Zwakke plekken in Opiumwet Extra invoerrechten: onzalige beslissing Grootwinkelbedrijven strijden in I felle advertenties om de klanten Politiek ook voor z\\'4 gewone burger Opzienbarende vrijspraak in hasjiesj-zaak Meeste verf voor kinderen giftig" ZATERDAG 30 OKTOBER 1971 LE1DSCH DAGBLAD Luidruchtige concurrentie In de afgelopen weken heeft de concurrentiestrijd in de le vensmiddelenbranche luidruchti ger dan ooit naar buiten geklon ken. Scherp gestelde adverten ties logen daar niet om. Natuur lijk, altijd adverteert een groot concern of filiaalbedrijf wel met de bedoeling om vooral met zijn prijs-slogans klanten bij de con currenten weg te halen. Maar nu ging men toch wel op een omgewone manier met elkaar in de clinch. Met elkaar, èn met de fabri kanten van bekende merkartikelen. Wat heeft dat allemaal te beteke nen? Eventjes wat er allemaal is ge beurd: Daar was Albert Heijn, week-in-week-uit bezig per adver tentie-serie een aantal van zijn ar tikelen „definitief" in prijs te verla gen. Daar kwam De Gruyter terug, met een voor dit bedrijf nieuwe toon, en prljsvergelijkingen-per-een- heid-produkt over andere en eigen merken in al zijn winkels. Daar kwam Albert Heijn weer overheen, met zijn prijzen van winkelmerken naast die van „toonaangevende merkartikelen". En toen sloeg hier eri daar een discount-supermarkt (die geen eigen merken hebben, maar hoge omzetten halen door af te prijzen op merkartikelen) terug door weer afprijzingen op enkele „toonaangevende merken' te stellen tegenover de prijzen van AH. Tus sen dit al es door riepen enige fa brikanten en reclamemannen hard op dat zU verrast waren, dan wel geschokt door zoveel ruw geweld. En wat is er nu gebeurd? Heeft De Gruyter gezegd: „Ons eigen merk en die paar fabrieksmerken houden we in de winkel, maar die andere zijn te duur dus die gaan er uit". Heeft Albert Heijn gezegd: „Kijk eens hier. aic merkartikelen zijn veel te duur, die prijzen wij voor taan af" Hebben de discount-su permarkten 'de cash-and-carry's) geadverteerd: ..Dit is ons totale as sortiment, met al die merken, waar op wij zus en zoveel afprijzen". Niets van dat alles. De grootwinkel bedrijven hanahaven in bijna alle gevallen de door de fabrikanten voorgeschreven of geadviseerde prij zen van merkartiklen. Daar zetten zij hun eigen merken naast, om aan te tonen hoe goedkoop die wel zijn De cash-and-carry's prijzen wel af op bijna alle merkartikelen. Doeb zij verklaren de prijsvaststel- lers nooit openlijk de oorlog. In hun advertenties tn folders zetten zij merken die enig spel met hun prijzen wel toestaan, of die geheel vrije prijzen hebben. In hun zaken prijzen zij dan wel verder af op de grotere merken. Want openlijk de vaste prijzen breken, zou oorlog be tekenen met de merkfabrikanten, en dientengevolge moeilijkheden bij de toelevering. Daarom ziet men niet gemakkelijk Van Nelle genoemd staan als afgeprijsd merk, noch Hero, noch Honig, noch veel andere bekende merken. Maar ze worden wel afgeprijsd verkocht. En de leveranciers, die de grote omzet ten van de discounters zien, doen een oogje dicht. Eigenlijk zijn het thans alleen nog maar Douwe Eg berts, Heineken en Unilever, die ac tief toezien op handhaving van hun voorgeschreven prijzen. De consument wordt dus op twee manieren prijsvoordeel geboden. Vla de eigen merken van de levensmid- delenbedrijven, of via afprijzing op fabrieksmerken bij de discount-su permarkten. Zowel bij de één (prijsverschil) als bij de ander (af prijzing in de winkel), worden de vaste prijzen of adviesprijzen van de merkartikelen gehanteerd als kapstok om de voordeeltjes aan op te hangen. Aangezien dit met steeds meer nadruk gebeurt, kun Je wel de veronderstelling opperen dat er dankzij de vaste prijzen prijsvoor deel is. Want de neiging om eron der te gaan zitten is zo in de con- currentietaktiek verwerkt, dat we al- de reclame j les bij elkaar nu vermoedelijk goed koper uit zijn, dan wanneer alle prijzen vrij waren Nietwaar: de vaste prezen maken dat de daar mee vergeleken voordeeltjes goed herkenbaar