loe Donner (onnodig) terloor van Planinc lok en pluim zijn nog altijd favoriet 1 Vaderschap der eerste Belgische postzegels EN BEETJE VOORUITDENKEN j sport VIS „SPORT" van Weizen laat ik u nog twee aardige partijen zien uit het .toernooi. Later hoop ik dieper op de prestaties der spe- jnte gaan en de laatste nieuwtjes uit de doeken te in het AVRO-toernooi bleef, leed in de lUnde al een nederlaag tegen j wereldkampioen Petros jan, had dit aan zich zelf te wij- Bls onderstaand duel ons laat fit: T. Petrosjan (USSR) rart: L. Szabo (Hongarije) engelse partij 1. c2-c4 Pg8-f6 2. Pbl-c3 c7-c5 3. g2-g3 d7-d5 speelt ook wel eens d6, ge- joor g6. o.a. Karpov. Szabo, de opening altijd agressief op laat ons zien dat ook de tekist>- 'speelbaar is. 4. c4xd5 Pf6xd5 5. Lfl-g2 Pd5-c7 ftspeler wil zijn dame-loper 5e6 insluiten, omdat van plan is om e7-e5 te 6. d2-d3 e7-e5 7. Pgl-f3 Pb8-c6 8. Pf3-d2 Lc8-e6 lijnlijk niet de beste zet. So lider is 8Ld7, om een dubbel- pion op de c-lijn te voorkomen. De partij kon dan nog alle kanten uit. Lg2xc6+(!) b7xc6 10. b2-b3 Pc7-b5 11. Pc3-a4 Dd8-d5 12. f2-f3 Lf8-e7 13. LcL-b2 h7-h5 Opnieuw te scherp. Zwart had beter gedaan kort te rokeren en de witte aanval rustig op te vangen. 14. Tal-cl h5-h4 15. g3-g4 Le6xg4(?) Maar dit is te veel van 't goede! Men hoeft geen deskundige te zyn om te constateren, dat dit offer niet correct is. Weliswaar krijgt Szabo twee pionnen voor de raadsheer, maar zijn lichte stukken staan niet best opgesteld. 16. e2-e4 Dd5xd3 17. f3xg4 Le7-g5 Ook 17h3 helpt niet, vanwege het eenvoudige 18. De2 enz. 18. Pa4xc5 Dd3-h3 19. Ddl-e2 Ta8-d8 20. Tcl-c2 Lg5-f4 21. Pd2-fl Th8-h6 22. De2-g2 Dh3xg2 23. Tc2xg2 Th6-d6 24. Tg2-c2 Petrosjan staat een stuk voor. maar Szabo bezit de open d-lyn. De Rus moet dus wat barricades opruimen! 24Td6dl-f- 25. Kel-e2 Tdl-bl 26. a2-a4 Pb5-c7 27. Pfl-g3! Ook een oplossing van het probleem Wit geeft materiaal terug ten einde SCHAKEN de penning langs de eerste rij op te heffen. 27Tblxb2 28. Tc2xb2 h4xg3 29. h2xg3 Lf4xg3 30. Thl-h8+ Ke8-e7 31. Th8xd8 Ke7xd8 32. Tb2-d2 -f Kd8-e8 33. Td2-d6 Zwart gaf het op. Zwart heeft geen behoorlijke zet meer. DONNER'S VERLIES Wit: J. H. Donncr Zwart: A. Planinc (Joegosl.) 1. d4 Pf6 2. c4 c5 3. d5 (De Benoni- verdediging. Donner speelt het ook vaak met zwart. Nemen op c5 biedt Slotstelling b c d e f e h geen voordeel. Zwart herovert de pion het best met 3e6) 3. e6 4. Pc3 exd5 5. cxd5 d6 6. Pf3 g6 7. e4 Lg7 8. Le2 0-0 9. 0-0 Lg4 10. Lf4 Te8 11. Dc2 a6 12. a4 De7 13. Tfel Pbd7 14. h3 Lxf3 15. Lxf3 c4 16. a5? (Dit moet, volgens de meeste commentatoren de foutzet zijn) 16. Pc5 17. Te2 P6d7 18. Ta3 Pb3 19. Ddl Pe5 20. Le5: Lxe5 21. Pa4 Pd4 22. Tel Pd5 23. Tal Tac8 24. Tacl Ld4 25. Te2 Dd8! 26. Tec2 Dxa5 27. Txc4 Txc4 28. Txc4 Lg7 29. b4 Dd8 30. g3 Pa3: 31. Tel b5 32. Pc3 Db6 33. Le2 Ld4: 34. Db3 Lf2:+ 35. Kg2 De3 en wit gaf op. BISHOP [in augustus werd in Nijme- er het traditionele vakantie- gehouden. Het evenement werd gewonnen door de Rot- mers Boelaars-Edenburg ditmaal om de kleinere spel- mm jdems kwamen maar heel IHim voor. it volgende spel was het voor m idspelers weer lachen, maar aantal anderen huilen ge- gever. Allen kwetsbaar. lel Noord-Zuid paren waren te- lerifekomeii in een 5 klaveren en-manche. Meestal hadden it zich met ruiten en soms ^ppen in de bieding gewaagd i] hebben samen zo weinig dat zij de machines van Zuid maar lieten spelen in tuiging dat die waarschijn- gemaakt konden worden. NOORD A 10 8 2 9964 O B 6 10 8 7 5 WEST OOST H B 9 6 5 4 3 9 H B 8 7 3 O 10 84 OAH97532 A V 4 2 4. 