DUITSE STAANDE IS EEN ALLROUND JACHTHOND Vraagtekens bij de snelgroeiende forel Onbeperkt reizen in Zwitserland \ls koelwater wel zo gunstig voor de visstand I vis I sport VELTMAN HENK TEUNISSEN vrijdag 16 juni 1972 EXTRA PAGINA 25 Onder de vele jachthondenras sen neemt de Duitse staande een zeer bijzondere plaats in. Want er zijn voor ieder onder deel van de Jacht en voor alle soorten wild speciale rassen ge fokt. Retrievers voor het terug brengen van het geschoten wild, setters om de fazanten op te jagen, spaniels voor het werk in doornstruiken en kreu pelhout. Er zijn speciale hon den voor konijnen, otters en patrijzen. Maar de Duitse staande is een allround hond. Door Paul Marijnis en Aad Hakkert Hij kan voorstaan èn apporte ren. Hij zwemt voortreffelijk en is evengoed thuis in de struiken als op de heidevelden. Kortom een hond die voor ie der aspect van de korte jacht te gebruiken is. Géén wonder dat dit „bruine wonder" een van de populairste Jachthonden in ons land is. Kattenwurgers Wat zijn uiterlijk betreft lijkt hij sterk op zijn Engelse neef, de Pointer. Maar die vertoont veel wit, terwijl de Duitse ja gers er altijd naar streefden hun honden zo weinig mogelijk te doen afsteken tegen het landschap. Daarom is de Duit se staande overwegend bruin of zwart. Hij was oorspronkelijk alleen bedoeld om voor de ja ger uit te lopen en wanneer hij „verwaaiing" kreeg van het wild tot een standbeeld te ver starren het zg. „voorstaan". Ook spoorde hij aangeschoten wild op. Trof hij de prooi dood aan. dan hief hij een huilend geblaf aan. „Totverbellen" noemde men dit in Duitsland. Om hem fel te maken leerde men hem om katten te wurgen, een wrede africhtingsmeïhode, die tegenwoordig gelukkig niet meer wordt toegepast. De kortharige Duitse staande is een echte atleet die veel be weging nodig heeft en onver moeibaar is. Door zijn inschik kelijke karakter en zijn be hoefte aan gezelligheid is het bovendien een plezierige huis genoot! U hoeft niet over een jachtterrein te beschikken om van uw Duitse staande veel plezier te hebben! Er zijn drie variëteiten: korthaar, draad- haar en langhaar. De korthaar is het populairst. Zonder staart Meestal wordt de staart gecou peerd en niet zonder reden. Een jachthond die hele dagen tussen de struiken en bomen van het jachtterrein door brengt slaat door zijn gekwi- spel zijn lange dunne staart al gauw kapot tegen de takken. Als het couperen van de staart verantwoord gebeurt is daar geen enkel bezwaar tegen. Het beste is het om dit 48 uur na de geboorte te laten doen niet door een beunhaas, maar door de dierenarts. Dan blijft het bij een snelle betrekkelijk pijnloze ingreep waarbij geen kans is op infectie. De Duitse staande is als elke rechtgeaarde jachthond vrien delijk en sentimenteel. Hij vindt het heerlijk om dicht bij zijn baas te liggen als het kan met de kop op zijn knie en hem in aanbidding aan te staren. Diep zuchtend van genot ligt hij te suffen, maar ondertussen ziet en hoort hij alles. Als u hem eens goed be kijkt vallen de lange gespierde poten en de diepe borstkas op. Duidelijk een hond die veel be weging moet hebben, minstens twee uur per dag! Wilt of kunt u dat niet opbrengen, schaf u dan een andere hond aan. Want jachthonden zijn erg fijngevoelig, zodra ze te weinig beweging krijgen worden ze rusteloos en nerveus. Jagers kunnen net als vissers zéér sterke staaltjes vertellen. Maar het mooiste voorbeeld van „ja gerslatijn" is het verhaal van de Duitse staande die met een jachtgezelschap het veld introk, waarbij één verschrikkelijk on handige mijnheer. Door zijn gehannes bracht de zondags- schutter steeds zichzelf, of een van de andere leden van heö gezelschap in gevaar. Toen hij tenJStotte een schot hagel af vuurde dat zó slecht gemikt was dat bijna de hond werd geraakt vond deze 't welletjes. Met een besliste beweging nam hij de klungel zijn gloednieuwe jachtgeweer af en deponeerde dit in de struiken. een ondeugd hebben is het hun grote nieuwsgierigheid. Door hun scherpe neus ruiken ze al les en ze zijn graag op de hoogte van wat er in hun om geving gaande is. Daarom zit ten ze bij voorkeur voor hec raam. Wat betreft de verzor ging van de