Schetsboek van Robinson rusoe beetje mooi? OEDANEES AVONTUUR VAN MARGARETHA FERGUSON Bloemlezing van Leonard de Vries uit de Kampioen „CRIMINEEL": BOEIENDE EN COMPLEXE ACHTERGRONDEN Boek over de generatiekloof 'i „De bloemenkinderen van Torremolinos Prisma met 3 nieuwe detectives reisboeken van de roman - er Margaretha Ferguson, >1 als haar vorige, (getiteld Bimig plezierig om te lezen, omdat jersoonlijk zijn. Ze vertelt wat aren heeft en zoals zij alleen eft kunnen ervaren. Zij doet set voor als een groot kenner daar op terug komt. streken, die zij bezoekt. Ze en land of een stad en zijn trs op zich af komen en no pt zij waarneemt. Daar komt ze naar oorden trekt waar direct iedereen heengaat en ie tweede attractie. Of moet dan ook maar niet isd zijn als blijkt dat dit boek kelü erslag is over haar verblijf en maand in Khartoem, de bezoek aan Bilad-es-Soedan elijifcnd der zwarten) een gevolg iar reis naar Rusland. Op die had zij in Tasjkent ken EXTRA Rusland"), zijn ten nis gemaakt met een Soedanese dok ter in de fysica, genaamd Abdal- lah en deze had haar uitgenodigd in Khartoem bij hem te komen loge ren teneinde een boek over de Soe dan te schrijven. Nu heb ik, dankzij enige jaren ervaring in islamiti sche gewesten, zo het vermoeden dat zulk een uitnodiging in de eerste plaats een uiting van hoffelijkheid en vriendelijkheid moet zijn geweest en het niet de bedoeling is dat je Op dezelfde wijze waarop een be leefde Mohammedaan bij ieder stuk bezit van hem dat je bewondert, zegt: „Het is van u". Maar de code vereist dat Je de dingen toch maar op zijn plaats laat staan. De Euro peaan is al gauw geneigd in dit spel der beleefdheid een vorm van on eerlijkheid te zien, maar dat is on juist. Wij, Europeanen, hebben toch dergelijke formules. Hoe dikwijls be id van Soedan. Eigenlijk danken we bijvoorbeeld niet voor dat alleen maar Margaretha Ferguson haar Abdal- lah aan zijn woord gehouden heeft, want anders zou deze amusante geschiedenis niet tot stand zijn ge komen. Behalve amusant zijn haar impressies ook juist zou ik zeggen, want hoewel mijn verblijf in Khar toem al van twintig jaar geleden da teert, heb ik met verwondering en verbazing gelezen, dat er op het eerste gezicht zo weinig veranderd is. Dat verwondert me vooral omdat Soedan nu een vry land is en niet meer een Brits- Egyptisch con dominium. Ik denk, dat mijn ver bazing uit de haast voortkomt, die iedereen overvalt als een staat op eigen benen komt te staan. We den ken dan dat de individuele bewo ner binnen vijf jaar bijvoorbeeld ook wel totaal veranderd zal zijn. Nu is Soedan, naar ik meen, een fascinerend maar ook een zeer verwarrend land. Als je b.v. van „een Soedanees" spreekt, dan wil dat iemand het gezellige avondje, terwijl we de bedoelt is, die ergens op de vijf mil- klem in de kaken hebben van het joen km. tussen Egypte en Kenia, onderdrukte geeuwe Maar hoe gelukkig is het dat zijn geboortegrond heeft. Het aan tal Arabische, nubische, nilotische stammen is niet te tellen en men sen die dat onderzocht hebben, zijn in aanraking gekomen met 264 ver schillende talen. Ook is dit onme telijke land pas een rol gaan spelen in de geschiedenis in 1819, toen de Egyptische vorst Mohammed Ali er zijn troepen heen stuurde en het iand veroverde. Het niet te be schrijven wrede Egyptische wanbe heer, dat voornamelijk bestond uit slaven halen, heeft geduurd tot 1881. In dit Jaar heeft een Islami tische messias. de Mahdi genaamd, met zijn leger derwishen gepoogd het land van Egypte te bevrijden en het geheel onder