VOLSMAN: 'IK MOET WACHTEN' zen lot —219 Reinder Zwolsmans gegoochel met miljoenen loopt langzaam ten einde. Het omvangrijke imperium dat hij er tien Jaar geleden mee had opgebouwd is verschrompeld, na veel geruzie met ritsen commissarissen en topfunctiona rissen rumoerig ineengestort. Zijn EMS, eens door argeloze aandeelhouders bejubeld, is een rijk van lege paleizen geworden. De uitverkoop van onroe rend goed is in volle gang. Dat doet de EMS, ik niet, meent Zwolsman, die zich doordat hij zo met het bedrijf wordt vereenzelvigd, de gebeten hond voelt. De uitbundige vreugde waarmee hij als ij del man zijn succes in zaken begeleidde is ingeruild voor ergenis. Ergenis over zaken die volgens hem de neergang van zijn rijk hebben veroorzaakt. Zwolsman heeft nooit veel vrien den gehad. En naarmate het aantal zaken dat de EMS bezat verminderde nam het aantal "vijanden" van Zwolsman toe: hij heeft zich bij het verde digen van zijn wankelende rijk teruggetrokken in een egelstelling en irri teert menigeen mateloos. Op deze pagina een portret van de mens Zwols man. De neergang van zijn imperium is duidelijk omschreven in het Jaar verslag van de EMS: In het Jaar 1971 waren de navolgende horecabedrijven in exploitatie: (met vermelding van het aantal bedden ultimo 1971) Scheveningen: Kurhaus Hotel annex restaurants (271) (inmiddels gesloten) Wamdeihoofd (in 1972 verpacht) Grand Hotel (410) (inmiddels gesloten) Palace Café (inmiddels verpacht) Noordwijk: Grand Hotel Huls ter Duin (346) (exploitatie inmiddels beëindigd; onroerend goed was reeds verkocht) Palace Hotel (170) Rembrandt Hotel (160) (exploitatie eind 1971 gestaakt; on roerend goed inmiddels verkocht) Grand Hotel Britannia (70) Badmotel Westbapelle (280) (exploitatie en onroerend goed inmiddels verkocht) 's-Gravenihage: Restaurant Boschlust (exploitatie eind 1971 gestaakt) Rotterdam: Holbein Restaurant (exploitatie begin 1972 gestaakt) Restaurant Bellevue Arnhem: Restaurant Corner House (exploitatie inmiddels gestaakt) Alsmede de volgende zalen: Amsterdam: Carré (exploitatie voor rekening van Gemeente Amsterdam) Scheveningen: Circustheater Kurzaa! (inmiddels gesloten) Paviljoentheater (inmiddels gesloten) •s-Gravenhage:Tentoonstellingsgebouw Houtrust Hokij Kunstijsbaan R Indien de tapes van een bandrecorder in disch als bewijs werden geaccepteerd, zou volgens (60) de kwestie-Scheveningen tussen hem en de 1 uit de wereld zijn. anilr talloze, van jaren her én zeer recente. Telefoon vergaderingen in zijn werkkamer worden door- op een van de drie aanwezige taperecorders ge- ïet is zijn grote leed dat het geen brieven zijn. ;ven met een eerlijke handtekening eronder, i Riji t hij er nog voorlopig mee om voor eigen genoegen 1720djn bezoekers fragmenten te laten horen van de pereld die Den Haag is èn van de randgemeenten, et wèl om Rijswijks burgervader Archibald Bo te horen zeggen: „Ach Rein, doe nou toch niets eerst met Marijnen lullen sman officieel teruggetrokken uit de dagelijkse gen van de EMS viert er een kleine na-kater mee iliep bij het sluitingsuur van het Kurhaus. s op het ganzebord in de put en een ander zal de moeten werpen om mij eruit te halen. Ik kan geen en. Ik moet wachten." )US1 i Lei >E fsprs lang we kunnen. Ondanks het feit dat de balans de pensioenbetaling bij overname niet vermeldde. Het nden metluid ge- oude bestuur moet in feite die pen