limenlaiidse
strijdkrachten
De meest vreemde krijgsmacht, die
ons koninkrijk
gekend heeft
ooit
Ontheven
Aantijgingen
MOEILIJK
doorkruist
J] m
haotisch
Vernieuwing
iS Groep Packard
Hoge offers
Stroom klachten
Bijltjesdag
ZATERDAG ^NOVEMBER 1972
borstzak het Margriet-insigne
minister Meijnen en kapitein Cal-
meijer wilden dat de leidinggeven
de functies zouden worden vervuld
door beroepsofficieren, die uit
krijgsgevangenschap waren te
ruggekeerd. BS'ers zouden slechts
bij uitzondering hoge functies te
vervullen krijgen. Vanuit de BS,
kwam een scherp protest, dat in
derdaad resultaten heeft afgewor
pen.
Prins Bernhard werd op 13 sep
tember 1945 eervol ontheven van
zijn functie als bevelhebber en
werd benoemd tot inspecteur-ge
neraal van de Kon. Landmacht.
Tevens kreeg hij een hoge onder
scheiding voor zijn werk voor de
BS. De naam "stoottroepen", die
in de oorlogsjaren ontstond werd
na de oorlog als een soort erenaam
voor die groep die onder zeer veel
ontberingen heeft gestreden, ge
handhaafd.
In een nabeschouwing zeg auteur
Van O jen dat gebleken is dat ver
zet een zaak is geweest va nslechts
een klein deel van de bevolking.
De opvatting dat het Nederlandse
volk in zijn geheel tegen de bezet
ter opstond en "goed" was moet
ten stelligste worden afgewezen.
Van OJen sluit daarmee direct aan
op de woorden van dr. L. de Jong
in zijn verslag over het verzet in
het eerste oorlogsjaar, waarin hij
zich teleurgesteld toont over de
„volgzaamheid" der Nederlanders.
"Lasterlijke aantijgingen over het
optreden van de illegaliteit zijn uit
gegoten door mensen, die zich zelf
a
G. J. van Ojen jr.
Het stafwerk over het optreden
van de Binnenlandse Strijd
krachten is geen boek met een
vlotlopend verhaal, dat zich ge
makkelijk laat consumeren. De
vele honderden afkortingen, die
badzijde na bladzijde gebruikt
worden maakt dat het een moei
lijk verteerbaar werk is geworden.
Dat is jammer want de geschied
schrijving over de Binnenlandse
Strijdkrachten verdient onder de
aandacht te worden gebracht van
een breder publiek.
Natuurlijk, het gaat hier om
een stafwerk, waarbij de schrij
ver zich zo veel mogelijk aan het
feitenmateriaal dat hem ter be
schikking stond, heeft gehouden,
maar ik heb de indruk dat een
wat vlottere pen het boek niet
minder waardevol had gemaakt.
Een simpel voorbeeld: waarom
wordt zelfs ln de onderschriften
bij de foto's de afkorting BNS
bevelhebber der Nederlandse
Strijdkrachten gebruikt terwijl
iedereen duidelijk is dat het hier
gaat om Prins Bernhard.
Verder wordt het leesplezier
sterk verminderd door de talloze
overzichten van gewestindelingen
en functieverdeling. Nogmaals,
daaraan valt in een stafwerk niet
te ontkomen. Het betekent wel
dat het boek voor een grote cate
gorie niet .haalbaar" is. Daarom
zou het aan te bevelen zijn van
dit boek een beknopte populaire
uitgave te laten verschijnen, ge
schreven door iemand met een
pen als dr. L. de Jong. Een wat
beknoptere vorm dan de 1100 pa
gina's zou ook de prijs van dit
boek gunstig kunnen beïnvloeden.
Opvallend punt van het boek is
dat het in feite 17 jaar te laat
verschenen is. Dat is te wijten
aan een veto van de toenmalige
mvinister-presldent dr. W. Drees
sr. en de minister van Oorlog ir.
C. Staf hi 1955 toen het manus
cript gereed was. Door dit onbe
grijpelijke besluit dat op ambte
lijke gronden" werd genomen
duurde het tot 1964 alvorens de
minister van Defensie. P. J. S. de
Jong alsnog toestemming gaf het
Stafwerk uit te geven, achttien
jaar nadat daartoe opdracht was
'gegeven.
BRAM VAN LEEUWEN
verre hielden van het verzet. Mis
stappen werden steeds in het felle
licht van de publiciteit geplaatst.
De BS had z'n zwakke plekken,
met name door de stroeve organi
satie, het gebrk aan coördinatie,
twisten, naijver, arrestaties en
verlies van levens. Bovendien werd
door de samenvoeging van de ver
schillende verzetsorganisaties de
zaak kwetsbaarder.
