„Ik strijd
voor wat
recht en
redelijk
is...
LEZERS SCHRIJVEN...
Actiegroepen: een winst voor de democrat!
VVDM: handjevol antimilitaristen
Prof. Hellema over zijn aanval op ministers en kamerleden
Amazone
kolonie
geen succ
ZATERDAG 29 SEPTEMBI
Muisstil zijn de reacties gebleven op het Haagse Binnenhof
na de felle aanklacht van de belastingdeskundige prof. mr. H. J.
Hellema aan het adres van ministers en kamerleden: „Bijzon
der opvallend hoe goed zij voor zichzelf hebben gezorgd".
In een betoog op het jaarlijkse con-
gres van de Koninklijke Broeder
schap der Notarissen gaf de oud
hoogleraar in het fiscale recht deze
cijfers prijs over de pensioenrechten
van diverse overheidsfunctionaris
sen. Een 59-Jarige minister met
acht dienstjaren heeft 1,1 miljoen
opgebouwd; een 55-jarige generaal-
majoor met volledig pensioenrecht
1,2 miljoen; een 50-jarig Kamer
lid met tien dienstjaren 500.000 en
een 65-jarige ambtenaar met veertig
dienstjaren en een salaris van
25.500 heeft een pensioen van
200.000.
Wie enige moeite deed kon op het
Binnenhof horen fluisteren, dat
„Hellema niet zo te keer moet gaan,
want hij is een van de best verdie
nende hoogleraren, dankzij een on
metelijk aantal commissariaten".
Een stille fluistercampagne die men
kan afdoen met „kift". Hellema
echter staat voor zijn beweringen.
In het groenrijke Laren, waar
Noord-Holland zo schilderachtig
lijkt, leidt een zandpad naar het
villa-achtige onderkomen van de
fiscale strijder voor wat „recht en
redelijk" is. Na enig wachten doet
hij zelf open, „omdat de dienstbode
blijkbaar de bei niet heeft ge
hoord". Een kleine, kale man. Iets
Door
Peter Riemersma
gebogen. Doet aan Schermerhorn
denken. Blijkt de formuleerkunst
van de oude Drees machtig. Later
zal hij met enige trots melden, dat
hij „bijna 73" is, „niet conserva
tief', maar „flexibel genoeg om met
zijn tijd mee te gaan".
Ook bekent hij „een flinke scheut
Fries bloed ki de aderen te heb
ben", hetgeen moet onderlijnen dat
hij is gesteld op zijn onafhankelijk
heid. „Maar de heren in Den Haag
maken het wel steeds moeilijker
voor een meeis om zijn eigen boon
tjes te doppen".
Zelf is hij van 1952 tot 1960 een
van „de heren" geweest. Hij was
toen lid van de Eerste Kamer voor
de ARP. Nu is hij partijloos. „De
ARP doet niets anders dan tegen
het bedrijfsleven aanschoppen".
Prof. Hellema meldt dat hij zich
als Eerste-Kamerlid heeft verzet te-
geg waardevaste salarissen en waar
devaste pensioenen. „Onjuist", oor
deelt hij, „omdat een bepaald deel
van de bevolking erdoor wordt ge
vrijwaard tegen de gevolgen van de
inflatie". Een ander deel kan zich
daartegen niet indekken. Voor die
categorie staat Hellema op de bres.
De zelfstandigen. Hij doceert;
„Men heeft wel de indruk, dat ik
tegen pensioen ben. Dat is onjuist.
Vanzelfsprekend moet iedere mens
voor de oude dag zorgen. Ik ben
echter tegen de verschillende be
handeling van loontrekkenden en
zelfstandigen. Loontrekkenden hoe
ven over hun pensioenpremie geen
belasting te betalen. Ook het deel
van de premie dat de werkgever be
taalt blijft onbelast. Neem nu een
loontrekkende met een salaris van
60.000. Daar gaat een pensioen
premie af van zeg 9000. Zelf be
taalt hij daar 3000 van en de
baas de rest. Hij houdt dan over
om te besteden 57.000 en over dat
bedrag betaalt hij ook inkomsten
belasting. Neem nu een zelfstandige.