ile doorbreken be- sioenen nog betalen; wij hebben de de grote klap. Zijn betaling onverplicht voortgezet". em weer moet ha- ..En dan verbitterd. „Ik heb privé .uze cirkel, die door kapitalen in de zaak gestopt en gemeente Den haag verloren. Toen alle commissarissen en bankiers hun aandelen verkoch- gemeente begin ten was het voor mij makkelijk ge- want je hebt ze noeg dat ook te doen. Ik ben geble te Rust en Vreugd, Zwolsman, te mid- stille bossen, waar ;n. D od- ATE erieé mg", zegt hij ruste- ven en ik heb gevochten voor de -r' kleine aandeelhouders, maar tegen de gemeente is niet te knokken". Waarde Een dergelijke uitlating betekent nog niet dat Zwolsman zich over geeft. Integendeel. Hij zoekt ver twijfeld naar een oplossing om de zaak te redden en zelfs als hij die niet zal vinden dan nog zal hij „niet de hele zaak verkopen voor een appel en een ei. Ik wil de hoogst mogelijke waarde, dan kan ik tenminste nog iets voor de aan deelhouders doen". Rein Zwolsman weet wat geld is. Hij heeft de waarde ervan en het gemak om het te hebben althans in zekere mate als een pijnlijk gemis ervaren tijdens zijn HBS-tiJd toen hij als enige niet-welgestelde Jongen tussen de rijkeluis zoontjes zat. „Ik had een flets met van die blokken aan de trappers, omdat het zadel voor mij te hoog stond. Hij was van een oudere broer. Ik schaamde me rot. Iedere dag ging ik vier keer drie kwartier lopen om dan niet te hoeven. Elke dag kwam ik dan vier maal langs een fietsen maker waar van die prachtige glan zende rijwielen stonden". Ook zijn kweekschooltijd behoorde niet tot zijn prettigste Jeugdher inneringen. „Ik ben toen als verte genwoordiger toffees gaan verkopen in zijn werkkamer. rk mè eenmaal is, dan mere gemeenten je en vinden de ban- ling niet meer kre- op besluit genomen om i Haag maar te ver- ekent dat straks, bul- &us, ook het Palace- verkocht zullen wor- lot geldt de pier, de erkent Circustheater en oral an is een getergd ara isvan ^aalt. Zijn doem lens in hem de EMS :ent dat niet de EMS sloot; nee, dat deed tégen hem. Hij boet iüjke IJdelheid. Ik kom graag op de lat geef ik toe. Spre ad Maar ik doe het het aan kan Alleen maakt wel onder- iurt dat niet altijd "Als de tapes van een bandrecorder in Nederland juridisch als bewijs zouden worden geaccep teerd, zou de "kwestie Scheveningen" snel uit de wereld zijn." man azerd maar wel vin- de EMS ons in ons 'ten staan. Ik ben er man die 35 Jaar had gewerkt vertel den ons niet door om mijn studie aan het conservato rium te kunnen betalen. In die tijd had ik wel een fiets, daar bond ik de toffees achterop en trachtte zo veertig. Wat komt er kopers te krijgen. Bij warm weer 'an onze pensioenen? was het één grote, onsmakelijke nooit voor hoeven te troep". uderen in leder geval Zijn eigen kinderen vijf, geboren staat nu mooi op tussen '41 en '52 hebben een prettiger Jeugd gehad. Hoewel de h zullen betalen zo- naam van hun vader ook hen ach tervolgt. Rein heft zijn handen in een gebaar van machteloosheid, wanneer dit onderwerp ter sprake komt. „Ze hebben er nog steeds last van". Toch is de verstandhouding wel goed. Zoon Paul komt regel recht van de wintersport laat in de nacht naar zijn vader toe om nog even te kunnen praten. Een andere zoon werkt bij een dochtermaat schappij van de EMS. „Ik hoop tenminste dat hij er blijft", mom pelt Rein. Nadenkend; „Ik heb mijn gezin veel te