Nederlandse satelliet groot belang voor onze industrie EET TEMPO VAN DE TIJD Negatie I saldo J 1AG 23 OKTOBER 1971 NLEREN EN DEMONSTREREN VAN MAN EN TECHNOLOGIE Technische details j LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 19 een kleine drie jaar- in augustus 1974, zal de eerste ndse kunstmaan worden gelanceerd: de Astronomische ndse Satelliet ofwel ANS. Het wordt een betrekkelijk i maar in sommige opzichten unieke en wetenschappe- eliet, die echter niet alleen een taak in de ruimte heeft, ok een op aarde: bewijzen dat er ook voor een klein iijs het onze plaats is in de ruimte naast de reuzen Ame- Rusland, dat wij de technische kennis en vaardigheid en dat wij de management van een dergelijk zeer ge- eerd project aan kunnen. Dat mag dan wel eens aan- vvorden, nu het zo langzamerhand veertien jaar ge- dat de eerste Spoetnik in de ruimte kwam! een Nederlandse satelliet, is land toch deel uitmaakt SRO. de Europese ruimte- ,nisatie die de krachten in ?e Wereld wilde bundelen om ruimte het op te kunnen jen de prestaties van veel nachten als Amerika en Het gaat in de eerste de ESRO niet allemaal rd als men had gehoopt, j] ionomische moeilijkheden i ale aspiraties vooral van hebben aldoor een rem e gezamenlijke activitei- el de resultaten toch nog 1 re genoemd kunnen Wor dPerfect werkende satellie- grote reeks onderzoekin- j indeerraketten. het eigen Nederlandse de ANS echter van be- een andere reden. In 1969 litief tot dit project beslo- geleidelijk aan was ge- ,t. aan Nederlandse indu- 5Ciar verhouding tot de bij- ESRO en ELDO (organi- raschap cm ictie 8 P, Bok een eigen Europese lan- te weinig opdrachten voor de Europese organi- beardoor een „negatief sal- onze deelneming ontstond, itie was niet geheel onbe- hoewel onjuist: het is de restie van de kip en het inig industriële contracten ervaring zou ontbreken, gjlersom evenzeer te weinig najliiist doordat de opdrach- i. n. In het LD van zater- prof, H. C. van der Hulst j^op in een artikel over de Ij GO-5. icieuze cirkel te doorbre- j'p, eigen .nationaal ruimte- a onontbeerlijk. Het doel NS is dan ook niet alleen enschappelijk onderzoek nzeer de stimulering van 5che kennis en vooral van )p het gebied van mana- onder welke de economi sten van onze deelneming ese projecten uit zullen is voor ons land, met [derlijk hoog ontwikkeld potentieel, zeker plaats groten op het gebied van aart. Direct na de bevrij- zich een soortgelijke lorgedaan omtrent onze luchtvaartindustrie ierika, Engeland etc. Die indubbelzinnig beantwoord succes bv. van de Fokker het vermoedelijke succes Ilowship en ook nog an- taire) projecten. De ANS Jat zijn, een even ondub- antwoord te geven op de nde vraag omtrent Neder - ruimte. Voor een astronomische satelliet werd gekozen op grond van de be langrijke plaats van de Nederlandse astronomie in de wereld en omdat hier een terrein braak ligt. waarop zeer veel te doen is in een reeks van jaren zonder dat het tot duide-, lijke doublures hoeft te komen. Goed ontwerp In Januari 1969 werd aan een daar toe door Fokker-VFW en Philips opgericht „Industrieel Consortium Astronomische Nederlandse Satelliet iICANS) door de overheid opgedra gen in samenwerking met Neder landse astronomen een definitief ontwerp voor de ANS op te stellen, waarvan de ontwikkelingskosten sinds mei jl .gedragen worden door het Ned. Instituut voor Vliegtuig ontwikkeling en Ruimtevaart. Dit NIVR heeft indertijd ook de ont wikkelingskosten \an de Friendship en de Fellowship gedragen, voor het laatste (internationale) project ge deeltelijk. De kosten van het ANS- project werden exclusief de weten schappelijke instrumenten geraamd op 46 miljoen gulden. De NASA verklaarde zich bereid, een*^Scout-raket voor de lancering beschikbaar te stellen, mits Amerika één wetenschappelijk experiment in de ANS mocht inbouwen. De NA- SA-autoriteiten verklaarden, nog nimmer een dergelijk goed uitge werkt project uit het buitenland j onder ogen