Als die 57.000 wil overhouden om
te besteden moet hij 66.000. ver
dienen als hij, net als de loontrek
kende, ook 9000 achteruit wil leg
gen voor de oude dag. De zelfstan
dige moet echter over het volle be
drag van 66.000 belasting betalen".
Om de aandacht te vestigen op
deze „razend onredelijke toestand"
heeft prof. Hellema de pensioenre
geling voor ministers te kijk gezet.
In acht Jaar een pensioen van 1,1
miljoen. „Dat betekent een pen
sioenpremie van tenminste 125.000
per Jaar. Wat mij bijzonder ergert
is, dat over zo'n bedrag gewoon
wordt gezwegen als „de heren" het
hebben over inkomensnivellering.
Als een zelfstandige 125.000 per
jaar wil overhouden heeft hij vier a
viereneenhalve ton aan extra inko
men nodig. Bij de inkomensvergelij-
king moet je niet alleen naar heb
salaris kijken van een minister,
maar ook naar zijn pensioenpremie.
Als „de heren" een paar procenten
van hun salaris korten, stelt dat
niets voor, schijnheiligheid. Hun
pensioenopbouw gaat gewoon door.
Daar moet minister Boersma open
heid over verschaffen".
Prof. Hellema formuleert zijn be
zwaar: „Het verschil in draagkracht
tussen iemand die een pensioenpre
mie van een ton per jaar betaalt en
iemand die een premie van enkele
duizenden guldens neertelt wordt
onvoldoende benaderd door alleen
te kijken naar het verschil in sala
ris".
Over het regeringsvoorstel de ver
mogensbelasting te verhogen: „Het
is razend onredelijk om pensioen
premies. die toch een vermogen-
op-termijn vertegenwoordigen, bui
ten beschouwing te laten. En ie
mand die gewoon spaart wel in
komstenbelasting en vermogensbe
lasting te laten betalen".
Er zijn fabelachtige bedragen in
het pensioenspel. Hellema heeft eens
uitgerekend hoeveel de overheid
per Jaar meer aan belastinggeld zou
innen, als ook de pensioenpremies
en de premies voor de sociale verze
keringen in de fiscale tang werden
genomen. Zeven miljard gulden.
De oorsprong van „het kwaad" zit
al ingebakken in de eerste wet op
de inkomstenbelasting, die dateert
uit de vorige eeuw. Prof. Hellema:
„Daar zat al een beperkte vrijstelling
in voor pensioenen. Maar vroeger
maakte alleen de gewone arbeider
er gebruik van. Anderen konden
sparen en deden dat. Door de toe
neming van de belastingdruk zijn
echter steeds meer mensen met ho
gere inkomens de voorkeur gaan
geven aan het opbouwen van een
pensioen boven zelfstandig sparen".
Bij een wijziging van de wet in
1936 heeft de toenmalige minister
van financiën toegegeven, dat hier
sprake was van fiscale bevoorrech
ting van loontrekkenden boven zelf
standigen. Hij vergoeilijkte dat
met: „Ach, het heeft altijd in de
wet gestaan. En het gaat om be
trekkelijk bescheiden bedragen".
Prof. Hellema over de situatie nu:
„Het is toch een scheve zaak, dat
zelfstandigen ertoe over gaan om
een eigen besloten vennootschap op
te richten. Dan kunnen ze bij zich
zelf in dienst treden en vervolgens
als loontrekkende fikse pensioenpre
mies, belastingvrij, achteruit leg
gen". Met nadruk zegt prof. Helle
ma, dat op zich zelf belastingbe
gunstiging geoorloofd is als dat ge
beurt voor sociale doeleinden. Maar:
„Elke behoorlijke rechtsgrond ont-
Er is sinds kort voor zelfstandigen
een fiscale oudedagsvoorziening ge
troffen. Ze mogen een bedrag, be
lastingvrij, bestemmen voor later.
Commentaar van prof. Hellema:
„De regering hoeft zich niet op de
borst te kloppen. In feit gaat het
om belachelijk kleine bedragen.
