Goebbels
burgerman
die achter
Hitier aan
strompelde
Malediven
ook
nu
onder
dacht
toeristen
aan-
van
Vragen in Kamer staat
vrij
CRICKET
ieen propaganda bij ontbreken minderwaardigheidscomplex
PRACHTIGE NATUUR ZAL SPOEDIG VERVUILD ZIJN
Geen verspillingmaar een duidelijk recht
Nieuwe uitgaven
WOENSDAG 14 JUNI 1972
VARIA
PAGINA II
ADVERTENTIE
Iet een variant op Cleopatra's be-
lamde neus zou men zich kunnen
[nagen hoe de loop van de ge-
Medenis zou zijn geweest als Paul
leph Goebbels géén horrelvoet
ld gehad en onder zijn gebrek
iet diep had geleden. Natuurlijk,
tt moeilijk bestuurbare Duitsland
i na Versailles, van werkloosheid
ontwrichting, zonder democrati-
the traditie, was rijp voor een to-
litair stelsel. Maar dat het in d<
itler-dictatuur gestalte kreeg,
Mt zonder twijfel voor een be
ingrijk deel op het conto van
nebbels die als grootmeester van
propaganda-techniek beslissende
jdragen heeft geleverd,
gegeven treedt wederom
or zover nog nodig helder naar
ren uit de zoveelste biografie van
lebbeis, geschreven door de Oos-
irijkse Journalist Viktor Reimann
ijkens de flap van het boek zelf
itoffer van het nationaal-socia-
t). Veel van zijn inzichten
it hij ontleend aan een langjari
historische bronnenstudie, méér
aan gesprekken met mensen
Goebbels hebben gekend.Niet
onrechte tekent Reimann óver
laatste a*n, dat in de herinne
en van vele van die getuigen
allerlei redenen lacunes en ver
eningen optreden, die hun mede-
mgen onvolledig en eenzijdig en
irdoor onbetrouwbaar maken,
centrale, door Reimann bijna
vervelens toe herhaalde thema
deze levensbeschrijving: de al-
ele slaafse onderwerping van
jbbels aan de Führer-my-
mmFuehrer-mythe, nadat hij
t eerst zelf heeft geschapen. De
Ujur verklaart d it proces van
isequente en tot het laatst du-
ie zinsbegoocheling van een toch
Uigent man als Goebbels uit
is lichamelijke gebreken en de
leuningen die deze dweperige
Tnasiast ten deel vielen.
lijkt een nogal voor de hand
Beende psychologische redenering,
beklemtonen van de Jeugdtrau-
5 van een in wezen kleine bur-
nan. Maar bij een nauwkeuriger
tudering van Goebbels' eigen
boekbladen uit de jaren 1925-'26
was toen 28 Jaar oud) is voor
constatering veel te zeggen. De
ictarme strompelaar met zijn
tige gestalte voelt zich door het
benadeeld. De ijdele romanticus
zijn gedwarsboomde geldings-
ng probeert aan zijn staat te
mappen. Zijn ideaal wordt om,
wat kost, op voet van bijna-
ïeid te verkeren met de man
oh als het grote symbool van
Germaanse über-mensch aan-
it: Adolf Hitler.
te bereiken pleegt hij ver-
1 niet alleen aan een (half jood
vriendin, maar ook aan vroege-
medestanders. En aan zijn eigen
lohten en gevoelens. Reimann
it niet moede te bewijzen, dat
bbels geen „geboren nationaal-
ilist" noch overtuigd anti-semiet
althans niet in die zin dat
ers leerstellingen van hem van-
iprekendheden waren.
wijking
gadeel, Goebbels" eigen denk-
vertoonde aanvankelijk een
rnd welke wezenlijk afweek van
van Hitler. In zijn vroegste uit
ten en geschriften toont hij
voorstander van sociale hervor-
fcen die meer overeenkomst met
marxisme vertonen. Voor de
hUing van zijn heilsverwaohtin-
was voor hem het stalinistische
and zelfs een duidelijke bron
inspiratie.
„links"-gerichte radicalisme
I bij de Realpolitiker die Hitier
Was, geen genade en Goebbels
1 die theorieën af, toen hij
"aal besefte dat dit de prijs
van de felbegeerde positie, ver
deling van Hitier te zijn.
beter: dé vertrouweling. Door
Heet, woorden rijkdom en behen-
eid wenste de kleine Goebbels
Heur te zijn aan de andere
lazi's, die het Germaanse ideaal
zoveel overtuigender beli
jden.
