«AAR leeft kreet 'Mijd de vakantiepiek' geholpen? pa Piet Vos is niet gen de vooruitgang n naaktloper heeft ;en portemonnee op |k, dus wat heb aan die lui... erdag 16 JUNI 1973 EXTRA LLANTSOOG Opa Vos was er al toen de zee het Noord kustdorp Callantsoog nog niet meer dan een paar ;es toestond. Piet Vos is er nu, bijna vijfentachtig jaar la- Geen wonder dat hij in al die jaren erg veel van Cal- »og is gaan houden. Zo veel zelfs, dat hij speciaal op zijn «rteplaats een lied heeft laten schrijven. Hij zong het met al even krasse vrouwtje, met wie hij al 62 jaar over de izee tuurt, tot voor kort maar al te graag. Als ze samen 1 het strand liepen of op het uitstapje met andere bejaar- "Er ligt als een parel in 't Westfriese land", klonk het dan, 'sje door schoonheid omgeven. Het ligt aan de zee z'n goudgele strand, 't is prettig daar te leven. En als je naai naar toe bent gegaan, dan wil je er nooit meer van- Refrein: "Callantsoog, je mag het heus wel weten, Cal- og, ik zal je nooit vergeten, Callantsoog, ik draag je in iart steeds mee, Callantsoog, ons dorpje aan de zee". Het lied vertelt over de geschiedenis van Callantsoog, precies zoals opa Vos haar heeft meegemaakt. Neem het vierde couplet: „Nu komen de mensen van heinde en ver en zelfs wel uit heel vreemde landen, om hier heerlijk lui aan het strand bij de zee zich bruin te laten branden. En is zo'n vakantie te gauw weer voorbij, dan zingen ze vrolijk en blij: refrein". Opa Vos kan de ode aan zijn Cal lantsoog echter nauwelijks meer over de lippen krijgen. Wat ze nou met zijn lievelingsoord hebben ge daan! Staat me daar de gemeente raad zomaar een naaktstrand toe. „Op de zuid" weliswaar, bij paal 16 om precies te zijn. Drie kilometer van Callantsoog, dichter eigenlijk nog bij St. Maartenszee, maar het is en blijft het strand van Callants oog. Niksie En je weet precies hoe het met die viezerikken gaat, die staren zich nergens aan .Ze kleden zich voor de deur al uit en dan lopen ze op hun dooie akkertje naar hun strand. Zo maar, waar fatsoenlijke mensen bij staan, helemaal in hun niksie. Door Daan O verhof f Zeg maar dag met je handje tegen Callantsoog, daar gaat je lust en je leven. Nette mensen pikken zoiets niet. „Naakt is vies en daarmee basta", bromt opa Vos, „neem nou die mensen uit de oerwouden, die je wel eens op de televisie ziet. Die zijn altijd nog zo fatsoenlijk dat ze wel een broekje, een lapje of zoiets aan hebben. En dan zullen ze uitge rekend in Europa, in Nederland, hier in Callantsoog wel naakt mo gen lopen. Het is een schande". En dan nog eens wat. Callantsoog is aan zijn strand groot geworden. Kijk maar eens naar al die zomer huisjes, al diie strandtenten. Dat is een mooie handel, maar die kan Je nu wel vergeten. „Wat heb Je nou aan die naaktlopers", vraagt opa Vos zich af, „die hebben ook geen portemonnee in hun zak. Daar valt niks aan te verdienen". Callantsoog zal, als opa Vos en zijn medestrijders er niet snel nog een broekje voor kunnen steken, de naaktlopers niet overleven en daar is hij erg verdrietig om. Heeft hij daarvoor in 1913 zijn dorp tot bad plaats verheven door er het eerste hotel en later het eerste pension op poten te zetten? Zindelijk God, wat waren de mensen er in die tijd nog gelukkig. Neem nou zo'n professor Van Poelje uit Den Haag, dat is toch een naam. Die man had toch net zo goed in Sche- veningen op het strand kunnen gaan Üggen, maar hij kwam altijd naar Callantsoog, want dat vond hij het meest zindelijke strand van Nederland. Dat zegt toch wel wat. Dat reine strand nu besmeurd door ordinair bloot vlees. Opa Vos maakt er zich woest om. Heeft hij daar voor in 1918 de VVV in Callantsoog opgericht? Heeft hij trouwens niet altijd geknokt voor zijn geboorte plaats? Als gemeenteraadslid en wethouder voor de toenmalige SDAP voorkwam hij in 1914 toch maar mooi, dat de burgemeester in Alkmaar ging wonen. Als burge meester van Callantsoog hoor Je ook in Callantsoog te Zijn of Met soms? En die andere burgemeester, die naar De Rijp werd overgeplaatst. Callantsoog moest maar opgaan in de gemeente De Rijp, vond die man. Ja, dan hadden ze natuurlijk wel bulten Piet Vos gerekend. Cal lantsoog bleef Callantsoog en zo hoorde het ook. Denk niet dat opa Vos het allemaal uit zijn duim zit te zuigen. Al heeft hij het vijftig Jaar lang als tim merman erg druk gehad en al staat hij nog steeds elke dag van negen tot vier in de houtzagerij, omdat