Maximaal 7500 mag je achteruit
Een stuk oudedagsvoorziening van
prof. Hellema zelf bestaat uit in
komsten uit commissariaten. Gecon
fronteerd met de zinssnede uit de
troonrede: „De regering zal wette
lijke regelingen uitwerken om de
inkomsten uit commissariaten te be
perken", roept hij, dat bet dat vol
kom enduister is. „Commissarissen
irriteren d eheren blijkbaar. Waar
om. De inkomens worden gepubli
ceerd. Iedereen kan bezwaar maken
als hij meent dat het teveel as".
Onverbiddelijk slaat hij terug met:
„Als het ambt van minister attrac
tief gemaakt moet worden door een
hoog pensioenrecht, vind ik dat
maar griezelig. De ervaring toont,
dat een minister die een goed mi
nister is geweest zo terecht kan in
het bdrijfsleven".
Over het feit, dat geen kamerlid of
minister nog heeft gereageerd op
zijn verhaal: „De heren kijken wel
uit. Zij snijden niet in eigen vlees".
DEN HAAG Het ziet
dat het plaai voor de kolonisatj
het uitgestrekte Amazonegebii
Brazilië dat drie jaar geledei
grote ophef bekend werd gemajf
een volslagen mislukking
draaien.
De Braziliaanse regering stL-
destijds naar vestiging van
100.000 gezinnen in de drie bi
rijkste plattelandskernen lang
Transamazomica, de grote
dwars door het Amazonegebïei
voor 1974 hadden deze mensen
moeten vestigen in deze drie
nen, Maraba, Altamira en Ita
Maar, zo schrijft het Brazili
weekblad "Opiniao" tot dusve a
daar maar 3.000 mensen
veerd.
De oogsten vallen ook bar
vergeleken met de voorspellinge
de deskundigen van het iais
voor kolonisatie en landhervoi
Daarentegen hebben 28 gelilfc
uit verschillende delen van d(l5ie
reld nog pas vastgesteld di
grond in het Amazone-bekken
onvruchtbaar is.
"De bodem is erg arm, in h^;
zonder voor de teelt van voe<ek
gewassen en door de dichtheid L
karakter van de rimboe is he
moeilijk veel mensen naar de:
bieden te halen", zo zeggen
een onlangs gepubliceerd boek.
Volgens de Braziliaanse m
van landbouw, Jose Moura Cav
ti, was de bedoeling van h<
"de druk te verlichten in de
den waar maatschappelijke spj
gen heersten". Dit was e
eufemistische uitdrukking
plundertochten van duizenden
gerige boeren uit de droogtegel'
in dorpen en steden in de omg
De aanleg van de Transama;
en de kolonisatie van de omlf.
de gebieden maakt deel uit vi
streven van de Braziliaanse r
naar politieke hegemonie in
Amerika .Bovendien wil men
grootgrondbezit in het noordi
onaangetast laten, ondanks d
op de landhervorming, en de
plattelanders daar dwingen z:
het Amazonebekken te vestigen,
tie
In uw blad van donderdag 20 sep
tember Jl. publiceerde de kapitein J.
de Boer onder de tiel "Krijgsmacht
wordt mentaal ontwapend" een arti
kel, dat mij aan het denken zette.
Hoewel het artikel moeilijk leesbaar
was, vanwege de lange en ingewik
kelde zinnen, meen ik toch, dat er
enkele kanttekeningen geplaatst zou
den kunnen worden.
Ik wil slechts, om dit verhaal
kort te houden, ingaan op wat de
kapitein noemt "ontevreden radika-
le elementen in de vakbeweging, de
studentenwereld en onder de dienst
plichtige militairen" en het smij
ten met termen als "de meerder
heid van het Nederlandse volk" en
"aktief geïnteresseerde staatsbur
ger".
