit
Buiterman vertelt niet
de hele Ramblers Story
Belabberde vertaling,
van erg boeiend boeb
LANG LEVE PAULUS
JEUGDBOEKEN
Rake
dingen ol
vroi
ijdelheid
DE SPION f
STIERF YA
VERVELINi
PAGINA 10
DINSDAG 13 NOVEMbi
j,De mazen van het net" door Ro
bert Pollock, "De man met twee ge
zichten" door Desmond Bagley en
"Voor rekening van de minister
president" door Olie Högstrand.
Drie thrillers verschenen bg Else
vier Nederland B.V. (f9,90 per st.).
In de papieren wereld van de mis
daad loont het kwaad zelden of
nooit. Helaas is de werkelijkheid wel
anders. Robert Pollock, van huis uit
reclameman en privédetecbive heeft
ln zijn vlot geschreven boekje "De
imazen van het net" die realiteit
proberen te benaderen. Een groepje
inbrekers die hun ambacht se
rieus en met toewijding beoefenen
eetten met behulp van een mislukte
architect een kraak bij een zwaar
beveiligde bank. Een schier vol
maakte misdaad, geniaal van opzet
en uitwerking. Ondanks alle tegen
slagen loont het ditmaal wel de gro
te moeite. Desondanks weet Pollock
mog een spectaculaire ontknoping
aan zijn verhaal te breien, 'n Knap
boekje.
Trouwens, ook de andere werkjes
uit deze trilogie van Elsevier eijn
erg aardig om te lezen. "De man met
de twee gezichten" voert ons door
vrijwel heel Soandlnavië in het kiel
zog van een man, die ineens zijn
eigen identiteit kwijt is. Op 'n mor
gen wordt hij wakker in een vreemd
hotel ziet in de spiegel een volkomen
onbekend gezicht en blijkt over ge
heel andere papieren te besohik-
Samenstelling:
Bram van Leeuwen
Van de hand van Jaap ter Haar
zijn een aantal voortreffelijke Jeugd
boeken afkomstig. Dat is genoeg
zaam bekend. Het fameuze ..Boris"
(Van Holkema en Warendorf in
Bussum), het beklemmende, aangrij
pende verhaal van het Russische
jongetje Boris Makarenko dat in de
Tweede Wereldoorlog de slag om Le
ningrad meemaakt, kreeg een twee
de druk. En terecht. In dit boek doet
Ter Haar een geslaagde poging de
tragedie en de volslagen onzinnigheid
van 'n oorlog binnen het bevattings
vermogen van het Jeugdige lezersvoik
te brengen. Daar waar Boris Boris
ln contact komt met flarden van hec
dagboek van het omgekomen meisje
Nadja treft Ter Haar de sfeer zeer
goed en zuiver. Minstens zo indruk
wekkend van Ter Haar is „Het we
reldje van Beer Ligthart". (Van Hol
kema en Warendorf), het relaas van
een Jongen die als gevolg van een
auto-ongeluk blind wordt en dan
stap voor stap het leven weer in
moet. Goed geschreven en doorvoeld
zonder valse sentimenten.
Van een heel ander genre en ka
rakter zijn twee stripalbums van
Jean Dulieu met zijn markante held-
Je „Paulus de Boskabouter": Van
Oela's en Oorkraaien en De Reis
naar de puntster. Mooie, knotsgekke
verhalen.
Dulieu tekent Paulus al sinds 1946,
als ik het goed heb, en een stripheld
die zo lang stand houdt moet een
voudig wel goed zijn.
Voor de nog wat Jongere mensjes
heeft Elsevier in de Serie Toverlan
taarn een aantal platenalbums met
korte verhaaltjes uitgegeven: Slurf
Sloeber doet goede zaken, Het Slim
me Spook, Waroef en de droompira-
ten. Tekst van W. Ganzevoort, illu
straties van R. Embleton. Aardige,
fleurige werkjes.
R.P.
ken. Hij is plotseling een beroem
de, maar hem onbekende geleerde.
Hij gaat op jacht naar zijn eigen-ik,
komt al spoedig in contact met al
lerlei geheime diensten en lijkt in
onontwarbare knopen te zitten. Het
is allemaal wat ingewikkeld, maar
lekker leesbaar.