Daartegenover stonden volgens
Van Ojen echter zeer vele voorde
len, met name het belangrijke aan
deel in de strijd om de bevrijding
van zuid-Nederland. Bovendien
was de BS, aldus Van Ojen van
grondleggende betekenis voor de
wederoprichting van de Ned.
Landmacht. Dank zij de BS kon
den al op 12 oktober 1945 enkele ba
taljons naar Indonesië.
Tot slot nog een enkel cijfer. Het
werkelijke aantal BS'ers is niet
bekend. In totaal zijn na de oorlog
ruim 122.000 BS-ere-insigues uitge
reikt. Volgens Van Ojen is het cij
fer van de Amerikaanse biograaf
Alden Hatch van 250.000 in elk ge
val overdreven. Vast staat wel dat
bij acties van de BS 1730 personen
sneuvelden.
van de Stoottroepen der B.S. bij Susteren
Enkele weken na de verschijning van het vierde deel van
dr. L. de Jongs serie „Het koninkrijk der Nederlanden in
de Tweede Wereldoorlog" is door de Staatsuitgeverij op
nieuw een boek over de bezettingstijd uitgegeven. Ditmaal
een stafwerk over het optreden van de Binnenlandse Strijd
krachten in het laatste oorlogsjaar en de eerste maanden
na de bevrijding.
Een elfhonderd pagina's tellend werk van luitenant drs.
G. J. van Ojen jr. over ,,de meest vreemde krijgsmacht die
ons koninkrijk ooit kende" zoals bevelhebber van dit leger,
Prins Bernhard, in een voorwoord van dit boek schrijft.
De Binnenlandse Strijdkrachten, in 1944 geformeerd uit
het georganiseerde verzet, kreeg na de oorlog een storm
van kritiek te verwerken. Was het beeld dat de bevolking
van de BS kreeg juist of hebben zij een belangrijk aandeel
gehad in de verdrijving van de Duitse bezetter.
Auteur Van Ojen komt na jarenlange bestudering van de
bergen feitenmateriaal tot de conclusie, dat ondanks alle
fouten, soms grove fouten die er gemaakt zijn de
Binnenlandse Strijdkrachten een niet onaanzienlijke bij
drage hebben geleverd aan de bevrijding. Zo zelfs dat ze
tijdens de capitulatiebesprekingen met de Duitsers door de
geallieerden als gelijken zijn behandeld en opgetreden.
Ie dag waarop de Binnenlandse Strijdkrachten officieel van i De oprichting betekende, dat Nederland sinds de capitulatie
rt gingen was een krankzinnige dag. Nederland verkeerde in mei 1940 weer officieel, openlijk en gewapend optrad tegen
- v 5 september 1944 in de vaste overtuiging dat de bevrijding de vijand. Verzetsorgansaties als de Orde Dienst - O.D. -, de
9' igebroken was. Wilde geruchten, vreugdedansen op straat, Raad van Verzet en de knokploegen - KP's - verloren hun ille-
qqI pperende rood-wit-blauwe vlaggen en in paniek verkerende gale status en stonden voortaan onder leiding van Prins Bern-
itsers, maakten dat de dag de geschiedenis is ingegaan als hard, die op voordracht van de regering in Londen, was be
olie Dinsdag",
Zn in die beginperiode is weinig po-
iefs te vertellen. De oprichting
n de Binnenlandse Striijdkraoh-
25St - dat was duidelijk - sorteerde
nvankelijk geen enkel effect,
duurde geruime tijd alvorens
tot de onderste regionen van de
egfiliteit was doorgedrongen, dat
US bestond en vele ontdekten
s na de oorlog dat men in feite
de Koninklijke Landmacht be-
orde.
I noemd tot bevelhebber.
irb
poe
eenheid werd nog door andere
on doorkruist, bijvoorbeeld de
verschillen in geaardheid bij
verschillende verzetsgroepen,
rvendien konden er tijdens de
enkomsten van de versohillen-
:etsl eiders vrijwel nooit spij-
rs met koppen worden geslagen,
idat er steeds te veel mensen af-
rig waren.
ins Bernhard probeerde via het
isturen van richtlijnen en tallo-
brieven aan verzetsleiders orde
van het krijgsgevangenkamp in de Baarlose
i van Leeuwen
r Dm
de chaos te scheppen en om een
ere coördinatie te bewerkstelli-
werd de reserve-kolonel van de
•enerale Staf, H. Koot, aange-
jht als commandant. De CJB.S.
