MOET DE PAARDEN SPORT NIET WAT WORDEN GEHOLPEN! Eenmis- lukte schilder en De misleide Eva Eva PAGINA 12 ZATERDAG 29 JTJ Nieuw blad: Paard en pony Dat paardrijden geen elite- sport meer is, maar een volks sport aan het worden is, blijkt niet alleen uit de cijfers. En niet alleen uit het aantal boe ken, dat met de regelmaat van een klok verschijnt. Het blijkt ook nu weer uit het bijzonder aantrekkelijke maandblad, dat dezer dagen voor de eerste maal is verschenen. Wouter Slob, Joep Bartels en vele me dewerkers tekenen voor de deskundige inhoud. Kolff Off set, afdeling periodieken in Amsterdam, heeft zorg gedra gen voor de uitermate aan trekkelijke aankleding met en kele levendige kleurenplaten. Uiteraard van fotogenieke paardenhoofden. Een jaar abonnement op dit tijdschrift kost f33,50. Wanneer het blad zich handhaaft op het niveau, dat het eerste nummer ken merkt, dan zal men zich voor dat bedrag niet bekocht voe len. Maar dat is afwachten ge blazen. Voorlopig ziet het visi tekaartje er erg leuk uit. Nederland telde In 1969 bijna 102,000 geregistreerde ruiters en 80.000 ponyruiters. Deze aantallen worden steeds groter. Bovendien zeg gen deze getallen nog maar weinig over het werkelijk aantal personen, dat in ons land de ruitersport be oefent. Het is niet te schatten, hoe groot het aantal liefhebbers is, dat in particuliere manéges lessen volgt of gewoon maar voor het plezier een uurtje paard rijdit. Het is eigenlijk wat merkwaardig gesteld met de paardensport. In ve le opzichten zou men het kunnen vergelijken met tennissen. Niet ai- Zeilen! Deutsche Gründlichkeit Nu zeilen een steeds populair der vorm van sportieve vrijetijds besteding wordt, neemt de be hoefte aan kennis op dit gebied toe. Juist voor diegenen die zich met deze sport vertrouwd willen maken alvorens zich zelfstandig op het water te begeven, lijkt het boekje „Zeilen!" geschreven. Maar ook zij dae al min of meer met hun boot overweg kunnen, zullen het nodige van hun gading vinden. De toenemende drukte op de Nederlandse plassen dwingt vrijwel iedere zeiler Zich ook met de theoretische kanten van zijn sport bezig te houden. De tijd van het vaarbewijs voor iedere water sporter zal, naar wij hopen, niet te ver meer zijn. In het boek treft men een over- dcht van boot- en zeil typ en, theo rie en praktijk van het zeilen Bwaar weer zeilen en averij, vaak voorkomende fouten, iets over re glementen etiquette en wedstrijd zeilen. Het geheel draagt duidelijk de sporen van een Deutsch grund- liche geest, hetgeen eensdeels het voordeel van een grote mate van volledigheid heeft binnen het ka der van de beginners opzet, an derdeels komt het de leesbaarheid niet ten goede. Al met al duidelijk een boek voor diegene die zich serieus met de zeölsport wil bezig houden. W. PENNING. Roland Denk: Zeilen! Uitgav- Elsevier Nederland N.V., oorspron kelijk titel: Segeln: Klar zum A Schein, Vertaling J. G. Bagger- an. Prijs f 15,90, 144 pagina's. leen in graad van moeilijkheid, hoewel de vergelijking zich ook in dit opzicht snel opdringt. Want wie ooit zowel een tennisracket in de hand heeft gehad én op een paardenrug heeft gezeten weet hoe moeilijk beide sporten zijn. Hoe lang het kan du ren eer men de fijne kneepjes van deze sporten onder de knie heeft. Hoeveel geduld er aan te pas komt om de diebails te gaan beheersen. Maar daar gaat het ons niet in eerste instantie om. Het betreft hier twee individuele sporten, die men kan beoefenen om het wedstrijdelement of louter en alleen voor ontspanning. En in beide takken van sport kan men personen aantreffen, die op een bepaalde leeftijd het wedstrijdele ment hebben laten schieten om daarna nog vele j aren ontspannende vreugde in de sport te vinden. Maar op één punt is er echter geen vergelijking tussen deze sporten