Stijldansen
is weer
inn aantocht
„In bedrijven wordt gestolen bij het leven...
Tien procent van de faillissementen aan interne diefstal te wijten
PAGINA 14
ZATERDAG 28 OKTOBER
De terugkeer van de echte ball
room-dancing zal wel het gevolg
zijn van de nostalgische hang naar
romantiek. Een verschijnsel dat zich
maar duidelijker gaa/t aftekenen
in mode, gebruiksvoorwerpen,
songs-van-generaties-her en, zoals
het zich nu laat aanzien, ook in de
dans.
En hiermee komt dan duideijk tot
Door
Alexander Co ret
uiting dat de dans na
is met het leefpatroon. Het bal
boekje dat het meisje in ruisende
zijde, liet invullen door de gymna
siast- met-rood-congestie-hoofd-
vanwege-de-stijve-boord, was nog
echt een overbijfsel van de toch
wel erg saaie, van taboes zwangere
negentiende eeuw. Ook de hoofsheid
waarmee Quadrille en Véléta wer
den gedanst, was daar een over
blijfsel van. De komst van de tango
bracht nogal wat beroering. Een
dans uit Zutd-Amerika, lichtvoetig
en wuft als een meisje van slecht*
zeden, klonk het alarmerend. Den
Haag - toen nog - haantje de voor
ste waar het nieuwtjes betrof, beet
de spits af.
Men schreef 1912. In de Princess
Room aan de Kneuterdijk demon
streerde een mondain danspaar tij
dens de thé, de tango. De reacties
waren vele. De ingezonden stukken-
schrijvers die zich geducht weerden
gaven om strijd hun afschuw te
kennen over zoveel onwelvoegelijk-
heid. Zowel ouders als leiders van
dansclubs werd op het hart gebon
den stelling te nemen tegen deze
vèrwording. Het gevolg was - van
zelfsprekend - dat ieder de dans die
zoveel stof deed opwaaien, niet al
leen wilde zien maar, wat erger
was. óók wilde beoefenen.
In de Princess Room werden 's
avonds, na het Mengelberg concert,
de gordijnen omstandig gesloten
Daarna gingen de kleden en stoelen
aan kant en het was dansen gebla
zen. Onder leiding van een beroeps-
danseur en met Jules Dreese aan
de vleugel, werd de sappige, verbo
den vrucht gesavoureerd.
Nederland, zéér in het geheim, leerde
de tango. Ook Amsterdam had zijn
clandestien danshuis. In het Cen
traal Theater werd na de voorstel
ling, door planken over de stoel
leuningen te leggen, een dansvloer
geïmproviseerd. De ingewijden lie
pen te hoop tijdens deze geheime,
nachtelijke bijeenkomsten. De de
monstraties van dansleraar Lend
verliepen niet zonder schokken, iu
het zuiden liet men het doek voor
zijn neus zakken. Tijdens ontspan
ningsavonden voor militairen was
de tango verboden.
Aan de tango zat intussen méér
vast dan oppervlakkig werd waarge
nomen. Het nauwe keurslijf waarin
de vertrouwde gezelschapsdansen
waren geperst, werd met de komst
van de tango resoluut afgeworpen
Grotere individuele vrijheid en ei
gen initiatief kwamen voor het
eerst tot uiting. In wezen was de
tango de dans van de vrijheid.
Ook over de shimmy, na wereldoor
log I in Nederland geïntroduceerd,
was heel wat te doen. Oh, dat
schokken en sidderen. Er waren
aanhangers van „the shaking move-
ment" en anderen die zich meer tot
„the shivering movement" voelden
aangetrokken. Wat nu egenlijk de
authentieke shimmy beweging was,
hebben zelfs dansspeclalisten niel
kunnen achterhalen. Jammer! De
Shimmy werd door Amerikaanse
soldaten - die hem van de Indianen
hadden afgekeken - naar Europa
gebracht. De Indianen noemden
hem Chee-mee Chee-Wah. De
Fransen maakten er Shimmy van.
Intussen gingen er, in verband met
de moderne dansen, steeds meer
verontruste stemmen op. „De resi
dentie" zo klonk het gramstorig, „is
zo langzamerhand één groot dans
huis geworden". Dat zat hem in de
vele restaurants en café's, die, de
een na de ander, „gelegenheid tot
dansen" gaven. Daar moest, vooral
met het oog op de jeugd, een stokje
voorgestoken worden. Op de mo
derne dansen moest een soort van
censuur komen. Het instituut met
het onderzoek belast heette: „Rege
ringscommissie inzake het dans-
vraagstuk". In het uitgebrachte
rapport kwam een sombere s'em-
ming tot uiting. „Het dansen in het
openbaar", zo oordeelde de commis
sie", is van een zodanige omvang en
aard, dat de overheid hier een taa'<
heeft". Er moesten normen worden
gesteld die in alle gemeente in acht
dienden te worden genomen. En
daar kwamen de voorschriften in de
vorm van een „dansbesluit".
