Leiden een verlichte stad
advinderswereldje gaat met zijn tijd mee
In de zestiende eeuw al geen geloof
meer aan heksen en tovenaressen
titelvignet van het hoek „Het afgeruk-
ytynom-aartgezicht der Tooverij(1659).
ooggetuigedie de uittocht bespiedt
een heks door een schoorsteen die
aj auw is om een me?is door te laten!
16 FEBRUARI 1972
Door
Dolf Schnaar
reloof aan heksen en tovenaars is er altijd al geweest.
ïiddeleeuwen en ook daarvóór, toen er nog niet op brede basis een studie was i»n
metaphisica en andere natuurwetenschappen, och toen was het zo gemakkelijk
vat „zonderling" was, iets dat men niet begreep, aan hekserij en tovenarij toe te
er waren toen slechts twee axioma's: het goede kwam van God, het kwade van
voortvloeiend moesten allen die volgens het volksbijgeloof de oorzaken waren
rijpelijke kwade dingen of ziekten, met de duivel in contact staan, dus worden
adicaler kon het al niet.
iai e begrippen ketterij en tovenarij werden met elkaar verward en gelijkgesteld.
-|d daarvan is wel het
proces te Arras
1460, waarbij vele in-
e wel van hoge als lage
- ildigd werden tot de
groep van evan-
ra mden. aanvankelijk in
11 uccessievelijk verspreid
Europa te behoren
ig gelijk op van de
1 ünnigste hekserijen te
in Frankrijk. Doch
Italië en Duitsland
vóór het midden der
geloof aan de macht
an van de duivel en
ir heksen en tovenaars
,e6 ssten en spoken oprie-
procuratie dood en
mens en vee te ver
erden daaronder pok
tfjchelarij, de astrologie
en de alchemie (het
«Ij it waardeloos metaal)
schatgraven begrepen,
één moeite door, niet-
De wrede bul
estrijding te coördine-
le Paus Innocentius
direct na zijn benoe-
tj lui tot invoering der
en uit, welke bul werd
P{ t richtlijnen vervat in
Heus meleficarum" <de
id kseni dat in 1489. dus
4 Ie pauselijke bul, ver-
v echter niet lang plezier
ant 3 jaar later over-
Zoals gezegd waren beiden, de Bul
en het boek, in feite richtlijnen,
een ooördinatie, want ook vóór de
bul hadden er op beschuldiging van
hekserij en tovenarij onder het
mom van recht, de gruwelijkste
wreedheden en veroordelingen
plaats, hoofdzakelijk in Duitsland
en wel rondom de stad Trier.
Maar ook elders in Duitsland ging
het bar toe. Zo liet de bisschop van
Bamberg maar liefst 600 "heksen,
tovenaars en duivelsbanners" op de
brandstapel brengen, terwijl zijn
collega in Würtzburg dit getal on-
gelukkigen opvoerde tot 900. zoals
met toestemming van deze beide
bisschoppen in 1659 per gedrukt de
creet als reuzen-prestatie werd be
kendgemaakt. Alles "ad majorem
Dei Gloriam!" (ter meerdere glorie
van God)
In de Hollandse vertaling van het
wrede machtsbevel van Innocentius
stond in de aanhef dat "vele perso
nen. mannen en vrouwen, hun ei
gen zaligheid verwaarloosden en
van het ware geloof afvielen, zodat
zij met de duivel als "nachtdruk
kers en nachtmerriën" (incubi ac
fuccubi) vleselijk omgingen en met
betoveringen, liederen en bezwerin
gen en door allerlei andere afschu
welijke bijgelovige handelingen en
misdaden, de verlossing der zwange
re vrouwen, het jongen van het vee.
de vruchtbaarheid der aarde, op de
wijnbergen en de korenvelden be
letten en alles bedorven. Dat zij alle
schepselen van de mens af tot op
de geringste huisdieren toe. met
smarten en ellenden pijnigden, den
huwelijkszegen onmogelijk maakten
en andere lichtvaardigheden en zon
den door aanhitsing van de vijand
van het menselijk geslacht be
dreven", kortom, dat moest bestre
den worden.