mogelijk. Wordt er voornamelijk ge tennist op banen, die uit algemene middelen zijn aangelegd en veelal ook worden onderhouden, in de paar densport is zoiets een hoge uitzon dering. In de meeste gevallen wordt die beoefend op door particulie ren gebouwde en onderhouden ma neges. Animo groeit De gevolgen blijven dan ook niet uit. De animo voor de ruitersport neemt duidelijk in omvang toe. Her haaldelijk kan men in de plaat selijke kranten berichten tegenko men van nieuwe manéges, die met meer of minder vlagvertoon worden geopend. Maar daarna komen voor de manègehouders de moeilijkheden pas goed los. Zij komen voor pro blemen te staan, die minder frequent de kolommen van de kranten ha len, maar die er niet kleiner door worden. Paarden zijn dure en bewerkelijke dieren. De prijs van het voer stijgt net zo snel als andere artikelen. Loonkosten gaan ook steeds zwaar der drukken. De dierenartsen zijn vaste bezoekers van d'e stallen. Mr ze komen niet voor niets, hun rr keningen liegen er tegenwoordig n Het is dan ook niet verwonderlijk, dat de maneges niet alleen als pad destoelen uit de grond rijzen, maar dat een nagenoeg even groot aantal vrijwel geluidloos van de aardbo dem verdwijnt. De manegehouders hebben het hoofd moede in de schoot moeten leggen. En dat, terwijl de paardensport populair is. En duidelijk aan popu- lareiteit wint. Zich meer en meer heeft ontworsteld aan het etiket van „elitesport". De kijkdichtheid van televisie-uitzendingen van spring- concoursen is wat dat betreft ook een teken aan de wand. Daarom vragen wij ons af of we niet op het punt zijn beland, dat ge meentelijke sportfiguren zich eens in deze kwestie moeten gaan verdiepen. Of zij zich niet eens moeten afvra gen of ook deze sport niet een handje kan worden geholpen. Voetbalvelden, korfbalvelden, ten nisvelden, hockeyvelden, zwemba den, sporthallen en nog meer sport accommodaties worden van gemeen tewege aangelegd en gebouwd. Te recht. Natuurlijk heeft de zich in de sport recreërende mens recht op een stukje grond of een gebouw, waarop of waarin hij zijn hobby kan beleven. Maar waarom de paarden sport dan niet? Graadmeter Deze vragen kwamen in ons op, toen wij dezer dagen het „Groot paarden- en ponyboek" onder ogen kregen. Boeken kunnen een graadmeter voor populariteit zijn. Het is geen toeval, dat er zoveel boeken over bijvoorbeeld hengelen verschijnen. Voor de één een sport, voor de ander een liefhebberij, maar in elk geval een groot aantal beoefe naars. Ook over de paardensport verschijnen geregeld drukwerken. En echt niet alleen omdat het paard zo zeldzaam fotogeniek is. Maar zelden zagen wij een zo fraai uitgewerkt en zo volledig standaard werk over paarden en pony's als dit in kloek formaat bij L. J. Veen's Uitgeversmaatschappij in Wage- oingen verschenen boek. Het is niet goedkoop. Bijna zeve" tentjes. Maar daarvoor krijgt mei ian een oreedvoerig overzicht vai. meer dan 200 ternationale betekenis. Supervisie bij de samenstelling had Sir Richard Giyn, die zijn hele le ven tussen de paarden heeft doorge bracht. Hij diende eens in een ca- valerie-regiment, thans fokt hij New Forest pony's. Hoewel hij bijzonder veel van paarden afweet had hij in zijn eentje nooit een dergelijke ca talogus tot stand kunnen brengen. Hij moest vele medewerkers om zich heen verzamelen. Zij reisden de hele wereld af. Tot ver achter het ijzeren gordijn waar zij merkwaardig genoeg geen moei lijkheden ondervonden. Waarschijn lijk gedreven door de liefde voor het paard waren officials en experts uit landen als Rusland, Polen. Tsjecho- Slowakije volop bereid mede te wer ken. En altijd was daar de Jeugdige Sally Anne Thompson bij, die al internationale faam bralt, verworven door haar dierenfoto's. Bijna hon derd kleurenfoto's van haar zijn in dit boek