zoals hij genoemd werd zetelde
Amsterdam en was volgens
sn Ojen "een bescheiden man,
nooit op zijn strepen heeft ge-
an". Voor de eerste Nederland
gevechtsgroep, die de geallieer-
a bij hun opmars zouden kunnen
ien werd in Eindhoven de ba-
gelegd. De groep bestond uit
man van de Knok Ploegen uit
:abant en Limburg, 200 man van
Raad van Verzet en 300 man
de Orde Dienst, eveneens uit
ft zuiden. De Engelsen konden
>r de BS-troepen weinig enbhou-
ssme opbrengen. Ze beschouw-
als overbodig in tegenstel-
ag tot de Canadezen, die de BS
fer de hele linie heeft gewaar-
ferd, terwijl ook de houding van
Amerikanen welwillend was.
tndat ook in het bevrijde zuiden
ons land de verbindingen nog
taotisch waren en er nauwelijks
«voersmogelijkheden waren ging
!«n bij de BS al snel over tot de
ttoeming van verbindingsofficie-
fa. Ze onderhielden de verbinding
»sen bevelhebber Prins Bern
ard en de verschillende gewesten
Karin de BS was opgedeeld. Een
doorgevoerde scheiding tussen
de Stoottroepen J. C. Gerritsen
(schuilnaam Tonny)"Voor de
Engelsen zijn wij lastige schooiers
en men geeft rustig orders uit dat
aan niemand benzine verstrekt mag
worden. Per gratie van het Mili
taire Gezag mogen wij zo nu en
dan een aftandsche auto vorderen,
geen vrachtwagens, want die zijn
voor de voedselvoorziening. Men
denkt dat er compagnieën kunnen
worden geformeerd en onderhou
den zonder één enkele vervoers-
mogelijkheid."
Óndanks die gebrekkige organisa
tie oriënteerde bevelhebber Prins
Bernhard zich in 1944 al op een to
tale vernieuwing van de Nederland
se Strijdkrachten. Tijdens een be
zoek aan Londen hoorde hij dat de
regering waardering had voor het
werk van de BS maar generaal
Edwards vertelde hem later dat
enkele ministers ongerust waren
over de gang van zaken en dat ze
zouden proberen de BS zo snel mo
gelijk op te heffen.
Inmiddels werd binnen de
Stootroepen van de BS met wee
moed teruggedacht aan de perio
de, dat men als ondergrondse ver
zetsgroep actief was. Er bestond
een duidelijke afkeer van elk mi
litairisme. Toch werden in Lim
burg meniën aangeworven voor de
Stoottroepen, corns zelfs per ad
vertentie. Men zag daarbij kenne
lijk over het hoofd dat allerlei
minder „vaderlandslievende" fi
guren hun intrede deden. Reden
waarom de regering in december
1944 eiste dat de omvang van de
Stoottroepen zou worden beperkt.
wvigevuerue üuuciumg i/uaaeii 1 1
tot (lees gevechts)- troepen en be- H l CTPTI O'PniPrl
^Angstroepen was de aanleiding £5
voor allerlei tegenstellingen. Er
■stonden kleine twisten en on-
togenaamheden, die tot de ophef-
van de BS de onderlinge ver
houdingen bleven vertroebelen,
kar kwam nog bij dat de KP nog
"neer zag op de Orde Dienst, die
hun ogen een "slappe troep"
^5, "bestaande uit hoge mllitai-
to die in mei '40 de zaak ver-
toht hadden."
op het punt van de kleding en
F bewapening vormde de BS geen
toheid. Er waren er bij die niet
tos de beschikking hadden over
tooenen. Prins Bernhard deed
'«schillende verzoeken aan de En-
om uitrustingen en wapens
sturen, maar ondanks verschil
de leveranties .zijn deze proble
men nooit helemaal opgelost,
{to slecht de situatie soms was
Jordt duidelijk uit een brief van
waarnemend commandant van
Prins Bernhard kwam omstreeks
die tijd met de richtlijnen dat
BS'ers alleen steun mochten bie
den aan de geallieerden in hun
eigen gebied, gezien de slechte ge
zondheidstoestand van de meesten
en de vaak slechte bewapening,
vrijheid kon niet verhinderen, dat
lagere geallieerde troepencom
mandanten grote waardering had
den voor de Nederlandse soldaten-
op-een-schoen-en-een-slof, voor
wie een paar klompen soms een
grote rijkdom betekende. De
Stoottroepen bewezen vaak uit
stekende en waardevolle diensten
zonder de vereiste graad van ge
oefendheid te bezitten.
