Leidenaars aan pest n 1655 overleed 1 op Waarom nu juist cle fietsers? Leiden in loop der historie (deel 1) [JDAG 2 NOVEMBER 1973 Graag zou ik bij het artikel Paul Wolfswinkel in uw blad van 29 oktober een paar opmerkingen wil len plaatsen. Allereerst bevalt me de toon er vain niet. zo erg. Als zouden juist de fietsers de prettige sfeer in de Haarlemmerstraat verpesten. De fo to bij dat stuk bewijst wel het tegen deel. En die geeft een redelijk goede afspiegeling van de werkelijkheid. Wanneer men daar goed naar kijkt ontdekt men slechts twee actieve fietsers, een twijfelende en een non- actieve, terwijl minstens vier levens grote auto's de straat vullen. Laat ik voorop stellen dat ik zeker geen pleidooi wil houden voor, al dan niet actieve fietsers in de Haarlem merstraat zet die dingen toch in een klem en ga lekker wandelen maar dat zijn nu juist de gebeten hond moeten zijn, dat gaat me te Hoe komt het nu eigenlijk, dat er over de auto's nauwelijks gerept wordt? Ik denk dat ik dat weet. Daarom wil ik eerst even het vol gende aantekenen: Al meer dan een jaar loop Mc elke dag minstens twee, maar meestal driemaal door prak tisch de hele Haarlemmerstraat, maar ik heb 't nog nooit meege maakt dat er een automobilist be keurd werd, wel verscheidene fiet sers. Wat ik ook verscheidene keren heb gezien is dat de politieauto rus tig blijft staan wachten wanneer 'n voorganger die weg verspert (tijdens avonduren). Voor mij is het heel duidelijk dat de auto in betreffende straat (maar ook elders) privileges heeft. Ik ben ook zeer benieuwd naar de specificatie der bekeuringen in auto's, brommers en fietsers. Verder LEZERS SCHRIJVEN is er nog de klacht van inspecteur Ernst dat het niet gemakkelijk is om iets tegen de overtreders te onderne men. Is dat nu echt zo moeilijk? Of gaat men zonder beleid te werk? Wat dacht de inspecteur ervan om B. en W. eens te adviseren een par keer verbod voor fietsen en brom fietsen in te stellen en een verbod om deze aan de hand mee te voeren tijdens de middaguren? In Amers foort kan dat bijvoorbeeld wel. En op onze eigen markt op zaterdag ook. Wat dacht hij er verder van om bekeurde automobilisten 'n boete van f 100, bromfietsen f 75 en wielrijders f 50 gulden op te leggen? Daarover moet hij eens contact met de offi cier van justitie opnemen. Dat werkt zeer zeker preventief. Ik heb trouwens nog een aardige tip. Dien bij de minister van Justi tie (of bij de burgemeester, dat weet ik niet precies) een aanvraag in om kredieten beschikbaar te stel len voor de aanschaf van 2 lichte takelwagens. Daarmee voert men iedere fout parkeerder af. Tegen een forse boete plus betaling van de rit (de takelwagens moeten zichzelf te rugverdienen! kan de eigenaar zijn auto na 4 weken terugkrijgen. Ik kan de inspecteur verzekeren dat ook dit probleem na korte tijd de wereld uit is. H. v INGEN. Hooglandsekerkkoorsteeg 4. Leiden. verk voor moderne mensen. Bij zessen tegelijk! -p* Zes wijnglazen w- nu niet 23,70 15,75 maar Zes jus d'orangeglazen: 12,50 Zes borrelglaasjes: niet: 15,- n q P maar J "j Da's 6,951 IS 5,20/// 5,25 Tv: •oAj* a°t CIDEN. De viering van het zes- :ig bestaan van het Nederlands um bracht ons kortgeleden terug op de plaats, die de luwelijke herinnering levendig catastrofe, die Leiden Irige eeuwen trof: het Pesthuis, de ingang van dit "huis der ten" treft men nu nog een reliëf Rombout Verhulst aan, dat da- uit 1660 en waarop een voorstel en de verschrikkingen, die wer- eweeggebracht door de pest en in 1655 één op de zes Leidse etenen overleed. Deze vreselijke op dit reliëf gesymboliseerd staande vrouwefiguur met !rjten roede. Aan haar gewaad zpt zich een kind vast, terwijl deze figuur een uitgeteer- oeder een stervend kindje op de n houdt (foto Jan Holvast), eerste ernstige pestepidemie zich in Leiden reeds voor in in welk jaar niet minder dan 3000 ingezetenen - voor het me- :el opgroeiende kinderen en gere vrouwen - aan deze ziekte dpden. Enkele eeuwen later (in was dit sterftecijfer reeds op- n tot 14475 om in 1655 een tries ardhóogte te breiken. Van Juli oktober van dat jaar stierven al ongeveer tienduizend inge- len aan de pest. Jaren waarin nauwelijks nog gelegenheid j om de slachtoffers te begraven. ihoed renge voorschriften waren door i-^meentelijke overheid uitgevaar- i de epidemie een halt toe te Zo werd b.v. bij verordening aid, dat aan de deur van een wo- waarin de pest was uitgebro ken hoed of een krans van stro uitgehangen. Dit "uithangbord" t4(| ADVERTENTIE □00.000 gulden Is niet niks. ujker U dat U de