vacht levert ie Duitse staande weinig moeilijk heden op. Een paar minuten per dag stevig borstelen zijn voldoende. Als u uw Duitse staande bovendien nog voert volgens onderstaand menu hebt u een hond waarmee u overai voor de dag kunt komen. Ochtend: 3 a 4 stukken oud bakken brood. Vs. liter melk af en toe rauw ei. Avond: 1 tot lVi pond vlees ge kookte groente 4 a 5 stukken geroosterd brood, 1 eetlepel le vertraan. Nadere inlichtingen over de Duitse staande hond kunt u krijgen bijNederlandse Ver eniging de Duitse Staande Korthaar, c.h. Geitel, Vogelwei de 90, Amersfoort tel. 03490- 23045. Vereniging Vrienden Duitse Draadhaar J. G. ten Houten, Narcislaan 25, Leende (NBr.) tel. 04906-1633. Neder landse Vereniging van Langha rige Duitse Staande Honden jkvr. A. J. M. van de Heyden van Doornenburg, Vosterweg 3, Vorden, tel. 05753-7232. De Zwitserse bondsspoorwegen in troduceren dit voorjaar een alge meen abonnement voor het onbe perkt reizen per trein, boot of postauto. Op het hele net van de Zwitserse bondsspoorwegen met een lengte van 2913 kilometer, op dat van 79 particuliere spoorweg maatschappijen van totaal 2275 kilometer, op bootdiensten (totaal 545 kilometer) en 3305 postautolij- nen. Daarnaast krijgen de bezit ters van de vakantiepas op talrij ke berg en zweefbanen 25 tot 50 procent korting. De pas kost f 77,40 voor acht dagen tweede klasse en f 107,50, voor acht dagen eerste klasse, f 107,50 voor 15 da gen tweede klasse en 150,50 voor vijftien dagen eerste klasse, f 146,20 voor een maand tweede klasse en f206,40 voor een maand reizen eerste klasse. Kinderen van zes tot en met vijftien Jaar beta len de helft. In Zwitserland zelf kan men de vakantiepas niet ko pen, hij kan daar ook niet worden verlengd. In Nederland is de pas te krijgen bij het Nationaal Zwit sers Verkeersbureau in Amster dam. Ook dit Jaar wijst de geneeskun dige hoofdinspecteur van het staatstoezicht op de volksgezond heid, nu het vakantieseizoen is begonnen op de mogelijke gevaren die de gezondheid van reizigers en toeristen bij een verblijf in het buitenland kunnen bedreigen. Een vouwblad onder de titel „Voorkom bij verblijf buitenlands infectie ziekten, in het bijzonder cholera" wordt in een oplage van 100.000 exemplaren verspreid onder de circa vierhonderd reisbureaus en bijkantoren, die zijn aangesloten bij de Algemene Nederlandse Ver eniging van Reisbureaus. In kort bestek behandelt dit vouwblad de besmetting met cholera en de ge volgen hiervan, de vaccinatie te gen de ziekte en de controle bij grensoverschreiding. De hygiëni sche wenken zijn niet alleen van belang voor de cholera, maar zijn ook gericht op het voorkomen van andere besmettelijke darmziekten zoals buiktyfus, paratyfus, dysen- trie, kinderverlamming en besmet telijke geelzucht in gebieden waar minder goede hygiënische toestan den heersen. Voor reizigers naar de Tropen is er een brochure „Hoe blijf ik gezond in de tro pen?" te bestellen bij het Konink lijk Instituut voor de Tropen in Amsterdam. Van de toeristen, die met hun auto op de Waddeneilanden ko men wil zestig procent er ook zonder auto nog wel vakantie houden. Dit zei de voorzitter van de Landelijke Vereniging tot Be houd van de Waddenzee onlangs op de persbijeenkomst in Amster dam waar het boek „Zwervend over de Wadden" als boek van de maand werd geïntroduceerd. Vorzitter Pronker haalde dit cijfer uit een vorig jaar onder toeristen op Terschelling gehouden onder zoek. Op grond daarvan voorspel de hij dat een beperking van het aantal auto's op de Waddeneilan den nauwelijks nadelige invloed op het toerisme zal hebben. „Die veertig procent die per se met de auto wil wordt dan weer vervan gen door de mensen, die nu voor de auto's zijn gevlucht", aldus de heer Pronker. Het boek „Zwervend over de Wadden", is het achttiende boek op watertoeristische grondslag van de Haarlemse Jachtarchitecten Jaap Kramer en Wim de Bruijn. De 74 foto's zijn gemaakt door Theo Kampa. Gedurende de maand uni kost het boek een tientje. Daarvoor is een oplaag van 70.000 exemplaren gedrukt. Enkele weken geleden verschenen in vrijwel alle lande lijke en grote provinciale dagbladen grote koppen. Fo rellen groeien snel