De handlangers van de duivel als
veroorzaker van alle zedelijk en na
tuurlijk kwaad die ..een verbond met
de duivel zouden hebben aangegaan,
met verzaking van het christelijk
geloof, van vleselijke omgang met
de duivel en hem in de gedaante
van een bok of ander beest en te
genwoordig te zijn geweest bij de
avontuurlijke tochten van andere
braspartijen'", die moesten vervolgd
en gevonnist worden, waardoor in
geheel Europa, dus ook in Holland
van kerkelijke zijde "kettermees
ters" werden aangesteld die de lan
delijke overheden onder druk moes
ten zetten om verdachten te von
nissen. De Bloedraden waren inge
steld en konden hun vreselijk
doodswerk aanvangen!
Het zou te ver voeren de pauselijke
bul en de "Heksenhamer" alsmede
hun uitwerking te bespreken, daar
om enige voorbeelden.
De vrouw
Zo U reeds gemerkt heeft was "de
Vrouw" (de heks!) verreweg in de
meerderheid de verwekster van alle
kwaad
De vlam sloeg over naar andere
landen, die niet direct en alleen on
der de pauselijke jurisdictie ston
den, zoals Engeland en Holland.
In Engeland o.a. bij het groot-cere
monieel der kroning van Koning
Richard I was bepaald dat bij de
hoffeesten geen Joden en ook geen
vrouwen, zelfs uit de hoogste krin
gen, aanwezig mochten zijn, vooral
vrouwen niet omdat zij en bloc ver
dacht waren van tovenarij en hek
serij.
Zo was er Eleonora Gobham,
"staatsjoffer" van "onze" Jacoba
van Beieren. Gravin van Holland
en Henegouwen, nadat zij (dus
Eleonora) de gemaal van Jacoba,
Humphrey, Hertog van Glouster,
met wie Jacoba in 1422 was ge
trouwd na haar vlucht naar Enge
land, waar zij Eleonora had opge
pikt, had afgetroggeld, zodat
Humphrey in 1428 van zijn vrouw
scheidde en met Eleonora trouwde.
Maar al een jaar na dit huwelijk
was er bij Humphrey de aardigheid
van af en wat was er toen makke
lijker dan haar van hekserij te be
schuldigen. Zij werd natuurlijk ver
oordeeld en wel om barrevoets en
alleen in haar hemd door Londen
te trekken, waarna zij voor haar
gehele leven werd opgesloten in de
Tower.
Wat zal Jacoba gelachen hebben
En denkt U dan eens aan de over
bekende Jeanne d'Arc, de Maagd
van Orleans, die krijgsgevangen
werd door de Hertog van Bedford
bij de belegering van Compiègne en
in 1431 als tovenares te Rouaan
werd verbrand.
Daar de geestelijkheid in heksen en
tovenaars een bedreiging van het ge
loof zag en toen nog alle6 voor
het zeggen had. werden er om
te beginnen Inquisiteurs of Ketter
meesters (Inquisi tores haereticae
pravitatis) aangesteld, die nu eens
precies moesten uitzoeken hoever
het bijgeloof wel in de samenleving
was doorgedrongen en meteen de
"schuldigen" aan de landelijke
overheden in handen moesten spe
len.
In Denemarken werd de wereldbe
roemde astronoom Tycho Brahe de
dupe van het geloof in heksen en
tovenaars.
Hij werd genoodzaakt het land te
verlaten en ontving prompt daarop
in 1599 de uitnodiging van Keizer
Rudolf II van Hongarije om zich
daar te vestigen' en werd hem het
kasteel Benatky ter beschikking ge
steld daar zijn onderzoekingen vcort
te zetten, hij overleed echter slechts
twee jaren later in ballingschap.
In Zweden stelde in 1563 de koning
vier oude vrouwen aan om met zijn
leger op te trekken, die de boze
geesten in de lucht moesten bezwe
ren om aHe denkbare kwaad over
het Deense leger te brengen, waar
mede hij in oorlog was!
Universiteit zei nee!
Begrijpelijk dat ook hier te lande,
vooral in de noordelijke en oostelij
ke provincies heksenprocessen ge
voerd werden.