•ann laat zich hier nogal eens
Men tot formuleringen die
suggereren dan bewijzen. Hij
bet over een mystieke band
de twee leiders, over een
Jblimeerd homo-erotische aan-
door Goebbels wat dat
wezen moge. De slaafsheid
propaganda-minister was
waai volkomen, maar eerder
■middel dan doel: door zichzelf weg
te cijferen tegenover één man, kon
hij heersen over velen.
Haat
Het leverde hem uiteraard de haat
op van talrijke andere bonzen, die
met lede ogen Goebbels ster zagen
rijzen. Zijn bekwaamheid als propa
gandist had hij al bewezen toen hij
als gouwleider het rode Berlijn rijp
had gemaakt voor het nationaal-so-
cialisme. Dat meesterschap bestond
niet, zoals zo dikwijls werd ge
meend, in zijn grote uitdrukkings
vaardigheid en de zwier van zijn
woorden.
Reimann besteedt er bij zijn ontle
ding van de figuur Goebbels te wei
nig aandacht aan, dat al tijdens de
opkomst van het nazisme zijn be
schouwingen de wereld buiten
Duitsland troffen als bombastische
praat en kwasi-romantiek. In het
historisch perspectief van een kwart
eeuw later doet de gezwollen toon
in zijn oraties al helemaal lach
wekkend aan.
Publiek
Neen, zijn verdienste was die van
iedere vaardige propagandist: haar
fijn te voelen en te vertolken wat
een publiek in een gegeven periode
-egt en wat het wenst te horen.
Aan dat verlangen naar zelfbevesti
ging, troost, aanmoediging, kwam
Goebbels bekwaam tegemoet.
Hij treedt (als iedere succesvolle
propagandaleider) niet alleen naar
voren als schepper, maar minstens
zo veel als weerspiegeling van een
„tijdgeest". In de omstajndigheden
van het Duitsland van die tijd kon
deze man met zijn onmiskenbare
gaven zo gevaarlijk worden. In een
land met een hechter democratische
structuur zou hij vermoedelijk „op
z'n best" de tragikomische woord
voerder van een extremistisch splin
terpartijtje zijn geweest, zoals ook
ons land die wel kent.
Hotwel in zijn beschrijving van de
historie van het twaalfjarig dui
zendjarige rijk wat rommelig en
onoverzichtelijk laat Reimann het
object van zijn studie toch tamelijk
scherp oprijzen. Een gefnuikte bur
german met een onvolgroeid ge
voelsleven. Zozeer vervuld van
wraaklust, dat het hem het uitzicht
op net verschil tussen kitch en wer
kelijkheid ontnam. Aan die kitsch
is hij zeer consequent te gronde ge-
Viktor Reimann: Dr. Joseph Goeb-
Het beeld dat Goebbels van
Hitier creëerde in woorden, goot
Arno Breker in barons: Hitier als
super-Germaan.
(vert. C. W. A. J. A. Walraven),
uitg.
H- Mculenhoff, Baarn, 22,50 gulden.
Altijd aanwezig. Altijd attent.
En vriendelijken een puik mechaniek,
met alle respect voor je duim*
En mooier. In uw eigen kleur of de
jongste modetint.
Hapert nooit, tot alle gas ontstoken
is... om dan als vrienden
uit elkaar te gaan.
de eerste wegwerpaansteker
MALE (AP) De koraalriffen
die dit eiland vormen zijn nog zui-
en onvervuild en de zee erom
heen is nog zo helder dat je een vis
kunt zien die op een diepte van vijf
meter zwemt en ronddartelt.
kilometer verderop ligt in de Indi
sche Oceaan, begint de fleur er al af
te raken. De toeristen zijn die eilan
den bezig te „ontdekken" en als
men er toestanden aan wil treffen
die net zo prachtig en paradijselijk
zijn als de brochures het u voorhou
den, dan maig u wel opschieten.
De ontwikkeling van het toerisme
is nog betrekkelijk nieuw op de eilan
den in de Indische Oceaan, maar
er komt schot in. Op tal van plaat
sen kan men zien en horen hoe bull
dozers de palmen omver drukken op
plaatsen waar hotels worden ge
bouwd omdat de toeristen komen.