opgenomen. Het werd ver taald door Gertie en drs. G. Nieuhoff, die in de Nederlandse paardenfok kerij meer hebben gedaan dan al leen hun sporen verdienen. Het zou ons te ver voeren alle me dewerkers aan dit standaardwerk, dat het hart van iedere paardenlief hebber op hol zal doen slaan, hier te gaan opnoemen. Het is in zijn tekst een overzicht van de geschie denis van het paard en een opsom ming van wat er zo aan bekende paarden- en ponyrassen op de we reld te vinden zijn. Woorden, die met platen en foto's een grotere nadruk krijgen. Al bladerend, kijkend en lezend realiseert men zich nog eens, dat het paard na vele eeuwen trouwe dienst als werktuig in de meeste ge vallen naar de herinneringen is ver drongen. Maar dat het is herondekt als vriend in de sport. En dan vraagt men zich af we zeiden het al waarom mag die sterk opbloeiende sport nu niet een steuntje in de -ug krijgen? KOOS POST „Groot paarden en pony boek", ïmengesteld onder leiding van Sir lichard Glyn. Vertaald door G. A. ft. Nieuhoff, dierenarts en Gerti J. H. Nieuhoff. Verschenen bij L. J. Veen's Uitgeversmaatschappij N.V. in Wageningen. J. Bernlef. De Maker. Een ro man over een schilderijenverval ser. Querido. Amsterdam. Het komt tegenwoordig niet veel voor dat een moderne auteur zijn roman baseert op een historisch gegeven. Dat Bernief daartoe een poging gedaan heeft is zeker de aandacht waard. Hoewel de naam van de schilder, die in de ze roman de hoofdfiguur is, niet genoemd wordt, is het toch duide lijk dat Han van Meegeren (1889 1847) model heeft gestaan voor deze raadselachtige gestalte. Oudere lezers zullen zich het ge val wel herinneren. Onder protest van heel weinige kunstcritici maar onder gejuich van de kop stukken der kunstkenners, kocht het museum Boymans in Rotter dam De Emmaüsgangers aan, eni ge Jaren voor de Tweede Wereld oorlog, in de overtuiging te doen te hébben met een authentieke Vermeer van Delft, een beroem de zeventiende eeuwer. Later bleek dat dit doek vervaardigd was door een zekere Van Meege ren, 'n man die hoofdzakelijk be kendheid heeft gekregen door dit werk en door een boek met repro ducties van zijn verdere werk dat hij n.b. aan Hitler had opgedra gen. Na de oorlog kreeg hij een proces aan zijn broek en is in het gevang gestorven. Het feit dat deze Van Meege ren in staat is geweest zo velen bij de neus te nemen is op zich zelf al merkwaardig genoeg. Want wij kunnen ons nu wel afvragen hoe het ooit godmogelijk is ge weest; het feit blijft bestaan. De ze schilder moet kans hebben ge zien tot dat raadselachtige in de-huid-kruipen, dat zich meer voordoet dan men over het alge meen aanneemt. Men denke b.v. aan de paradisten die dat ook moeten kunnen, zij het dan met een ander en loffelijker doel. J. Bernlef heeft een poging on dernomen om zich in te leven in iemand die zich in de schilder Vermeer ingeleefd had. Hij heeft geen historisch werk willen schrij ven gebaseerd op het leven van Van Meegeren en dat is waar schijnlijk de reden waarom hij de naam niet genoemd heeft. Hij heeft voor zijn boek alleen de pe riode gekozen waarin de schilder rondloopt met zijn fatale plan dat hij, gegeven dat wonderlijke soort van talent van hem, nog uitvoert ook. Geschiedenis De geschiedenis speelt zich als volgt of. In het eerste hoofdstuk even een beeld van het leven van de schilder in Den Haag. Zijn atelier, zijn verhouding met een van zijn vrouwelijke leerlingen, een bezoek met zijn vrouw Jaoin- tha aan de schilderssociëteit. Daar tekent hij een vlotte paro die van zijn collega's en van de kunsthistoricus Breekman (Bre- ddius) in de opstelling van Da Vdn- ci's Laatste Avondmaal met Breekmans "romp als een loden- kast volgens het Daili-recept". Daarna vertrekt hij met zijn vrouw naar Italië. Na enig reizen vestigen zij zich