Allereerst de inrichting van de
danslokalen en „aanhorigheden".
Niet meer paartjes op de dansvloer
dan in verband met de oppervlakte
oirbaar werd geacht. Verder: géén
boxen en géén aparte zitjes. En
vooral: de zaak moest goed verlicht
zijn. Verder: hinderlijke muziek was
verboden.
Dan moest er toezicht worden uit
geoefend en wel door een „daarvoor
geschikt dansleraar". Alles in het
nette, dat sprak wel vanzelf. De
burgemeesters kregen grote be
voegdheden. Zij konden de dansver-
gunning voor kortere of langere tijd
intrekken. In inrichtingen waar al
coholische dranken werden geschon
ken, was de toegang voor Jonge
metejes zonder geleide, verboden.
Verder mocht drie dagen voor Pa
sen niet worden gedanst.
Zo kwamen de dancings als Het
Zuid op de Groenmarkt in zwang.
Ware paleizen, badend in een -
voorgeschreven - zee van licht.
Dancings onmiskenbaar in het
tijdsbeeld passend. De toezichthou
der, „mede verantwoordelijk voor de
goede gang van zaken", was een
keurig heer in jacquet en streepjes-
broek. Zijn „niet al te innig he
ren", gold als een wet van Meden
en Perzen.
In 1938 deed een nieuwtje de be
langstelling weer eens extra opve
ren. Waarschijnlijk bij een poging
de oude gezelschapsdans in ere te
herstellen, ontwierp de Londense
acteur Lupino Lane de Lambeth
Walk. Bandleider Jack Payne intro
duceerde de nieuwe dans tijdens de
beroemde liefdadigheidsvoorstelling
van dat jaar: The Royal Command
Performance. Met de Lambeth Walk
laatste dansmode verschijnsel
vóór de oorlog - werd het kwijnen
de amusementsleven in Nederland
weer wat leven ingeblazen.
Na de oorlog kwam de Jitterbug. In
1939, tijdens de wereldtentoonstel
ling in New York, was het al opge
vallen dat deze „nieuwe dans van
de Jeugd" méér aandacht had ge
trokken dan wat ook.
Dit Jitterbug was een vertoning
waarvoor de directies in de Neder
landse dansgelegenheden het hart
vasthielden. Dit met het oog op het
meubilair. Het was namelijk de eer
ste dans door middel waarvan de
jeugd zijn overmatige energie afrea
geerde; een soort gooi- en smijtspel
dat ?An de oude Parijse Apachen-
dans deed denken. Overigens maakt
hij het niet lang, de Jitterbug. De
directies gingen, toen de luidruch
tigste na-oorlogs Jool voorbij was.
er meer en meer toe over hun ten
ten te sluiten. Zij zagen geen brood
meer in de woeste dansfestijnen
die meer schade dan gewin brach
ten. Na het sluiten van de danspa
leizen ruimden vanzelfsprekend ook
de grote dansorkesten het
Zuidamerikaanse ritmen dra
zich op. Bij tientallen kwamen
opdagen, de kleine combo's me
gitaren, kalabassen en tromi
als-Jenevertonnetjes. Zo wisseld
ene na-oorlogs dansmode de ao
af. Na Rumba, Samba was het
voor Rock-and-Roll. Weer later
het Twist, Bossa Nova, Jive,
en zo maar voort. Veel la
waarop in de meeste gevallen
wat geïmproviseerd wordt.
Maar wat er ook in zwang ki
alles wat aan de voor-oor
dansvormen deed denken,
boe. Zeker bij de Jeugd. Het
zelfs zo, dat Victor Sylvester,
zoveel Jaren met succes zijn „sl
tempo" had gepropageerd, een
onvriendelijke bijnaam kreeg:
drone, wat zoveel zeggen wil al
ouwe zeur. Geen authentieke
room-dancing voor de Jeugd
Althans tot dusver. Want het
er alles van dat de geestdrift
dens het internationale dansfe*
Blackpool tot uiting gekomen,
Nederland begint over t
En het zou wel eens kunnen
.met de nostalgische trek als ac
grond, de ballroom-dancing
renaissance tegemoet gaat. Met
romantiek van dien.