kort gedaan door mijn werk. Toch is hij niet ongelukkig. „Nog elke dag ben ik blij met het leven. Ik ben geen gelijkmatig mens. Op sommige momenten kan ik tegen een heleboel dingen ingaan, maar elke dag ben ik gelukkig dat ik be sta..." Op en neer wandelend in zijn ka mer mijmert Zwolsman: „Je kan niet permanent blijven piekeren, dat is onmogelijk. Mijn ontspanning is mijn zang. Ik ga nog vijf Jaar v optreden en zolang ik daar niets voor vraag, willen ze me allemaal wel hebben". Hij zingt in kerkkoren, neemt les en men heeft hem gevraagd binnen niet al te lange tijd eens een plaat te maken. Op een van zijn vele ta pes heeft hij een duet met Caroline van Hemert staan. Het was een van de weinige keren dat zijn band aanstond en er eens iets leuks op kwam. Als Zwolsman zingt, is hij een an der mens. Ook om aan te horen- Zijn binnensmonds spreken groeit uit tot goed gearticuleerd, zuiver gezang met weinig vibratie. Het ls geen stem van een zestiger. Zwolsman laconiek: „Ik heb hem dan ook nooit echt gebruikt..." Rein Zwolsman is voor sommige mensen een aartsvijand, voor an dere een soort „godfather" geweest. Jarenlang heeft hij aanhang gehad om der wille van de macht. Dat schept eenzaamheid. „Ik weet één ding; dat ik al die Jaren overstelpt ben met vragen over belangrijke en onbelangrijke dingen. Als ik kon helpen heb ik dat gedaan. Vaak heb ik wel gedacht: Zou er nu niet eens een vent bij me komen, niet om de „heb" maar die mij interes sant vindt? Je moet zo op Je qui- vive zijn! Het merendeel bleek toch opgeblazen kikkers. Zelf heb ik het altijd verdomd leuk gevonden om anderen te helpen. De meesten zag je nadien nooit meer terug..." Na denkend: „Ik kan goed alleen zijn, maar mijn aard vraagt om gezel schap. De beste vrienden die ik heb hij telt in gedachten... vier of vijf ken ik al uit de oorlogstijd". Zijn personeel is in te delen in een categorie die zeer snel weer vertrekt en anderen die blijven. Zwolsman is een impulsief en beslist geen ge makkelijk mens om mee te werken. De mensen die goed met hem op kunnen schieten, zijn gewend ge raakt aan zijn soms onverwachte explosies. De ene keer schiet hij uit om, naar hij zelf zegt: mensen „los" te maken, ze te dwingen hun mening te zeggen; een andere maal is het zijn irritatie over het geza nik over details. Daar kan hij niet tegen. Hij weet van zichzelf dat hij geen tacticus is en geeft ruiterlijk toe dat ook daaraan een deel te wijten kan zijn van zijn verpeste verstandhouding met de gemeente. Gemeente In het twee dagen durende gesprek komt hij er steeds op terug Soms zichzelf verwijtend: „Mijn grootste zwakheid is. dat ik niet echt hard kan zijn. Ik heb me te veel verdiept in de persoonlijke moeilijkheden van mijn tegenstanders". Soms ook schiet hij fel uit: „Er zijn voor mij nog drie belangrijke dingen, name lijk de opbrengst van de aandelen, het afkomen van de borgtochten en garanties en een revanche op deze rotstreken..." De publieke opinie schetst hij als: „Een ondernemer is een vent die rotstreken uithaalt. Volgens mij kan Je echter ook eerlijk Je geld verdie nen. Het voordeel van de gemeente is dat zij anoniem opereert „in het belang van de stad". Men neemt aan dat daar geen persoonlijke be langen bij meespelen. Dat geloof lk ook wel. De publieke opinie conclu deert verder dat ik dan dus een woekeraar moet zijn..." Stilte. En dan wanhopig „Maar de