autootjes van 1 F 2 VOORTMAN moest blijven hangen tot zes weken na het herstel of het overlijden van de zieke. Voorts was het verboden om vóór zes weken na overlijden of gene zing de kerken te bezoeken, met uit zondering voor een begrafenis of een uitvaart. Een ordinantie uit 1519 ver bood aan 'n ieder, die niet strikt no dig in het ziek- of sterfhuis moest zijn, zich voor de deuren of vensters op te houden. Bovendien was het verboden om kleding, dekens, lakens en bedstroo uit besmette huizen bui ten te hangen, op straat te werpen of in een gracht te gooien. Men moest dit zelf verbranden of naar de Vest- wal brengen om aldaar verbrand te worden. Teneinde verpesting van de lucht te voorkomen men deed toen ook reeds iets tegen milieuverontreini ging werd bevolen om de deuren en vensters van de besmette huizen gesloten te houden tot zes weken na overlijden of genezing. Tot de vele bepalingen om deze "pestilentie" te bestrijden behoorde ook de aanstel ling van pestmeesters om de lijders daaraan te behandelen en de inrich ting van een afzonderlijk pesthuis, voor de verpleging, waarover hieron der meer. Goddelijke bijstand Naast bovengenoemde ordonnanties tot bestrijding der besmetting wer den ook enkele voorschriften gegeven die ten doel hadden om de moed er bij de bevolking in te houden, hetzij door het inroepen van goddelijke bij stand, dan wel tot het tegengaan van paniek. Tot het eerste behoorde het uitschrijven van processies om "den menschen te willen verleenen ge zonde lichamen". Onder de maat regelen om paniek te weren valt het verbod om meer dan één kruis van stroo voor de deur van het sterfhuis te leggen en het vermijden van op vallende begrafenissen. Verder werd besloten om niet meer voor iedere dode de klok van een parochiekerk te luiden. Dit geschiedde in het ver volg uitsluitend 's avonds na het lof in elke parochiekerk voor alle die dag overleden personen. Op 16 augus tus 1655 toen de pestepidemie haar hoogtepunt bereikte waren het 133 overledenen waarvoor de klok werd geluid. Bouw Pesthuis Alvorens men in 1635 besloot tot de bouw van een houten pesthuis, buiten de singels, was reeds in 1458 een afzonderlijk pesthuis ingericht, dat een onderdeel uitmaakte van 't St. Catharine-gasthuis, dat zich eer tijds bevond aan de Breestraat, en zich uitstrekte tot aan de Aalmarkt. Teneinde "de meesteren van dit nieuwe pesthuis van penningen te voorzien" kregen zij de beschikking over f 12.000, t.w. van meesteren van het St. Catharine-gasthuis f 6.000, van meesteren van het St. Elisabethsgasthuis f3.000 en van de huiszittenmeesberen van de Diaconie der Nederduitse gemeente eveneens f3.000. Voor de benoemde "binnevader en -moeder" di'e daarvoor een Jaarlijk se vergoeding kregen van tweehon derd gulden plus kost en inwoning, werden strenge instructies vastge steld. Zo hadden zij er b.v. op toe te zien, dat alle verpleegden 's avonds om uiterlijk half acht in bed lagen. Voorts moesten zij "de keucken vry houden van alle vreemde persoonen en er op toezien, dat in het huys, geen taback noch brandewyn wert gedroncken". Weer een andere in structie luidde, dat zij er nauwlet tend op toe moesten zien, dat dienst meiden "ais yemant van de sieke persoonen, die aen de beterhant syn" naar de stad gingen. Dit mocht alleen geschieden indien men "een behoorlick billieth hadde becomen, van de binnenvader". „Heete ziekte" Aangezien "die van den Gerechte deezer Stede" bevreesd waren, dat ook niet-ingezelenen zouden probe ren in het nieuwe pesthuis opgeno men te worden, werd een verbod uitgevaardigd, dat opname van vreemde zieken strafbaar stelde. Die van den Gerechte stelde daarin na drukkelijk, dat alleen Leidse ingeze tenen "die van God den Heere met de heete ziekte der pest bezogt wer den" in het pesthuis verpleegd mochten worden. Men diende er voor te waken, al dus lezen wij in Frans van Mieris Beschryving der stad Leyden "Uit de nabuurige plaatsen ofte dorpen eenige zieken ofte kranken binnen deeze stad gebragt werden onder den naam ende deksel van ingezee- tenen deezer stede te syn". Daarom werd het verboden, dat schippers, schuiten, wagens, karren, sleden "of te ook andersints eenige zieken in 't pesthuis te brengen". Zij die dit toch zouden doen "verbueren haare scheepen, schuiten, wagens, paarden, karren ende sleeden". "De wagters aan de poorten ende watergaten" hadden op deze instructies nauw keurig toe te zien. Stenen pesthuis Tot de bouw van het voormalige van steen opgetrokken Pesthuis, waarin thans het Legermuseum is ondergebracht, werd in 1655 beslo