Je boeken ijjii o sexy...' t |<EL VAN DER ZEE NAAR HET MILJOEN opstapster ORREE VAN DER HA YEN BEZORGT NEDERLAND EEN WERELDPRIMEUR H ftDAG 21 OKTOBER 1972 ^RLO Je ziet bijna nooit een boek van Nel van der Zee bij de boekhandel Iig- En dat ondanks het feit, dat van haar hand werken als „Zuster Anneke", „Het be- n een zomervakantie", „De gouden poort" en „De promotie van Jet Didam" zijn :henen. Onlangs heeft haar vaste uitgeversmaatschappij West Friesland te Hoorn 25-ste boek op de markt gebracht en daarmee de totaaloplage van Nel van der j meisjesboeken boven het miljoen uitgetild. „De nieuwe leraar" heet de laatste lling. Een miljoen boeken! En ongekend record als je bedenkt, dat Godfried Bomans laatste adem uitblies bij zijn anderhalf miljoenste. En toch bijna nooit een Nel van Zee in de winkel. De verklaring is even duidelijk als voor de hand liggend: „Ze zijn I direct weg", zegt Nel van der Zee. NEL VAN DER ZEE zeg maar vaat de titel (Foto Kurt Bökenkamp) haar villa even buiten Haarlo een vlek in de mooie Gel- se Achterhoek vertelt Nel van der Zee hoe ze aan het sd ijven is gegaan, aan het schrijven moest gaan. „Ik zag me- M altijd in mooie dagdromen: als een groot zangeres, als een ja :emd toneelspeelster. Van al die toestanden, die ik voor me wilde ik iets waar maken. Maar aan de andere kant was ik de dood dat de mensen er iets van zouden merken. Nu ben •g praktisch. Dus wat bleef er anders over dan te gaan J rijven. Ik dacht: schrijven, dat hoeft niemand te weten en heb je vast wat. Maar toen ik m'n eerste boek in de étalage wist ik niet hoe ver ik moest weglopen!" gi was in 1949. Nel van der Zee „Zuster Anneke" toen al zes achter de hand vóór ze haar het publiek durfde voorstellen, ooek was geschreven toen zij :elf in een ziekenhuis werkte akelige infectie een jaar te twam te liggen. Daarvoor had zestienjarige al een schuchter it gemaakt met een verhaal in lamesblad. Is het van de door de uitgever liefderijk ingehaalde „Zuster Anne ke" tot die stroomversnelling naar een miljoen boeken gekomen? Dat is gekomen door het simpele feit, dat een mens een mens blijft. „Het mensenhart verandert niet," zegt de schrijfster, „het is voor een meisje nu nog precies als vroeger dezelfde sensatie als ze een man nenhand op haar arm voelt, ten minste als ze die man leuk vindt". Ze beschouwt de mens als een in strument met snaren. Het is alleen de kunst die aan het trillen te brengen. En dat lukt Nel van der Zee dus bovenmatig goed. Toch ziet ze een soort discriminatie tegenover het meisjesboek. „Mannen", zegt ze, „mannen komen er tenminste eerlijk voor uit dat ze mijn boeken lezen". De meisjes en ook de volwassen vrouwen, die geen nieuw Van der Zee overslaan, doen dat minder makkelijk. Misschien gaat het Nel van der Zee onbewust zelf pre cies zo. De vijfentwintig bandjes, die haar naam dragen tref je niet aan tussen de kloeke delen, die haar boekenkast vullen. Ze staan op een onderplankje met een schuifje ervoor. „Ach, meisjesboeken zijn niet voor de boekenkast. Meisjesboeken léés Je," zo verklaart ze dit schuilevinkje spelen, „échte schrijvers, die zijn voor de boekenkast." Ze stond een keer op de Boeken markt in de Amsterdamse RAI in zo'n kraampje, waar de auteurs hun eigen werk aan de man brengen en signeren. Ze stond daar naast zo'n échte schrijver. „Die kreeg helemaal geen bezoek. Wat erg, hè?" Er kwam wel bezoek voor Nel van Door Anton Pfeiffer der Zee. De vertegenwoordiger van de uitgever, die toevallig bij haar stond, zag die tweè dames al in de verte aankomen. „Moet je opletten," zei hij, „die