Volkstuin huizenhoog plezier LTERJDAG 28 OKTOBER 1972 PAGINA 13 LEIDEN Huizenhoog is het plezier dat de stadsmens beleeft aan zijn bescheiden flirt met moeder natuur: de volkstuin. Vrij om te lopen in het grijs gevang van de straten met hun gerang schikte panden mist hij zo vaak de mogelijkheid om met twee benen op zijn grond te staan en te doen wat hem nooit vreemd werd: de aarde bewerken met zijn handen. Vele duizenden lapjes geur en kleur sieren nu de grote stoeprand-achter-de-duinen, die Holland heet. Honderden hectares volkstuin; bloemen, heesters, fruitbomen en groenten (nu onbespoten weer goed in de markt ligt, neemt de groenteteelt weer sterk toe). Op maat gesneden, omdat het kostbaarste artikel in onze dreven nu eenmaal ruimte heet. Maar elk in klein onderscheid getuigend van de warme vreugde, die de bezitter er op oogst. Tussen de hoogbouw van onze steden waart de idee dat volkstuinen stervend zijn. Maar hoeveel krachtiger is de waarheid. Er komen steeds meer complexen, meestal aan de rafelige ran den van onze huizenzeeën. De wachtlijsten vermelden een onafzienbare rij van na men. Mensen die op de klei ne akkers van zelfwerkzaam heid zo nu en dan diep wil len ademhalen tussen hun bloemen en vruchten. Ge- bruiksgroen in plaats van het kijkgroen dat hier zo'n moei zaam en pijnvol leven af werkt. Wie denkt dat de hang naar zo'n afgepast streepje tuin alleen maar in de rand stad floreert, begrijpt nog niet hoezeer ook de rest van ons land verstedelijkt. In Leeuwarden, Wildervank, Apeldoorn, ja zelfs in een "groen" stadje als Alphen aan den Rijn zingt men te- vree: „Ik heb een tuin met een huisje gehuurd". Verlept zijn de beelden van de man die zijn stronkjes boerenkool of zijn maaltje aardappelen "van de tuin" gaat halen. Vervlogen zijn de tijden dat het volkakker tje karige bijvoeding bete kende voor hongerige mon den. En toch is het zo be gonnen. Als armenwerk. Ruim een halve eeuw gele den. Uit pure noodzaak ontlokte de arbeider aan zijn tuin, wat de gapende beurs niet kon verschaffen. En in zijn prilste jaren van het volks tuinwerk kop het gebeuren dat een Volksbond tegen Drankmisbruik alle kracht inzette om de verloederde blaüwkiel uit het buurtcafé te halen en hem op zijn ei gen stukje grond te poten. Nu is dat allemaal anders. Maar de behoefte is gebleven en men behoeft nauwelijks voorbij de horizon te zien om te begrijpen dat die behoefte aan dat lapje grond om op te stoeien, zal blijven gedijen. En ook aan de volkstuinen kun je zien dat het Neder land materieel niet zo slecht gaat. De duizenden volks tuinen in de randstad zijn echte recreatie-tuinen ge worden. „Gezondste liefhebberij die je je niaar kunt bedeeken" Een beeld van het grootste volkstuincomplex in Leiden: „Ons Buiten", dat een buffer vormt tussen Merenioijk en Noord. „Ons Buiten" telt 451 tuinen en is een permanent complex. Er is voor naar schatting twee miljoen geïn vesteerd foto boven). Foto links: voorzitter Haar lem (rechts) en secretaris Van der Zwart van de Leidse Bond van amateurtuinders: „Het is een gezonde en uiterst intensieve liefhebbe rij". (Foto Jan Holvast) De volkstuinen op htm mooist breed beschenen door de zon. taaibaar is. En honderd gulden mag dan een hoop mensen niet veel zeggen, voor een AOW-er is het nog altijd een heel be drag". Leeftijd Dat brengt ons op de gemid delde leeftijd van de volkstuin der. Na enig