En als die hotels er dan staan ko
men ze driftig aangeraasd in hun
straalvliegtuigen, dan komt er geld
op de eilanden en legt de ongerepte
natuur gaandeweg wel het loodje.
Basis
Op het verst-gelegen eiland van de
Seychellen, de Chagos-groep, mo
gen geen toeristen komen maar dat
heeft met natuurbehoud niets van
doen. De Britten en de Amerikanen
zijn bezig er een grote communi
catiebasis aan te leggen en daar mo
gen geen pottekijkers bij zijn.
Mensen met geld kunnen in dit
deel van de wereld naar hartelust
eilanden kopen voor prijzen die va
riëren van een paar duizend tot een
paar miljoen dollar.
Op het laatste eiland van de Ma
lediven, Male, is een basis van de
Britse luchtmacht gevestigd, met
1000 man. Er is een grote golf cour-
se. De koraalriffen zijn hier en daar
al flink beschadigd door bulldozers
en andere hulpmiddelen die de weg
bereiders zijn van de vooruitgang.
Mensen die de natuur willen be
houden maken zich vooral zorgen
over de zuiverheid van de zee die de
84 eilanden graniet en koraal om
spoelt die samen de Seychellen vor
men, nog steeds een van de fraaiste
en vreedzaamste gebieden ter wereld.
Maar aan de koraalriffen wordt ge
beukt en geknaagd door bouwers en
verzamelaars- Het heeft de natuur
naar schatting zo'n 2.000 jaar gekost
om de riffen te scheppen. De men
sen hebben heel wat minder tijd no
dig om dit werk ongedaan te maken
Schildpad
Natuurliefhebbers zullen vooral
vechten om te trachten een zeldzame
schildpad, die nog voorkomt op het
eiland Aldabra, voor de uitsterving
te behoeden. Want daar gaan de
Britten 'n luchtmachtbasis aan
De commentqarschrijver, die kort
geleden in het „Algemeen Dagblad'
het (in zijn ogen te vaak) stellen
van schriftelijke vragen als „mis
bruik van ons democratisch stelsel
meende te moeten signaleren, be-,
vond zich op een uiterst gevaarlijke
weg.
Net als de politici, die in de afgelo
pen jaren wel eens kritiek lieten
Door
Kees de Bruin
horen op het (uiteraard door ande
ren) te veelvuldig stellen van in
hun ogen onbenullige vragen deed
hij namelijk niets minder dan tor
nen aan 'n belangrijk recht van de
volksvertegenwoordiging. Want wie
schrijft dart; „deze ziekte (moet)
worden aangepakt en genezen" pleit
voor het beperken van de controle
rende taak van het parlement. Ter
wijl door het stellen van vragen
aan de regering aan die controle
rende taak Juist voor een belangrijk
deel inhoud wordt gegeven.
Niet nieuw
Het geluid, dat er te veel wordt ge
vraagd is, zoals gezegd, niet nieuw
In juli 1969 vroeg het liberale
tweede kamerlid Joekes aan mi
nister Beernink (Binnenlandse Za
ken) wat het beantwoorden van
zo'n vraag kostte. Dat de kritiek op
het stellen van te veel vragen hier
in de vraagstelling zelf besloten lag,
is duidelijk. Met als resultaat, dat
velen meewarig het hoofd schudden
toen de bewindsman met het ant
woord kwam: de beantwoording van
een enigszins ingewikkelde vraag of
reeks van vragen van een Eerste of
Tweede Kamerlid kost de schatkist
meer dan 1000,-, ongeveer 200,-
aan typeionen, expeditiekosten, porti
en drukkosten meegerekend. Het
beantwoorden van vragen die
meer dan één minister worden ge
steld, kunnen zelfs wel „enige dui
zenden guldens" kosten
Meer geld
Dat was in 1969 en daar sindsdien
alles duurder is geworden zal het
beantwoorden van een parlementai
re vraag ook wel meer geld zijn
gaan kosten. Zodat het bericht, dat
recentelijk een record werd gebro
ken, omdat de duizendste vraag van
het parlementaire jaar anderhalve
maand eerder werd gesteld dan ver
leden jaar, wel weer voedsel aan
nieuwe kritiek zal geven. Wellicht
zullen er ook weer. politici te vinden
zijn, die nog eens willen herhalen,
wat enkele jaren geleden Schmelzer
(toen nog fractievoorzitter van de
KVP in de Tweede Kamer) en
Wiegel (toen nog geen fractievoor
zitter van de VVD in dezelfde Ka
mer) al hebben gezegd: „Er wordt
veel te veel gevraagd. Speciaal de
„nieuwsgierigheid" van de oppositie
loopt soms de spuigaten uit".