Te Delden, Wenterswick (Winters
wijk), Dynsperloe (Dinxperlo), Ael-
ten. Harderwijk, Gorinchem, Arn
hem en Utrecht werden "heksen"
ter dood gebracht, zodat het Hof
van Holland niet goed wist, hoe
hiermee aan te vangen. De regering
vroeg in 1595 om advies aan de
Universiteit van Leiden let wel
niét aan een bepaalde faculteit,
doch aan alle "Heeren Professo
ren!" nopens de proeve der Tove
ressen in 't water: Off de Toveres
sen Waersechsters etc. door haer
swerte kunst ofte schandelycke oef-
feninghe sulck een bysonder kracht
hebben, dat wanneer sy crueelinckx
aen hande ende voeten t'samen ge
bonden ende in het water geworpen
synde. de selvighe niet onder gaan
ende sincken, maar op 't water dry
ven. Dan off hier onder eenige na-
tuerlycke oorsaek verborgen is".
De Universiteit antwoordde dat zij
"niet achten dat den Duyvel over
den mensch van God sulcken
macht gegeven zy. om den mensch
tot eenich verbont te brengen".
Dus heksen en toveressen afwij
zend!!
Ook afwijzend was er in de 16de
eeuw te Oudewater, de ook nu nog
bestaande. Heksenwaag opgericht.
Zij diende in werkelijkheid om
mensen, die in de meer achterlijke
oostelijke en noordelijke provincies
en West-Duitsland, waren beschul
digd van hekserij behulpzaam
te zijn, dus niét om deze slachtof
fers van bijgeloof te veroordelen!
Het gevraagde "Certificaet van we-
ginghe in der stede Wage tot Oude
water" werd dan ook zonder uitzon
dering als bewijs van onschuld ver
leend!
De burg em eesteren, schepenen en
schout van LEIDEN waren "ver
licht", zij geloofden niet aan hek
sen en tovenaressen en stonden
daarin sterk door het hierboven
aangehaalde antwoord van de
Universiteit aan het Hof van Hol
land.
In de "Leidsche rechtsbronnen uit
De heksenwaag met waagmeester te Oudewater.
de middeleeuwen" (in feite tot
aan het Beleg) van de historicus
Prof. Dr. P. J. Blok, noch in de
"Werken der Vereeniging tot uit
gave der bronnen van het oude
vaderlandsche recht", eerste reeks
no. 6 van 1884, berustend en ter
inzage in het Gemeente-archief,
komt een heksenproces in Leiden
voor.
Als Blok er een was tegengekomen,
dan had hij dat stellig gepubli
ceerd!
Er wordt wel eens door ons Leide-
naars gedacht dat het bordesje
van enkele treden hoog, links aan
de gevel van het Stadhuis, eertijds
diende heksen en misdadigers
Dat bordesje diende voor het doen
van bekendmakingen door een
ambtenaar, van alles dat het
stadsbestuur meende den voMte
kond te moeten doen.
Wegens de afroepingen die er
plaats vonden, noemde men d^*t
bordesje (dat er heden nog to)
"de roepstoel".
Zo U ziet was Leiden en als geheel
de twee belangrijkste gedeelten
van "Hollant en Westvrieslandt"
helemaal niet "hekserig", men
dacht en was daarvoor bij ons te
nuchter, te "verlicht"!
Jmuari 1973 zullen de Katholieke Verkenners (jon-
ederlandse Padvinders (jongens), het Nederlandse
gilde (meisjes) en de Nederlandse Gidsen (katho-
Jis) de k
het geld groeit de padvindersorganisaties niet op de
ingrijker nog, het aantal leiders houdt niet over.
welpj es nu verloren
langs hei dwalen, ver
hand van de akela,
wordt nog altijd met
maar door een gebrek
kunnen geen nieuwe
of padvindstertjes in
lie kring worden opge-
er duizenden", ver-
luijtendorp (35), voor-
et sDel van verkennen,
land zijn wachtlijs-
groei van de pad vin-
domweg belemmerd
rt aan jonge volwasse-
kindcren willen leiden.
P het randje van ons
aar je schouders over
len, omdat de altijd
lltairistisch aandoende
IR Buijtendorp
padvinderij een onhoudbare instel
ling zou zijn in een tijd. waarin
welk leger dan ook steeds meer
weerstand wekt. Maar dan heb je
het mis. want de honman van van
daag is allang niet meer zo gek op
het beeld, dat ene Baden Powell
aan zijn schepping gaf.
Bovendien blijkt er nog wel degelijk
muziek in de padvinderij te zitten.