3 ZUID V 7 9 A V 10 5 2 O V A H B 9 6 Voor de manche in klaveren is dat inderdaad het geval want Zuid kan onmogelijk ontkomen aan een ver- liesslag in harten, ruiten en klave ren. De 4 harten bieders legden het parkoers echter haast allemaal suk- sesvol af. Zuids sukses was meestal te dan ken aan Oostspelers iie de ruiten- uitkomst namen en gretig probeer den de tweede ruitenhonneur te in casseren. Zuid troeft deze echter af, slaat harten aas en brengt West BRIDGE vervolgens met harten heer aan slag. West zit dan in een verloren posi tie; schoppen spelen geeft de leider de gelegenheid twee slagen in die kleur te maken, klaveren is regel recht in Zuids vork en wanneer de arme West ruiten kiest troeft de lei der op tafel en gooit m de hand 'n schoppentje af. Het onwinbare 4 hartenkontrakt wordt daarmee ge maakt maar is eigenlijk al in de tweede slag door Oost gewonnen ge geven. Gelukkig waren er ook Oostspelers die de moeilijkheden voor hun part ner zagen aankomen, zij namen de eertse ruitenslag en beseften dat als West aan slag zou komen, hij geen fatsoenlijk naspel zou hebben. Sommige Oostspelers speelden kla veren na, anderen schoppen en in beide gevallen klaart de Westelij ke hemel op. Bij schoppen naspel kan West als hij met harten heer aan slag is, de andere hoge schop- penhonneur inkasseren. Bij klaveren naspel kan West met harten heer aan slag, zijn partner een introever in klaveren geven. Het spel is voor Oost een leerzaam tegenspelprobleem. Hij mag per sé de tweede ruitenslag niet trachten te inkasseren en kan dat eigenlijk ook van tevoren zien wanneer hij een beetje vooruit denkt A. BOEKHORST BLAD VAN DE PHILATELIQUE CLUB van België werd een uitvoe rig schrijven gepubliceerd van Paul Roby. redacteur van het dagblad „Le Soir". Deze handelt over wie nu wel de gravure van de eerste Bel gische zegels heeft gemaakt. „Het is jammer, dat bij het zien van de kopijen van brieven van de Post administratie aan Jacques Wiener, haastig beslist werd dat het Wiener was dit de eerste zegels gegraveerd heeft". Roby vervolgt: „Inderdaad, indien men aandachtig leest, dan komt men tot het resultaat dat Wiener enkel belast was met het leveren van het materiaal dat no dig was om postzegels te vervaardi gen, deze teksten brengen geen en kel bewijs dat Wiener de gravure uitgevoerd heeft. De eerste twijfel omtrent het eks- klusief vaderschap van onze eerste zegels, dat toegeschreven was aan Jacques Wiener, werd uitgespro ken door een diepdrukgraveerder die het prachtig medaillonwerk van Jacques Wiener kende en die oor deelde dat het niet mogelijk was dat deze de gravure in diepdruk uitge voerd had die gebruikt werd voor het vervaardigen van de zegels; de ze twee procedees waren zeer ver schillend de een van de ander en eis ten talrijke jaren van praktijk. Andre geleerden en ondervinding- rijke filatelisten boven zich over het probleem, onder hen was Ro bert Delapierre, die in Belgische fi latelistische kringen eensgezind als de beste kenner van onze epauletten bekend staat en die door zijn tal rijke studies al de bijzonderheden in de kleinste details kent. Stippen wij aan dat Delapierre één van de zes Belgische filatelisten was die tus sen de meest eminente verzamelaars van de wereld geroepen was om de fameuze ..Roll of Distinguished Phi latelists" te ondertekenen. Ik heb de vragen van de auteurs van onze eerste zegel op punt gesteld door de verschillende zeer rijk gedokumen- teerde artikels samen te vatten die reeds sedert 1945 hierover geschre ven werden, en ik heb hieruit het enige mogelijke logische besluit