hij er niet bulten kan, het staat al lemaal in de plakboeken. Kasten vol, Callantsoog vanaf 1903. Bovendien beschrijft opa Vos nog eens zijn eigen leven. Met zo'n echt kroonpennetje heeft hij nu al 209 verhalen af. Allemaal echt gebeurd op twee na. Dat zijn dromen. Al leen het eerste verhaal kan hij zich niet meer herinneren, dat is te lang geleden. Maar die geschiedenis met dat naaktstrand, dat weet opa Vos nog van minuut tot minuut. Twee Jaar geleden kwam dat schorum voor het eerst „op de zuid". Een paar lui lieten zich bekeuren om een proef proces uit te lokken. In Alkmaar werden ze elk tot 15 gulden boete veroordeeld, maar in Amsterdam werden ze later in hoger beroep vrijgesproken. Langharigen Toen was het hek van de dam. Opa Vos heeft ze nooit gezien, want naar zoiets vulgairs gaat hij na tuurlijk niet kijken, maar vorige zomer moeten er al honderden zijn geweest. Piemelnaakt het strand op, want zoiets hou Je echt niet in de hand. Of dacht Je soms dat het al leen maar mensen van die vereni ging, die naturisten, waren? Welnee, al die langharigen ook en zo. April dit jaar was er nog een hea ring voorafgaande aan de beslissen de gemeenteraadsvergadering over wel of geen naaktstrand in Callant soog. Opa Vos was zowat de enige, die zijn mond opendeed. „Is u ge trouwd?", had hij nog aan één van die naaktlopers gevraagd. „Ja, dat ben ik", had hij geantwoord. „Nou, dan begrijp ik niet dat u nieuws gierig bent naar het naakt van an dere vrouwen", had opa Vos toen geroepen. Die zat. Anderhalve dag lang is opa Vos toen nog met circulaires rond ge weest. 98 procent van de Callant- soogers stond achter hem, dat had hij wel gemerkt. Op de avond van de vergadering, 27 april, hebben ze nog betoogd, maar Nederland kreeg zijn eerste gelegaliseerde naakt strand met vijf stemmen voor en twee tegen. Opa Vos heeft zijn spandoek „We willen geen naaktlopers op de Cal- lantsooger stranden", toen maar in de tuin van de wethouder, die vóór was, gepoot. Een dag later al was het ding weg en opa Vos vraagt zich nog altijd af of dat geen dief stal was. Reclame Maar Ja, voorlopig zit Callantsoog maar met die viezerikken. „Duizen den worden het er deze zomer", treurt opa Vos. „ze zitten overal. In de Duitse kranten is ook al reclame voor dit naaktstrand gemaakt. Het blijft hier niet bij. Ik vind het geen manier. Dat zulke lui de zaak hier naar de verdommenis mogen hel pen, daar heb ik de dood in". Opa Vos geeft de strijd echter nog niet op. Tot zijn laatste snik zal hij knokken. Als hij het van burge meesters heeft gewonnen, dan moet hij het toch zeker van een stelletje naaktlopers kunnen winnen. Trou wens, Gedeputeerde Staten moeten het naaktstrand altijd nog goedkeu ren en Rijkswaterstaat is ook nog altijd tegen. Als niets meer helpt zal opa Vos hoogst persoonlijk een burgerwacht in het leven roepen. Die zal dat zooitje dan eens fotograferen en de plaaatjes opsturen naar de officier van Justitie, want door hem is alle ellende eigenlijk gekomen. „Of we gaan er met de verfspuit op af", roept opa Vos strijdlustig, „zwarte verf, die Je er nooit meer afkrijgt. Dan spuiten we ze alle maal een broekje aan, dat ze nooit meer uit kunnen trekken. Dan kun nen ze elk weekend terugkomen". Meer wil opa Vos niet kwijt over zijn strijd tegen het bloot. De te genpartij zou zich ertegen kunnen wapenen. Maar de naaktlopers zijn met opa Vos nog niet klaar ,dat is zeker. Want al is hij niet tegen de vooruitgang, bloot is vies en daar mee basta. „Of niet soms?", vraagt opa Vos agressief. „Nou, een mooi lichaam", mompelen wij verontschuldigend. „Ik wou je wijzer hebben", bast opa Vos. Het spijt ons. ïd de vakantiepiek! De Stichting Recreatie had het ons nog °ed gezegd, zelfs via dure TV-spotjes: ga niet in juli met want dan gaat iedereen. Help mee aan de vakantie- u"ïg en trek er in vóór- of naseizoen op uit. Heeft het n? Directeur J. Swart (53) van de Stichting Recreatie: wn natuurlijk moeilijk beoordelen of een slagzin helpt of We ijveren nu al jaren voor vakantiespreiding en verge- bij zo'n vijf of zes jaar geleden is er echt wel een hoop Sunste veranderd. Maar we zijn er nog lang niet". 