De cijfers liegen er niet om. Tien
jaar geleden sprongen er op deze
wereld dertien miljoen padvinders
in het gelid, maar als nu iedereen
naar een wereldjamboree zou ko
men. moet je al tot twintig miljoen
kunnen tellen.
Een groei, waarbij Nederland nood
gedwongen achterbleef. De laatste
vijf jaar doen nog steeds niet meer
en niet minder dan 125.000 jongens
en meisjes hun best voor de akela
Omdat jonge volwassenen niet meer
zo'n trek hebben met het grut de
paden op en de lanen in te gaan.
..Alle vormen van jeugdwerk hebben
daarmee te kampen", stelt Wim
Buijtendorp somber vast
De padvinderij zou desondanks
zwaarder kunnen worden getroffen,
omdat het logisch lijkt, dat een
jongen van 18 tot 25 jaar niet staal
te dringen om. uitgedost met korte
broek en brede hoed, op een fluitje
te mogen blazen- Maar dat blijkt
een verkeerd beeld van de padvin
derij anno 1971 te zijn.
Wim Buijtendorp wordt tenminste
een beetje verdrietig als de padvin
derij met de houtje-touwtje-menta
liteit wordt geassocieerd. „Die uni
formen zijn allang niet meer zo be
langrijk", weerlegt hij, „de korte
broek gaat eruit en wordt een langf
broek. Er zijn nu al meisjesgroepen.
die niet meer gelijk gekleed gaan
die alleen nog aan een broche of
speld zijn te herkennen".
De padvinderij blijkt niet stil te
Je kan het je tussen de
korte broeken en de knie
kousen met kwastjes moei
lijk voorstellen, maar ons
padvinderswereldje gaat met
zijn tijd mee. Waar onze eco
nomie het samengaan van al
lerhande bedrijven eiststaat
ook bij de Federatie Scouting
Nederland een fusie voor de
deur.
zijn blijven staan bij het vuurtje
stoken en potje koken. „We passen
ons aan de tijd aan", weet Wir
Buijtendorp. „we doen allang aan
lucht- en zee verkenning. Jongen
werken met radio's, meisjes met
bandrecorders. Ook werken er
gemengde groepen".
Iet onderzoek, dat het Instituu
voor Toegepaste Sociologie in Nij
legen op dit moment instelt naa
de behoeften van de jeugd in de
leeftijd van 11 tot 15 jaar, mag he"
duidelijkste bewijs van de vooruit
strevendheid van de vaderlands
advindcrij zijn. „Met de concret
cgevens. die we daaruit krijger
.'.uilen we ook straks de interesse-
De padvinder van nu.
'eer van de jeugd kunnen blijven
olgen". meldt Wim Buijtendorp
liet zonder trots.
De wens, die van kinderen houden.
weten het nu in ieder geval: de
padvinderij gaat met de mode mee,
zelfs in de kleren. Het tekort aan
kader heeft volgens Wim Buijten
dorp dan ook andere oorzaken. De
mens zit weliswaar steeds ruimer in
zijn vrije tijd, maar Juist niet de
leeftijdsgroep, die welpen en ka
bouters in spé zou moeten opvan
gen.
„Als Jongen of meisje van 18 tot 25
jaar studeer je, zit je in dienst of
vecht je voor je plaatsje in de
maatschappij", vindt Wim Buijten
dorp. „die mensen hebben juist veel
minder vrije tijd dan vroeger. En
die zouden ze dan ook nog kwijt
raken aan de padvinderij, want dan
moeten ze cursussen volgen, pro
gramma's maken en ze moeten er
altijd zijn. Dat zijn verplichtingen
en een verantwoordelijkheid, waar
men niet zo gemakkelijk nog aan
wil".
Omdat uitbreiding van de 20000
Jong volwassenen, die zich wél om
de padvinderij bekommeren, er niet
meteen in zit, zoekt men het nu in
een fusie.
..Het samenwerken in spel en mate
riële voorzieningen", doceert Wim
Buijtendorp, „dan komt. er geld vrij,
omdat je de spullen samen over
houdt. Je kan meer kinderen onder
één dak samenbrengen, waardoor er
mensen vrij komen om andere din
gen te doen. Zo kunnen we het
beeld van de scouting dan bijvoor
beeld beter laten overkomen bij het
publiek".
Wat, gezien de duidelijke bewegin
gen in de padvinderij, geen overbo
dige luxe lijkt.