ERNFUSIE: DE ZON >P AARDE IMITEREN in speurtocht naar nieuwe energie-bronnen lAlternatieven )AG 17 FEBRUARI 1973 reld vooral het geïndustrialiseerde wes- kampt met een energie-probleem. De con- ,nele energiebronnen, kolen, olie en aard lagen uitgeput te raken. Wat dan? ivaar zijn de winbare voorraden fossiele jtof nog toereikend voor meer dan een wanneer wij althans bereid zijn er voor te (moeilijker bereikbare reserves worden Je consument uiteraard duurder in het ge- dan de thans nog „makkelijk" winbare iden) maar toch komt er ééns een eind Vandaar dat de speurtocht naar nieuwe intensief moet worden voortgezet, wil obleem van vandaag mettertijd niet in een alige crisis verkeren, die waarschijnlijk het welvaartspeil van de ontwikkelde landen terug zou brengen tot het niveau vaii een paar eeuwen geleden en de ontplooiing van de ontwikkelings landen een radicaal halt toe zou roepen. In die speurtocht is kernfusie nog steeds favo riet, hoewel er andere bronnen zijn, die op het ogenblik technisch al „aangeboord" zouden kun nen worden (en worden), terwijl het winnen van energie uit kernfusie nog maar een op theo retische gronden veronderstelde mogelijkheid is. Wat is kernfusie en hoe staan de kansen, dat we dit fundamenteel-fysische proces ooit voor ener giewinning zullen kunnen gebruiken? Het ant woord op die laatste vraag is zuiver speculatief, maar er bestaat bij ingewijden wel een soort al gemene verwachting: zonder een thans nog niet voorziene revolutionaire doorbraak zal het nog wel een jaar of tien duren aleer wij weten, in welke richting een oplossing moet worden ge zocht voor de nu nog onoverwinnelijk schijnen de technische problemen. Daarna moet nog jaren worden uitgetrokken voor ontwikkelingswerk, alvorens de eerste (experimentele) fusie-cen trale „draait". Vóór het magische jaar 2000 zal vermoedelijk kernfusie nog geen indrukwekkende bijdrage hebben kunnen leveren aan de voorziening in een dan verveelvuldigde wereldbehoefte aan energie. atoomkern liggen enorme leden energie opgesta- ior het eerst werden deze gl- energieën door de mens kt in de atoombommen, de tweede wereldoorlog sloten. Daarbij ging het om sing. De atoomkern van ementen zoals uranium heeft t energie nodig om „bij el- blijven". Splitst men zo'n e kleinere kernen, die minder bindingsenergie be- dan blijft er een grote hoe energie over, die in de vorm aling en warmte vrij komt. eeft enkele Jaren na de twee- Idoorlog geduurd, alvorens kernsplijtingsproces niet ex- zoals in de bom maar be- gebruiken kon om warmte iceren. die weer gebruikt werd r middel van stoom-produk- langs conventionele weg elek- op te wekken. Over de gehele thans vele tiental- mcentrales" van dat type staande uiteenzetting over pcipe van de kernsplitsing is simplistisch. Er komt veel te pas, zoals de omzetting "jterie in energie volgens de formule van Einstein: E Maar 't is in 't bestek van esijhouwing niet nodig, ons verdiepen, er grote bezwaren verbon- de energiewinning door ng. In de eerste plaats bij het proces vrij veel itdef afval vrij, waarmee we jezegd nog niet goed weg we ker de eerste tientallen Ja- i (dit blad van 28 okt. J.l. schreven wij daarover uit- In de tweede plaats zijn de i uranium, die voor het pro- zijn, beperkt. Bovendien uranium, eenmaal gewon- erts, kostbare bewerkingen an tot men een geschikte (verrijkt met een bepaal- op) heeft verkregen, een nog- geschiedenis, die ook tot bederf kan leiden, ns prof. dr. J. J. Went, o.m. ewoon hoogleraar in de reac- !e aan de TH in Delft, is er op de wereld ongeveer een miljoen ton uranium bekend, dat kan wor den gewonnen tegen 'n prijs van on geveer 70 gulden per kg. Op 't ogen blik is de prijs aan de lage kant, nl. circa 45 gulden. Het exploiteren van moeilijker bereikbare voorraden (tot 4 miljoen ton) brengt de kosten per kg op ruim 200 gulden. Die Ihoe- veelheid is overigens nog maar een kwart procent van het uranium, dat in zeewater zit. Maar de winning uit zeewater brengt nog veel hogere kosten mee. De prijs wordt dan ver moedelijk in de buurt van 500 gul den per kilo, bijna het honderdvou dige van de huidige prijs. Een methode om de schaarste