het vaan van Aliah te brengen. Liefst had hij er Egypte en ver volgens de hele wereld bij bezet. In de benauwdheid riep Egypte de hulp van Engeland in. Voor wie zich niet verdiept heeft in de geschiedenis van Soedan is dit laatste land natuurlijk de kwaaie pier. En dit maal is dat min of meer ten on- iechte, want in tegenstellen tot Egypte heeft Engeland Soedan ook goed gedaan: onderwijs, recht spraak. rust en ontwikkeling. Maar een vermakelijke bijzonderheid is eist op het Gordon Memorial Col lege, geschonken en betaald (.1 mil joen pond» door Engeland, aan de lo pende band de felste nationalisten gekweekt werden. En deze waren het die in 1956, toen Soedan mocht kiezen tussen de vrijheid en aan sluiting bij Egypte, zo terecht de vrijheid kozen. In een land dat pas 17 jaar op zelfbestuur is aangewezen, kan Je niet verwachten dat de gang van zaken er is zoals in Europa of zelfs maar in een door Europa beïnvloed land. De bewoner van Soedan is over het algemeen zeer intelligent, onafhankelijk van aard en idea listisch. Ik heb zo n idee. dat ze de kat uit de boom kijken en nog niet weten of zij zich Amerika of Rus land ten voorbeeld zullen stellen. Om nu terug te komen op het boek van Margaretha Ferguson het zal niemand met een beetje fan tasie verwonderen dat deze Neder landse, hoe bereisd ook, volledig in paniek raakt, als zij in het Soeda nese duister in Khartoem arri veert. haar gastheer niet aan het station vindt, haar telefoonnummers thuis heeft laten liggen en geen Arabisch kan spreken. Een spoortje van die panische toestand blijft door het hele verhaal heen lopen. Geen wonder. Eenmaal bij haar gastheer aangeland blijkt diens huis zo overgevuld met familieleden, die er min of meer tijdelijk onderdak hebben (m.i. een normale toe stand) dat er voor haar niet anders dan een bed ter beschikking is. Ik moet er niet aan denken. Ik be zweer u dat ik onmiddellijk brand- telegrammen naar Nederland zou hebben gestuurd om geld te lenen teneinde in een hotel mijn intrek te nemen. Zo niet deze schrijfster. Met de moed der doorzetters aan vaardt zy alle ongerief. Zy aan vaardt het dat haar gastheer het veel te druk heeft met het welzijn van zijn land om veel aandacht aan haar te besteden. Zij trekt op met zijn Russische schoonzuster die al le ellende van een gescheurde ziel over haar uitstort. Zij brengt moeizame bezoeken en leert zichzelf de zaken maar te nemen zoals ze uitvallen. Ze probeert door te dringen in deze welwillende maar o zo hermitische samenleving, en ontdekt genoeg om niet alleen voor zichzelf maar ook voor de lezer van haar boek een beeld op te roepen van dit nog steeds geheimzinnige land. Een van haar grote kwalitei ten is haar zelfspot, want die is het die haar door teleurstellingen heen helpt en die maakt dat zij de goede wil opbrengt om in te zien dat zij die teleurstellingen aan zichzelf te danken heeft in wezen. Want zij is het die zich illusies had gemaakt over dit Jonge, vrije land om daar te komen tot en thousiaste gesprekken, een uitwis selen van ideeën. Het feit dat zij zichzelf zo goed in de gaten heeft, is de hoofdoorzaak dat haar ver slag van haar verblijf in Khartoem zo plezierig om te lezen geworden is. Want het zal je overkomen dat je uit ons geregelde vaderland klak keloos wordt neergezet in Soe dan, ook al heb je dan veel gereisd. En dan die hitte CLARA EGGINK. keil: P hf\ mi a Het schetsboek van Robinson Crusoë; auteurs: Annie en Michel Hik r; uitgeverij: Ploegsma in Amsterdam. Prijs: t/m 6 oktober f8.90, na itum f 15.90. oi chetsboek