Tenslotte, de laatste en voor ons
de beste van de drie: „Voor reke
ning van de minister-presid'ent", 't
eerste boek van de Journalist Olie
Högstrand, waarmee hij meteen de
prijs voor de beste Zweedse thril
ler kreeg. Zijn Journalistieke pen
stelt hem in staat duidelijke sfeer en
scherpe achtergrond te tekenen voor
de ontvoering van het dochtertje van
de Zweedse minister-president. Het
lijkt allemaal heel simpel, maar al
lengs komen er vreemde aanwijzin
gen aan het licht. De Jacht op de
kidnappers is verbeten, maar achter
de schermen blijken hebzucht, intrige
en politieke angst een veel belangrij
ker rol te spelen dan het grote pu
bliek ooit zal weten. De wereld
wordt bedrogen, Högstrand zegt het
niet met zoveefl woorden, maar hij
suggereert het des te sterker in zijn
boeiend boekje.
KOOS POST
Op de levende natuur in onze
omgeving worden dagelijks nieu
we aanslagen gepleegd. Diersoor
ten worden met uitsterven be
dreigd, gebieden met zeldzame
planten worden omgeploegd en
geasfalteerd; kortom het leven
van bloem, plant en dier is nog al
tijd een sluitpost op de begroting
van onze moderne maatschappij.
Schijnbaar daarmee in tegen
spraak is de belangstelling, die er
voor de natuur bestaat. Elke zich
zelf respecterende omroep zendt
op de televisie wekelijks wel een
of andere natuurfilm uit en ook
op de boekenmarkt is duidelijk
een "hausse" te ontdekken in de
"natuurboeken -sector
Een van de fraaiste boeken,
dat de afgelopen weken verscheen
was het tweede deel van
Winkler Prins Encyclopedie van
het Dierenrijk. Als je het boek
met het schitterende fotomateri
aal doorbladert vraag Je Je hoe
het te rijmen is: aan de ene kant
de opoffering van de natuur, aan
de andere kant de belangstelling.
Zou die interesse geen vlucht
van de mens zijn in het boek om
dat de hem omringende natuur
steeds meer ontluisterd wordt?
In de fraaie encyclopedie van El
sevier is niets te merken van die
milieuvervuiling. De Siberische
zilvermeeuw wordt er oergezond
in afgebeeld, maar op hetzelfde
ogenblik drijven er misschien
een paar honderd in een teer- en
olieveld rond.
Als ik zo'n dierenencyclopedie
zie. vlei ik me altijd weer met de
hoop dat de lezers, en dat zijn er
gezien de prijs toch altijd nog veel
te weinig, door het lezen over de
diren wakker geschud zullen wor
den. Dat ze zullen beseffen dat er
vandaag nog iets dient te gebeu
ren om zoveel mogelijk van de na
tuur te behouden.
En dat het de moeite dubbel
en dwars waard is mag blijken
jit de inhoud van Elseviers ency
clopedie. Het gaat zoals we
bij de verschijning van het eerste
deel al schreven om een uniek
standaardwerk geschreven door
deskundigen uit de hele wereld en
eeïllustreerd met fotomateriaal,
dat zonder meer geweldig ge
noemd kan worden.
Naast de honderden kleuren- en
zwart-wit-foto's worden aan de
hand van tekeningen of sche
ma's waar nodig zaken ver
duidelijkt. En behalve onnoeme
lijk veel feiten over allerlei die
ren geeft het tweede deel bijvoor
beeld ook een uitvoerige be
schrijving van de Galapagos
Eilanden (een voorbeeld van een
bedreigd gebied) en de evolutie,
der dieren. Het pleit voor de sa
menstellers dat is getracht alles
op een vrij eenvoudige wijze
weer te geven zodat Je geen hoog
leraar in de biologie behoeft te
zijn om er iets van te snappen.
Ik sprak zoéven over het be
wustmaken van de schoonheid van
de natuur. Die kan niet vroeg ge
noeg beginnen. Vandaar dat ik 't
een goede greep vind van uitge
verij Helmond en uitgeversmij J.