nadenken produ ceert voorzitter Haarlem deze getallen: "De meeste volkstuin ders vind Je enerzijds in de leeftijdsgroep 3550 Jaar, an derzijds tussen de 5565. Op "Ons Buiten" is ongeveer een kwart omstreeks de AOW-leef tijd. Er zijn ook nog wel wat invaliden onder. In het alge- men kun Je zeggen: volkstui nen ia een liefhebberij van de wat ouderen én van mensen die in flatgebouwen wonen'". Steeds minder is het volkstuin- werk een zaak van pa-alleen geworden, steeds meer heeft het zich ontwikkeld tot een brok gezinsrecreatie. "Dat houdt in", zegt voorzitter Haarlem dat Je Je als bestuur ook steeds meer moet bezig houden met Jeugdwerk, met de organisatie van kindermidda gen. En het is zaak dat we op dit punt aansluiting zoeken bij de wijkbeweging". Wordt iedereen die zich meldt voor een volkstuin direct inge schreven? "Als bond gunnen we natuur lijk iedereen een tuintje, maar Je zit nu eenmaal met die wachtlijsten. Alvorens een kan didaat in te schrijven gaan we eerst met hem praten. Zo vra gen we hem: waarom wilt u een volkstuin. Als hij dan ant woord, wat wel is gebeurd, met: "Ik sta op een camping en dat wordt me te duur", dan schrijven we hem niet in. Want dat is niet de goede volkstuindersmentaliteit. U moet namelijk niet vergeten dat volkstuinen een zeer Inten sieve liehebbertf is, daar moet u niet licht tegenaan kijken. Het is zwaar aanpoten, net kost menige zweetdruppel. men sen die zomers op een mooie zondag een wandelingetje langs de tuinen maken en de volk stuinen er keurig en gezellig bij zien liggen, die krijgen een verkeerd beeld van wat er alle maal voor komt kijken. Hoe is de situatie nu in Leiden? Bij het overkoepelend orgaan, de Leidse Bond van Amateurtuinders zijn zes z.g. tuin groepen aangesloten die over vier com plexen zijn verdeeld: in Leiden-Noord (daar zit „Ons Buiten met 451 tui nen de grootste), in de Oost-Vlietpolder, aan de Nachtegaallaan en aan de Lage-Morsweg. Triest is het gesteld met de tuingroep ,,Nut en Genoegen", die in verband met de industrievestiging op zijn grond uit De Waard is verdreven en nu hoopt op betere tijden. Alles bij elkaar zijn er in Leiden zo'n 800 volkstuinen, van elk ongeveer 300 vierkante meter. Is dat aantal van 800 voldoende om in Leiden aan de behoef te te voldoen? Voorzitter H. J. Haarlem en secretaris J. v. d. Zwart van de Leidse Bond van Amateurtuinders heffen bij die vraag meteen de band op. ,,Geen sprake van, het lijkt er zelfs niet op. Er is op dit moment een wacht lijst, die wekelijks groeit, van tussen de 200 en 250 gegadigden. In feite zijn het er aanzienlijk meer. Want een hele hoop mensen laten het afweten als ze horen dat er een wachtlijst is. Die laten zich niet eens inschrijven. Zo'n wachtlijst is in elk opzicht een geweldige tegenhouder". Wie weil de moeite neemt op de wachtlijst plaats te nemen, moet ongeveer een jaar wach ten om aan de beurt te komen. Het hangt natuurlijk af van de snelheid van de mutaties. "Maar ik vrees dat de mensen straks wel twee Jaar op de wachtlijst zullen moeten staan voor ze aan de beurt zijn", zegt voorziter Haarlem bezorgd. "En dat is natuurlijk verschrikkelijk, want wie is nu bereid om twee Jaar te wach ten. Als heit zo lang duurt ^an dooft hét enthousiasme". Tc weiiuig Secretaris van der Zwart rekent voor dat Leiden veel te weinig volkstuinen heeft. (Maar Ja, wat heeft Leiden nu niet te weinig?). "Als