zijn. zodat er minder voordeel kan worden voorgespiegeld Man-in-de-tang bij dit verschijnsel is natuurlijk de kleine kruidenier, die de grote supers zich altijd weer ziet afzetten tegen wat uiteindelijk zijn assortiment uitmaakt. Hoewel hij profiteerd daar tegenover weer ten volle van de merkreclame. (Door onze juridische medewerkster) De Rotterdamse rechtbank heeft vorige week vrijdag een opmerkelijke uitspraak gedaan. In een grote hasjiesj-smok- kelzaak zijn vier verdachten vrijgesproken nadat de offi cier van Justitie gevangenisstraffen van 1 1/2 tot 4 1/2 jaar had geëist. Gisteren werden opnieuw twee verdachten in deze zaak vrijgesproken. Maar de verdedigig mikte met succes op een zwakke plek in de Opiumwet, een zwakke plek in de Opiumwet, die was gehanteerd bij de tenlaste legging. Hennep wordt daar om schreven als „de gedroogde toppen, of delen daarvan, van de bloeiende of vruchtdragende planten van Cannabis sativa L., waaraan de hars nog niet Is onttrokken, onver schillig welke hun benaming in de handel ook zij". Maar dat is een manier van berei den, die op hasjiesj slechts zelden van toepassing is, zodat deze histo rische definitie door de praktijk is achterhaald. In dit verband noemde een rijksambtenaar, dr. A. H. Wit- tem, onderdirecteur van het ge rechtelijk laboratorium, als getui- ge-deskundige opgeroepen, de opiumwet „verouderd en irreëel". Al eerder is in rechtzaken op de fout in de Opiumwet gewezen, maar tot nu toe heeft de rechter de ar gumentatie naast zich neergelegd. Wat zouden nu de gevolgen Kunnen zijn, als het gerechtshof en in laat ste instantie ook de Hoge Raad de uitspraak van de Rotterdamse rechtbank bevestigen? Valt de handel, net gebruik en het beiit van hasjiesj aan niet meer onder de Opiumwet, met andere woorden is de markt voor dit pro- dukt verder „vogelvrij"? Die laatste vxaag is al ontkennend beantwoora door het college van procureurs-ge- noraal de hoogste macht binnen het Openbaar Ministerie. Andere weg Hasjiesj is volgens hen langs een andere weg wel binnen de Opium wet te vangen. In artikel 2 van die wet wordt onder meer bepaald, dat alle door de minister aan te wijzen vercovende middelen onder de be palingen van de wet vallen. Sinds augistus van dit jaar is dat ge beurd niet THC (tetra Hydro Can- natinol). Dit THC is nu Juist net weikzame bestanddeel, dat in alle hagiesj is aan te treiien. voortaan zal het Openbaar Ministerie dus ni€t meer vervolgen op grond van genuik, nandel of Dezit van has- jiejj als hennep-produkt. maar van een prouukt dat THC bevat, een synthetisch bereid middel. Daa is weer de vraag of iedere reuiter die koerswijziging zomaai za! accepteren. Anderzij as is hei niJt aannemelijk dat de regering eruiousiast is voor net inaienei vrn een wetswijziging, zoals de pre sident van de Rotterdamse recht bink olijkbaar verwacht. „Techm saie" aanpassing zal ongetwijfeld L hit parlement de vraag oproepen o. hinnepprodukten niet helemaal u. de Opiumwet moeten verdwijnen. Buiten net parlement is de discuss, tl lang aan de gang. In februar 1970 meiaen de Nationale federate voor geestelijke volksgezondheid ei de Nationale raad voor maatschap pelijk welzijn een pleidooi voor te rugdringen van de strafbaarstelling van druggebruik. In augustus vorif Jaar verscheen een rapport van de Nationale raad voor de Jeugdvor- ming. Deze wil de hennepprodukte. legaliserend Van een andere kant i er al aangedrongen op het plaatsei van hennepprodukten in de sfeer wet. Een discussie in het parlement is uitgesteld totdat een rapport van de regeringscommissie-Baan zal zijn verschenen. Dat rapport zou al ge ruime tijd in concept klaar liggen Het lijkt niet onmogelijk dat de commissie-Baan eveneens heeft ge kozen voor een minder „zware" be nadering van het gebruik van hen nepprodukten. Ook daarom lijkt een 6nelle technische aanpassing van de Opiumwet op dit moment politiek moeilijk haalbaar. Openbaar ministerie Resteert natuurlijk de mogelijkheid dat de rechter de omweg van het Openbaar Ministerie via THC •wel aanvaardt. Dat zijn