in warm water" of iets van die strek king. Met veel trots werd melding gemaakt, dat in het door strijders voor een gezond milieu zo verguisde koel water van elektriciteitscentrales forellen sneller groeiden dan in de kweekvijvers van de O VB (Organisatie ter Ver betering van de Binnenvisserij), die de normale tempe ratuur van het buitenwater hebben. Zo kwam men op het idee eens wat kweekproeven te nemen met forellen. In het koelwateruitlaat- kanaal waar het water zes a ze ven graden warmer is dan het ge wone buitenwater werd een groot vlot met kooien van gaas ge plaatst. Op 23 februari gingen d'e forellen er in en op 13 april werden ze er weer uitgehaald. In die pe riode bleken de forellen te' zijn gegroeid van 90 tot 147 gram, wat ADVERTENTIE DE ENIGE SPECIAALZAAK voor al uw HENGELSPORTARTIKELEN DE SPORT neerkomt op ruim één procent per Haarlemmerstraat 11 - Tel. 24020 Het ging om een project, dat de afgelopen maanden werd uitge voerd door de Provinciale Gelderse Elektriciteits Maatschappij (PGEM) in samenwerking met de reeds eerder genoemde OVB. Het toeval (of het noodlot?) wil, dat in Oostelijk Flevoland binnendijks kweekvijvers van de OVB lig gen en buitendijks de centrale van de PGEM, die uit het IJssel- meer het koelwater haalt. De zaak kwam eigenlijk aan het rollen toen sportvissers ontdekten, dat in de buurt van de centrale grote hoeveelheden vis voorkwa men, die blijkbaar de voorkeur gaven aan het warmere koelwater van de centrale boven het wat koudere water van het IJsselmeer De visserij bij de centrale on taardde in de loop echter in schandalige vispraktijken. iDreggers" Er werd gevist met lijnen waar aan grote aantallen haken waren ■igd, zonder aas. Vervolgens werd de zaak zo ver mogelijk weggesmeten en weer binnenge- draaid. Met de grote visconcentra- tie was de kans, dat je op een of andere manier een vis haakte, groot. Er werd dan ook volop vis gevangen. Hoe ze gehaakt waren deed voor deze „dreggers" niet ter zake. In ogen. bek, rug, staart of vin, het maakte allemaal niets uit. Ze „vingen" vis. Terecht, naar mijn mening, werd besloten een visverbod voor die plaats in te stellen om op die ma nier een einde te maken aan de schandalige praktijken. Met dit staaltje van vissenschenderij was wel de aandacht gevestigd op het feit, dat in koelwater blijkbaar veel vis voorkomt en zich daar thuis voelt. Optimi ïmisme Groot optimisme, want forellen die in onverwarmd water waren achtergebleven waren niet zwaar der dan 112 gram. Maar nu komt de keerzijde van de medaille. Wat is namelijk de praktijk? Wie even de snellere groei van de vis buiten beschouwing laat en verder kijkt wat de gevolgen van het koelwater voor het biologisch milieu zijn zal zijn enthousiasme flink moeten temperen. Op de persconferentie over de „snelle groei" werd gezegd, dat het de conditie van de vis ten goede is gekomen en dat de sportvisser nu eenmaal houdt van een leven dige vis. Het kan niet beter zou je zo zeggen, maar wie dat zegt geeft blijk wel heel weinig kaas te heb ben gegeten van wat er in de na tuur gebeurt. Iedereen met ook maar een greintje kennis van het leven der vissen zal weten dat ver warming van het water automa tisch leidt tot een hogere activiteit van de vis. De ademhaling van de vis gaat sneller en de vis wordt „levendiger". Niets bijzonders dus. Iedereen weet ook of behoort tenminste te weten dat water bij een hogere temperatuur steeds minder zuurstof kan bevatten. Spaak lopen ADVERTENTIE HENGELSPORTHUIS Lage Rijndijk 76, Leiden, tel. 34867 ADVERTENTIE Kort samengevat: de vis heeft in warmer water steeds meer behoef te aan zuurstof en het water kan steeds minder zuurstof bevatten. Logische conclusie is dat het bij een bepaalde temperatuur loopt. De Amerikaanse bioloog John C. Clark heeft op dit punt onderzoekingen verricht en kwam tot de conclusie, dat de vis in ver warmd water niet alleen ademha lingsmoeilijkheden krijgt maar dat in de weefsels steeds minder zuur stof terecht komt. Desondanks begint de vis steeds sneller te zwemmen totdat bij het naderen van de dodelijke tempe ratuur de beweeglijkheid plotseling afneemt en de vis vrijwel niets meer eet. Bij het OVB/PGEM- project