WD-vrijheid
Inderdaad vinden er in de samenle
ving de laatste Jaren veranderingen
plaats in de houding en mentaliteit
van grote groepen van burgers, in 't
bijzonder in die van de arbeiders
klasse. Dat niet al die veranderin
gen in het voordeel zijn van diegene,
die de zogenaamde V.V.D.-vrijheid
aanhangen, is evident. Meer en meer
groeit in de basis van onze samen
leving de idee, die "humanisering",
dat wil zeggen, de vermenselijking,
de mens als individu, als zelfstandig
vrij levend wezen erkennend binnen
de zakelijke, economisch bepaalde en
geredigeerde maatschappij voor
staat. Meer en meer komt men tot
het Inzicht, dat de ekonomie onder
geschikt moet zijn aan de menselij
ke, humanitaire belangen. Zo komt
er een strijd op gang voor een eer
lijker en rechtvaardiger verdeling,
van de welvaart, een strijd voor ge
lijke kansen om onderwijs te volgen
een etrijd voor echte demokratise-
ring binnen de bedrijven, om betrok
kenheid, medebeslissingsrecht in wat
er in en rond deze maatschappij ge
beurt. De samenleving is een zaak
voor iedereen, die er deel van uit
maakt.
Consequenties
Een dergelijke instelling heeft
uiteraard consequenties.
Niemand zal mijns inziens, kun
nen ontkennen, dat de hedendaag
se samenleving ruwweg kan worden
verdeeld in twee klassen: de arbei
dersklasse en de heersende klasse.
Relatief gezien maakt de heersende
klasse een klein gedeelte uit van het
totaal aantal deelnemers aan de sa
menleving. Enige tijd geleden was er
sprake van de tweehonderd van
Mentems, terwijl een korte tijd gele
den een Amsterdamse professor heeft
aangetoond, dat de groep die de ge
hele Nederlandse economie contro
leert nog kleiner is en slechts bestaat
uit een paar banken en levensverze
keringsmaatschappijen. Dat de
heersende klassen kost wat kost hun
eigen positie proberen te handhaven
en alle krachten, die hun positie on
dermijnen of trachten te ondermij
nen, tegengaan is, in him ogen, lo
gisch en gerechtvaardigd. De midde
len die zij, ter beveiliging en besten
diging van hun positie, kunnen aan
wenden, zijn legio en oppermachtig.
Een van die middelen is het politie-
en legerapparaat. De lezer herinner
zich omgetwijfeld nog wel de ge
welddadige ontruiming van de Lip-
horlogefabriek Ibe Besamco. Het
leger is dn dienst van de economische
machthebbers en is niet in dienst van
de gewone man, de arbeider. In
Frankrijk ziet men overal op de mu
ren gekalkt de leuzen: "Patrons
Flics".
Tot op heden hebben de kleine
Geachte Redactie,
Graag wil ik inhaken op het arti
kel van Kapitein ter Zee J. J. P. de
Boer over de verloedering van onze
krijgsmacht. Hoewel het artikel
vrijwel onleesbaar is door een wat
krampachtig taalgebruik, komt de
bedoeling wel over. Toch dient hij
naar mijn mening nog zwaarder het
accent te leggen op de schuld die de
Legerleiding zelf heeft in het uit de
hand lopen van de fatale ontwikke
lingen in ons leger. Het feit dat er
een WDM tot stand komt vloeit er
gens voort uit ons democratisch be
stel. Maar dat deze vereniging uitge
rekend in handen moet vallen van
een handjevol gezworen antimilita
risten is uiterst bedenkelijk.
De bedoelingen zijn duidelijk ge
noeg: in vredestijd de geloofwaar
digheid van het leger tenietdoen, door
uiterlijk en gedrag geheel aan5 de
willekeur van de afbrekende elemen
ten in het leger over te laten: in oor
logstijd iedere weerbaarheid uithol
len door de soldaten tegen die tijd
een bij de wet geregeld stakings
recht te verschaffen .Dat wij inmid
dels met ons ongeregeld zoodje Tupa
maros de risée van de hele Nato ge
worden zijn, zal de "heren" een
nauwverholen vreugde schenken.
