'Doorgaand verkeer
\aoet uit woonstraten
geweerd"
'ORMEREN VEEL MEER KUNST DAN EEN VAK
?armaceuti5Me resaerchkosten enorm hoog
E
- tudens s hg"sï stmsïïï;raneheefl
- H4rte^RvrrrbuS
j*drijven
rdelen
Rustiger
)er de
Iviseurs
mireaus
Voelt u zich rM$fg en kikkerig?
RDAG 30 DECEMBER 1972
2 Jaj
die een goed werkende ge-
lksaanwijzing kan geven voor de
netsformatie in Nederland, ver-
jit eigenlijk een monument bene-
de hoogste koninklijke onder-
ding. In de loop der Jaren is er
al veel geschreven over de
ngsvorming, zowel door politici
h. J. van den Berg
Idoor vertegenwoordigers van de
ischap. Niemand echter bleek in
de Juiste formule met de groot-
[kans op succes aan de hand te
kabinetsformateurs slaagden,
dat meer met creativiteit en
rallies te maken dan met dege-
vakwerk. Geslaagde formaties
|den echter ook nogal eens te
i met algemene uitputting zo-
1956 na 12i dagen, of het uit-
gezag van een individue
politicus. De heer Beel heeft er
j titel van "onderkoning" aan te
Jken gehad.
kenschapsbeoefenaars als profes.
F. J. F. M. Duynstee en drs. C.
.Herlijke
Ringnalda zijn in staat gebleken be
langrijke fasen te onderscheiden bin
nen een formatie, ieder met hun
eigen mogelijkheden en problemen.
Een duurzaam te gebruiken hand
leiding konden ook zij er niet uit
destilleren, evenmin als de ervaren
dr. W. Drees Sr. die in zijn boek,
"De vorming van het regeringsbe
leid", overigens heel behartenswaar-
dige dingen over de formaties heeft
geschreven. Van hem stamt trouwens
volgens de legende, het troostrijke
woord: "Majesteit, tenslotte komt er
altijd weer een kabinet".
Problemen
Diezelfde Drees duidt in het ge
noemde boek al een aantal proble
men aan, die als oorzaak kunnen
gelden voor de lange duur, de com
plicaties en het vaak wat onverkwik
kelijke beeld van de kabinetsforma
ties. Drees noemt de politieke ver
deeldheid van ons land met zijn ve
le en ongelijksoortige partijen, die
door het bestaande kiesstelsel nu
niet direct tot vergaande samenwer
king worden gestimuleerd. Partijen
treden in de verkiezingsstrijd sterk
individueel op, maar hebben daar
door tijdens de formatie des te lan
ger tijd nodig om een aantal preten
ties te laten varen.
Er is nog een tweede, minstens zo
belangrijke oorzaak, aan te wijzen.
Het regeringsbeleid in Nederland is
er een van "gesloten circuits". Iede
re minister zit, tot op zekere hoogte,
gevangen in een net van sterke in
vloeden, die hem bijna dwingen het
parlement telkens voor voldongen
feiten te stellen. Deskundige ambte
naren, belangrijke maatschappenJ-
ke organisaties en hun verwante ge
specialiseerde politici zijn geneigd de
bewindsman van alle kanten in te
Vastleggen
Als die minister nu ook nog zelf uit
een belanghebbende kring voortkomt,
of geen bijster sterke man is, dan
wordt het voor de Kamer "tijdens de
rit" onevenredig moeilijk hem tot
andere gedachten te brengen.
Behalve de premier is dan in feite
alleen nog de minister van financiën
in staat hem in de pas te houden.
Maar hij heeft daarbij alleen de be
schikking over het paardemiddel van
kortingen op het budget. Je moet al
Lieftinck of Nelissen heten om de
moed te hebben permanent voor
boeman te spelen. Een wel deskun
dig maar ook erg vriendelijk mens
als Witteveen bracht dat niet op.