van Robinsoe Crusoë zal deze maand als lc van de maand" in de winkel te koop liggen. De opia- idraagt 58.000 exemplaren, zodat het aan te raden is Jischaf ervan meteen te overwegen. het moet namelijk gezegd, dat het een van de aardigste en (dat vooral) hoeken van de laatste tijd is geworden. het om van een prenten- uaagd, of de tekeningen niet een beetje tè mooi waren, niet een beetje te perfect. Ik heb me er maar niet vrrder in verdiept, want dit boek ia eigenlijk bedoeld voor kinderen. Voor Jongens, dat wel, want mogen we wel spreken over „jongensboe ken", als we weten dat „meisjes boeken" geen enkele waarde meer hebben in deze vergevorderde tijd var gelijkschakeling? In elk geval (en ik kan er niet omheen) zullen vaders, gelijk ze vroeger zo graag met treintjes speelden, die eigenlijk voor hun zoon waren bestemd, net zo goed genieten van dit ontzettend leuke boek. Opvoedend is het werk ook nog. E' wordt bijvoorbeeld heel duidelijk aangegeven hoe Je het beste een korf maakt van twijgen, hoe je al lerlei knopen kunt leggen en hoe Je met de meest eenvoudige dingen ge reedschap kunt maken om brood te bakken en een vogelverschrikker ce scheppen. En die ziet er dan ook potsierlijk uit. Le* schetsboek, met daarnaast dui delijke en zeer leesbare teksten van Annie Politzer voorziet in de behoef te van Jongelui, die wel fantasie heb ben, maar nog niet vaak van on bewoonde eilanden hebben horen spreken. En ook in die van vaders, die weer Jong willen worden, on danks de trim-club voor de dikk» buiken. PAUL WOLFSWINKEL. spreken. Van de 80 blad- jjhgfcjn er 78 gevuld met illustra te kleur van het verblijf van dat door Daniël Defoe ruim *f ij r geleden is geschapen. Ie- khfl 16611 me^ een beet^e fanta- vroeger onmiddelijk begre- dit soort zaken. We hielden inning en „echte" verhalen, tijd kwam dat we lyrisch van Arendsoog en Pim Pan- van de stoere en pronte HBS al kamperend de meest ge en onwerkelijke avonturen kten op hun Fongers en met vol verse kadetjes. Crusoë geten, zelfs de spannende van Jules Verne verdwe- r en meer op de achter- niet veel later werd Do- ick eigenlijk het enige, dat leek te zijn voor de Jeugd. (en wordt!!!) eenvoudig meer gelezen nu het fijne aan dit boek. veel kijken, maar daarnaast ook lezen. Geen grote ver- Baar stukjes die nèt genoeg aandacht niet te laten en. Een knieval voor de op- igheid in de huidige boe- Leonard de Vries: „De dolle entree van automobiel en veloci- pee" (uitg. De Haan, Bussum) prijs: f 9,90. na 1 oktober 1973: f 17.90. De eerste generatie moest echt oog leren fietsen. Men begaf zich naar een manége van fonkelen de rijwielen, werd door een in structeur op zijn gemak gesteld, tartte met knikkende knieën de wetten van het evenwicht en haalde zich de ergernis van ve len op de hals die het einde der tijden zagen naderen. Er kwam een tweede en een derde generatie die door vader werd meegenomen om in een stil le straat de eerste meters af te leggen; het heroïsche was er van af en evenmin trok men nog voor een middagje fietsen naar een vélodrome, maar de hand van vader op de schouders was toch maar een veilig gevoel. De vierde generatie die van nu „leert" niet meer met zo veel woorden fietsen. Het is een bijna reflexief kunnen, zoals die ren hun kop boven water kun nen houden, zonder ooit zwem men te hebben geleerd. 