tijdelijk in Ro- quebrune even over de Italiaan se grens. Een laatste bezoek aan het Rijksmuseum om Vermeers te bekijken en 't paai* blijft voor lopig in Zuid-Frankrijk. Een ont moeting met een zonderlinge rij ke Amerikaan, die vervalsingen verzamelt, brengt de schilder er toe zijn bezetenheid voor het werk van Vermeer in een daad om te zetten. Hij verspeelt Jaointha door zijn totaal gebrek aan aandacht voor haar, sluit zich op in het nu verlaten huis en haalt een zwer ver binnen als model. Hij expe rimenteert eindeloos vanwege het craquelé en slaagt tenslotte. Dan schildert hij "De Emmaüsgan gers". De roman eindigt met het zetten van de valse handteke ning. Als ik het wel begrepen heb, is het Bermlefs bedoeling geweest ten eerste aan te tonen dat zijn schilder die Vermeer gemaakt heeft als een sublieme wraakne ming voor zijn miskenning. Ten tweede stelt hij het probleem: wat is echt en wat is vals? Wat het eerste doel betreft; rancune is een gevaarlijke eigenschap die de mens tot onvermoede misda digheid kan brengen. Het natio- naalsocialisme als rancuneleer, schreef Menno ter Braak. Van de tweede probleemstelling kan men een verklaring vinden op de blz. 118122 in een soort stellingen die de schilder opschrijft. Ik neem aan dat deze regels wel uit de verdediging van Van Mee geren zullen komen. ZoaJls ik al gezegd heb is diit complexe geval interessant ge noeg om er zich in te verdiepen. Maar liet geval is te complex dan dat je het in 150 blz. (de om vang van deze roman) tot klaar heid zou kunnen brengen. Dat is Bemief dan ook niet gelukt om dat hij de vraag opwerpt maar er niet diep op ingaat. Zijn voor stelling van zaken, de tijd, de mensen, de gesprekken hebben iets cliché-achtigs dat mij herin nert aan bepaalde romans uit de Jaren '20 en '30 die aan het zelfde euvel van de onpersoonlijk heid en gebrekkige karakterte kening leden. Zo herinnert de fi guur van die schilder mij aan die beeldhouwer uit "De Kleine Waarheid" van J. Mens; diezelf de op weinig gebaseerde gewelde- naarshouding. Een schilder op papier zetten is overigens iets dat ongeveer nog geen schrijver gelukt is met uitzondering van Joyce Cary in zijn "The Horse's Mouth". Wat betreft die Ameri kaan in Zuid-Frankrijk met zijn ongelooflijke feesten een vage afspiegeling van Scott Fitzge- ralds tragische Great Gatsby, maar zonder achtergrond en le venloos. Hoe echt is dit boek? wordt er op de omslag gevraagd. Niet echt genoeg en echt niet genoeg, vrees ik te moeten zeggen. Eva Figes. Patriarchaal gedrag. Vrouwen in de maatschappij, (vertaling) Meulenhoff. Amster dam. Wie historisch, psychologisch, antropologisch en religieus over tuigd wil worden van het. feit dat de vrouw op geen enkel terrein de mindere van de man is of be hoort te zijn, kan bij dit boek van de Jonge romanschrijfster Eva Figes terecht. "Het is een boek dat grotendeels over man nen gaat", zegt zij in de aan vang van haar werk waarmee zij de eeuwenoude vrouwenmis leiding te lijf gaat. Dat dit zo is komt omdat het de man is die de Historische documenten liggen niet voor het opscheppen, maar Als u gewoon naar uw boekhandelaar stapt, kunt u er wel een in handen krijgen. Want daar is de uitgave van het boek ..DE LEIDSE HOFJES" verkrijgbaar. Dit historisch document is in een kleine oplage uitgegeven door het Leidsch Dagblad en bevat foto's van alle hofjes met een beschouwing over elk hofje. Dot- zijn er 35 in totaal Over al die 35 hofjes schreef de heer R. J. Spruit: duidelijke teksten, die uitvoerig informatie geven over de geschiedenis van een stuk lokaal verleden. Een verleden met een romantisch tintje. Poelet u een geschenk Geef een boek, geef een historisch document, een bedrag van f 15.is waarachtig niet veel voor een historisch geschenk. vrouw haar inferieure rfl maatschappij