te hebben gehad en be- i schouwden de ANS als technolo- I gisch minstens gelijkwaardig aan' eigen ontwerpen voor soortgelijke satellieten. De ANS wordt een van de aarde bestuurd sterrekundig observatorium dat in de ruimte, ongehinderd door de invloed van de aardse damp kring, zeker metingen zal verrichten van stralingsenergie in de buurt van de aarde, alsmede zeer zwakke ultra-violette en röntgenstraling, af komstig van bepaalde vooraf te kie zen sterren of andere stralingsbron nen binnen of buiten ons Melkweg stelsel. Men verwacht dat de waarnemin gen door de ANS zullen bijdragen tot onze kennis omtrent de struc tuur van het heelal, het ontstaan van de sterren en vooral ook de fy sische processen, welke de geweldige energie veroorzaken die wordt opge wekt in de sterren en dus ook onze zon. Door Jiet mislukken van de lancering van de Amerikaanse OAO-III in december 1970, waarmee de NASA zeer geavanceerde waar nemingen beoogde te verrichten, is de betekenis van de ANS voor het astronomische onderzoek nog geste gen De waarnemingen zullen zich uit strekken over een periode van zes maanden, misschien zelfs een jaar, te beginnen na de lancering in au gustus 1974. De levensduur van de satelliet zal veel ltnger zijn, maar de instrumenten zullen zéker na een jaar snel aan werkzaamheid in boeten. Boord-computer Een van de bijzondere aspecten van de ANS is. dat deze betrekkelijk J kleine satelliet 123 cm lang en ge- I wicht 125 kg) de eerste van deze soort in de wereld is met een zeer j compacte lichte digitale computer j met geheugen aan boord, die alle interne functies en waarnemings- functies kan besturen en verwerken. Van de grond af kunnen elk mo ment de nodige bevelen aan de computer worden gegeven om voor af geprogrammeerde functies en nieuwe waarnemingen te verrichten. Een opvallende prestatie van de computer zal zijn, door middel van een „star sensor" een vooraf vastge steld patroon van sterren van de achtste grootte te herkennen en vervolgens de instrumenten met grote nauwgezetheid te richten op de te meten stralingsbronnen in de buurt van dit sterpatroon. Geduren de de twaalf uren, die gemiddeld verlopen tussen twee achtereenvol gende passages over het grondsta tion (Darmstadt) zullen enige tien tallen vooraf geprogrammeerde ster- oatroon-herkenningen en bronme tingen kunnen worden verricht. Stabilisatie Een andere interessante en originele toepassing is de zogenaamde „fine sun sensor", die in samenhang met de computer en de standregelings- apparatuur de zogenaamde Z-as van de satelliet nauwkeurig op de zon gericht houdt Daardoor blijven de zonnepanelen, die de elektrische energie voor de apparaten moeten leveren, altijd loodrecht op de zon nestraling gericht. Het bijzondere van deze zon-sensor is een geniale toepassing van foto-elektrische schuifregisters in combinatie met een opgevouwen lenzenstelsel Daar door wordt een zeer compact en licht geheel verkregen, dat de ver eiste besturingsgegevens direct in digitale vorm aan de computer aan biedt. Voorts is de ANS. voor zover bekend, de eerste kleine drie-assig gestabiliseerde satelliet ter wereld. Voortgang De werkzaamheden aan de satelliet verlopen volgens schema. Zij zullen I geen nadelige invloed ondervinden van de huidige bezuinigingsvloed- 1 golf. De ontwerp-specificaties en teke ningen voor vervaardiging van de „hardware" zijn gereed. Het pro- gramma komt geleidelijk in de pe- riode waarin „hardware" en „soft ware" (o.a. de computer-program- matuur) worden vervaardigd ter J toetsing van de functionele doelma- tigheid en van de omgevingscondi- j ties waarin de satelliet tijdens en na de lancering zal komen te ver- J De satelliet heeft een hoogte van 123 cm, een diepte van 73 cm en een breedte van 61 cm met ingevouwen en 144 cm met uitgeklapte zonnepanelen. Het totale gewicht bedraagt 124.9 kg, waarvan 42,3 kg aan wetenschappelijke waarne- mingsinstrumenten, 10,5 kg voor de energievoorziening, 14,6 f voor