je uitgaat van vijf vierkante meter per inwo ner dan zouden we aan volk stuinen 50 ha moeten hebben. Maar er is in totaal nu maar 30 ha". De Leidse Bond heeft Teel zijn hoop gevestigd op de ilannen voor Vlietpark en Morskwartier. Geen mogelijk heid laten de heren voorbijgaan om bij wethouders (de heer Harmsen is zelf oud-volkstuin der) en raadsleden het belang van de volkstuinen te onder- ïbrepen. Ze doen dat met mooie en steekhoudende verha len: "Het is een van de ge zondste liefhebberijen die Je Je maar kunt bedenken. Volkstui nen zijn niet alleen van belang •/oor ons, die een stuk grond newerken, maar ze zijn ook van belang voor de passieve re creatie. Op een mooie zondag middag tref je in Ons Buiten :o'n 1000 wandelaars aan. Je \ebt er als gemeente dus tege- ijkertijd een wandelgebied nij.En dan nog iets. Wat zunnen volkstuinen niet een chitterende overgang vormen 'an het een naar het ander. Teem nu eens Ons Buiten, wat is dat geen schitterende buffer Aissen Leiden-Noord en de Me- renwijk". De heren Haarlem en Van der Zwart noemen de samenwer king met de gemeente "over het algemeen goed", al ontken nen zij niet dat er wel eens "controversen" zijn, "maar Ja, in elk gezin is well eens wat". Verdriet Wat de Leidse Bond van Ama teurtuinders zeer verdriet, is dat hij nog altijd niet is kun nen komen tot oprichting van de stichting Volkstuimhuisjes. "Dat kan alleen" zegt secreta ris Van der Zwart, "als de ge meente Leiden garanties zou willen verstrekken voor rente en aflossing en voor wat de duurzaamheid van het volks tuincomplex betreft. (Alleen Ons Buiten geldt als perma nent oompHex) Maar wethouder Harmsen heeft ons gezegd dat Gedepu teerde Staten daarvoor geen toestemming zullen geven. Het Door Ruud Paauw en Tom Olink gaat alleen om die garantie, meer niet. Als die zou afko men, kunnen wij bij ons lan delijk orgaan geld lenen tegen een gering percentage om volks tuinders te helpen bij finan ciering. Want hoe gaat het nu bijv. als je aan de beurt bent om een volkstuintje te betrek ken? Onze bouwcommissie taxeert de waarde van het huisje dat op die grond staat: er komt een zekere overwaarde bij voor de nog aanwezige be planting. De prijs die tenslotte uit de bus komt, zou voor nr. 1 op de wachtlijst wel eens te hoog kunnen uitvallen. Dan gaat het tuintje naar nr. 2 op de lijst enz. enz. tot een kan didaat is gevonden die het kan betalen". Voorzitter Haarlem: 'Iemand die goed in zijn Slappe was zit, zou dus eerder aan bod kunnen komen. Een zeer ondemocrati sche gang van zaken, die Je op het gebied van voilkstuinen niet kunt tolereren. Stel nu dat die Stichting Volkstuinhuisjes er komt, dan koopt die het huisje en geeft, het kandidaat nr. 1 in huurkoop. Dat systeem werkt bijv. in Rotterdam voortreffe lijk. Het is ook veel bevrediJ gender". Wat de huisjes aangaat, kun je het zo duur en goedkoop ma ken als Je zelf wilt. Er zijn huisjes, aldus de heren Haar lem en Van der Zwart, van 900 gulden, er zijn er ook van De huur van de grond valt erg mee: iets meer dan een dub beltje per vierkante meter. Voeg je die huur bij contribu tie, verzekering en waterver bruik dan kom Je op een prijs van ongeveer 100 gulden per jaar. Daar kan niemand van achterover vallen. "Nee", zeg gen de beide bondsbestuurders met nadruk, "maar het doel ia ook dat het voor iedereen be-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 15