De Kamer kan niet veel meer
doen, dan de belangrijkste zaken op
voorhand vast te leggen, dat wil
zeggen: tijdens de formatie, om op
die manier "een poot tussen de deur
te krijgen". Vandaar ook, dat daar
bij hele fracties tegenwoordig wor
den betrokken en niet slechts de
fractieleiders zoals in een grijs ver
leden. De Quay heeft het in 1959 nog
eens op de ouwerwetse manier ge
probeerd, maar niemand trok zich
iets van hem aan.
Drie instrumenten staan de frac
ties bij de formatie ten dienste: het
regeringsprogramma, de portefeuil
leverdeling in het kabinet en eventu
eel de persoon der ministers. Lo
gisch daaraan vooraf gaat echter de
vraag naar de lichting van het be
leid, met andere woorden: wie gaat
met wie in één kabinet zitten?
Het antwoord van de drie progres
sieve partijen op die vraag-vooraf
is bekend geen bondgenootschap
pen, tenzij die al voor de verkiezin
gen zijn vastgelegd. Daarna is het
te laat, want, aldus Den Uyl, door
de verkiezingen ontstaat een verbin
tenis tussen partijen en hun klezrs,
dde de partijen niet eenzijdig kun
nen verbreken. Afgezien daarvan of
men in ernst van een "verbintenis"
kan spreken, is het de vraag of deze
aanpak van de kwestie „wie-met
wie" zo verstandig is, omdat ze eer
der tot uitschakeling leidt, dan tot
deelname aan het kabinet.
Enig begrip
Toch is enig begrip voor het pro
gressieve standpunt wel mogelijk
De neiging onder de confessionelen
is namelijk groot om de vraag voor
af naar het wie-met-wie samen te la
ten vallen met het werk aan een re
geringsprogramma. In het achter
hoofd zit dan bldjkbaar de gedachte:
tot hoeveel kunnen we PvdA dan
wel WD bereid vinden? Om strijd
hebben zowel Drees sr. als de libe
raal Toxopeus daarover geklaagd
De laatste noemde het nog onlangs
in een interview zelfs "een rotspel-
letje".
Erger nog was, dat WD en PvdA
meer dan eens tegen elkaar werden
uitgespeeld, terwijl voor de confes
sionele formateur af lang vaststond
dat de WD de regeringspartner
moest worden. Dat was zo in 1959,
1963 en in 1967. Vooral in '63 maakte
formateur De Kort (KVP) het wel
heel oont Men moet de huidige in
formateur Ruppert nageven, dat hij
het cleaner houdt, dan we in jaren
gewend zijn geweest.
Vanaf 1963 heeft de positie van het
parlement er ook toe geleid, dat het
zijn "machtsrestant" gebruikte om
het kabinet te dwingen in een keurs
lijf van gedetailleerde afspraken
Destijds leidde dat tot het Akkoor-'
van Wassenaar: acht Jaar later
kwam het al even gedetailleerde ak
koord-Steenkamp tot stand.
Geen van beide bleek zelfs maar
de geringste garantie te kunnen le
veren voor duurzaam behoud van het
kabinet. Bovendien voelden de mi
nisters zich al te zeer gebonden en
verloren de parlementaire fracties
"tijdens de rit" al hun bewegings
vrijheid. Het ziet er nu naar uit. dat
men weer terugkeert naar de metho
de die de oude heer Drees steeds
heeft aanbevolen: alleen afspraken
maken over heel belangrijke en te
gelijk controversiële punten en overi
gens de grootst mogelijke vrijheid ge
ven aan het kabinet en de Kamer
fracties.
Dat die vrijheid maar betrekkelijk
is, hoop ik in het voorafgaande te
hebben duidelijk gemaakt.
Portefeuilles
Een en.. opmerking tensi -tl
over de portefeuilleverdeling. Het
lijkt in Nederland wel een* n f
men de verkiezingen maar b?t m can
verliezen d<»n winnen. Wieg?l* D
is in de ogen der confessionelen n 'n-
denlijk minder aantrekken^ r-
den sinds haar grote winst van 2° y-
vember. In de adviezen van d'- n-
fessionelen bespeurt m-n dan oo'- 'e
neiging om zich de VVD zo ver mo
gelijk van het lijf te houden Nu Wie
gel heeft gewonnen, zijn de kan- n
op een vier-parti1nn t - t
huidige demissionaire kabinet-Bies
heuvel eerder verkleind, dan gr er
geworden.