heeft aaai) Aangepraat of aangewea het begin van de schepjj Dat daar zo moeilijk iets veranderen is komt, zegt] dat het niet mogelijk is van de beide seksen te zolang we die alleen maa hebben in de relatie tol zoals wij ze kennen. De zoeker naar de man nel vrouwelijke persoonlijkh niet anders dan de menj aan de normen die hijzr steld heeft. De vrouw ii toe dat wat de maat duidelijker gezegd de m haar eist dat zij is. H drag wordt bepaald do opvoeding, per traditie op het gevoel en door so invloeding. Zij is no zichzelf geweest, maar e in een misleidende spieg oudsher is er een tot schillend gedragspatro gesteld voor mannen e wen, een gedragspatroi men zich tot voor kort e en tand aan vastklemd over de gehele linie. Van boorte af was er het on< in kleuren, in spelen, in drinken, in kleren, in he vijs dat een vorm van ring is, in werk en no< op. De vraag of het oo zou kunnen is weieens gesteld doch door de b< tijen altijd snel onder werkt. Want tot voor ko de niet alleen de man i de vrouw zelf bij veranc leen maar te zullen verl man zijn macht, de vr< onderkomen. Pas in c eeuw is de vrouw gaan ken dat er ook een all houding mogelijk was de paternalistische. De v haven van het huwelijk tijd nog de plek om Je je twintigste Jaar in i brengen. Dat er nog f veranderd is toont Eva met haar verzameling van een groep meisjes streeks vijftien Jaar die N nasium bezoeken. De had geluid: "Vandaag mijn tachtigste verjaar< B kijk terug naar de ik van de middelbar kwam". Deze meisjes w j. meer dan gemiddelde i tie en kwamen uit een 1. lieu van handarbeiders. enkele uitzondering na n opstellen op elkaar j v druppels water: trouwe b netje, huisje, kindjes, j b der. Dit is dan het leveni k de volgende generatie. d laatste gewenste fase In denken. k De radicale oplossing j Jl impasse van de onvd l heüd van de vrouw ziet P; huwelijk. Zij noemt anachronistische instellL- van ze niet begrijpt dal denkende man er zich laat strikken. Beide moeten hun werk h( hun loon verdienen en |_J§ lijk betalen voor de klin overbevolking zal de ge J perking mede in de hi ken. Dit is volgens Eva enige manier waarop dj eindelijk zichzelf zal niet langer zal behoeve!111' volgens de patriarch daard die eist dat zij jg i de man wiil dat zij zijn z). Eén van de amusant 6 van dit onderhoudende! re boek zijn de oitatefïl! zeer belezen schrijfster eenverzameld teneinde nt nen hoe de man door f heen de vrouw veroordit f en op hoge toon gespij haar hoogst mind* geestelijke vermoger bij hebben zij het niet ke ten. Zowel de kerkvad filosofen zijn het er a eens geweest dat de vr< he laas onvervangbaar - vi persoonlijkte zonde wa: «Pï lustig, ijdel, achterlij! ik genachtig. Het gebrek lich derworpenheid word>n- demonstreerd bij Liliir eerste vrouw die hlij door van haar "de om' houding" te eisen. Wo r. dween zij in het heel band met die houding 1 de treffende mededelii paalde stanunen int sië deze "de zendeling b noemen. En nu we toe ren linowski bezig zijn - dit boek ook dat de Dj, nog steeds geen verbs c tussen de coïtus en d schap. Dit heeft tot u6 dit volk de vaderfiguu r bl en dus ook niet de desi ra volgen van het patriai de vrouw. a: Kostelijk is de zee ast achtig aandoende brie ante mand minder dan terw Freud aan zijn verloo Bernays. De banaliteit 1 gentiende eeuwse boi timental iteit daarvan rs het angstige vermoed 11 ze vader van de psycl f,?60 bepaald van de vrou afgeweten heeft. "De Nieuwe Linie" Bra| moeten opmerken d pavh, .«M- J dit boek in de eerste j0gt ten lezen. Zeker moetai lezen als zij iets van;erra, veranderingen in deze ervo snappen. Maar ik zeilt ir in de eerste plaats onder de neuzen var die nog altijd niet ven te kijken dan he 1 deel voornoemd lang ii aan i CLAR Je k

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 12