H. Kok b.v. om speciaal voor de
Jeugd een boek uit te geven dat
de schijnwerper richt op de na
tuur. Het boek verhaalt op indrin
gende, maar op zeer simpele wij
ze over de gebeurtenissen in net
dieren- en plantenleven. De
tekeningen zijn over het alge
meen uitstekend gedetailleerd
ook al is de kleurnuancering hier
en daar niet helemaal perfect, 't
Overzicht dat in het boek gege
ven wordt is erg gevarieerd en ze
ker voor de jeugdige lezer "inte
ressant genoeg om te blijven
boeien. Met name de onderdelen
"Hoe dieren zich bewegen, hoe
dieren ademhalen en hoe dieren
zich voeden" maken het boek tot
een informatief werk
Voor de liefhebbers van plan
ten en bloemen is er ook goed
nieuws. De uitgeverij Zomer en
Keuning bracht een nieuw
bloemenboekje op de markt on
der de titel "126 bollen en knollen
in kleur". Het boekje, dat is ge
schreven door een inwoner van
Oegstgeest Wim Oudshoorn, ij
praktische gids voor de tuLnlief.
hebber geïllustreerd met talrijke
'raaie kleurenfoto's.
In het boekje worden zowel voor
(aarsbloemen (tulpen, hyacinten
sn narcissen) als zomer- en
jaarsbloemen (dahia's, gis
len en lelies) behandeld, st
wordt vermeld wanneer ze dj
grond in moeten, wanneer g
bloeien, welke hoogte ze kunnen
bereiken en of ze voor bloei |j
huis te gebruiken zijn.
Verder informatie over beme»
ting, plantenziekten en ander*
nuttige
BRAM VAN LEEUWQ
Besproken werden: Winkle
Prins Encyclopedie van het Dit- s
renrijk, deel 2 (voorintebenprjj T
f65.-), Uitgeverij Eiserier;
schijnwerper opDe NatuuL
(f 18.90) Uitgeverij Helmond/Ua. b
geversmij J. H. Kok bvKamptj
126 bollen en knollen in klem tl
(f 14.50). Uitgeverij Zomer
Keuning, Wageningen.
„The Ramblers' Story" door Jack
Buiterman, een uitgave van Van
Holkema en Warendorf, Bussum.
Prijs f 9,90.
De afgelopen maanden hebben we
van een bescheiden Ramblers' revival
kunnen genieten: er verschenen
grammofoonplaten met 't mooiste
gédeelte van 't in de 38 jaar van zijn
bestaande gevormde repertoire, er
werd een tv-programma aan besteed stuk boeiende muzikale geschiede-
en er is onlangs ook een boekje uit- nis. Bij tal van Ramblers hits (Het
gegeven over het wel-en-wee van het boemeltje van Purmerend, Wie is
orkest, dat tussen 1926 en 1964 een Loesje enz. enz. Tot mijn immense
grote populariteit genoot. Jacky Bul- vreugde is de complete tekst van Pie
terman. zelf een toegewijd Rambler, tertje Swing er bij) wordt even halt
heeft er een luchtig, aangenaam ge- gehouden.
schiedenisverhaal van gemaakt, dat Het enige hoofdstuk waar Bulter-
mooi aansluit bij het alom sudde- man kennelijk geen raad mee heeft
rende jeugdsentiment. geweten is dat over de Tweede We-
Voor wie nog niet zo stok is: The reldoorlog.