in het IJsselmeer werd geëxperimenteerd in een periode, VOOR VADERDAG ÜW ADRES 'OOR. AL UW iengelsport- ARTIKELEN levendaal 28 - Telefoon 22053 ^l'OLGLASHENGELS: Daiwa, Olympic, Garboline, Lerc NERPMOLENS: Mitchell, Daiwa, Ru, Sophi, Galion ^OOR VADERDAG: op alle hengelsportartikelen 10% waarin de temperatuur van het buitenwater relatief laag ligt. Wordt de temperatuur met zes" a zeven graden verhoogd, zoals dat gebeurt bij de PGEM-centrale dan werkt dat in de winter en het voorjaar gunstig. Maar wat gebeurt er in de zomer maanden wanneer de temperatuur van het water al vrij hoog ligt en daar nog eens zes a zeven gra den van het koelwater bovenop komen? Ik wil me niet aan voor spellingen wagen, maar het kon best eens zijn dat de forellen dan met hun buiken aan de opper vlakte drijven. Immmers, slechts één keer hoeft de dodelijke tem peratuur bereikt te worden en het is afgelopen met het zaakje. De proefneming met de forellen zou dan ook niet alleen gedurende de winter en het voorjaar geno men moeten worden, maar ook in de warmere zomermaanden. In plaats daarvan heeft men nu kar pers in de kweekkooien uitgezet, waarvan bekend is, dat ze een veel hogere temperatuur kunnen verdragen omdat ze oorspronkelijk afkomstig zijn uit een warmere omgeving (Azië). spaak Veel algen Een ander punt is de kwaliteit van het koelwater. Zou een cen trale uitsluitend zuiver koelwater spuien, dan betekent dat afge zien van de temperatuursstijging verder geen nadelige verschijn selen optreden. Maar door de ver warming van het water doet zich een versnelde algenontwikkeling voor, die de centrales graag uit hun ketels en buizen weren. Er zijn dan ook vele centrales, die aan hun koelwater herbiciden plantenbestrijdingsmiddelen) toe voegen. En dat zijn stoffen, die nu niet bepaald gunstig zijn voor de gezondheid van de vis. Ik kom ook nog even terug op de kwalifi catie van „levendige" vis, waaraan de sportvisser zo gehecht zou zijn. Ik dacht dat de hengelaar veel meer behoefte zou hebben aan een fel vechtende vis en die vind Je nu juist niet in verwarmd koelwa ter. ADVERTENTIE J DE GOEDE VANGST J Morsstraat 46 - Leiden l Telefoon 21751 Korte drill" Het bewijs daarvoor hebben we vlak naast de deur. Leiden heeft aan de Maresingel een gasfabriek, die geregeld koelwater loost. In de buurt van dit lozingspunt is de visconcentratie bijzonder hoog, voor al van de karper, waarvan er dagelijks wel enkele worden ge vangen. Wie echter een dergelijke vis aan de lijn krijgt merkt di rect, dat de vis geen enkele over eenkomst vertoont met de karper, die huist in de Kager-of Westein der Plassen. De „dril" is van vrij korte duur. Ik heb flinke exem plaren zien vangen aan de vaste hengel, iets wat op een plas een vrijwel onmogelijke zaak is. Zo lijkt het op het oog aardig, dat in de buurt van centrales zul ke grote hoeveelheden vis voorko men. In het uitlaatkanaal van de Flevocentrale werd voordat men met de proef begon 17.000 kilo vis gevangen. De visdichtheid bleek in het kanaal tweehonderd maal zo groot als die op het IJsselmeer zelf. Bij de vis was veel snoek baars, verder brasem en blank- voorn, kleinere aantallen baars, aal, winde, wilde karper en snoek en ook drie zeeforellen. Het verblijf van zeer grote hoe veelheden vis in een zeer klein gebied houdt echter een groot ge vaar in, waarvan de OVB die met kweekvijvers werkt, op de hoogte moet zijn. Vis in grote aantallen bij elkaar kan gemakkelijk leiden tot de explosieve verspreiding van visziekten, waardoor veel schade kan worden toegebracht aan de visstand. Al deze nadelige factoren heb ik gemist in de artikelen over de snelle groei van de forel in koel water. Ik vrees dat een dergelijke onzorgvuldige benadering straks ADVERTENTIE IALLFS voord 1 HENGELSPORT 1 vindt U natuurlijk bfl KORTING- Kweekbakken voor de regenboogforel bij de Flevocentrale. Forel: in koelwater sneller gegroeid door de elektriciteitsbedrijven wordt aangegrepen om te zeggen: „Koelwater is niet slecht voor het milieu, kijk maar naar de vissen, die voelen er zich prima thuis". Dat de realiteit anders is, is dui delijk. Vandaar deze waarschu wing.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 25