AMSTERDAM "Weet u dat tien procent van de faillisse
menten aan interne diefstal te wijten is?" Nee, dat wisten we
niet. Als je bij Gerd Hoffmann die deze vraag in een adver
tentie stelt informeert of dat nu echt waar is, zegt hij, dat
zijn schatting waarschijnlijk nog aan de lage kant is. Hij produ
ceert een tijdschrift, waarin staat dat wel dertig procent van
de zakenlieden uit San Francisco, die aan de afgrond staan,
daar naar toe zijn gedreven door hun grijpgrage personeel.
"Wat niet met betonspijkers vast zit wordt gepikt. Er wordt
gejat bij het leven", zegt de 41-jarige Amsterdammer. Hij kan
het weten. Hij is detective en al tien jaar directeur van recher
chebureau Hoffmann, veiligheidsman voor het bedrijfsleven.
Er wordt gestolen, zowel In de pro-
duktie- als ln de verkoopbedrijven.
Steeds meer, zoveel, dat Hoffmann
en zijn mensen en ook de collega's
van een stuk of tien andere bu
reaus ervan kunnen leven. Van het
ontmaskeren van de daders dan.
Detective, hoe ben je een goede
detective? ..Het is kennis: Je moet
weten wat Je zoeken moet en hoe
Je het zoeken moet", zegt Hoff
mann, „en het Is verder: vasthou
dendheid."
Hij werkt voornamelijk voor grotere
bedrijven: in kleine zaken kunnen
ze de handel en wandel van het
personeel relatief gemakkelijker
overzien. HIJ werkt ook voor de
heel grote zaken, die een eigen be
drijfsrecherche hebben.
Waarvoor dan die bedrijfsrecher
che? Staan die Jongens er dan al
leen om vliegen te vangen?
JEen bedrijfsrechercheur heeft het
voordeel, dat hij iedere persoon en
alle mogelijkheden ln het bedrijf
kent. Hij heeft het nadeel, dat ook
alle personeelsleden zijn gezicht
kennen. Als zo'n man by 'n toonbank
of by de poort staat, gebeurt
er natuurlijk niets .Als een privé-
detective eraan gaat staan „ploft"
de zaak voordat iemand weet dat er
controle is. Je bent geen goede de
tective als ze merken, dat Je bezig
bent."
Gerd Hoffmann heeft niets van het
geheimzinnige uit de pocket of van
het tv-scherm. waardoor Je meteen
zegt: „Kijk eens. Jongens, een de
tective". Geen gleufhoed diep in de
ogen, geen sluipschoenen, geen don
kere bril. zelfs geen dubbele bodem.
Nou Ja, een pijp. Maar die vindt
hij gewoon lekker.
Niets geheimzinnigs. Maar hij is
Door
Anton Pfeiffer
wel zo slim Je niet aan de neus te
hangen hoe hij werkt. Nou ja,
vooruit, een heel klein beetje dan.
„In een warenhuis kan Je bij voor
beeld controleren door observatie
van buiten af, een beetje bij zo'n
afdeling rondhangen. Of Je zet een
mannetje als „personeelslid" op de
afdeling. Als verkoper, als rekken
vuiler, als worstsnijder, als inpak
ken En Je kan eens gaan informe
ren of verdachte mensen uit een
zaak, waar gegapt wordt, geen te
grote privé-uitgaven doen voor hun
inkomen."
Zo weten we dus nog niets. Net zo
min als we achter de trucjes ko
men. die de langvingers gebruiken
om him baas te bestelen.
„Ach", weet Hoffmann, „er zijn le
gio methoden om een kas lichter te
maken, er zijn weet ik hoeveel ma
nieren om goederen uit een zaak te
halen.". Hij vertelt ze niet. omdat
het tot navolging zou kunnen lelden
en zo erg zit hij nou ook weer niet
om werk verlegen.
Wel vertelt hij, dat er bij interne
bedrijfsdiefstallen bijna altijd ln
vereniging wordt gewerkt. Het
wordt steeds erger. .Als Je tien Jaar
geleden twee oneerlijke mensen uit
zo'n zaak kon lichten, had Je het
wel gehad. Tegenwoordig gaat het
niet minder dan in groepen van
vier."
Wanneer ontdekt de leiding van
een zaak nu dat er wordt gestolen?
Ontdekken doet men het meestal
niet. Het wordt aangevoeld. Een ac
countant ziet bij voorbeeld dat de
winst zakt, merkt dat er verschillen
zitten in de voorraadcontrole.
De motieven waarop werknemers
meedoen met de collectieve diefstal
len, zijn even talrijk als licht van
gewicht: „Het gaat zo gemakker-
lijk", „Het is „ergens" een sport",
„Ze doen het allemaal", „Dat be
drijf verdient toch genoeg".