Er wordt inderdaad veel gevraagd.
En wie zich de moeite en de tijd
guntr de handelingen van de Tweede
Kamer een poosje nauwgezet te
volgen, zal wellicht met de critici
tot de conclusie komen, dat er nog
al wat politiek-onbenullige vragen
worden gesteld. Dat er via sterk re
gionaal-getinte vragen al te duide
lijk knipoogjes naar het kiezers-
volk-thuis worden gegeven en dat er
soms nauwelijks verholen op de pu
blieke tribune (lees: via de publici
teitsmedia op een ook door parle
mentariërs doorgaans niet versmade
populariteit) wordt gespeeld.
Groot verschil
Maar tussen „veel" en „te veel" ligt
een groot verschil. Al was het al
leen maar de marge, waarin de
vragen vallen, die onderwerpen be
treffen waarover de burger anders
nimmer iets van de hem bestude
rende overheid te weten zou komen.
Bovendien is het niet eerlijk alleen
de oppositie „misbruik van het vra
genrecht" (wat dat dan ook wezen
mag) te verwijten. Want maar al te
dikwijls vragen vertegenwoordigers
van regeringsgezinde fracties naar
een hun al lang bekende weg om zo
de betrokken ministers de gelegen
heid te bieden een bepaald onder
deel van zijn beleid in de open
baarheid te brengen. Of om politie
ke tegenstanders het gras voor de
voeten weg te maaien en moeilij-
ker-liggende vragen te voorkomen.
Anders dan het interpellatierecht
der Kamers, is het vragenrecht
geen nieuw recht in de eigenlijke
zin. Het is veel meer een in de
praktijk van het dagelijkse parle
mentaire leven gegroeid eenvoudig
recht van de individuele leden der
beide Kamers. Een andere mogelijk
heid om bepaalde inlichtingen van
de regering te verkrijgen zonder
daartoe de meer ingewikkelde en
zeker ook meer formele weg n aar
de interpellatie voor te hoeven be
wandelen.
Interpellatie
Dat interpellatierecht immers bij
ons sedert 1848 in de Grondwet
vastgelegd is een recht van de
Kamer in haar geheel: een lid
neemt het initiatief maar heeft, om
te kunnen interpelleren, het verlof
van de Kamer nodig.
Mede om het aantal interpellaties
te kunnen beperken is sedert 1906
ln het Reglement van Orde der
Tweede Kamer geregeld (in 1918
volgde de Eerste Kamer), dat aan
de leden een individueel vragen
recht toekomt. Indien een lid van
een minister bepaalde inlichtingen
wil. kan hij daarom vragen zonder
toestemming van de Kamer. Hij
dient dan zijn vragen bij de voor
zitter in en die deelt ze aan de be
treffende minister mede. Tenzij bij
hem, wegens vorm of inhoud der
vragen bezwaar bestaat. Dat komt
echter slechts zelden voor. In Juli
1970 weigerde Kamervoorzitter Van
Thiel vragen van het PSP-Tweede
Kamerlid Van der Spek door te
sturen, omdat daarin uit dienstge-
heimen van het leger zou zijn
geciteerd.
Inderdaad is na de invoering van
het vragenrecht (waarbij ook nog is
geregeld, dat de vragenstellers om
mondelinge beantwoording kunnen
verzoeken, hetgeen echter veel min
der voorkomt dan schriftelijke
beantwoording) het aantal interpel
laties sterk gedaald. De laatste Ja
ren loopt het wel weer op, maar
dat geldt dus ook voor het aantal
schriftelijke vragen.