Ramblers was in het lichte genre De Ramblers hebben toen ge-
Neerlands meest beroemde orkest; de woon doorgespeeld, wat hen door ve-
band dankte zijn succes aan de in- ien kwalijk is genomen. (De Joodse
ventiviteit van en de goede sfeer on- Ramblers Sem Nijveen en Sal Doof
der de orkestleden. Tot de faam van moesten natuurlijk al gauw de
de band droeg in niet geringe ma- Wijk nemen). Ach, natuurlijk zijn
te bij de persoonlijkheid van orkest- ^e Ramblers niet „fout" geweest. Ze
leider Theo Uden Masman, die op gedreogen zich als 95 pet. vaal het
63-Jarige leeftijd overleed, koro Nederlandse volk: niet dapper en
naJd&t hg zijn Ramblers had orot- njet jafi mooi- er- tussenin. Uden
bonden. Aan hem is zeer terecht Masman zei dat zelf op 'n persconfe-
het boek opgedragen. Bladeren in rentie in januari-1946, nadat pu-
de Ramblers' Story, is bladeren in 'n
Griezelstrips
Strips zijn in, griezelen is in, sex
is in. Voeg dat triootje woorden bij
elkaar en ent daarop een beeldver
haal. Succes verzekerd, zal Meulen-
hoff Bruna hebben gedacht bij het
zien van de uitgave van Senic Press
uit Amsterdam. Semic Press heeft
een nieuw strip-blad uitgegeven mik
kend op de geweldige belangstelling
die er de laatste tijd voor beeldver
halen bestaat. Het is een blad met
de beste verhalen uit het Amerikaan
se blad Creepy (is griezelig) in het
Nederlands (nou, ja) Macabre ge
naamd. De tweemaandelijkse uitga
ve, kost 2,50 per nummer, brengt
griezelverhalen over vampiers, hek
sen en ander horror-gedoe. Niet om
te lachen, wel om lekker bij te sid
deren. PAUL DE TOMBE
bliek in Haarlem een optreden van
de band onmogelijk had gemaakt-
„Onze houding tijdens de oorlog was
ongetwijfeld niet heldhaftig. Maar
noch moreel, noch terwille van de
verdienste zijn wij ooit werkelijk
verkeerd geweest". Buiterman had er
goed aan gedaan dat precies zo in
zijn boek te vermelden in plaats van
het orkest zo'n beetje een stiekem-
verzet-rol aan te meten.
RUUD PAAUVV.
Titel: Majesteit met de
Schrijfster Annemie Macfl P1
Uitgeverij Het Wereldvenste
prijs f 17,50.
Een heerlijk boek om te
Je af en toe eens een beetje
te voelen, want Annemie M
vry zegt hier en daar rake
over de vrouwelijke ijdeüi as
malle kritiek die we vaak hel I8£
vorstelijke hoeden. Bij he fo:
van haar boek voel je je pasi fo
lukkig dat je bijna nooit i
bent een dergelijk hoofddel
dragen. "Majesteit met de 1
eigenlijk veel meer dan c
boekje met koninklijke hc
is de kleine cultuurgeschie
ae vrouwelijke hoofdbedekkl
lange tijd een muts is gewa ra
in de "belle epoque" als hoe 11
tij vierde. Dat de hoofdta L
van koningin Juliana hierbij
soort leidraad fungeert is ge
grappig bijkomstigheid, die oc
dat het verhaal je nog me ae
HENRIETTE V. D. B alt
Titel: Aarde in beroering. Auteur: moment veranderde het klimaat op
Immanuel Velikovsky. Uitgever: een ingrijpende manier en werden
Ankh-Hcrmes, Deventer. Prijs: oude beschavingen helemaal vernie-
f27.50. tigd. Hoe de Limburgse steenkoolla
gen ontstonden weten we nog goed
Het is voor een vertaler, die zich van de aardrijkskunde-lessen, voor
Titel: Paulus en de eikelmanne
tjes. Auteur en tekenaar: Jean Du
lieu. Uitgever: Van Holkema en Wa
rendorf, Bussum.
boek zet, taak zijn moedertaal (in
Het is een duur boek, dat wel. Maar dit geval het Nederlands) goed te
als je het even hebt doorgebladerd en kennen. Vooral wanneer het 'n boek
aan een moeilijk en vaak interessant zover we die ons kunnen herinneren.