Dat laatste is vaak oorzaak, dat
diefstallen pas na lange tijd worden
ontdekt. Er wordt een heleboel ge
pikt, maar de winst is toch nog vier
ton. „Geen gek Jaar, wat?"
„Een bedrijfsrecherche, een detecti
ve, kan Je dan ook zien als een
winstverhogende factor". vindt
Hoffmann, „dat geldt vooral voor
naamloze vennootschappen. Zolang
er flinke winst is zeggen de aan
deelhouders en de commissarissen
niets. Ze weten niet, dat er nog
méér winst had kunnen zijn, als er
niet gestolen werd."
Voor een directie is een rapport
van een recherchebureau dan ook
niet altijd leuk. Het is moeilijk om
te moeten erkennen, dat de winst is
teruggelopen door inefficiënte con
trole.
„Maar het is veel erger als Je ont
dekt, dat niet alleen de winst terug
loopt, maar dat er verlies optreedt.
Of dat wel eens gebeurt? Man, bij
bosjes!"
Waanzin
Gerd Hoffmann stelt het zo: „Als
Je merkt, dat er zo nu en dan een
pakje spijkers uit Je winkel wordt
meegenomen, is het waanzin om
daar een detective op te zetten. Dat
is niet economisch. Maar wat doe je
als je een groot bedrijf met veel fi
lialen hebt, Je omzet en Je winst
Jaar op Jaar stijgen en Je accoun
tant ineens gilt: „Man, weet Je wel,
dat Je voor negen ton in het rood
zit?" Zulke dingen gebeuren.
Nog niet zo lang geleden was het
zover in een groothandel in elektri
sche apparaten. De directie dacht
het heel goed te hebben gedaan: ze
liet bedrijfschef A de collega van
filiaal B controleren en die moest
weer oog houden op de chef van
zaak C. Maax laait nu hhet hele
chefkorps In een dievencompl
ten.
De schaalvergroting, de fusiei
ken interne controle steeds
ker. „Wat wil Je dat zo'n
doet? Iedere dag even in het
zijn de dozen natellen?'
Nee. als je voelt dat er iets fo
moet je het
overlaten. Zijn dat dan all
van die brave Jongens, kunne
een bedrijf niet tillen met hl
claraties?
Huishoudboekje
„We rekenen werkuren, autog
en onkosten", zo opent Gerd
mann zijn huishoudboekje,
spreken van tevoren een 1
drag af waar we binnen
blijven. Het resultaat van
derzoek is daar niet van invlo
En ook het belang van de
king niet. Als we er achter
dat er een complot van tie
werkt wordt het bedrag heu.
hoger dan
hebben betrapt."
Het onderzoek onnodig lang
duren? „Ik geef liever restitut
ik een zaak eerder rond heb
kpn verwachten. Dat spaart
veel duurdere advertentie uil
vreden klanten praten over
vredenheid met hun relaties';
Beunhazerij? Hoffmann zei
een goede detective is opg«
uit kennis en vasthoudendheid.
„Als er weer eens zo'n stuk
televisie is geweest bellen a
„Kan ik geen detective w
Reken maar, dat het geen
charme heeft om tien uur
auto te zitten, telkens weer,
de kans dat Je wordt afgelost.'
Als Je die vasthoudendheid op
kan Je tot verbijsterende ontd
gen komen. Je rekent bij
uit, dat tien procent van
sementen aan interne diefst»
wijten.
Of je doet met Gerd Ho«
deze ontdekking:. „Het
preduktiebedrijf in de buur
Den Haag. Met dertig
neel. Er werd gestolen als de
Die zaak kan wel sluiten als
daders ontslaan of bij de
aangeven. Ik heb aan die i
22 man als dieven gerapported
Die directie zal zich beraden.
Dat het zogeheten stijldansen, het uit
voeren van elegante, vastgelegde dansfi
guren, al of niet vermengd met een behoor
lijke scheut acrobatiek, ook in Nederland
weer ingang zal vinden, is niet denk
beeldig. In Engeland en met name in
Blackpool, hebben enkele weken geleden
zo'n achtduizend toeschouwers d^ presta
ties van maar eventjes achthonderd paren
bewonderd. De graad van enthousiasme
van de dansfans was te vergelijken met
die welke in Nederland bij een internatio
nale voetbalwedstrijd wordt bereikt.
Joop Bronmeyer en partner Elly kwa
men in Blackpool als zesde uit de bus. Al
dus kan Nederland zich beroemen op en
kele coryfeeën van deze charmerende
vorm van entertainment.
Detective ..."een beetje rondhangen'