ge trokken. Dit besluit is ten ande re sedert lang een zekerheid ge worden voor al de gespecialiseerde katalogus van Willy Ballasse, dat een werk is dat eerbied afdwingt in deze materie, de Belgische tekenaar Baugniet en de Engelse graveur Robinsin als de makers van de e- pauletten citeert. Deze op puntstel- ling is in 4 van mijn kronieken van ..Le Soir" verschenen en om de tek sten te staven heb ik mij omringd door alle mogelijke dokumentatie. zoals ondermeer van Delapierre. Deze heeft mij ondermeer gezegd dat hij zich in de tijd van de eerste twijfels naar de Heer Lionel Wie ner begeven heeft en met hem al de dokumenten die in een grote far dé zaten die de briefwisseling van Jacques Wiener bevatte, onderzocht heeft. In geen enkel dokument heeft deze beweerd de auteur van de epau letten te zijn, noch van ze gegra veerd te hebben en zelf heeft hij er nooit aan om het even wie een zin speling over gemaakt. Anderzijds moet men rekening uouden met wat er in een Ameri kaans tijdschrift "Stamps Col lector's Magazine" van oktober 1863 geschreven werd: Onlangs heb ik de POSTZEGELS gelegenheid gehad in 'n verzameling van een vriend twee proeven te on derzoeken die hem aangeboden wa- len door Dhr. H. Robinson, die ze in i&49 voor rekening van de Belgische .egering gegraveerd had. Die ene is oe proef van 20 centiemen van het lype dat in 1849 aangenomen werd. Noteren wij, dat dezelfde verwar ring eveneens ontstaan is voor de Hollandse zegels waarvan het va derschap van de eerste uitgifte even eens aan Jacques Wiener toegeschre ven werd. Officiële dokumenten die later weergevonden werden bewezen dat de gravure gemaakt was door de Amerikaanse graveerder Kaiser. Tenslotte als bijvoegsel verklap ik U aat Leopold Wiener de broer van „acques de gravure gemaakt heeft van de eerste Portugese zegels even als van de eerste omslag van Bel gië die een gedrukte zegel droeg. Maar deze zegels en de zegel op de omslag doen zich in reliëf voor, bij gevolg werd de gravure gemaakt door het procédé van de meda il- list en niet van de diepdruk-gra veerder. Dit wordt gezegd zonder ook maar één haartje de verdiensten van Jacques Wiener te willen verkleinen, want alhoewel hijzelf onze epaulet ten niet gegraveerd heeft, heeft hij toch de supervizie van de vervaar diging gehad en indien onze epau- «ctten thans tussen de mooiste uit gillen van de wereld worden gere kend, dan hebben wij dit aan hem te danken". - |kR Jj <MR!(ir. - r «3 In Zweden ivordt op 22 september eeri serie van vijf zegels gewijd aan beroemde ontdekkingsreizigers Algebeeld werden Carl Peter Thunberg. Anders Sparman, A. E. Nordenskiöld. SA. An- drée en Sven Hedin. Alle ze gels hebben een frankeer- waarde van één kroon. Tot zover deze lange brief, die mc- pelijk toch wel van belang is voor de verzamelaars van België en van Ne derland. Tenslotte wil ik u dan nog vertellen, dat in Zweden de mooiste tegel van het jaar is gekozen. Het werd de troonrede van koning Gus- lav VI Adolf uit de serie, die ter ere van zijn negentigste verjaardag werd uitgegeven. Niet minder dan 39.618 inzenders uit 53 landen werkten aan ocze verkiezing mee, 7.877 brachten hun stem uit op de bewuste zegel. PIETER TAFFIJN. et sportvisserslegioen als één man besluiten om in het g tijdens het vissen geen brood meer als aas en voer liken, dan valt te vrezen dat de omzet van vele war- koude bakkers flink zou dalen. Want hoewel het in de eerste plaats voor de menselijke consumptie Jidigd wordt, gaan er dagelijks heel wat knipjes, fluit- lerenbruintjes, kropjes en moutbroodjes mee naar de [ant om