Velikovsky heeft er een hele andere
lezing over.
heeft het reeds in huis en
Wie ook nog goed Engels to ve
liever het "echte": "Earth Kvt
heavel". De uitgever is D to
and Company in New YoA.
lint
PAUL WOLFS ini
De auteur is zeer degelijk te werk
Dulieu zijn) met grote en stijgende
bewondering hebt bekeken, dan vind
autoriteit op dit gebied. Als natuur
kundige, geschiedkundige, jurist me-
Eén en ander doet misschien ver
moeden dat ik Paulus de Boskabou-
ter een vervelend mannetje vind. vooral de tekeningen (die ook van betreft, dat over moeilijke zaken zo- gegaan. Geen wonder, want hij is een
Dat is niet waar. Ik vind het een
van de meest originele en wijze baas-
Is Paulus wakker geworden? Of Jes, die Neer lands kleuterdom kent. je de prijs helemaal gerechtvaar
zen wij wakker geschud? Zijn we Een soort Bommel voor de kleintjes, digd.
Want het moet gezegd, er zit 'n sub
tiel ondertoontje in de teksten van
Dulieu. Voor ons is dat grappig, ter
als aardbevingen en klimaatsveran
dering gaat.
Wetenschappers hebben niet altijd dicus, psycholóog, bioloog en psycho-
eindelijk af van Willie Wortel, en
meer van dat in het leven geroepen
luitjes? Ik hoop het maar.
Wanneer je behept bent met dezelf
de naam als de boskabouter, let je
altijd eventjes op. Zelf immer en al
toos voor deze gnoof uitgemaakt zijn
de. héb ik 'n enorme bewondering op
gebouwd voor ene Potter, die niet on-
verdienstelijk schilderde. Mijn oude dan uitgekookte (nou ja.heks weer veilig thuis in z'n eigen kabou- tig. En dat voor die prijs.
terboom. En daar is het goed toe- Er wordt ons verteld dat de laatste
ven. Hoera, leve Paulus. grote aardramp slechts (wat heet)
analiticus weet je echt wel wat. Maar
toch heeft Velikovsky bijzonder veel
naslagwerken en deskundigen
tantes schijnen nooit van die main te Eucalypta zijn in dit boek natuur-
hebben gehoord; ik zie ze ook niet lijk onlosmakelijk verbonden met
gevoel voor stijl in taal. Artsen en Ju-
Een geweldig voorleesboek voor risten bijvoorbeeld zien hun artikelen
paar turven hoge burger. in vakbladen vaak geheel omge-
Om met Oehoeboeroe te spreken: weirkt, omdat het anders niet te le-
wljl het voor de kinderen, die 't voor- "heiendal buitengemeen" lekker om zen zou zijn. "Omzetters hebben t
gelezen krijgen, spannend is. Als ze te hebben. Paulus, verzeild geraakt, dan zwaar.
bij de eikelmannetjes, gestrikt door De vertaling van het onderhavige
Eucalypta, weet zich echter toch boek. Aarde in beroering, is rond-
weer in de vertrouwde omgeving te uit belabberd. Het moet me van 't
De goede Oehoeboeroe en de meer plaatsen. Nou Ja, ik bedoel: hij komt hart. Het leest helemaal niet pret- haald Velovsky boeiend en uiterst
gedocumenteerd.
Wie in de materie van de aarde is
geïnteresseerd, weet zo'n boek
PAULS WOLFSWINKEL 3500 Jaar geleden plaatsvond. Op dat natuurlijk onmiddellijk te vinden, of
later zelf kunnen lezen, zullen ze be
grijpen waarom wij lachten, toen zij
huiverden.
Bergen en kloven, informatie over
de Alpen, het Himalayagebergte om
maar eens iets te noemen, de ver
anderde stand van de aardas, woes
tijnen en oceanen: hierover ver
ste
kleine eigenwijsje Paulus.
Hella Haasse. De Meester van de
Neerdaling. Querido. Amsterdam.
De twee verhalen die Hella Haasse
heeft samengebracht onder de titel
„De Meester van de Neerdaling", ho
ren volgens mij bij elkaar. Ofschoon
dat niet expliciet wordt gezegd,
meen ik toch ln het tweede verhaal.