Polarisatie
Het kan zijn dat aan die grote
nieuwsgierigheid de polarisatie ten
grondslag ligt. Naarmate de tegen
stellingen in het politieke leven
worden toegespitst, zal de oppositie
het de regering zo moeilijk mogelijk
maken. En veel vragen van de op
positie lokken nu eenmaal eveneens
veel vragen van de regeringsgetrou
we fracties uit. Al blijven deze na
tuurlijk, geheel volgens de regels
van het parlementaire spel, Jaar in
jaar uit ver achter bij de tot de
aanval gedwongen oppositie.
Maar het kan ook zijn, dat de oor
zaak ligt in het niet te loochenen
feit, dat steeds meer handelingen
van de administratie verborgen blij
ven. Dat steeds meer wordt ingegre
pen in het leven van de burger,
zonder dat deze precies weet hoe en
waarom.
Wie een steeds groter controle
daarop en het vragenrecht kan
zo'n tegenwicht leveren verwerpt,
zaagt aan de poten van de zetel
van onze parlementaire democratie.
Zelfs wanneer hij verontrust is door
de snelle toename van het aantal
vragen: in het parlementaire Jaar
1965—1966 nog maar 723 in totaal,
vier Jaar later in 1969—1970 al meer
dan verdubbeld, 1494 in totaal.
Waarbij heel duidelijk merkbaar is,
dat de stijgende lijn zich voortzet
Want de inzinking van de grafieklijn
die de jaarlijkse totalen verbindt,
mag dan vorig Jaar wart; zijn gezakt,
toen was het in verband met de
verkiezings een buitengewoon en
daarvoor korter zittingsjaar. Dit
Jaar lijkt erop, dat alle records zul
len worden verbroken.
Wie zich daarover echter ongerust
toont, van verspilling van toch al
zo schaarse overheidsmiddelen rept,
moet maar eens goed nadenken,
wat er zou gebeuren, wanneer dit
vragenrecht zou worden beknot. Ho
pelijk komt hij dan snel tot de
conclusie dat hij zijn ongerustheid
aan het verspillen is...
gen en bulldozers en cementmolens
voorspellen voor het lot van het zeld
zame dier weinig goeds.
Op Mauritius zijn de laatste eeu
wen al grote aantallen vogels en rep
tielen uitgestorven. Andere soorten
worden er met de ondergang be
dreigd. De onzekerheid van hun lot
is nu wel groot geworden.
Sommigen zijn van oordeel dat de
ecologische ontwikkeling van de
eilanden in de Indische Oceaan die
men wil gaan „ontwikkelen" een
prijs is die het betalen waard is.
Die ontwikkeling is nodig als men
het lot van de mensen op de eilan
den wil verbeteren „over de rug van
de natuur heen" zoals Iemand het
uitdrukte, en toerisme en industrie
betekenen banen en geld.
De voorstanders van deze theorie
weten wel dat zij aan het langste
eind zullen trekken.
De tegenstanders vrezen dit even
zeer.
„Das grosse Lexikon des Sports", door
Heinrich Zech, uitgegeven door S.
Fischer Verlag. Franfurt am Main,
West-Duitsland.
Hoewel de belangstelling voor sport
de laatste tien Jaar zeer sterk is ge
stegen en het aantal publikaties na
venant toegenomen, is nog altijd
geen goede, tamelijk volledige sport-
encyclopedie voorhanden. Fischer
Verlag heeft een lofwaardige poging
ln die richting gedaan, maar hele
maal geslaagd is men niet. Auteur
Heinrich Zech, verbonden aan do
universiteit van München, schetst
met yoorbeeldige nauwkeurigheid
historie, inhoud, regels en techniek
van de diverse takken van sport,
maar schiet tekort wat de vermelding
en beschrijving van topfiguren be
treft. Owens, Nurwi zijn er in opge
nomen, maar waarom Fanny BI an
kers-Koen niet? Waarom wel Coppl
en Koblet en niet Bartali, Bobet en
Merckx? Waarom niet Weissmuller,
Sohollander en Caslavska?
Sporttechnisch gezien heeft Zech een
schitterend stuk werk verricht, maar
het is erg jammer dart, hij voor het
personenregister zich niet wat nauw
keuriger heeft geïnformeerd.
Bridge In de dertiende ronde
van de bridge-olympiade te Miami
Beach (VST) heeft het Nederlandse
team een verpletterende nederlaag
geleden tegen Brazilië, 1—19. De
ploeg van de Nederlandse Antillen
haalde zelfs dat ene wedstrijdpum/t
niet, 0—20 tegen Argentinië.