Maar veel erger dan het voorgaan
de, en het onbetwistbare bewijs voor
de geestelijke milieuvervuiling in Ne
derland is, dat mensen die door leef
tijd en ervaring beter moesten we
ten, deze Agitprops voor vol aanzien,
en er mee aan tafel gaan eitten als
waren het gelijkwaardige gespreks
partners. Toen Kees Beemsterboer
werd opgevolgd door Paul Turken,
wisten de kranten ons mede te delen,
dat hij als enige kandidaat naar
voren was gebracht, en dat hij be
kend staat om zijn communistische
sympathieën. De giller doet zich dus
voor dat een aanhanger van een sys
teem, dat de voornaamste bestaans
grond van ons leger vormt, in dat
zelfde leger een vereniging tot be
hartiging van belangen der soldaten
gaat voorzitten. In de twintiger Ja
ren hebben ettelijke ludieke Amster
dammers een toentertijd bekende
clochard, Hadjememaar, op een ze
tel in de gemeenteraad gekregen
door hem tot kandidaatstelling over
te halen. De gelijkenis tussen Hadje
memaar en Turken, alsmede de ma
nier waarop zij in de bekendheid
kwamen is opvallend, en spreekt
boekdelen over het geestelijk kli
maat in Nederland. Denk alleen al
aan het feit dat de VVDM bestuur
ders, die WISTEN dat zij een straf
baar feit pleegden toen zij de natio
nale groetweigerdag uitriepen, niet
temin als nationale helden door - no
ta bene - kamerleden vergezeld, zich
te Nieuwersluis gingen melden, en er
prompt weer vandaan kwamen. Ver
gelijk deze gang van zaken met die,
wanneer door een tijdelijk ge
plaatst rood licht rijdt. Op het mo
ment van Uw veroordeling is het
licht allang weggenomen, maar ten
tijde van de overtreding was U fout,
U wist dat en prompt volgt veroor
deling. Niet echter met de VVDM, de
heilige koe van alles wat zich in Ne
derland afbrekend en ondermijnend
wenst op te stellen. Gefeliciteerd zij
het land dat zo fanatiek "Weg Met
Ons" weet te roepen!?! Als Koningin
Wilhelmina nog geleefd had, zou zij
in een vlammend decreet het predi-
caat Koninklijk op de meest eerlo
ze wijze aan onze krijgsmacht ont
nemen.
groep heerserd hun positie kunnen
handhaven, en dat was mogelijk o.m.
doordat via het onderwijssysteem en
informa.tiecon'trole de arbeider werd
dom gehouden of doordat hij in 'n
zondanige positie was gemanoeu
vreerd, dat hij niet kon opponeren
of er het nut niet van inzag over zijn
situatie na te gaan denken. Hem
werd voortdurend voorgesteld, dat
zijn positie Juist en rechtvaardig
was en dat middels de Christelijke
ethiek werd bevestigd.
Dat arbeiders, die nog altijd het
grootste gedeelte van de bevolking
uitmaken, kritisch ten aanzien van
hun werksituatie gaan worden en
men mag stellen, dat het bewust
wordingsproces door o.m. de VARA
en VPRO, maar ook door scholings-
praktijken van vakbonden en de pro
gressieve politieke partijen op gang
komt is vervelend voor de
machthebbers. Hoger loon, kortere
werktijden en betere sociale voorzie
ningen gaan ten koste van de winst
en dus tegen de belangen van de on
dernemer. Demokratisering en in
spraak, en een goed lopende onder-
nemingsarad beperkenk het eenzijdi
ge handelen en beslissen van de on
dernemer en beperkt dus ook zijn
vrijheid. Nog blijft er genoeg te strij
den over voor de arbeider en zijn
bond, zo lang daadwerkelijke in
spraak niet gerealiseerd is en zijn Ja-
en amenwerk, getolereerd door het
knullige Wetje op die Ondernemings
raden, een zoethoudertje is.
Dit soort diskussies moeten erg
vervelend zijn voor mensen, die de
huidige maatschappijstruktuur voor
staan en willen houden. Een eerlijke
verdeling van de welvaart en loon-
nivellering zijn voor hen moeilijk te
slikken. Zij verbergen zich achter
Staatsbladen en wetboeken en zeg
gen dat de wetten demokratlsch tot
stand zijn gebracht. "De meerder
heid van het Nederlandse volk" is
een frase, waar zij graag mee scher
men. Maar deze "meerderheid" is
door het onderwijssysteem, door de
autoritaire stukturen van de bedrij
ven en manipulatie van de informa
tie- en communikatiemedia onkundig
van de werkelijke problemen en on
geïnteresseerd in politieke en poli-
tiek-ekonomische zaken. Daaraan
hebben de heersers hun macht te
danken.