De Kool, te doen te hebben met
de vrouwelijke vertelster uit het eers
te dat „De Duivel en zijn Moer"
heet. Ook zie ik ln verhaal I (Ik
zal de verhalen kortheidshalve als I
en n aanduiden) de zoon van de
zuster van de vertelster, die deze
laatste een tijdlang in huis heeft ge
had. Ik meen deze conclusie te mo
gen trekken uit de persoonsbe
schrijvingen op blz. 94 waar ln het
verhaal II de Nederlandse ver
zorgster van de Venetiaanse donna
Patrizia wordt vergeleken met „een
mager paard, rijp voor het slacht-
huis".'terwijl de vertelster uit verhaal
I" al op school en later door haar
broer Andrles wordt uitgescholden
voor JPeerd! Kavalje!". In verhaal
II wordt over de mannelijke helft
van een Jong echtpaar verteld op bl.
116 en verder, dat hij „op kostscho
len was opgegroeid" en over de „on
voorstelbare afzijdigheid van zijn
moeder". En nog verder: „hij kende
die ongetrouwde zuster van zijn moe
der nauwelijks, wist alleen dat zij een
speciale voorkeur voor hem scheen
te hebben omdat zij een tijdje voor
hem gezorgd had toen hij nog klein
was. Zij was Jarenlang ziek geweest,
overspannen". Dit alles geheel over
eenkomstig de beschrijving van de
Jeugd van „het neefje". In verhaal
II is deze Jonge man door een ge
heimzinnig telegram naar Venetië
geroepen om een oude tante die
zwaar ziek is op te halen, verzorg
ster van een allenstaande Vene
tiaanse edelvrouw. Hij haalt de tan
te maar vergeet een koffer van haar
mee te nemen. Op een volgende -els
samen met zijn vrouw gaat hij die
koffer halen, hoofdzakelijk op aan
dringen van zijn vrouw, die haar
nauwgezetheid op desastrueze wijze
beloond ziet.
Het geheel dat de beide verhalen
voor mij onmiskenbaar vormen heeft
die geheimzinnigheid die iemand aan
het magisch realisme doen denken.
De invloed van een zestiende eeuw-
se muurschildering „De Meester van
de Nederdaling" genaamd, die in de
beide verhalen een belangrijke rol
speelt, zou in die richting kunnen
wijzen. Ook het feit dat de belang
rijke figuur uit verhaal I, Edmond
genaamd, die door de vertelster voor
de verleider eerst van haar broer An-
dries en later van haar neefje wordt
gehouden, in verhaal II in andere
vorm weer opduikt, wijst in die rich
ting. Wat het kwaad van die verlei
ding precies inhoudt is niet duidelijk.
Mogen wij die vertélsber geloven, dan
is hier sprake van een demoralisa
tieproces. Luistert men echter naar
deze Edmond dan krijgt men een an
dere indruk. Dan zou men te doen
kunnen hebben met een vorm van
renaissance-opvoeding die deze Ed
mond de Jongens wil geven om hen
te behoeden voor de bekrompenheid
en beperktheid van de christelijke,
men zou bijna zeggen middeleeuw
se, die de knapen thuis ontvangen.
Ik gebruik die beide termen in een
poging te wijzen op de tijdeloosheid
die kenmerkend is voor het hele boek.
Toch moet de situatie plaats vinden
in een moderne tijd, want er wordt
gesproken over treinreizen en over de
tweede wereldoorlog b.v. Op dat he
dendaagse wijst ook de methode die
de verzorgster (de vertelster uit ver
haal I) toepast om haar pupil in
Venetië een beter en prettiger leven
te geven. Dat is een moderne metho
de die overigens weinig overeenkomst
vertoont met de strengheid waarmee
deze zelfde vrouw getracht heeft haar
neefjes op het goede pad te houden
Die strengheid heeft de neef inder
daad op dat goede pad gehouden, zij
het ten koste van zijn levensmoed
Maar aan de andere kant heeft de
vrijere leiding die de vrouw geeft aan
de niet helemaal goed bij het hoofd
zijnde donna Patrizia tot gevolg dat
deze laatste van een uitstapke zwan
ger terugkomt. De ene manier van
de vrouw deugt dus zomin als de an
dere en mogelijk zit hier het knoop
punt van de hele geschiedenis.