aan uranium te ondervangen is het bou wen van „kweek-reactors", waarin me behulp van uranium en thorium be halve energie ook de splijtstof plu tonium wordt geproduceerd. Maar dergelijke snelle kweek-reactors zijn nog niet geconstrueerd, en boven dien hebben zij nadelen van milieu technische aard. Kernfusie Een geheel ander procédé van ener gie-winning uit de atoomkern is de kernfusie: daarbij worden niet zwa re atoomkernen gesplitst in lichtere, maar lichte atoomkernen samenge smolten tot zwaardere. Ook daarbij komen grote hoeveelheden energie vrij, die niet meer nodig zijn voor de samenbundeling van de kernen. Merkwaardig is dat wij al van het ontstaan van de aarde af de beschik king hebben over kernfusie-centrale, en dat wij daar nu toch nog naar stig naar moeten zoeken. Iedere ster, dus ook de zon, is zo'n centrale. De zon ontleent haar uitgestraalde energie aan kernfusie-processen. Het leven op aarde en vrijwel alle ener gie die de mens tot duver gebruikte, waren niet denkbaar zonder die zon- ne-energie, die ons warmte geeft, planten en dieren laat groeien, me de daardoor indirect gezorgd heeft voor vorming van steenkool, oüe, aardgas en andere krachtbronnen als wind en water. Het bezwaar is evenwel, dat die „kosmische fusie-centrale" zover verwijderd is, althans uit het oog punt van energievoorziening. De aarde en haar atmosfeer ontvangen nog niet de helft van een honderd- miljardste deel van de door de zon uitgestraalde energie, die dan nog voor een groot deel door de atmosfeer wordt geabsorbeerd. Bij een latere beschouwing over „alternatieve" energiebronnen hopen wij iets meer te vertellen over de mogelijkheden, die zonne-energie biedt voör oplos sing van de problemen van vandaag. Thans gaat het er om, dat de mens zoekt naar methoden de zon op aarde na te bootsen, en door kernfusie in de energiebehoefte te voorzien. Voor het samensmelten van twee atoomkernen moet aan enkele voor waarden worden voldaan. De kernen moeten „gesitript" worden, dwz. ont daan van de elektronenschillen, waar van zij in een normale atoom- configuratie zijn voorzien, en zij moeten voldoende snelheid hebben, cm elkaar te treffen zonder dat zij elkaar door hun wederzijdse positie ve lading afstoten. Die snelheid of kinetische energie is de temperatuur. Een hoge temperatuur is ook nodig om de elektronen los te maken van de kern. Zo'n mengsel van niet meer aan elkaar gebonden kernen en elek tronen heet een "plasma" hetgeen wel de vierde aggregatietoestand van een stof wordt genoemd (de an dere drie zijn vast, vloeibaar en gas vormig). De benodigde temperaturen zijn inderdaad zeer hoog: honderden mil joenen graden. Alle materialen op aarde smelten er verdampen bij derdelij ke tempe raturen onherroepelijk. Het is dus uJet mogelijk, 'n plasma op normale wijze bijeen te houden. Dit kan slechts door middel van sterke mag neetvelden, dus in 'n soort magne tisch vat. In vele laboratoria ter wereld expe rimenteert men thans met deze tech niek. Men verhit de gronidstof voor het procédé bv. deuterium of zware waterstof met een kern bestaande uit een proton en een neutron) tot die hoge temperatuur langs elektrische weg terwijl deze zich in een ronde overigens luchtledige buis bevindt, waaromheen krachtige elektromag neten zorgden voor concentratie van het plasma in de kern van de buis, zonder dat het plasma de wanden roakt. Onder die omstandigheden kan fu sie van de kernen optreden. Maar om het proces nuttig te maken voor energievoorziening, moeten zowel temperatuur als nauwkeurig geregel de atmoferische druk binnen het plasma (circa een duizendste van de normale luchtdruk) langdurig in stand gehouden worden dat is tot dusverre niet gelukt, slechts voor minieme fracties van seconden. Een van de voornaamste oorzaken daar van is, dat het plasma zich onhan delbaar" gedraagt, niet in vorm wil blijven en bovendien plaatselijke dichtheidsveranderingen gaat ver tonen. Op eigen kracht Lukt de fusie wel gedurende enige tijd, dan komt uit het plasma een grote hoeveelheid energie vrij, vooral ir de vorm van snelle protonen of neutronen. Wanneer deze worden op gevangen en „afgeremd" ontstaat