stabilisatoren en stand-regeling, 7.8 voor de boord- f computer en 3,5 kg voor de communicatie-instrumenten. De f twee uitklapbare zonnepanelen met 1025 zonnecellen elk, f beslaan tezamen een oppervlakte van 0.97 vierkante meter. f De satelliet zal worden gelanceerd met behulp van een f aangepaste versie van de Scout-raket, beschikbaar gesteld f door de Nasa, vanaf de Western Test Range in Californië. i De Nasa zal via eigen stations in de eerste fase de vlucht f volgen, later wordt deze taak overgenomen door grond- f stations van de ESRO, waarbij het European Satellite Obser- f vation Centre in Darmstadt als hoofdcentrum zal fungeren. Het is de bedoeling, dat de ANS in een bijna cirkelvormige if baan op 500 km hoogte komt met een inclinatie van 97.3 f graden, dus vrijwel over de polen. De omloopperiode be- f draagt in die baan 95,4 minuten. De precessie van de baan if moet 360 graden in een jaar bedragen, waardoor de satelliet if steeds in het zonlicht blijft en bij gestabiliseerde stand f steeds het zonlicht loodrecht op de zonnepanelen incasseert, f Aan boord bevinden zich instrumenten voor het waar- f nemen van ultraviolette straling in het spectrum van jonge f hete sterren tot tiende grootte, waarvoor een Cassegrain- f telescoop met een spiegel van 23 cm diameter wordt meege- <f voerd. Dit wetenschappëïijke instrument is ontworpen en f vervaardigd door en namens de Kapteyn-Sterrenwacht van f de Groningse Universiteit. t Het Utrechtse Laboratorium voor Ruimteonderzoek zorgt f voor een tweede experiment, dat betrekking heeft op het f waarnemen van zachte röntgenstraling van kosmische oor- f sprong. i Als „vergoeding" voor het gebruik van een Amerikaanse f raket voor de lancering heeft Amerika bedongen, dat het eveneens een wetenschappelijk instrumentarium in de satel- f liet mocht meegeven. Dit instrumentarium (gewicht 8 kg f van de ruim 42 totaal aan wetenschappelijke instrumenten) i beoogt de registratie van harde röntgenstraling van kosmi- sche oorsprong. Het wordt verzorgd door het Institute for Technology te Cambridge, Massaphusets. Zo is een model vervaardigd dat geheel representatief is voor de me chanische constructie. Een reeks sterkte-beproevingen zal worden uitgevoerd bij Fokker en in het Na- 1 tionaal Lucht- en Ruimtevaartlabo ratorium, terwijl bij de NASA het gedrag van raket en satelliet in combinatie tijdens de start per computer wordt gesimuleerd. Een volgend model, het thermische model, zal nog voor het eind van dit jaar in de ruimtekamers van de Duitse ruimtevaart-organisatie wor den beproefd op warmtehuishouding en bestendigheid tegen de extreme temperatuurverschillen en de lucht ledigheid in de ruimte De vervaardiging van de onderdelen van het elektrische model is in vol le gang. De beproeving van dit mo del zal in juni volgend jaar zijn voltooid, waarna een aanvang wordt gemaakt met de vervaardiging van het eindprodukt: het vlucht-exem- plaar van de ANS. Niets wijst er op dat de voorgenomen lanceerdatum in augustus 1974 uitgesteld zou moeten worden. Wanneer de ANS dan een succes blijkt te zijn, staat niets een rela- tief grote deelneming van Neder- land aan toekomstige Europese i ruimteprojecten nog in de weg. En i de ESRO heeft thans initiatieven ontplooid die waarschijnlijk spoedig zullen leiden tot een Europees sa menwerkingsprogramma voor prak tisch gebruik van satelliet-systemen. In overweging zijn een Europees satellietsysteem voor telefoon, tele visie en radioverbindingen, een an der systeem voor luchtverkeerslei ding over de Atlantische Oceaan en de Stille Oceaan in samenwerking met Amerika .Voorts een Europese bijdrage aan een wereld-omvattend systeem van meteorologische waar nemingen en voorts in een later stadium deelneming aan een we reld-omvattend satelliet-systeem voor het opsporen van minerale rijkdommen, controle van oogsten, onderzoek van de oceanen en con trole van de visstand etc. Wil ook Nederland ten volle profi teren