011 |na elke bladzijde staan d9 Ï|en van Michel Politzer. Wat 1 Crusoë had meegenomen, 'd schip verging, hoe hij zich vlsorisch kampement je wist ifeul ,uwen en hoe hij dat later middelen, die hem ter be stonden, wist uit te bouwen wnt residentie met allerlei okken voor zijn vee en in kten om het leven gezellig te Vijfentwintig 1] er in de gedachtenwereld foe gewoond, samen met de ig Vrijdag, die op de laat- y. Izljde aan ons vertelt:. O"he me schrijven en tekenen. Ik in de grote kano van mensen klom met hem, te- het portret van Robinson, We meester, om hem te be- naïef en hanepoterig te- vult de rest van de pa- leuk en een beetje ontroe- paar keer heb ik me afge- Hans Smits. Crimineel Prisma- Fei ten Achter Feiten. Uitgeverij Het Spectrum B.V., Utrecht f 3.-. De opvattingen over misdaad en straf lopen in ons land nogal uit een. Strafrechtshervormers verkon digen, dat misdaad eigenlijk niet veel meer is dan ongewenst gedrag en dat ernstig ontspoorde delinquenten meestal psychisch of sociaal ge stoord zijn en daarom eerder hulp dan straf behoeven. In de optiek van deze hervormers zijn bovendien de vrijheidsstraffen helemaal uit den boze en deze moeten dan ook ver dwijn. Aan de andere kant is echter een belangrijk deel van de bevolking (wat aanmatigend te omschrijven als publieke opinie) sterk overtuigd van de noodzaak dat de misdaad al leen aan banden kan worden gelegd door zwaardere straffen en kracht dadige maatregelen. Oplossingen als werkkampen, kaalknippen en cas tratie zijn dan ook nog immer po pulair. De huidige minister van Justitie mr. Van Agt schreef destijds in zijn memorie van toelichting op de justitiebegroting 1972. „Het recht is geen rustig bezit meer. De kritiek op enze maatschappij die in de laat ste Jaren is opgestoken heeft zich ook gekeerd tegen het in deze maat schappij functionerende recht". Van Agt tekende daarbij aan dat er een ongeduldige vraag naar nieuw recht is, maar dat er over de in houd van het te vormen recht soms diepgaande verschillende van me ning bestaan. De Coornhert-Liga, een vereniging voor strafrechtshervorming rea geerde op des ministers nood kreet met een alternatieve justitie begroting die vergezeld ging van de verontrustende mededeling dat „de strafrechtelijke systemen in de samenleving zich in een crisis be vinden". In parlementaire kringsie op gang kan komen over de vraag werd de alternatieve Justitiebegro- wat er met ons recht moet gebeu- ting gretig gehanteerd, maar de pu- ren. Het is duidelijk dat dit enorme blieke opinie bleef er vooralsnog buiten. Die publieke opinie werd inmiddels steeds veelvuldigen geconfronteerd met de onzekerheid die rond het strafrecht was ontstaan als gevolg van de vele tegenstellingen die in de opvattingen over misdaad en straf geconcretiseerd voor toenemende on veiligheid, groeide en groeit nog. En dan ook onbegrype- moeite zal kosten, want hoogge stemde betogen over ethische ver van het strafrecht boeten bij de pu blieke opinie aan waarde in zodra er wederom een delinquent in slaagt een open inrichting te ontvluchten. Een goede prikkel om wat genuan ceerder over misdaad en straf te komt is het voortreffelijke boekje Hans Smits een overcomplete op somming van vragen en een over- Deze gedachten en nog vele andere komen op bij het door bladeren en stukjes lezen van het in één woord verrukkelijke boek „De dolle entree van auto mobiel en velocipee". Leonard de Vries, al eerder zeer op dreef met gekke en geniale uitvindingen uit de 19de eeuw, heeft nu een bloem lezing gemaakt uit de eerste kwart eeuw jaargangen van „De Kampioen" het Clubblad van de ANWB. De periode loopt van 1883 tot 1908. Ook de auto in zijn incu- nabele vorm is ruim vertegen woordigd. Eerst zijn fiets en au tomobiel twee met gelijke