In het boek over de Binnen
landse Strijdkrachten wordt uit
gebreid melding gemaakt van de
Nederlandse prestaties. Waar het
om de slag van Arnhem gaat
constateert auteur Van Ojen, dat
Montgommery in zijn memoires
toegeeft, dat er fouten zijn
maakt, maar dat hij verzwijgt,
dat de mislukking, althans voor
een groot deel voorkomen had
kunnen worden als hij geloof had
gehecht aan de adviezen van de
bevelhebber van de BS en de
Chef-staf., Ook de Poolse generaal
Sosabowski heeft na de oorlog toe
gegeven, dat er te weinig geluis
terd is naar de adviezen van het
Nederlandse verzet.
Zo leverde BS een belangrijke
bijdrage aan de verovering van
het tot fort versterkte hotel Brit-
tannia in Vlissingen. Met buitge
maakte mitrailleurs en machine
pistolen brachten zij de Duitsers
grote verliezen toe.
In Breda voorzag de BS de
geallieerden van gegevens over
versterkingswerken. ondermijnde
bruggen en gedetailleerde kaar
ten. De Canadezen verklaarden
later "van Normandië" tot Breda
nooit zulke goede inlichtingen te
hebben ontvangen". Commando
troepen van de BS bezetten bij
het gevecht om de stad de brug
gen.
De Biesbosch was een waar
dorado voor het ontplooien van il
legale activiteiten. Een ploeg richt
te daar een krijgsgevangenkamp
in en door patrouilles van de BS
werden Duitsers overrompeld, ont
wapend en gevangen gezet. In no
vember '44 kon men 80 krijgsge
vangenen aan de commandant
van een Pools onderdeel overdra
gen.
In Sprang Capelle gingen BS
'ers op patrouille voor een Pools
commandant. Daarbij moest een
boot op de schouders worden mee
gedragen. Een van hen trapte op
een landmijn, maar ondanks het
feit dat er verscheidene doden en
gewonden vielen slaagde men er
in de geallieerden in veiligheid te
brengen.
In de buurt van Baarlo werd
een geïmproviseerd krijgsgevan
genkamp gebouwd. Duitse pa
trouilles werden overvallen en
ontwapend. 23 Duitsers konden
later aan de Britten worden over
handigd.
Op het Friese wad werd door
de BS de bebakening weggehaald
waardoor vele schepen vastliepen
en de vaargeul onbevaarbaar
werd. Veel materiaal afkomstig
uit,fabrieken in het Westen kon
daardoor niet worden weggevoerd
naar Duitsland.
Twee BS'ers slaagden er in
een Duitse autocolonne van ca.
50, met troepen geladen, wagens,
die over de Afsluitdijk was geko
men, tegen te houden. De meeste
auto's gingen in vlammen op
toen speciaal gefabriceerde bom
men ontploften.
In Apeldoorn slaagde een BS-
groep er in het Duitse Sprengkom-
man tot overgave te dwingen en
wist daarmee te voorkomen dat de
Canadezen genoodzaakt waren de
stad te beschieten, waardoor vele
mensenlevens gespaard werden.
De BS bedreef ook sabotage,
bijvoorbeeld ter voorkoming van
grote schade aan Nederlandse
eigendommen bij een eventuele
vlucht van de Duitsers. Zo ver
hinderden Knok Ploegen dat de
Maastunnel onklaar zou worden
gemaakt. De leidingenvan de
springladingen werden doorge
knipt. Ook op vele plaatsen Heten
de Duitsers springladingen aan
brengen, die echter door de BS
vaak weer werden verwijderd of
onklaar gemaakt. Soms - ging die
sabotage tegen de wil van de geal
lieerden door, zoals het onklaar
maken van de spoorlijn Utrecht-
Arnhem.
Zelfs spionage behoorde tot de
taak van de BS. De zogenaamde
"groep Packard" gaf een minu
tieuze berichtgeving over de af-
vuurplaatsen van de V I's en V
2's aan de geallieerden. Prof.
Uytenbogaart, tot 1938 wonende
ln Berlijn en daar werkzaam bij
het "Forschungsinstitut", stuurde
studies over V-wapens langs ille
gale wegen naar Londen.
De verbindingen met Engeland
werden in de loop der tijd ook
steeds beter. Zo werden vanaf '44
geregeld wapens "gedropt". Een
van de Nederlandse verzetsbewe
gingen kreeg geen wapens van de
Engelsen. Dat was de Orde Dienst
omdat men volgens Van Ojen in
Engeland ten onrechte in de me
ning verkeerde dat de OD door
spionnen was gepenetreerd.