daar in allerhande vormen in het water te in gedeponeerd. is hoe we het ook bekij- belangrijkste aas. Bo- kunnen we er op vele ver lende manieren mee vissen, it bekende toepassing is de of het „pluimpje", al kunt waarschijnlijk uit uw kin- herinneren, dat u er irige ronde balletjes van Dat ze keihard en nau- voor een vis te consumeren tonder een gecompliceerde uk op te lopen, sprak toen ot uw verbeelding, el ieder vissertje in de dop egonnen en allemaal zijn ze ortere of langere tijd achter- i, dat er betere en succes- utrekkelijke presentatie van >d omdat de vis weinig moei te doen, om zich van het meester te maken. Het be- van een vlok aan de haak Ti] eenvoudige zaak: u trekt :s met twee vingers fcje brood uit een sneetje, dat rondom de haak en et voorzichtig vast. hard hard, want dan moet de vis lappf^l moeite doen om het laat- !e eraf te krijgen. U merkt s zelf wel wanneer u het 1 "hard vastknijpt. U zult dan de losse pluim eraf gegeten dat het hardere stukje er "fto blijft zitten. westie van „even de slag krijgen" geldt ook voor de bekende „pluim". Ook hier stukje brood uit een bo- getrokken en wordt er tus- n en wijsvinger een puntje Iftaid. Met die kant wordt de punt van de haak gezet, touant op deze vlok en pluim vaak toegepast door wed- sers. Om niet teveel tijd te F met het aanslaan van nemen zij steeds een mi- ftukje brood in de mond ea daar onder toevoeging van eteel met de lippen en de 11 handzaam formaat vlokje PJe van. De grootte van de vlok of de pluim hangt steeds nauw samen met de vissoort die men wil vangen. Voorns en bleien kunt u met heel kleine stukjes proberen te verlei den en voor de brasem kunnen soms "•V.kken van twee tot drie centime ter goede resultaten geven. De vraag welke soort brood we 't best kunnen gebruiken laat zich moeilijk beantwoorden. Hier kun nen de omstandigheden vaak per viswater verschillen. Persoonlijk geef ik vrijwel steeds de voorkeur aan vers lichtbruin brood, maar het is al verschillende malen voorgekomen dat ze het aan de witte vlok beter de den. Gebruik in elk geval steeds vrij vers brood, omdat oud brood snel korrelt en in het water vrij snel uiteenvalt. Vers brood Heeft u niet direct de beschikking over vers brood, bijvoorbeeld wan neer u maandagmorgen vroeg gaat vissen dan is er altijd nog de mo gelijkheid om van oud brood deeg te maken. Neem in zo'n geval een paar stukken brood zonder korst en bevochtig die met water of melk. Daarna moet u het zo lang met de nanden samenpersen, totdat er een kneedbare massa ontstaat. Voor ve le sportvissers is dat nog niet vol doende en zij voegen er dan ook al lerlei stoffen aan toe waarvan ze menen, dat ze de aantrekkings ki-acht op de vis nog vergroten. Zo zijn er hengelaars die zweren bij anijsolie, kleine schilfertjes ui of beginnen als ze steeds aan het eina van de dag hompen brood krij gen toegeworpen te begrijpen, dat het in de buurt van de hengelaars goed toeven is. Ze blijven dan ook de hele dag in de buurt van uw „steic kie" rondzwemmen. U krijgt nau welijks de kans om een stukje voer te gooien of ze zitten weer boven on uw pen. Eén ding moet u nooit doen: dat is broodresten langs de waterkant la ten liggen. U draagt er alleen maar toe bij, dat er ratten of muiz».i op afkomen en ook zonder uw brood hebben we al genoeg last van deze beesten. En breek dan ook eens met ie gewoonte om het plastic of pa pieren zakje, waarin het brood ver pakt zat in het water te smijten. Ziet u uw vismaal zoiets doen, wijs hem dan op zijn verantwoorde lijkheid om ons toch al zo vervu.1 de milieu niet nog meer te veront