Het verschijnsel is allesbehalve
nieuw: al in de vroege twintiger Ja
ren klaagde het katholieke Kam-r'id
J. B. Bomans (de vader van de
schrijver) over de verminderde in
vloed van de RK Staatspartij, juist
toen zij in 1918 veruit de grootste
partij was geworden. Wiegel kan
zich dus getroost weten, maar merk
waardig is het natuurlijk wel.
en meer wordt de wenselijk-
gevoeld om in de steden de
ïid van motorrijtuigen te be-
in straten die niet nodig
voor doorgaand verkeer, de zo-
amde woonstraten. Immers,
eren die door gebrek aan speel-
ite elders noodgedwongen op
i p< J, Schwarz
it moeten spelen, lopen onafge
en gevaar door de onredelijke
leid waarmee auto's veelal door
meestal smalle straten racen,
b.v. om een stoplicht te om-
ig onlangs werd een meisje van
dat van de stoep af liep bij
in de straat door een met 60
langs komende auto gegrepen,
gelukkig niet ernstig gewond,
dit geval werd geen politierap-
opgemaakt: zo zijn er duizen-
dle dus niet in de statistieken
sht komen. De bestuurder van
tuto kwam van een receptie en
it heel ergens anders heen,
maar kon via onze nauwe eenrich
tingsstraat 50 meter afsnijden
In 1971 werden 4153 te voet zijnde
kinderen beneden 14 Jaar in het
verkeer gedood of gewond, waarvan
ongeveer 3600 binnen de bebouwde
kom. Natuurlijk lang niet allemaal
in woonstraten, maar de gevallen
die niet zijn aangegeven moeten we
w bij tellen, en de fietsertjes ook.
Wat kan hieraan gedaan worden?
Allereerst zou men alle doorgaand
verkeer door woonstraten kunnen
verbieden of onmogelijk maken. Dit
verkeer kan namelijk gebruik ma
ken van de verkeersaders die om de
woonwijken heen lopen. Voorts zou
men er voor kunnen zorgen dat het
verkeer dat in de wijk moet zijn,
het bestemmingsverkeer, niet harder
rijdt dan 20 km/u. De ervaring
heeft geleerd dat dan vrijwel op de
plaats gestopt kan worden, en onge
lukken met kinderen zijn uitgeslo
ten. Maar aan de uitvoering van
zo'n program zitten nogal wat ha
ken en ogen.
Petitie
In april 1971 diende ik, mede na
mens 100 medebewoners, een petitie
in bij de Gemeente Den Haag, om
een „snelheid van 20 km/u aanbe
volen te krijgen". Een snelheidsbe
perking voorschrijven mag de ge
meente niet, dat kan alleen door de
minister. De gemeente weigerde,
want ze vond het niet nodig en
dacht dat de autobestuurders er
zich toch niet aan zouden houden.
Ook oud-minister Drees zag daar
niets in, toen we het bij het be
leidsdebat in de Eerste Kamer in
februari naar voren brachten, om
dat hij vreesde dat het niet moge
lijk zou zijn de naleving van het 20
km gebod goed te controleren. Wel
beloofde hij de suggestie van het
eerste kamerlid ir. J. G. Gooden
(KVP) nader te bespreken, name
lijk dat de bevolking zelf de kente
kennummers van overtreders zou
kunnen noteren en doorgeven. Maar
ook hiervan is niets terecht geko
men. Het is mij overigens een raad
sel waarom men een maximum
snelheid van 50 km wél kan contro
leren, en een van 20 km niet.