liefde verwelkomde zondagskinderen van de techniek, maar naarma te we verder de twintigste eeuw in komen, maakt die liefde plaats voor naijver. Al in 1906 ver scheen in "De Kampioen" een stuk "Automobiel maakt steeds meer vijanden" met de zinsnede: "wij die herhaaldelijk hebben gewaarschuwd tegen dol zinnig en onsportief auto gejak ker, vernemen thans dag aain dag klachten uit de brede kring onzer wielertoeristen wie door een handvol automobieljakkeraars 't verkeer op de weg onmogelijk wordt gemaakt". Waar waren de rustige tijden van 1885 gebleven? Toen kon de ANWB nog zonder voor de tuf tuf met de ogen te knipperen een rijwielroutebeschrijving voor het traject Amsterdam- Leiden ge ven met ondermeer dit frag ment: „Aan de Ringvaart aan gekomen slaat men links in en volgt de Ringvaart tot aan het pontvear en rijdt langs den „Ach terweg" naar Rijpwetering. NB. In het meer 10 m. voor een paard af te stappen". Eén keer de auto wasbeurt overslaan en met dit boek onder de snelbinders de paden op, de lanen in. HAN MULDER. lijk dat in de publieke opinie de zicht van antwoorden die met de opvatting steeds steviger worde aangehangen, dat er straffer tegen de misdaad moet worden opgetre den. Toch is het nodig dat de weer standen die in veelvoud bij de be volking leven worden weggenomen, opdat ook aan de basis een discus misdaad en straf samenhangen. En de lezer (es) kan er in elk geval niet omheen dat hij/zij moet erkennen dat de achtergronden van de crimi naliteit en alles wat daarmee sa- mehangt zowel complex als boeiend zijn. WIM WIRTZ. •m" „De bloemenkinderen van Tor remolinos" door James A. Michener in de vertaling van Frédérique van der Velde, een uitgave van Van Hol- kema en Warendorf, verschenen bij Unieboek in Bussum f 24.90. Joe, Britta, Cato, Monica, Yigal en Gretchen. Zes Jonge mensen, die elkaar bij toeval in Torremolinos ontmoeten. De dienstweigeraar, de voortvluchtige neger, 't door de po litie gemolesteerde meisje, de doch ter van een mislukte koloniaal, een Israëlische oorlogsheld en de jonge Zweedse, die een zonnige vrijheid zoekt. Dit heterogene jeugdige sex tet ontmoet een wat oudere finan cier en een Amerikaanse exmari- nier van het oude stempel. James Michener heeft de hoofdpersonen te zamen gebracht voor vele verschil lende visies op het maatschappelijke "de lervlakkige irmatie uitje Wijn Duijker Hubrecht Duijker. Kleintje wijn, uit geverij Van Dishoeck, f 4,90. In zijn voorwoord zegt Duijker. dat deze pocket geen handboek, mini-en cyclopedie of wijnbijbeltje is. Het was zijn bedoeling een boekje sa men te stellen met wat informatie over zomaar wat plezierige wijnen die hij zelf kocht en lekker vond. Aan gevuld met leuke uitspraken, gekke cartoons en aardige anecdotes. Welnu, voor mij is hij niet in die op zet geslaagd. Natuurlijk mag Je van- daa«r-de-dag een boekje van nog geen 5 gulden niet al te hard aanpakken, maar naar mijn idee is het geheel toch wel onder de maat. Om met de tekeningetjes te beginnen: die zijn vrijwel alle verre van leuk. De uit spraken hebben al Jaren her de di verse agenda's opgesierd (misschien staan ze ook wel op de ver jaarskalen der bij u op het toilet) en de informa tie is over het algemeen zo opper vlakkig, 'dat Je er nauwelijks wat aan hebt. Het kan best zijn, dat het een leuk boekje is voor iemand die van zijn leven nog nooit wijn heeft gedronken en dan na lezing in ieder geval een paar namen weet. De wijnen, die aan bod komen zijn dan ook bijna alle maal wijnen waar Je Je geen buil aan kan vallen. Maar zodra u behoort