van de grote economische en andere voordelen, die de toepassing van de ruimte-technologie ongetwij feld oplevert, dan zal het zijn bij drage moeten leveren in de ontwik keling en totstandkoming van deze systemen, niet alleen door een gel delijke bijdrage, maar ook door daadwerkelijk technologische deel neming. Maar dat kan pas. wanneer het de capaciteit daartoe getoond heeft. De ANS biedt daartoe een uitmuntende kans. Twee Amerikaanse natuurkundigen, Joseph Hafele en Richard Keating, hebben een vlucht rond de wereld gemaakt in een Boeing-747 om een aspect van Einsteins uit 1905 stam mende relativiteits-theorie op de proef te stellen met de nieuwste verfijnde apparatuur. Krachtens deze theorie verloopt de tijd niet in gelijk tempo voor twee systemen, die eensnelheid ten opzichte van elkaar hebben. Het verklaren van deze theorie zou ons hier te ver voeren, maar over het verschijnsel zelf willen wij wel iets vertellen naar aanleiding van deze proef. Hafele is assistent-hoogleraar in de natuurkunde aan de Washington University in St.-Louis. Keating is medewerker aan het Marine Obser vatorium in Washington. Zij hebben twee atoomklokken bij zich, die zeer nauwkeurig de tijd registreren. Slechts dank zij zulke uiterst pre cies werkende klokken, die de tijd registreren aan de hand van be paalde trillingen in atomen, kunnen zij wellicht succes boeken op hun vlucht: de klok die in het vliegtuig meegenomen wordt, moest na aan- jjjELHEID IN 1000 KM SE.C grafiek toont hoeveel JJJjJr de tijd verloopt voor ruimtevaarder dan op hoogte van de zwarte tjes geven de tijd aan uri ilimtevaarder bij de op- 250 275 300 gegeven snelheid terwijl op aarde een uur verloopt. De tijdwinst gaat pas goed "aantikken" boven de 200.000 km per seconde. Tot dusver heeft mens pas 11 km per seconde bereikt! komst ongeveer een hondermiljard - ste seconde „achter" zijn geraakt bij een volkomen identieke klok, die inmiddels de tijd op de grond had „weggetikt". Het zal nog geruime tijd duren, alvorens de resultaten van de metingen bekend zijn, hoe wel de vlucht zelf maar tweeëneen- halve dag duurde. De voorlopige re sultaten bevestigen Einsteins theorie, maar de details kunnen pas later be rekend worden. Uit dit tijdsverschil van een hon- derdmiljardste seconde kan iedere leek al opmaken, dat een dergelijke proef slechts met de meest verfijn de technieken, die pas nu beschik baar zijn, genomen kan worden. Dr moeilijkheid is namelijk, dat het tijdsverschil progressief groter wordt naarmate de onderlinge snel heden hoger worden, (zoiets als de progressieve inkomstenbelasting) maar dat de verschillen bij snelhe den, die de mens tot nu toe heeft kunnen bereiken, vrijwel onmeet baar klein zijn. Toch is de tijds-inkrimping bij hoge snelheid volgens Einsteins theorie al 'eerder bevestigd. Op theoretische en proefondervindelijke argumenten werd vastgesteld, dat een van de vele elementaire mate rie-deeltjes, het mu-meson, niet langer dan tweemiljoenste seconde een zelfstandig leven kan lijden. Soms ontstaan deze mu-mesonen hoog in de atmosfeer door de in werking van kosmische stralen. Zij komen dan met een enorme snel heid van bijna die van het licht (circa 300.000 km per seconde) op aarde terecht. Maar hun maximum levensduur maakt, dat zij dan al lang niet meer zouden bestaan: wanneer zij de aarde bereiken zou den zij niet hoger dan 600 meter kunnen zijn ontstaan. Maar zij zijn ontstaan op veel groter hoogte, min stens vele tientallen kilometers. Dit verschijnsel is volgens de huidi ge opvattingen alleen te verklaren uit de relativiteitstheorie: de „klok" loopt voor een zo snel bewegend deeltje langzamer dan voor ons, zo dat een levensduur van slechts tweemiljoenste seconde voldoende is om de aarde te bereiken. De mate van tijds-verlenging bij dergelijke mesonen klopt aardig met de theoretische voorspellingen van Einstein. Er zijn nog andere natuurkundige verschijnselen, die de theorie van deze grote geleerde be