daarbij warmte, die op twee manie ren gebruikt kan worden: voor het leveren van de energie die nodig is om het proces op gang te houden (c.m. op temperatuur houden van het plasma en het in standhouden vsn de magneetvelden) en voor het produceren van energie voor ge bruik, bv. elektriciteit. Op die wijze ontstaat een zichzelf voedende reac tie, die bruikbare energie levert. Kernfusie is al op aarde verwe zenlijkt, namelijk in de waterstofbom. Maar daarbij gaat het om een on beheerst explosief procent. De beno digde hitte wordt in die H-bom gele verd door een conventionele atoom- splitsingsbom. Voor de energievoor ziening hebben we daar niets aan. Bij beheerste kernfusie komen on voorstelbare hoeveelheden wel bruikbare energie ter beschikking van de mensheid, waarvoor de grondstoffen nagenoeg onuitputte lijk zijn. Fusie van de kernen van 1 gram deuterium bv. levert maximaal een energie van 100.000 kWh. Dat is vol doende voor twintig normale gezin nen, gedurende een jaar! Deze gram deuterium is met heel ge ringe kosten te winnen uit 30 liter water, waarvan de wereldzeeën een onuitputtelijke voorraad hebben. Voor dezelfde energie is de verban- cUng van 10.000 liter benzine no dig Overigens lijkt het thans waar schijnlijk, dat niet alleen deuterium maar b.v. ook tritium (een proton en twee neutronen) nodig zal zijn om een ketting-fusiereactie te onder houden. Tritium kan vrije eenvoudig worden vervaardigd door reactie van lithium met neutronen. Voor de grondstofvoorziening van het fusie proces is dit geen enkel praktisch bezwaar. Een groot probleem is wel, dat men pij de huidige experimenten met te genstrijdige factoren rekening moet houden. Aan de ene kant werkt men met extreem hoge temperaturen van het plasma, aan de andere kant met extreem lage temperaturen voor de magneten. Die kunnen namelijk slechts een sterk genoeg magnetisch veld op korte afstand verwezenlij ken wanneer gebruik wordt gemaakt van de super-geleiding, die in het benodigde elektrisch geleidende ma teriaal optreedt bij extreem la ge temperaturen, nabij 't absolute r.ulpunt (circa 273 graad Celsius onder het vriespunt. Kernfusie is onlangs weer in het nieuws gekmoen door het beridht, dat Amerika aanzienlijke bedragen stopt in het onderzoek van de mogelijk heden, een laserstraal in plaats van een conventionele atoomboom te ge bruiken als „slaghoekje" voor een waterstofbom. Met 'n laserstraal, die in een smalle niet divergerende bun del monochromatische elektromag netische straling met zeer hoge ener gie kan concentreren op een klein punt, zijn wellicht de temperaturen te bereiken, die een fusieproces aan de gang zetten. Dit zou dan in eerste instantie een militair doel hebben (met het onheilspellende gevaar dat ook kleine naties over een H-bom zullen beschikken), maar er zijn ook experimenten aan de gang om be heerste kernfusie door middel van laser-verhitting te verwezenlijken. Nadat de Russen begonnen waren met plasma-experimenten in de To- kamak (Toroïde Kamer Machine) in het Moskouse Kurchtow Instituut werd later een betere versie onder de naam Symmetrische Tokamak ge bouw in Ihet Plasmafysisch Labo ratorium in Princeton (VS). Hierin wordt zowel met krachtige elektro- renbundels als met laserimpulsen ge werkt om de vereiste temperatuur van t plasma te verkrijgen. Het lukte deze ST echter niet, een fusie proces op gang te brengen. Nieuw experiment Men liet zich niet uit het veld slaan en men heeft een nieuw in- strumet, dat de FM wordt genoemd. Deze FM bestaat uit een vijftien meter lange ringvormige buis van supra geleidend materiaal. Deze met vloedbaar helium gevulde ring wordt door een magnetisch veld opgetild en hangt dan vrij in de ruimte. Het plasma, gevangen in het magnetisch veld van de ring stroomt nu niet ih de buis zoals voorheen maar rond de buitenkant daarvan. Het extreem hete plasma heeft dan een extreem koude kern gekregen. Het geheel be vindt zich dan weer in een herme tisch gesloten dikke buis. die afge zien van Ihet plasma luchtledig is. Met deze nieuwe machine hoopt nen binnen afzienbare tijd belang wekkende resultaten te verkrijgen, die de oplossing van de problemen