reinigen. En stoort hij zich niet aan goede woorden, dan moet u het maar eens doen zoals een van mijn visvrienden deed. Vis het zakje uit het water vul het tot de rand met water en deponeer het vervol gens in zijn vistas of vismand. Tien tegen een dat hij het de volgende maal wel uit zijn hoofd laat. Tips knoflook. Weer anderen kneden er een aardappeltje door om het deeg wat kruimiger te maken en er zijn ei ook, die het deeg een ander kleur tje geven met custardpoeder of rode verfstof, (soms zelfs bloed). Hoe het Dok zij, als u er maar steeds op let dal het niet te stevig wordt; belang rijk is dat het de vis zo gemakkelijk mogelijk wordt gemaakt. Het bezwaar, dat deeg in de open lucht vrtj snel uitdroogt is te on dervangen door de aanschaf van een deegspuit. Zo'n spuit heeft de vorm van 'n injectiespuit en één druk op de knop is voldoende om een stukje aas tevoorschijn te brengen, dat snel op de haak kan woeden gezet. Deegspuiten zijn een veel voorko mend attribuut tijdens concoursen. Er zijn sportvissers, die soms vier of vijf spuiten met verschillende deegsoorten om hun hals hebben hangen en steeds een ander soort gebruiken, wanneer de bijtlust wat minder wordt. Vooral de zoge naamde „torrepikkers" maken er veei gebruik van. Lokvoer En dan kunnen we ons brood na tuurlijk ook nog gebruiken als lok- voer. Kneedt u het nakgemaakte brood kort, dan valt het in het wa ter ook snel uiteen. Wat langer kneden en in de vorm van balletjes krijgt u een lokvoer, dat beter vol doet in (iets) stromend water. Heeft u liever een zwevend voertje, dan moet u het brood op een droge plaats bewaren en na een paar da gen even in de oven leggen. Het brood wordt dan hard en door het over elkaar schuiven van twee sneetjes krijgt u een meelpoeder, dat uitstekend als zweefvoertje te ge bruiken is, eventueel in combinatie met speciaal vervaardigd lokvoer dat in de handel is. Tenslotte nog een laatste gebruiks mogelijkheid van brood aan de wa terkant. Dat is het vissen met de drijvende korst. We bevestigen een stukje korst aan de haak en dopen dit even in het water. Het brood krijgt, daardoor enig werpgewicht en kan daardoor vele meters worden v.f ggezet. Deze methode wordt voor- a, toegepast in vrij rustig en dicht begroeid water, waarbij de henge laar het gemunt heeft op de kar per. De beste resultaten met deze viswijze worden bereikt in de vroe ge ochtenduren en tegen de avond schemering. Gewetensvraag Nu een gewetensvraag: wat doet u met het brood dat u aan het eind van 'n visdag over heeft? Smijt u dat zomaar in het water? Of bergt u hel keurig op in uw vistas om het thuis m de vuilniszak te deponeren? Het opvoeren aan de eendjes is een goe de bestemming, maar er is wel een nadeel aan verbonden. De eenden Tenslotte nog een paar tips om uw brood zo lang mogelijk vers te hou den. Laat uw brood om mee te vis sen nooit in de zon of op de wind liggen. In zeer korte tijd Is het uitgedroogd en onbruikbaar. Berg het ook direct als het gekocht heeft op in een plastic zakje en .sprenkel er een paar druppeltjes wa ter op. Aan de waterkant kunt J net het best bewaren onder een nat doekje. En mocht het per ongeluk toch een beetje aan de droge kant geworden zijn, dan kunt u daar thuis nog wel iets tegen doen: noudt het broodje gedurende korte tijd in de stoom van een ketel kokend water. Ln bedenk dat voorgesneden brood sneller uitdroogt dan ongesneden brood, mits het tenminste goed ver pakt wordt. ADVERTENTIE DE SPECIAALZAAK voor uitgekiende hengelsport. Ook REGENKLEDING

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 23