raad nam nog niet eens de tijd om mijn stukken te lezen!" Terug naar het Kurhaus. Veel mensen gaat het gezicht van Scheveningen zeer ter harte. In een vragenuurtje voor de KRO krijgt Zwolsman telefonisch talloze vragen te beantwoorden. Op de band heeft hij het programma opgenomen. Een mevrouw uit Rijswijk vraagt hem. „Er bestaat een maquette van de plannen van het Kurhaus. Ik be grijp niet dat zich zo onwetend houdt..." Zwolsman: „Ik weet dat er een ma quette bestaat, maar ik heb hem ook nooit gezien..." Erover doorpratend vertelt hij: „De wijziging erfpacht voor het Kur il ajis kwam maar niet af. Daardoor heb ik de geld lening voor de reno vatie van het Kurhaus afgezegd. Ik kreeg geen basis om op te werken. Daarop heb ik getracht kopers voor Scheveningen aan te trekken, maar de gemeente Den Haag zei: „Sorry, maar wij zijn al aan het onderhan delen met EMS". „Ik moet werken met het feit dat al onze plannen door de gemeente bewust zijn ge torpedeerd. Het uitstel van de ver koop en het tegenhouden van mijn plannen met Scheve ingen heeft mij al miljoenen gekost en werd het onmogelijk om Palace, Grand Hotel, de winkelgalerij, het Kurhaus te moderniseren. Hij weet dat de Hollandse Beton Groep als kandi daatkoper de hoogste ogen gooit bij een eventuele verkoop. Maar thans is het een litanie zonder eind. waarop hij dagelijks een kapitaal inteert door de niet-rendabele leeg staande panden, die wél bewaakt moeten worden. Grimmig: „Het is een uitputtingsslag geworden. Van Ommen Kloeke heeft al verklaard dat de gemeente de langste adem zal hebben". Zwolsman is echter niet van plan zich over te geven. Doorgaan „Als zakenman hóór Je wel van dergelijke catastrofes. Dan denk Je: zo iets overkomt me niet. Op zo'n onwezenlijk moment realiseer Je Je: „Je moet doorgaan en niet weglo pen of in paniek raken". Willekeu rige Hagenaars bellen hem thuis op met goedgemeende suggesties voor het Kurhaus. Een mevrouw vraagt hem of er geen universeel klooster van kan worden gemaakt. Het is een lang gesprek. Zwolsman blijkt zeer bijbelvast, maar roept op zeker ogenblik toch ietwat ongeduldig dat hij het principe van „de vogelen des velds" huldigt en niet al te ver vooruit wil leven. Hij belooft nog terug te bellen en zegt als hij de telefoon neerlegt dat het op zich in een bepaalde gedachtengang nog niet eens zo'n gek Idee is. Soms zakt hij midden in het ge sprek in een diepe, maar korte slaap. „Ik slaap weinig in mijn bed", verontschuldigt hij zich. „Doorgaans ga ik met werken door tot ik op de plaats in slaap val. Dat kan overal zijn. Ik blijf door piekeren..." Een van zijn piekerplannen is, dat hij zich volgend Jaar kandidaat wil stellen voor de Haagse gemeente raad, dan zal ik wel eens aantonen hoeveel geld er verspild wordt. Zwolsman stemt KVP „omdat 'k katholiek ben" maar heeft ook wel eens een voorkeurstem op Haya van Someren Downer uitgebracht. „Dat was nog in de tijd van Toxopeus. Die hoorde dat ik een nogal forse bijdrage voor het verkiezingsfonds van de KVP had gegeven. Hij vroeg me toen of ik in het vervolg niet wilde omdraaien: stemmen op de KVP en storten voor de VVD..." Bulten wintert het oog Van zeilen komt voorlopig niets. In zijn kano voor het huis in Wassenaar liggen twee peddels in een kano volledig ingevroren In een diepe laag Ijs. Zo voelt hij zich ook.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 13