Toch vond oud-minister Drees het
,een heel sympathieke gedachte" en
vond hij het .eveneens een belang
rijke zaak dat men meer scheiding
krijgt tussen woonstraten metu«9an
heel rustig bestelverkegQef? bobbels
gebieden waar mene'r snel
heid kan maken". Hij meende ech
ter dat dit doel langs andere weg
moest worden bereikt, en zegde toe
„in overleg te treden met zijn
ambtgenoot van Justitie en met de
gemeenten" om de volgende maat
regelen te bevorderen:
1 het afsluiten van woonstraten
aan één kant, zodat het doodlopen
de straten worden;
2. Het neerzetten van paaltjes, waar
men met een gewone auto nog net
doorheen kan en men zorgvuldig
3. heileggen van bochten in nieuwe «fff*16 V00r 0nstuimige bromfiet~ ®et een lagere maximum snelheid het gedrag van de autobestuurders
woonstraten (daar hebben we voor voor hefc verkeer en beperkende bestuderen en vergelijken met dat
de oude wijken dus niets aan). n/t maatregelen voor het doorgaand in een derge'ijk wijkdeel waar men
- Meer vragen verkeer. Het voorstel is een reactie de veranderingen niet aanbrengt.
Op 5 Juni, dat is dus bijna vier op het verzoek van de Verkeers- De raadsfra/^ie van D'66 in Wad
maanden laterijnaar Ja ambtelijke Inmiddels hadden ook de Neder- werkgroep 25 om in alle Rotterdam- dtór~lïottoir mAW~ met de
molens schreef het ministerie aan landse Vereniging Bescherming se woonwijken een maximum 25,,„ zodat men voor- te
de Vereniging van Nederlandse Ge- Voetgangers in Maart en de Wijk- held vp-«♦- jS kJSen
meenten. De mogelijkheid van het vereniging Eenheid door Vriend- -n* ae moderne woonwijk zichtag de wronstrw au
afsluiten van woonstraten met aan schap in april aaani&arair Buu-emiof (wijk 5) de woonerf- blijven Vrijden- De
het begin een bord „verboden voor -TgHfe^^enigingen wer- functie duidelijk gestalte krijgt in dus een g<»«» worden.waar
overdwars^ p^fVSSS [^parkeervoorzieningen. Me» zal op initiatie»
de bewoners zelf.
Van onze redactie economie kan worden
- ste SP-'bracht is er ten min-
aanbod van farmaceutische speude zeven Jaar intensief
(geneesmiddelen etc,1 werk verricht. Niet alleen om
e laatste jaren een ae werking te beproeven, maar ook
En» "oorgemaa^ctacu- om het optreden van bijverschijnse-
zi.e,bat is ook len te elimineren,
bst, een Farbwerke
Fusche cj^ote vVestduitse Van de 7.000 chemische verbindin-
erns en Duitsland's gen die er in de researchlaboratoria
geneesmiddelenfabrikant tot stand worden gebracht, bieden
beschikt momenteel over er slechts 30 een mogelijkheid tot
cialiteiten, die wat de omzet verder onderzoek. Van die dertig
voor de helft bestaan uit komen er niet meer dan tien in een
en die in de laatste 10 jaar stadium van klinisch speurwerk,
larkt zijn gebracht. terwijl er uiteindelijk maar één
izetontwikkeling is overigens overblijft, dat werkelijk voor pro-
In de ene dag op de andere ductie in aanmerking komt.
ind gekomen. Voordat een Het duidelijk dat de kosten die
geneesmiddel op de markt aan ditonderzoek ten grondslag
Voorbeelden, waar ingrijpenden reor
ganisaties hebben geleid tot een in
gezondheid herstelde onderneming
zijn onder meer DSM-Staatsmijnen,
Stokvis, De Gruyter en de Verenig
de Machine Fabrieken.
Wanneer het bestuur van een be
drijf eenmaal tot de conclusie is
gekomen, dat de structuur niet
meer deugt, wordt vaak de hulp in
geroepen van een buitenstaander,
van wde wordt verwacht dat deze
een frisse kijk op de zaken heeft.
In Nederland kan hij dan kiezen
uit zo'n 700 organisatie-adviseurs,
die zijn aangesloten bij de Raad
van Organisatie-adviesbureaus.
(ROA). Met htm advieswerk boek
ten zij vorig Jaar een gezamenlijke
omzet van 66 miljoen gulden.