allemaal beleidslijnen voor de toekomst. Maar welk effect heeft nu de Rotterdamse uitspraak voor de mensen die op dit moment een straf uitzitten, nadat ze veroordeeld zijn voor het gebruik het voor handen hebben of het handelen in hasjiesj? Uit de Jongste Justitie-statistiek blijkt dat het aantal veroordelingen en sépots (zaak komt niet voor de rechter) op grond van de Opiumwet zo'n duizend bedroeg, waarvan meer dan 85 procent betrekking had op hennepprodukten. In de statistiek wordt niet uitgesplitst naar hasjiesj- of marihuanazaken. Maar men mag wel aannemen dat onder die 850 hennep zaken heel wat hasjiejsj- klanten zitten. Zij kunnen zich ten onrechte veroordeeld achten. Een ge voel dat nog versterkt kan worden. Want onder de veroordeelden zullen wel veel gebruikers van kleine hoe veelheden hasjiesj zitten, terwijl nu Juist de grote handelaars vrijuit gaan. Voor de peroordeelden die niet meer in hoger beroep kunnen gaan. Voor de veroordeelden die revisie aan te vragen van hun von nis. Dat is een tamelijk kostbare er omslachtige weg. Daarom zou het praktischer zijn. er bovendien bevredigend Sindm D'66 zo nadrukkelijk heeft geroepen dat „de burger bij het be stuur" dient te worden betrokken, zijn vele partijen iets soortgelijks gaan beweren. Dat is op zichzelf een gezonde zaak. Nog gezonder is het, dat steeds meer politici gaan inzien, dat men dat bestuur en alles wat er mee te maken heeft, dan wel wat begrijpelijker, toegankelij ker voor de gewone burger moet maken. Ook op het Binnenhof is in de af gelopen dagen weer een keer of wat gepleit voor meer duidelijkheid. Voor een meer begrijpelijke taal in stukken en redevoeringen vooral ook. Zo vroegen de Tweede-Kamer leden Oele en mevrouw Brautigam of de staatssecretaris van CRM, mevrouw Van Veenendaal-van Meg- gelen. het overheidsbeleid voor hulp bejaarden niet wat begrijpelij ker kon uitleggen aan de belang hebbenden dan zij het in Eindho- had gedaan. Daar had zij na melijk letterlijk gezegd: „Gaarne wil Ik besluiten met een enkele op merking over de denkbeelden met betrekking tot het zogenaamde ge sloten circuit. Hierover bestaan veis opvattingen, doch de centrale ge dachte is toch een gestructureerd relatiepatroon tussen alle intramu rale en maatschappelijke voorzie ningen waarbinnen medische en so ciale dienstverlening optimaal zijn geïntegreerd en waar een sleutelpo sitie wordt toegekend aan de pre ventieve sociaal-medische zorg." De socialistische afgevaardigden kregen een pinnig antwoord van mevrouw Van Veenendaal terug: zij had in Eindhoven helemaal niet tot bejaarden gesproken en het deskun dig gehoor waarvoor zij wèl had ge sproken had haar heel goed begre pen! Bovendien: zij gaf zich altijd rekenschap welk taalgebruik gepast is in elk afzonderlijk gezelschap. Toen de staatssecretaris kort daar na in Spijkenisse twee dagverblij ven voor geestelijk gehandicapten opende had zij blijkbaar een ge mengd gehoor. Toen zei zij name lijk en opnieuw wordt letterlijk geciteerd „Het werk wordt uit gevoerd, begeleid en gedragen door deskundigen van verschillende vak gebieden. In vakjargon noemt men deze opzet wel: multidisciplinair". Mevrouw Gerda Brautigam en haar partijgenoot Oele moeten toen toch wel even fijntjes geglimlacht heb ben. De PSP-er Wiebenga zette dezer dagen in de Tweede Kamer de strijd tegen de onbegrijpelijke taal gewoon voort. Bij het debat over de politie pleitte hij voor invoering van een vouwblad, waaruit de ge wone burger zou kunnen leren, hoe hij zijn reoht moet zoeken wanneer hfj een klacht wil indienen tegen het optreden van de politie. In welk vouwblad dan natuurlijk zo weinig mogelijk juridische vaktaal en in zoveel mogelijk gewoon begrijpelijk Nederlands zou moeten worden be- rechtsgevoel, als het departement vervolging opnieuw te laten plaats- niag Den Haag Vrijwel alle gele groene verf die in Nederland in handel is, bevat giftig loodchromaat en mag dientengevolge niet worden gebruikt om er dingen zoals kinder bedjes en speelgoed mee op te schilderen. Doch geen enkele van de