Waar zit het goed en waar het
kwade. De onschuldige Patrizia
baart als het ware het kwaad in de
vorm van haar boosaardige zoon Re-
nato (de hergeborene betekent deze
naam en men zou in hem de opvol
ger van Edmond kunnen zien als er
enige vergelijking mogelijk was), die
op zijn beurt weer de onschuldige
vrouw van de neef opsluit in een kel
der van het paleis die met het begrip
„oubliette" 't best aan te duiden is.
En waar zou het goede te zoeken
zijn? Toch niet bij de bazige, een
zame, van haar opvoedingscomplex
bezeten vrouw, die op haar wijze
haar best doet maar wie het zo over
duidelijk ontbreekt aan iets belang
rijks, het hart genaamd. Ook niet
bij die Jonge vrouw, die van goede
wil is, die zeker geen kwaad zal doen
maar die in de on-menselijke sfeer
van het geheel toch niet anders is
superieure mens voorstelt, verheven
het duivelse kwaad loopt. Is het mo
gelijk de bedoeling dat Egmond de
boven goed en kwaad, meer wetend
dan een mensje dat in de val van
en meer begrijpend dan zijn mede
mens? Een soort renaissance-figuur?
Maar waarom dan deze als de duivel
voor gesteld en de ontkloosterde non
die hem gebaard heeft, als des dui
vels moer? Of moeten wij lezers al
les zien met de ogen van de krank
zinnige vertelster uit verhaal I?
En is het vervolgens de bedoeling
er op te wijzen dat alleen een streng
christelijke levenswandel met ge
hoorzaamheid aan de tien geboden,
de mens enigermate tegen het kwaad
kan beschermen en zelf dit nog niet
volkomen?
„De Meester van de Neerdaling" is
voor mij een geheimzinnig boek
waarin nog vele andere aspecten in
andere richtingen wijzen. Zo is daar
b.v. nog de belangrijke figuur van
de knecht van Patrizia, Donato ge
naamd, die zich opoffert om de bei
de laatste afstammelingen van Pa-
trizia's geslacht op de been te hou
den, en toch ook niet een goed mens
genoemd kan worden omdat zijn mo
tief een uiting van bekrompenheid is.
Het zou te simpel zijn, om dit ver
haal een parabel te noemen met als
motief „Het kwaad overwint on
danks alles". Ik geloof dat ik toch
maar terug moet keren tot mijn idee
van magisch realisme waarbij de
vierde dimensie de vorm heeft aan
genomen van het tijdeloze, on
grijpbare kwaad die zich blijkbaar
bij voorkeur genesteld heeft in an
tiek en schilderkunst.
CLARA EGGINK.
Na de James Bond hausse
gekomen in het spionage-1 (yj,
tweede- en derderangs uitge 5
schijnen natuurlijk nog stó jg.
ever geheime agenten met1 et
le nul voor hun naam, die
schijnlijke avonturen beleve
tische landen, maar voor de
ver komt er toch niet
meer uit.
Wie uitgekeken is op de al
tiepe televisie-series, in M
lands alle werkjes al gelezen
er toch moeilijk genoeg van tra
gen zou kunnen proberen hi
boek van George Mikes te p
krijgen: The spy who died
dom. Het is nog niet vertu
een geroutineerde televi
heeft met het vlotte 1
geestige George Mikes weit
Het boek is vorige maan
nen bij André Deutch i
(voor wie het wil bestellen:
233 96379 0) en moet wordi
als een anti-spionage spi
man. Het gaat om de Jongt
kady, die in Moskou stiekem
kelde James Bond boekjes
van droomt ooit zelf een 9
te worden en zijns ondan!Aer
KGB als dekhengst op rijp*
se dames wordt afgestuurd
dan niet vermeende geheim flj)
futselen.
De lezer voelt de verse
tastrofes bladzijden van
aankomen, maar dit nieuwer
George Mikes (vooral bel 1
zijn knappe reisverhalen
Amerika, Japan, Israël es
dere landen) staat zo vol
tige en relativerende vondsf
speelse werk de echte lief1!
mag ontgaan.
Bij mijn weten is vi
ge Mikes nog niets in het
vertaald. Dit boek zou een 1
gin kunnen zijn van een 1
serie. JAN VAN
>i,tl»