De grootste opdrachtgevers komen
nog steeds voort uit de industriële
sfeer (39 procent van de omzet). In
de sectoren afzet en distributie van
produkten wordt veel minder een
beroep gedaan op externe adviseurs.
Slechts vijf procent van de advie
zen gaat hier naar toe, terwijl de
laatste tien Jaren de kosten op dit
gebied toch zeer sterk zijn toegeno
men, aldus de ROA. Ruim de helft
van de adviseurs heeft een acade
mische opleiding, voornamelijk eco
nomisch, financieel-economisch of
technisch.
liggen aanzienlijk zijn. Heeft de ge
neesmiddelensector In Duitsland een
aandeel van 9% In de totale indu
striële omzet, het aandeel in de to
tale uitgaven voor research be
draagt niet minder dan 33%.
1,9 miljard
Ook voor een bedrijf als Hoechst,
dat dit Jaar naar schatting voor
een bedrag van DM 1,9 miljard aan
farmaceutische producten zal verko
pen, is het gezien de hoge research
kosten onmogelijk zich op alle sec
toren van de farmacie te richten.
Het concern richt zich daarom
vooral op geneesmiddelen voor in
fectieziekten, preparaten voor psy
chiatrie en neurologie, hart- en
vaatziekten en kanker, als ook op
de verbetering van bestaande pre
paraten.
Beperkingen heeft Hoechst zich
overigens niet alleen op het gebied
van de farmacie moeten opleggen,
maar ook in de andere werkgebie
den. De belangrijkste activiteiten
bulten de farmacie zijn chemicaliën,
kleurstoffen, kunstvezels, kunsthar
sen en lakken, kunststoffen en fo-
llën.
Drs. J. G. L. M. Willems, weten
schappelijk medewerker aan de
leerstoel voor interne organisatie
van de economische faculteit van
de Universiteit van Amsterdam,
vroeg zich af hoe dat advies van
buiten nu valt In het bedrijfsleven.
In een artikel „Investeren in Ad
vies" in een recent nummer van het
Tijdschrift voor Effectief Directie
beleid geeft hij de resultaten weer
van het oordeel van cliënten over
deze bedrijfsraadgevers.
Daaruit blijkt allereerst dat. wil een
adviesproces vruchtbaar zijn, de
geadviseerde zelf een belangrijke
inbreng dient te geven. Vooral de
klanten met goede ervaringen met
adviseurs zijn daarvan doordrongen.
Tevens geldt als voorwaarde voor
een succesvolle samenwerking, dat
de opdracht duidelijk moet worden
geformuleerd.
De heer Willems betrok 72 bedrij
ven in zijn onderzoek. Daarvan vel
de 57 procent het oordeel „goed" tot
„zeer goed" over de bedrijfsadvi
seurs. De 'andeer 43 procent zei
„matig" tot „slecht".
Hoewel het oordeel dus nog lang
niet onverdeeld gunstig is, heeft er
de laatste Jaren toch een verschui
ving plaats gevonden in een meer
positieve richting. In 1953 werd
melijk ook al een dergelijk onder
zoek verricht. Toen bleek dat
slechts 38 proent „goed" tot „zeer
goed" te spreken was over het ad
vies. En 62 procent vond het „ma
tig" tot „Slecht".
De tendens tot gunstiger beoorde
ling van het werk van de organisa
tie-ad vieseurs kon niet direct wor
den verklaard. Wel werd gewezen
op de grotere aandacht, die thans in
het algemeen van de zijde van de
adviseurs wordt besteed aan de uit
voering van de voorgestelde maatre
gelen. Het adviesproces krijgt steeds
meer een twee-richtings karakter,
in die zin dat adviseur en geadvi
seerde tezamen naar een oplossing
van de problemen werken.
op de veredelings-chemie. Volgens
het bestuur biedt dat voor de toe
komst de beste mogelijkheden de
beschikbare know-how te benutten.
Daarbij is het beleid ook meer
marktgericht geworden. Dat heeft
dit Jaar al tot een belangrijke ver
betering van de gang van zaken ge
leid. Na enkele minder gunstige Ja
ren kon in de eerste acht maanden
van 1972 een duidelijke verbetering
van de productiviteit worden be
reikt. De winst heeft daardoor een
sterkere groei doorgemaakt dan de
omzet, na een periode waarin hoge
re verkopen een teruggang van de
resultaten niet konden voorkomen.