tot het gilde mensen, die van wijn houden zult u de informatie die Duij ker geeft al geruime tijd geleden te zijn gekomen. Een Kleintje wyn is een plezierige aanvulling op de talrijke, vaak seri euze wijnliteratuur, staat nog ergens in het boekje vermeld. Een uitspraak die qua waarde is te vergelijken met die, dat een plastic bekertje een plezierige aanvulling zou zijn op een Wedgwood-servies PIETER TAFFIJN gebeuren. Hij gaat uit van een schijnbaar niet te overbruggen ge neratiekloof. Bob Dylan zei eens „Niemand boven de dertig is te ver trouwen". Deze geloofsbelijdenis" van een nieuwe generatie vindt men als het ware in de door Miche ner neergezette Jeugd terug. Ze ontmoeten dan wel personen uit een vroegere tijd, die ook integer en vol optimisme hun menselijk stryd hebben gestreden, maar die waar den kunnen geen waardering meer vinden in de Jonge ogen. Zy spot ten met wat de anderen eens dier baar was, zij willen alles ontdoen van traditie, ervaring, levenswijs heid. Zij willen niet meer bouwen aan iets dat zij als verrot ervaren. Zij willen iets nieuws creëren. Maar hoe? Langs welke wegen? Op wel ke wijze? De Jongelui en de oude ren trekken in volle vrijheid door een deel van de wereld: Spanje, Mozambique, Portugal en Marokko. Hun wereldje bestaat uit liefde, sex, beat, drugs. Zij genieten met volle teugen .Sommigen gaan aan de over maat ten gronde, maar het blijft jongeren aantrekken, terwijl de ou deren vol zorg toekijken. Michener is de toeschouwer. Hij moraliseert niet, plaatst de vele argumenten tegen over elkaar, de lezer wat verward achterlatend. Maar hij heeft een boeiende, eigentijdse schets neer gezet. In zijn eerste hoofdstukken plaatst hij zijn hoofdpersonen in een meeslepende verteltrant duide lijk voor ons. Zij interesseren ons, zij gaan voor ons leven. Daarom is het wat Jammer, dat hun trektocht het eigenlijke verhaal van deze roman wat minderaanspreekt. Michener is duidelijk op zijn best in de introductie, al blijft hij na tuurlijk vooral door de wisselende decors en boeiende persoonlijkheden tot het einde de aandacht vasthou den. KOOS POST Het kan er bij ons niet in, dat er eens een einde komt aan de schier eindeloze lijst van Prisma-detecti ves. Voor de liefhebbers zijn er kortgeleden weer drie nieuwe titels bijgekomen. Daaronder zit natuur lijk een Ellery Queen. Ditmaal heet het werkje. "De naakte waarheid". Een van de betere boekjes van Queen. Vele vreemde gasten in een villa op de Spaanse Kaap. Een on waarschijnlijk mooie man wordt naakt op het terras gevonden. Moord. Iedereen kan het hebben gedaan. Maar Ellery Queen haalt de echte moordenaar er wel uit. En hoe? Margaret Miller schreef een heel andere detective: "Muren hebben ogen", 'n Z.g. psycho deductie. Aan de ene kant het establisment, daar tegenover de onderwereld. Een blin de vrouw als middelpunt. Zij kijkt door de ogen van anderen, die ook haar zien. En haar eigenlijk liever niet willen zien. Spanning, karakter tekening een goede opbouw, alles te zamen in dit voor de liefhebbers aantrekkelijke werkje. E. Richard Johnson zit wegens moord gevangen. Hij maakt in de cel zijn tijd produktief met het schrijven van thrillers. "Met harde hand" is de zevende in zijn serie. Men kan nauwelijks anders ver wachten: de polit'° komt er in ziln werkje niet smetteloos af. de schul dige verkrachter trouwens ook niet. Het treffen tussen de bikkelharde politieman en de sluwe aanrander heeft een goed leesbare detective op geleverd. KOOS POST

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 17