Van echte demokratie kan men pas
spreken, als beslissingen tot stand
komen, nadat alle betrokkenen heb
ben meegedacht over de problemen
van de samenleving. Dat is nu niet
het geval, want de arbeider heeft
nu helemaal niets te beslissen en
geen enkele inbreng in de proble
men die hem raken. Na de volks
stemming kan hij alleen maar toeho
ren, want middelen en kanalen, via
welke hij daadwerkelijke inbreng in
de gang van zaken kan hebben zijn
er niet.
Daarom zijn aktiegroepen en an
dere buitenparlementaire groeperin
gen een enorme winst voor de demo
cratie. De mate van tolerantie van
aktiegroepen is een criterium voor
de beoordeling voor het funktione-
ren van een democratie. In autokra-
tisch geregeerde landen worden ak
tiegroepen onderdrukt. Aktiegroepen
dragen bij tot verhoging van de kwa
liteit van de demokratie, want zij
spreken de taal van de gewone man.
Aktiegroepen zijn geënt op datgene
wat er op de basis leeft en gebeurt.
Zij zijn geworteld in de samenleving,
opgezet door de gewone man, soms
impulsief, gebasserd op emotionele
verontwaardiging, soms rationeel om
een bepaald doel te bereiken ter ver
betering van woon- of werkomstan
digheden buurtverenigingen, mi
lieugroepen e.d.). Het is daarom ook
belangrijk, dat ernaar geluisterd
wordt. Politieke groeperingen kun
nen erg belangrijk zijn, omdat zij bij
dragen tot een politieke bewustwor
ding bij de arbeiders en discussies op
gang brengen, waardoor zij hun si
tuatie kunnen beredeneren en stuk
dynamiek teweeg brengen in het po
litieke leven en een betrokkenheid
bij de arbeider bewerkstelligen en
weer daardoor een kwalitatieve bij
drage tot de democratie leveren.
Dikwijls verkondigen akiegroepen
een andere mening dan de mening
van degene, die deze maatschappij
structuur voorstaan, zoals
ren, omdat zij oppositie, voc
die van arbeiders afkomstig ij
preteren als communistische
tie of indoktrinatie, of zelfs
door Moskou ingegeven pogin
omverwerping van de samenl
Ze beschuldigen aktiegroepen
uitsluitend kwalitatieve verbei
en verandering van deze maatsi
pij voorstaan, van "terreur en
keur" en houden ze voor "mindi
den, die wat in "gemeen ov1
niet wil gelukken, dan maai
pstraat" gaan afdwingen". Mij
ziens is dit een manifest van
reur en willekeur" van r&
machthebbers, die ondermijninf
hun parasitaire positie vrezen. -
Aktiegroepen moeten doo
stuurders geacsepteerd worde:
gesprekspartners, als rappoi
van gevoelens en de opinie van
bevolking. Dan kunnen wij pa:
een democatie spreken.
Jan-met-de-pet
Het doel een betere maats e
pij voor te stellen is een noodza
en 'n reëel doel. Het erover nad<
en meedenken en daarvoor dep.
lisatie daarvan en daarvoor de t
gelijkheden te hebben te een el« 5,
tair ethisch recht van iedere bu'
Gelegenheid en mogelijkheid"
mening te manifesteren en ui
spreken in volle vrijheid zonde
pressie is een elementair dem
tisch recht waar Nederland
prat op is gegaan. Als het ech
gelijk is, dat Jan-met-de-pet
kelijk meedenkt en betrokken
maatschappelijke processen
daarbij de mogelijkheid heeft
daadwerkelijk in te zteten voor -
tuurverandering, ook die verr<
ringen, waarmee zijn baas het^1
eens is en dat voor hem voorwal n
werden geschapen waarin hij
volledig kaai ontplooien en scholf
zich in te zetten voor die struk e
verandering, dan pas kan
ken van reëel demokratie.