ten. In 1661 was deze bouw voltooid. De verpleegaccommodatie was over acht zalen verdeeld, met een capa citeit van in totaal 214 bedsteden. De zalen keken uit op een binnen- met in het midden een vijver, waar langs ter weerszijden een stenen pomp (zie foto). In later jaren is deze vijver gedempt en maakte zij plaats voor de huidige binnenplaats van het museum. Om de „liefdegaven" voor de ex ploitatie van het pesthuis bijeen te krijgen werd in de zeventiende eeuw wekelijks een huis-aan-huis-collec- te gehouden. In 1697 werd deze col lecte afgeschaft en kwam er een Jaarlijkse inzameling op de tweede maandag in mei voor in de plaats. In de loop der eeuwen is het Pest huis naar zijn uiteindelijke bestem ming: het Legermuseum toegegroeid. Vogels van diverse pluimage hebben er hun huisvesting gehad. Kort na dat de vreselijke ziekte Leiden de rug had toegekeerd werden de ruimten gebruikt als hospitaal van ziekte en gewonde matrozen en sol daten. Verder is het achtereenvolgens in gebruik geweest als rijkswerkin- inrichting voor vrouwen, als rijksop voedingsgesticht voor Jongeren en als rijksasiel voor psychopaten. Van meer recente datum in 1939 bij de mobilisatie is het feit dat het huis nog korte tijd heeft dienst ge daan als militaire werkplaats. Een definitieve bestemming kreeg het gebouw met de inrichting als Leger museum, welk museum eertijd was ondergebracht in Doorwerbh. f! a s Op de huidige binnenplaats van het Legermuseum bevond zich in de zeventiende eeuiu een vijver. De kerkzaal van het voormalige Pesthuis aan het einde van de negentiende eeuw. Dit ziet de auto die staat te wachten de stoplichten op de Kore- De spiksplinter nieu- van Korevaargara- duinnell WASSENAAR blijft „natuur" lijk ook 's zondags OPEN pmakkelijk per bus bereikbaar NZH-Halte „Duinrell" I (extra busdiensten). 3 EN 4 NOVEMBER SKIBEURS gaat gewoon door landen - informatie ruilbeurs modeshows ge gaat nog grotendeels schuil achter een stokoude bouwval, waarin een leerwinkeltje op het punt staat zijn laatste adem uit te blazen. Natuurlijk kijkt men in de garage met spanning uit naar het moment van "overlijden" Eigenlijk rekent men er zo'n beet je op, dat het nog dit jaar gaat gebeuren. Dat de slopers nog in de komende twee maanden de restanten zullen wegvagen, die het volle uitzicht op de nieuwe aanwinst van Korevaargarage belemmeren. De familie Verberg heeft er overigens niet op gewacht. Gis termiddag werd de nieuwe show room met passend vlagvertoon in gebruik gesteld. Zeshonderd vier kante meter, een weelde van ruimte voor deze garage, die in het verleden de uitgebreide serie Fiats en alle Lancia modellen op een oppervlakte van 150 vierkante meter moest proberen uit te stal len. Wat prompt natuurlijk niet lukte. Maar gisteren konden de vele bezoekers (onder wie oud burgemeester mr. Van Kinschot, Figt-importeur Leonard Lang sr. hoogstpersoonlijk) met eigen ogen aanschouwen, dat men nu 35 automobielen goed de ruimte kan geven. Maar de gasten kwamen niet alleen voor de room en de show, maar ook voor directeur A. J. Verberg, die meteen het feit vier de, dat hij het zilver had gehaald in het bedrijf, waarvoor door zijn vader (G. Verberg) in 1935 in Katwijk de eerste steen werd ge legd. Daarom bleef het ook niet bij handen schudden. Bij herha ling bleken die handen goed ge vuld met leuke geschenken. Soms voor het bedrijf, soms voor de jubilaris privé, die overigens een beetje tegen zijn zin al een uur tevoren door het personeel was gehuldigd. Van dat gezamenlijke personeel ontving hij een klok, zijn vrouw kreeg parfum. Men had terecht geraden, dat er toch wel genoeg bloemen zouden ko men. Van zijn vader en zijn broer, de adjunct-directeur, kon hij een horloge in ontvangst nemen. Na de drukke receptie van vier tot zes uur begon de Fiat- en Lancia- shoio, die ook vandaag en morgen nog zal voortduren. (Foto Jan Holvast) Verlovingsringen De ruimste keuze. Blijvende service. De beste merken. Gratis graveren, desgewenst handgravure. Uw Juwelier v. d. WATER Het ligt in de bedoeling, dat onze chef-stad-in-ruste Sam Platteel onder het motto "Lei den in de loop der historie" van tijd tot tijd artikelen gaat publiceren over het Leidse le ven in de loop der eeuwen. Vandaag schenkt hij aan dacht aan de pestepidemie die de stad in het verleden enke le malen trof en waarvan per jaar tienduizenden ingezete nen het slachtoffer werden. "Die van den Gerechte dee zer steede" besloten toen tot de bouw van het Pesthuis. Door Sam Platteel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 3