Het bestuur meent dan ook dat nu
de basis is gelegd voor een gunstige
blijkt uit de vijf volgende toelich
tingen:
1- „Zij (de adviseurs) parasiteren
slechts op de financiële positie en
vertellen (of vertalen) slechts dat
gene wat wij hen al hebben ver
teld".
ontwikkeling in de komende Jaren.
In tegenstelling tot in het afgelopen
decennium zal de groei echter niet
meer in de eerste plaats van de in
Duitsland gevestigde bedrijven ko
men. De binnenlandse verkopen ste
gen in de eerste helft van dit Jaar
met 2.8%, de export van de in
Duitsland gevestigde bedrijven met
1,8%.
De omzet van de in het buitenland
gevestigde ondernemingen ging
daarentegen met 15% omhoog. Een
grote bijdrage daartoe heeft
Hoechst Holland geleverd. Hoechst
HoUand is vorig Jaar oktober ont
staan door de samenvoeging van de
productiemaatschappijen in Vllssin
gen, Breda en Weert in één jver-
koepelende organisatie. Het totale
personeel in Nederland bedraagt
ongeveer 2400 man.
Als chemisch concern moet Ho c .st
grote aandacht besteden aan de be
scherming van het milieu. Daartoe-
werd in 1961 een speciale afdeling
opgericht, die momenteel meer dan
160 personeelsleden telt. Er wordt
door Hoe-hst moment geen enke
le installatie meer gebouwd zonder,
de goedkeuring van die afdeling. De
investeringen in installaties om mi
lieuvervuiling te voorkomen bedra
gen momenteel alleen voor de 'it-
se bedrijven al DM 100 miljoen per
Jaar.
2- .Hoewel de opzet goed was, bleek
later dait de gebruikte methoden
niet pasten in de structuur van
onze industrie. Het gevolg was dat
de ingewikkelde systemen Ingrijpend
door een eigen studiebureau zijn
gewijzigd, of opnieuw zijn opgezet".
3- „Totaal resultaat ver onvoldoen
de".
4- „Waardeloos. De problemen wer
den wel aangevoerd, maar niet op-
BtJ de beoordeling „goed" kwamen
de uitvoerigheid van het advies, de
ervaring van de adviseur en de
spelregels als criteria naar voren.
Er werden een aantal voorwaarden,
met name van de zijde van het be
drijf, genoemd, om het advieswerk
soepel te laten verlopen.
De verdeling van de antwoorden
over de verschillende categorieën
bleek als volgt te zijn:
In 1953 werd er uit het onderzoek
geconcludeerd dat er iets ontbreekt
aan de verhouding tussen bedrijfs
leven en organisatie-adviseurs. De
Een dieper onderzoek lijkt vooral
hierom gewenst, omdat het ener
zijds mogelijk is dat de geadviseer-
den terecht de adviseur kritiseren
zijn de medewerkers van het bu
reau wel deskundig, hebben ze wel
ervaring?). Anderzijds is het ook
mogelijk dat een deel van de kri
tiek onterecht is. Wordt de adviseur
wellicht tezeer als een wonderdokter
gezien, die vliegensvlug alle moge
lijke kwalen zou kunnen genezen?
Opvallend
ADVERTENTIE
Het is opvallend, dat de geadviseer-
den, die tot het oordeel „slecht" ko
men, blijkens de door hen gegeven
toelichtingen vrijwel geen aandacht
schenken aan de rol van de geadvi-
seerde zelf. Dat la geheel in tegen
stelling tot diegenen, die „zeer
goed" oordelen.
De fout wordt hier geheel aan de
bant van de adviseur gelegd, zoals
Neem bij de eerste
griepverschijnselen Chefarine 4.
Chefarine 4 bevat één pijnstillend
één koortswerend, één opwekkend
en één maagbeschermend middel.
Samen helpen zij snel Zéér sneL
Bij pijn en griep.