vestigen. Maar m'eten-met-de-klok was er tot nog toe niet bij omdat het allemaal te nauwkeurig moest geschieden bij te geringe snelheden. In bijgaand staatje geven wij aan, hoe het tijds-tempo (een wonderlij ke maar toch wel duidelijke term) tussen theoretische ruimteschepen A en B zou verschillen bij verschillen de onderlinge snelheden. Daaruit blijkt, dat de verschillen inderdaad voor ons praktische leven geen en kele betekenis hebben.tot dus ver. Zelfs met een snelheid van 1000 mijl per seconde is dit nog maar 10 seconden per uur. En de hoogste bereikte snelheid door een mens is tot dusver die van een maanreiziger, die nog geen vijftien kilometer per seconde aflegt tijdens de topsnelheid, die maar zeer kort gehandhaafd blijft. Er is echter wel een ander intrige rend aspect aan de tijds-verschijn- selen bij hoge snelheden. Tot dus ver heeft de ruimtevaart zich om technische redenen moeten beper ken tot het de ruimte in schoppen met een korte enorme opdonder door een raket met chemische brandstoffen. Wordt een raket ont wikkeld die een eventueel geringere stuwkracht heel lang kan volhou den, waardoor de snelheid lange tijd kan worden opgevoerd (reactor aan boord, ionen-motor, anti-mate rie als brandstof?) dan zijn veel hogere snelheden tc bereiken, die de lichtsnelheid benaderen en daardoor de „tijdwinst" aanzienlijk maken. De moeilijkheid is nu nog. dat een reis bv. naar de dichtsbijzijnde ster Alpha-Centauri met de huidige ruimtevaart-middelen vele vele ge neraties zou duren. Men zou dus ruimteschepen moeten ontwikkelen, waarin een grote bevolkingsgroep volkomen autonoom generaties lang zou moeten bivakkeren. Slechts de achter - achter - a-chter - kleinkind eren van de oorspronkelijke bemanning zouden de omgeving van de ster be reiken. Zou men echter voortdurend wer kende motoren kunnen maken, die een permanente versnelling van 1 g bewerkstelligen maardoor de be manning voortdurend het gevoel zou hebben onder omstandigheden van de aardse zwaartekracht te le ven), dan zou de snelheid die van het licht benaderen en zou de tijd voor de bemanning „langzamer" verlopen en redelijk worden. Die bemanning zou bij aankomst slechts 3.5 Jaar ouder zijn geworden, terwijl op aarde 10 jaren waren verstreken. En 3,5 Jaar is niét zo erg lang. Er worden thans al expedities naar Mars voorbereid, die meer dan twee jaar zullen duren. Naar het cen trum van het Melkwegstelsel zou (voor de bemanning) een dergëlijk ruimteschip slechts 21 Jaar onder weg zijn terwijl op aarde 50.000 ja ren verstreken. Naar het dichtstbij zijnde sterrenstelsel, de Androme- da-nevel, doet de bemanning van het ruimteschip dan naar eigen tijd rekening 28 jaren, terwijl op aar de 2.000.000 Jaren verlopen. Dat alles door het veranderende tijds- tempo en hoge onderlinge snelheden. Want men moet goed begrijpen: al les verloopt bij hoge snelheid in een langzamer tempo, niet alleen die klok maar ook de biologische klok en de bewustzijnsklokop weg naar Andromeda leeft een mens slechts 28 Jaar. terwijl op aarde 2.000.000 Jaren verlopen. Er is echter wel een „kleine" moei lijkheid: de tijd-paradox. Wanneer waarnemer A waarnemer B met een grote snelheid voorbij ziet vliegen, gaat de tijd voor B langzamer dan voor A, zodat de klok «ook de bio logische) voor B langzamer zal lo- pen. Maar het omgekeerde geldt ook. Voor B gaat A met een hoge Hafele (links) en Kea ting met hun atoomklok in de Boeing, waarmee zij hun vlucht om de wereld maak ten. snelheid voorbij, waardoor B aan kan nemen, dat voor A de tijd langzamer zal gaan Uit die paradox is men nog niet. Het waren tot dusver alleen maar theoretische spelletjes, maar het ziet er naar uit, dat het praktische problemen gaan worden Vandaar ook die Amerikaanse proef. Men wil er nog wel eens wat meer over we ten. Niet alleen maar uit weten schappelijk oogpunt, zoals tot dus ver, maar uit zeer praktische over wegingen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 19