ko men vragen naar een geschikt boek voor hun dochters". De dames kwamen en vroegen aan Nel van der Zee een geschikt boek voor hun dochters. Ze kregen het met handtekening en al. Ze liepen blijde weg. „Die dames," zei de vertegenwoordi ger, „hebben helemaal geen doch ters". Op diezelfde boekenmarkt kwam een bejaard vrouwtje. Ze bleef voor het kraampje van de schrijfster staan en mompelde bewonderend: „Is dat nou Nel van der Zee?" Die vertederende frase werd opgevangen door de echtgenote van de schrijfster. Hij bevestigde dat Nel Nel was en zei het vrouwtje, dat ze gerust naar haar toe mocht gaan. Na heel lang aarzelen waagde het wijfje de stou te stap en toen werd het gezellig samen een kopje thee drinken. Het vrouwtje moet zo ongeveer hetzelfde geluk hebben geproefd als de voet balkenner, die na de wedstrijd Cruijff even heeft aangeraakt. De boeken van Nel van der Zee hebben ongekend succes hoewel ze verre blijven van moderniteiten als beat, vrije sex en drugs. Toch zei laatst nog iemand, die ze als meisje had gekend en die nu dertig is: „Je boeken zijn zo sexy". Nel van der Zee voelde wel aan wat er werd bedoeld. „Naarmate je ou der wordt ontdek je een heel be schaafde, verborgen sex in die boe ken, zoals dat kan bij mensen zoals wij allemaal netjes gekleed bij elkaar zitten. Ik breng altijd de twee hoofdfiguren heel dicht bij el kaar, dan krijg Je een spanning". De boeken van Nel van der Zee hebben een zonnige kant, er is nooit gebrek aan geld. Tenminste aan het slot niet. Ze gaan altijd over meisjes-alleen, zo van zestien tot twintig jaar. „Ze beginnen meestal wel arm. maar dan draalen ze zich er lekker in". Het schrijven valt wel steeds moei lijker. „Er zijn tegenwoordig zo'n hoop dingen, die helemaal niet meer „erg" zijn. Het is daarom niet meer zo makkelijk een dramatische wending aan Je verfiaal te geven". Het komt Nel van der Zee voor, dat vooral de schrijvers van streekro mans hieraan een heel probleem hebben te verhapstukken. De kunst bij het zoeken naar een goede plot is er een van de zaak lang laten sudderen en er toch voor oppassen dat alles niet verkookt „Er moet kracht aan de bouillon blijven", vindt de Haarlose schrijf ster Vaak gunt haar uitgever haar de tijd daar niet toe. Dan bc-lt hij op en bedelt: „Zeg maar vast de titel. dan maken we nu een dummy en een plaatje voor de omslag. Als Je tijd hebt schrijf Je het dan maar". En dan gaat twee maanden later weer de telefoon: „Mag ik het vast ik de catalogus zetten?" Dan ontstaat er voor Nel van der Zee een situatie dat ze wel moet. Toen ze pas in Haarlo woonde en met een chaotische verbouwings troep zat had de uitgever twee boeken van haar lopen, die ze al had verkooftt maar nog niet eens geschreven. Na „De nieuwe leraar", die voor haar dus het zilver greep, is Nel van der Zee al weer met haar 26- ste boek doende. .Modern meisje gevraagd", zo gaat het heten. Doktersverhalen wil ze niet meer schrijven. M'n laatste dokter is eruit geknepen", zegt ze. En voor een zie kenhuisroman hoeft de uitgever uit Hoorn helemaal niet meer bij haar aan te kloppen. „Een ziekenhuidboek krijgen ze nooit meer", zegt Nel van der Zee vast besloten. En dan mild toege vend: „Ach jrüsschien nog eens een enkele doktertje, er tussendoor". AMSTEDE/BURGSLUIS „Nee, ik ken geen angst. Geen gaat mij te hoog. Pas als het stormt voel ik me in m'n ele- «B mentaal uit de mond van een vrouw die Nederland een we iprimeur heeft bezorgd: Corrie van der Haven (35) uit het J uwse Haamstede is onlangs geïnstalleerd als „opstapster" de reddingboot President Jan Leis die