In Engeland werden verzets
mensen opgeleid tot geheime
agenten en radiotelegrafisten en
later aan parachutes boven Ne
derland losgelaten. Een zwarte
bladzijde bij die verbindingen met
Engeland was het zogenaamde
Englandspiel. Van Ojen zegt
daarover: "Ondanks uitvoeri
ge studies is de ware toedracht
nog niet gevonden. Ook de ver
klaring de Enquête-commissie lost
niet alles op".
Tegenover de in dit arti
kel slechts summier gehouden lijst
van prestaties van de BS-ers
staan ook enkele acties die te ho
ge offers vroegen in verhouding
tot de resultaten die er mee
werden bereikt. Trieste voorbeel
den op dat punt waren de acties
in Putten en Apeldoorn waarop
door de bezetters werd gereageerd
met felle wraakacties, en waar
mee vele mensenlevens gemoeid
waren. Soms ook werd binnen de
BS misbruikt gemaakt van de
beschikbare olie, en benzine.
Voor vele BS'ers was het erg
moeilijk na de oorlog onmiddel
lijk de "nieuwe orde" te accepte
ren. Illegale methoden bleven
gehandhaafd evenals schuilnamen
en het kwam na de bevrijding
zij het sporadisch voor, dat er
liquidaties werden uitgevoerd.
Men speelde eigen rechter. Luite
nant Van Ojen zegt in zijn boek
dat in sommige gevallen liquida
ties in oorlogstijd in eigen kring
noodzakelijk waren om vele men
senlevens niet in de waagschaal te
stellen maar dat tegen liquidaties
na de capitulatie ernstige be
denkingen moeten worden ge
maakt.
Prins Bernhard op de linker
Ook de arrestaties die vaak
door boven de grond komende il
legale groepen werd verricht in
plaats van door militaire gezags
dragers had een stroom van klach
ten tot gevolg. "Hier en daar", zo
zegt Van Ojen, "leidden de arres
taties tot excessen. De BS be
schuldigd van "nazi methoden" en
gehaat en uitgescholden.
"De blaam die de BS bij haar
zuiveringstaak heeft ge
troffen moet voornamelijk worden
geweten aan lieden, die uit puur
opportunisme uit zelfbehoud of
ter ontloping van ontmaskering in
haar gelederen waren ondergedo
ken. Zelfs enige buitenlanders en
Duitse deserteurs hebben kans ge
zien hi de rijen van de BS door te
dringen", aldus Van Ojen. Der
gelijk figuren werden betiteld als
"september-artiesten" en "mei-ke
vers". Wantrouwen, achterdocht
en egoisme namen daardoor bin
nen de BS toe en de onderlin
ge naijver liep soms uit op hoog
lopende ruzies.
De regering legde de arrestatie-
bevoegdheid later in handen van
militaire commissarissen, waar
bij de BS slechts als 'hulppolitie"
optrad. De commissarissen kon
den echter niet voorkomen dat in
het westen van het land een ar-
restatie-chaos ontstond. Niet. min
der dan 100.000 mensen werden
opgepakt. "Moffemeiden" werden
kaalgeknipt en ook andere laak
bare daden kwamen voor.
Auteur Van Ojen leidt uit de
hem ter beschikking staande ge
gevens af dat het tooh mede aan
de BS te danken is geweest dat er
geen "bijltjesdag" in Nederland is
uitgebroken. Voorkomen kon wor
den dat net als in Frankrijk de
verzetslegers verschrikkelijk te
keer gingen en men zich bloedig
wreekte op de collaborateurs.
De regering was van plan uiter
lijk drie maanden na de bevrij
ding de BS op te heffen. Sommi
gen ging de omvorming van de
BS tot Nederlandse Strijdkrach
ten te langzaam. Zo berichtte ver
bindingsofficier N. W. J. Visscher
uit Leiden: "Wanneer alles zo lang
op zich laat wachten dan gaan de
meeste leden en over het alge
meen Juist de leidende figuren
van de BS-er uit om zich ver
dienstelijk te maken in hun oude
betrekking.
De officiële opheffing werd op 8
augustus 1945 van kracht. Prins
Bernhard werd in die periode nog
benaderd door enkele invloedrijke
BS'ers, die van plan waren in Ne
derland een militair bewind in te
stellen. De Prins heeft, aldus Van
Ojen, hen weten te overtuigen
van de onjuiste bedoelingen. In to-
taal zijn bij de opheffing van de
BS 100.000 personen overgestapt
naar de Gezagstroepen. Dat had
nogal wat voeten in de aarde want
Prins Bernhard staat op punt te vertrekken naar Wageningen
in de door de Binnenlandse Strijdkrachten buitgemaakte
auto van Seys Inquart