11 er nog lang niet: omstreeks 30 Juni, wanneer de va- ïa& de lagere scholen en de f* bedrijfsvakanties begin- Va° vakantiegangers. creatie is de eerste om toe te geven dat de vakantiepiek voor heel veel mensen „onvermijdelijk" is, omdat ^e,"- ze nu eenmaal niet vrij zijn in het «keft Nederland weer z'n zelf kiezen van hun vakantletijd. If® exodus: een grootscheepse „Maar", voegt hij daar direct aan toe, „het was ook een beetje de be doeling om de mensen aan het den ken te zetten in de hoop dat velen tot de conclusie komen dat het ei genlijk te gek is dat ze gedwongen worden om in een bepaalde tijd va- "We hebben wel reacties ge- kantde te nemen. In een tijd waarin ,Van mensen die zeiden: de mensen met spandoeken de Jongens zijn Jullie met Je straat op gaan om allerlei vrijheden vakantiepiek: Wat willen te eisen, zie ik het als a-sooiaal dat t.,u' we moeten toch wel in vrije mensen hun vrije tijd niet 1 vakantie omdat we nu naar eigen keuze kunnen opnemen". Betonden zijn aan de col- Het voortdurend „erin heien" van j^rijfavakanties of aan de het motto „Mijd de vakantiepiek", potles of aan allebei. Jul- was dus min of meer een pressie- makkelijk praten.middel om de werkgevers, met tcteur van de Stichting Re- name de werkgevers in de bouw- en nog plaats. De VW's en ook de ANWB geven u daarover gaarne alle gewenste inlichtingen". Swart: „Tja, dat is ook zoiets. De mensen zouden er eens van af moe ten stappen dat ze zich laten advi seren door goedwillende buren, fa milieleden of kennissen die zeggen: je moet daar cn daar eens naar toe gaan, want dat zijn toch steeds weer Zandvoort, Niuispeet en Val kenburg om maar drie overbekende toeristische trekpleisters met name te noemen. Durf eens te pionieren in minder bekende gebieden, avon turier eens wat in Nederland, heus, dat kan nog, zelfs in het hoogsei zoen. Kijk, dan kom Je terug met een nieuwe vakantie-ervaring, die Je zelf weer aan andere kunt meede len". Leeft de coördinatie-commissie „va kantiespreiding' die onder het mi nisterie van Sociale Zaken ressor teert nog? Swart: „Dat wel, maar ik vind dat die commissie niet voldoende actief is. Er gaat te weinig van uit". Plannen om de zaak van de vakan tiespreiding nieuwe injecties te ge ven? „We gaan binnenkort eerst eens met de nieuwe staatssecretaris van CRM praten" En er komt over een paar weken een nieuw TV-sportJe. in andere termen leren denken. We moeten dat economisch belang niet altijd voorop willen stellen. Oké, broodwinning en dat soort argu menten zijn belangrijk, maar daar zal met wat improviseren best een bouw aan te passen zijn en voor de rest zie ik het zo: wat is in deze tijd belangrijker dan een vrije vakantie?" De tweede „bottle-neck" die hert- welslagen van vakantiespreiding stagneert, is het onderwijs. Mensen met schoolgaande kinderen zitten nu eenmaal vast aan de schoolva kanties. Swart: „Zes weken schoolvakantie is te weinig om iets aan vakantie spreiding te kunnen doen. Zeker nu de bedrijfsvakanties gemiddeld zo'n drie weken duren. Wil Je enigerma te spreiden, dan zal de schoolva kantie naar 8 weken moeten. Na tuurlijk, wanneer scholen in het noorden en oosten van 1 Juni tot 1 augustus vakantie hebben en de scholen in het zuiden en westen van 1 Juli tot 1 september, om maar een voorbeeld te noemen, dan zit Je met het probleem van onder wijs dat niet meer aansluit in geval van ouders met kinderen die net in de vakantie verhuizen. Maar dan zeg ik: Zijn wij Nederlanders niet in staat om voor dat soort proble men oplossingen te vinden? Een land dat IJsselmeerpolders dempt en Delta-werken klaart, mag voor dit soort probleempjes niet met de handen over elkaar blijven staan". De Stichting Recreatie wijst er ln haar publieksinformatie overigens op dat men behalve in tijd ook ln ruimte kan spreiden. Zelfs wanneer men in het hoogseizoen (Juli) met vakantie gaat. „Ga eens niet naar de alom bekende vakantlegebleden. Nederland heeft ook nog streken, die weliswaar minder bekend, maar daarom niet minder mooi zijn. Daar is veelal ook in de drukste weken nevenbediïjven en de textielindu strie, en ook de vakbonden onder druk te zetten? „Zo zou men het kunnen zien Ja. En het begint langzamerhand ook door te klinken. In de bouwvakken wordt op het ogenblik druk gepraat en geënqueteerd over die collectieve vakanties. De mensen willen eraf, ze willen met vakantie wanneer het hun uitkomt. En gelijk hebben ze". „De werkgevérs slaan ons natuurlijk om de oren met Het Economisch Belang. Dat ze de produktie niet zo lang kunnen stilleggen etc. Dat is misschien allemaal wel waar, maar we moeten, vind ik, langzamerhand

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 13