Brugsluis als thuis- en heeft. Een opstapper is een bemanningslid dat mee uit- uw ft als het te bereiken is. in v' moeder van twee Jongens, fc (7) en LAURENS (8 is bekend de enige vrpuw ter M die deel uitmaakt van de be- van een reddingboot. Jover bekend" kunnen weg laten, want president-di- Goudriaan van de Rotter- Reddingmaatschappij heeft Jm de zomer nagevraagd op de national Life Boat Conference I Zweedse Malmö. keken per Scot .j-toenk hij een paar maanden min of meer gekscherend ^Corrie van der Haven vroeg: irom kom Je niet bij ons aan aio 114J 'J® W" Hij had Corrie, lid van de is, ishet veel) heeft y Kruis Colonne op Schouwen a ;'and en mede-oprichtster van 'e Plaatselijke strandbrlgade, zien met de nieuwe zuurstof- en apparatuur waarmee de Jan »erd uitgerust. „Van vrouwvolk boord moet ik niks hebben, voor Jou maak ik graag een ®dering", zei schipper Scot, bij er erg In had wat hij el- ia]t :ik had voorgesteld kon hij al meer terug. Corrie zei namelijk En ook na drie proefvaarten en twee maal „echt" uitvaren bij windkracht 10 bleef het „Ja". Thuis in een gemakkelijke stoel met de prachtige hond Ebbe, een New Foundlander, op schoot, schiet ze herhaaldelijk in de lach als we het over haar toch einig vrouwelijke baantje hebben. Van „gevaar" wil ze niet horen. „Hoe kan zo'n reddingboot nou ge vaarlijk zijn, die schuiten zijn er toch juist op gebouwd om zelfs bij aet zo van op als ziedende stormen overeind te blij de President Jan ven". Ziedende stormen. Als vrouw van een stoere zeeman (haar man is ge zagvoerder op een Chevron-tanker, als hij drie maanden per Jaar thuis genoeg meegemaakt. „Ik ben een paar rei zen meegeweest en ik vind varen zalig, vooral als het stormt". Gek op de zee is ze altijd geweest. Dat gaf ook de doorslag toen ze enkele Jaren geleden verhuisde van het landelijke Zevenhulzen in Zuid —Holland naar het vijf minuten van zee gelegen Haamstede in Zee land. „Toen we hier kwamen was de overkant nog onbebouwd. Nu voel ik me alweer opgesloten. Maar steeds als het me benauwt, vlieg ik naar zee. Met Martin en Laurens en hond Ebbe natuurlijk". Erg veel tijd om langs de vloedlijn te wandelen heeft Corrie van der Haven overigens niet. Behalve haar reeds opgesomde activiteiten geeft ze ook nog e.h.b.o.-lessen en ver vangt ze, als dat nodig is, de wijk zuster van het Groene Kruis. Haar ervaring en kennis als ver pleegster komen haar daarbij uit stekend van pas. Corrie haalde haar verpleegster-diploma's in het Goudse Van Iterson-ziekenhuis, waar ze tot 1960 met zoveel plezier werkte dat ze nu nog spontaan zingt: „O Iter- son O Iterson, Jou vergeet ik nooit". Als 's-werelds eerste opstapster 's- avonds nog eens een vrij uurtje heeft, pakt ze een spannend boek dat, uiteraard, over avonturen op zee gaat. „Voor handwerken wat ik ook altijd graag heb gedaan, heb ik tegenwoordig geen tijd meer". Haar huishoudelijke taken verricht ze 's-ochtends in anderhalf uur tijd. „Vrouwen die daar de hele dag over doen begrijp ik niet". Martin en Laurens schillen om beurten de aardappelen. Liever op de golven dan op de dansvloer wiegende Corrie helpt - dat waren we nog vergeten voorts de badman van Haamstede nog. Haar uitleg van het hoogst-ac- tieve leventje dat ze leidt: „Ach, als vrouw van een zeeman moet Je niet gaan -zitten kniezen. Doe Je dat wel, dan kiest je man na verloop van tijd voor een baan aan de wal en dan beroof je hem van het mooiste dat er bestaat: de zee". Een Ideaal huwelijk! Carrie in haar element: in het springnet van de Jan Leis

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 15