fabrikanten van giftige verven zet daarvoor een waarschuwing op zijn bussen. Dit is gebleken bij een verf test, uit gevoerd bij het Chemisch Technisch Adviesbureau te Haarlem in op dracht van de door de overheid ge subsidieerde Stichting Vergelijkend Warenonderzoek. De Stichting eist, bij het uitbrengen van haar rap port, dat er waarschuwingen op de verpakkingen van verf komen te staan. Bij de vierentwintig door I ^."ven"^aTted^n"ln die "gtval- Justitie in deze gevallen gratie verlenen, om langs die weg de rechtsongelijkheid zoveel mogelijk terug te dringen. Lopende zaken Het meest ingrijpend zijn de gevol gen van de Rotterdamse uitspraak voor de nog lopende zaken. Een strafvervolging ls in ons land alleen mogelijk op grond van een nauw keurig omschreven feit. Als een ver volging plaats vindt op grond van de Opiumwet, moet ook omschreven zijn, op welk middel (hasjiesj of iets anders) deze vervolging betrek king heeft. Op dit moment heeft het Openbaar Ministerie een aantal hasjiesj zaken onder handen, waar bij het zich baseert op de Opium wet. Deze vervolgingen zullen wel voorlo pig worden opgeschort. En als de hogere rechter hof of Hoge Raad de Rotterdamse uitspraak beves tigt, zal het Openbaar Ministerie van verdere vervolging moeten af zien. orden vervolgd voor hetzelfde i haar onderzochte merken vond beroep op een andere j er slechts vier, die geschikt zijn vinden, maar nu op grond van ge- feit bruik of bezit van het middel THC bepaling uit bijvoorbeeld de Opium- j voor kinderspeelgoed Ons strafrecht kent namelijk het wet. De lopende gevallen komen dus I Ideaalverf, Histor. Vendex beginsel dat men niet twéémaal met de schrik vrij. vetal. Wie boven zijn stand leeft moet I erop rekenen te eniger tijd de kous op de kop te krijgen. De Denen vhebben dat deze week ervaren, toen hun regering besloot om in navol ging van de Verenigde Staten een extra invoerrecht te gaan heffen van tien procent. Bij voorbaat is al aangekondigd dat het onzalige be sluit tot april 1973 van kracht blijft. Voor de Denen zelf betekent het dat zij meer moeten gaan beta len voor uit het buitenland betrok- I ken goederen. Voor de rest van de wereld is het een veel hardere klap, omdat het vrije handelsverkeer op I het spel wordt gezet. Het gevaar dat ook andere landen zullen trach ten door beperking v an de invoer de lasten van de eigen vastgelopen economie op de schouders van de handelspartners te leggen, is erdoor toegenomen. Voor de Westerse wereld, die al het kaartenhuis van het betalingsver keer, dat door het Internationale Monetaire Fonds werd belichaamd, Ineen zag storten, is er een levens gevaarlijke ontwikkeling gaande. Het handelsverkeer dat werkte vol gens de spelregels van de interna tionale overeenkomst voor tarieven en handel, het GATT, kan niet functioneren als elk land naar wil lekeur het Invoerrecht verhoogt of op andere wijze de import aan ban den legt. Het is juist de bedoeling van het GATT om tot een verdere J afbrak van de handelsbarrières te j Geen enkele combinatie tfelaas zag president Nixon geen andere uitweg dan het heffen van een extra-invoerrecht van tien pro cent, maar dat was bedoeld om een wapen te hebben waarmee Japan, Duitsland en de andere belangrijke industrielanden gedwongen konden worden om tot een herziening van c!e wisselkoersen ten opzichte van de dollar te komen. Bij de Denen gaat het erom dat op geen andere wijze aan de bevolking duidelijk wordt gemaakt dat de te ring naar de nering moet worden ge zet. De te verwachten rijsverhoging voor importprodukten heeft ge maakt dat het parlement allesbe halve gelukkig is met de maatregel. Slechts met geringe meerderheid kon de regering de verhoging er door krijgen. Met het extra-invoerrecht is Dene marken echter nog lang niet uit de economische nesten. Sinds Jaar en dag werd er van de hoge boom ge leefd en het gevolg is dat de han delsbalans zo sterk uit het lood was geslagen dat de deviezenvoorraad totaal is opgesoupeerd. Met de maatregel roept Denemar ken de boze geesten op. De aanslui ting van