rond de kernfusie aanzienlijk dich terbij zal brengen. Wetenschap en technologie door P. Bok <r Enkele van de kernfusie-reacties, die voor het procédé van energie-winning van belang kunnen zijn, schematisch in beeld gébracht. Het onderste deel van de tekening geeft de verkla ring van de symbolen voor de verschillende kernen en kern deeltjes. Links van de pijlen staan de uitgangsprodukten. De pijlen duiden het versmeltingsproces aan en rechts daarvan staan de produkten van de fusie aangegeven benevens de daarbij vrijkomende energieën. Het meest aantrekkelijke lijkt de 3e mogelijkheid, de fusiereactie van deuterium met tritium, omdat bij dit proces veel energie vrijkomt en de grondstoffen eenvoudig te verkrijgen zijn. Maar bij die reactie zullen onge twijfeld ook vele deuterium-kernen samensmelten volgens de bovenaan geschetste reactie. Enkele meer gecompliceerde reac ties, die ook van belang kunnen zijn (b.v. tussen lithium-6 en protonen of hélium-3 of deuterium hebben wij niet aangegeven. t Het energie-probleem kan nog op andere wijzen worden opgelost dan door toepassing van kernfusie. In de eerste plaats kan men er naar streven, minder energie te gebruiken. Dat is een methode, die veel aanhangers heeft onder de fervente milieu-beschermers. Maar de consequentie daarvan is wel een teruggang in materiële welvaart. Het is mogelijk, dat dit het menselijk geluk op den duur ten goede zou komen, maar dan moet de huidige generatie zich comfort gaan ontzeggen, dat tot de normale dingen van de dag behoort, althans in het geïndustrialiseerde westen. Dat zien we eerlijk gezegd nog met zo ..zitten". Voorts is de consequentie, dat optrekken van de welvaart van de ontwikkelingsgebieden naar het westerse peil afgeremd moet worden. Juist dat „optrekken" zal een enorme aanslag doen op de huidige energie-reserves. Voorts moet niet worden vergeten, dat de wereldbevolking dan ook niet mag groeien. En dat laatste te eisen is aanmatigend voor het westen tegenover de ontwikkelingslanden, waar de bevolking „explodeert". Men kan het nauwelijks een recht van het westen achten om ge boortebeperking elders af te dwingen. Toch zou dat laatste een voorwaarde moeten zijn om de oplossing van het energieprobleem te zoeken in de richting van vermindering van het energieverbruik. Dan zijn er nog oplossingen mogelijk door meer gebruik te maken van andeer energiebronnen dan de huidige of kernfusie. Die moge lijkheden zijn er te over: zonne-energie, waterkracht, windkracht, getijden-centrales, aftapping van de warmte-energie in zeer diepe lagen van de aarde, energiewinning uit door atoombommen ver vaardigde „ovens" diep in de aarde etc. Maar al die mogelijke energiebronnen lijken op den duur minder economisch en in vele opzichten (ook voor de milieubeschermers) minder aantrekkelijk dan de kernfusie, die alleen maar thermische milieuverontreiniging zou veroorzaken en dan nog op bescheiden schaal. Wellicht komen wij op de „alternatieven" voor de energievoorziening in de naaste toekomst uitvoeriger terug. Links een foto van het nieuwe FM-apparaat in Princeton, waarin zowel met elektronenbun dels als met laser-impulsen wordt gewerkt om fusiereacties in het plasma op te wekken. Duide lijk zichtbaar in het midden van de foto de dikke ring, waarin zich in een overigens luchtledig het plasma en daarbinnen de supergeleidende ring van vloeibaar helium bevindt. De proefopstelling moet worden "bestuurd" en gecontroleerd door twee grote computers om het ingewikkelde sa menspel van extreem hoge en extreem lage tem peraturen goed te laten verlopen. Duizenden ge gevens over het verloop van een experiment moe ten in fracties van seconden worden veriverkt en geëvalueerd om te voorkomen, dat er iets uit de hand loopt. Zou dat laatste het geval zijn, dan treft de computer automatisch de maatregelen die nodig zijn om het experiment gevaarloos te stoppen. Hierboven voorts een schets van het principe van de FM in Princeton. A wijst naar de supergeleidende ring, B naar het plasma die zich beide bevinden in een overigens luchtledige ringvormige trommel (c).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 19