de- EVA-landen bij de EEG zal erdoor worden bemoeilijkt, terwijl in het kader van de rond Engeland in de EVA verenigde landen reeds ernstige bezwaren zijn aangetekend. •an landen de handel bevorderen als één aangesloten landen zover uiteenlo pen dat met name Frankrijk en Duitsland elkaar als het ware te vuur en te zwaard bestrijden als het gaat om nationale belangen. Nu het gesprek in de Stichting de Arbeid over lonen en prijzen is vastgelopen zit er voor Nederland een les in de gebeurtenissen in De nemarken. Veel meer dan de Denen izjn wij aangewezen op de groei van de export om een redelijk welvaarts peil te bereiken. Die groei is alleen mogelijk indien er redelijke concur rentiemogelijkheden bestaan. Potverteren is een leuke bezigheid, doch als men er lang mee door gaat wordt de rekening gepresen teerd. Ons land zou nooit het Ame rikaans/Deense wapen van tra-invoerrecht kunnen hanteren, want daarmee zou het de kans lo pen dat de handelspartners op hun beurt de deur voor de neus van onze exporteurs zouden dichtgooien. Handelsbelemmeringen met hel oogmerk de eigen economie op de been te houden zijn niet In de geschiedenis is al vaak met dat bijltje gehakt en meestal met fatale afloop, tot wereldoorlogen toe- De situatie van. de jaren dertig, toen het ene land na het andere trachtte om de werkgelegenheid te stimuleren door de invoer te con tingenteren en op allerlei andere manieren te belemmeren. Na het losla.en van de wisselkoersen en het len. Drs. Wiebenga vroeg zich trouwens, toen hij toch bezig was, maar gelijk op het Justitiële terrein niet veel meer van dergelijke sim pele, voor iedere leek begrijpelijke informatiefolders zouden moeten worden uitgegeven. De socialist dr. H. J. Roethof en de KVP-er dr. Th. E. E. van Schalk richtten hun pijlen op de ondoor grondelijkheid van het recht, op de onduidelijkheden ook in dagvaar dingen, verzoekschriften, vonnissen e.d., op om de laatste te citeren de .geheimtaal, die Justitiabelen niet begrijpen". Dr. Roethof was blij met de toezeg ging van minister Van Agt. „dat in de wetgeving zoveel mogelijk dient te worden gestreefd naar eenvoud van structuur en taal." Geen over bodige zaak volgens de PvdA-afge vaardigde, die erop wees. dat ook thans nog aan allerlei wetsontwer pen een Koninklijke Boodschap voorafgaat „waarin wij allen wor den aanbevolen in Godes heilige bescherming onder het motto j.WiJ Juliana, bij de Gratie Gods Konin gin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau enz. enz. enz. Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut!" En dat zijn. aldus dr. Roethof, geen bij-de-tijdse frases, die de overgrote meerderheid van de mensen ook maar enigszins aanspreken. Morgen gaan de leden van de Poli tieke Partij Radikalen PPR in Berg en Dal bij Nijmegen (waarschijnlijk pittig, maar in ieder geval uitvoe rig) discussiëren over de toekomst van de PPR. Punt van discussie is o.m. het voorstel een politieke „gro te fractie" van 35 leden te vormen, waarvan de parlementariërs Aarden en De Gaay Fortman in de Tweede Kamer en Tonnaer en Van Huiten in de Eerste Kamer de woordvoer ders zullen zijn (de zogenaamde „kleine fractie"). In deze „grote fractie", die in het openbaar moet gaan vergaderen, zullen ook niet-le- den de PPR kunnen worden heff< komen. De befaamde Kennedyronde neeft. er een steentje toe bijgedra- j der aangeslotenen de spelregels i dreigt de wereld te vervallen in gen dat de tarieven omlaag werden Doorkruist, Ook de Europese Ge- situatie als geschroefd, hetgeen tot een verrui- meenschap laboreert aan de kwaal ming van de wereldhandel leidde. dat de economische belangen der extra-Invoerrechten °.ptr_lde" opgenomen. Wat de samenwerking met PvdA en D'66 betreft overheerst in de oon- gresstukken de overtuiging: „De PPR zal zich richten op gezamenljk dit mogelijk ls, op zelfstandig optreden waar dit noodzakelijk ls!'' og heer* Hoe dat uitpakt hangt natuurlijk _,,et Deellse besluit I ook van de politieke partner» t. i onzalig besluit is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 7