„Het onderwijs in zijn huidige vorm is een overleefde zaak Gedichten Gedichten Gedichten - Gedicht Éelease zoekt leeggezinnen Hl ff Maagden EXPLOSIE ,AG 10 JULI 1971 LEIDSCH DAGBLAD rsi lout a pk; puke LEIDEN Het is al weer enkele weken geleden dat het >idsch Dagblad het opstel publiceerde dat de 1 7-jarige Urly in Oosten (een leerlinge van het Fioretti-college te Lisse) oor haar havo-eindexamen schreef. Voor dit opstel kreeg rly van de gecommitteerde een 5. Haar leraar Nederlands p de heer G. Buschman kende haar er een 9 voor toe. Op deze Altona-pagina komt de heer Buschman terug op achtergronden van de kwestie (door redactionele omstan- gheden iets later dan de bedoeling was). Zijn bijdrage heeft vorm gekregen van een interview met zich zelf. De heer uschman heeft zich proberen in -te leven in de rol van in- rviewer, om vervolgens antwoord te geven op de vragen e zouden kunnen rijzen. Dl? schrijver, ondertussen, is niet lan- an het Fioretti college verbonden. "voor zich zelf" gaan werken. Ijn hand is onlangs verschenen het irkje "De echo van Gods woord", men zich blijven' verontschuldigen misstanden door aan te komen met: "ik kan ook niet anders" lassieke verontschuldiging van de aarder. bijvoorbeeld) vraagt Ge- Suschman zich in dit pamflet af. jopt dat de inhoud ervan hem uit- igen oplevert om lezingen te hou- jr vormingscentra etc. Voor wie >er over wil weten: zijn postadres dhorststraat 13, Lisse. iets kunnen vertellen over de op de publikatie van het eind- (enopstel? het Leidsch Dagblad verscheen 'n nden brief van de heer Mout uit Zijn commentaar heeft nauwe- ndruk op me gemaakt, typisch die en onderwijzer. Waar ik me wel 1 estoord heb was het gemak waar- Ie briefschrijver de actie van de >x—studenten van de Pedagogische mie typeerde als "natrappen", een dergelijke uitleg niet voort- uit een gevoel van bedreigdheid, rbeeld omdat de heer Mout zelf wijzer is, dan vraag ik me af wat 'el de reden kan zijn van een der- ontuchtig cliché. mevrouw heeft de LDredactie l^|eld met de mededeling dat het op- Iagiaat zou zijn. Zij noemde met "Avenue". 'Avenue" is indertijd een hoofd- ifgedrukt uit het boek van me- Kubler—Ross dat interviews be- »t stervende mensen. Dit boek heb- 'ij klassikaal aan de orde gesteld en is door Urly, vanwege haar onder werp, „de dood in de literatuur" bestu deerd. Plagiaat vind ik overigens een onzinde lijk begrip, dat samenhangt met de ge dachte dat intelligentie, talent, het leven van een mens überhaupt allereerst een strikt individuele aangelegenheid zou zijn. De wereld in ons en om ons heen laat onderhand voldoende duidelijk zien dat wij ons daarin heel erg vergist heb ben en kennelijk nog vergissen. Plagiaat Talent, intelligentie ,enz. zijn sociale ca tegorieën en ik denk dat we ons dat heel duidelijk bewust moeten worden, willen we niet opnieuw ten prooi vallen aan allerlei duistere machten. Iemands intelligentie wordt mede bepaald door de mensen met wie hij omgaat, door de cultuur waarin hij leeft. Niemand kan echt iets geven als hij eerst niet ontvan gen heeft. Daarom is het hanteren van het begrip plagiaat een manier om men sen te verleiden. Eén van de talloze sluipgangen naar het rijk van de een zaamheid. Ik vraag me af of de mevrouw die opbelde, op school nooit eens heeft af gekeken en ik wil haar graag zeggen, dat ik het erg triest vind dat wij met al de afkeuring die daar omheen is ge bouwd. mensen van kindsbeen inpren ten dat samenwerking fraude is; dat het eigenlijk heel onbehoorlijk is, om in situaties waarin je de ander nodig hebt, ook inderdaad een beroep op hem te doen. De kwalijke ideologie dat het altijd uiteindelijk op je zelf aan komt, dat belangrijke beslissingen ook steeds eenzame beslissingen dienen te zijn. Ik geloof daar geen steek van, ik weet al leen dat mensen Je in de steek kunnen laten. Om dat te doorbreken heb ik al sinds Jaar en dag geen proefwerken meer ge geven, tenzij met de ingebouwde moge lijkheid voor de leerlingen om samen te werken. Ik gruw van een onderwij zersmentaliteit die ogen van kinderen, spiegels van de ziel, tot diefstal verleidt. Ik heb mijn leerlingen er altijd op ge wezen dat aan het schrijven van bijvoor beeld een opstel altijd documentatie dient vooraf te gaan. Die documenta tie mochten ze van mij zelfs meenemen op het eindexamen wat natuurlijk weer leidde tot allerhande moeilijkheden, al vond onze fijne inspectrice mejuffrouw Van Vliet het een prachtig idee. Maar om nog even terug te komen op de eerste vraag? De reacties dus. Ik weet dat het Leidsch Dagblad van hand tot hand is gegaan, op heel wat scholen tot discus sies heeft geleid. Daar gaat het uiteindelijk toch om. Niet om mijn gelijk of ongelijk, maar om het gezamenlijk zoeken naar een zinvoller onderwijssituatie. In elk geval heb ik geen dreigbrieven ontvangen. Op mijn eigen school waren de reacties gema tigd, misschien kwam dat ook, omdat ik toch op het punt sta te vertrekken. Boos Sommige kollega's hebben mij alleen verweten, dat ik in de Leidse Courant gezegd zou hebben dat zij wat betreft geestelijke immobiliteit altijd een duide lijk voorbeeld voor mij zijn geweest. Ik vraag me af of ik dat inderdaad zo ge zegd heb. al denk ik dat geestelijk mo biele mensen zich over een dergelijke opmerking nauwelijks boos zouden ma ken. Ergo. Hoe zit 't met dat ontslag? Het liefst had ik gezien dat die kwes tie er helemaal buiten was gebleven, 't Gaat om het vinden van een beetje hu maniteit en dat is niet iets subjectiefs. Nu het toch in de publiciteit is gekomen wil ik- er wel wat meer over zeggen. Wanneer je in het huidige onderwijs, dat leerlingen en leraren emotioneel mo reel en sociaal zo in de kou laat staan, je taak als leraar niet als 'n strikt tech nische taak opvat, gebonden aan tes ten, toetsen en eindexameneisen, grove middelen om jonge mensen een bepaald denk- en gedragspatroon op te dringen, maar voor alles als een manier om met om te gaan en jonge mensen aan jouw leven te laten deelnemen, dan kon je onherroepelijk aan de grenzen van je vak en op den duur ook aan de grenzen van het onderwijs zelf. Ik vind dat je die grenzen dan ook moet overschrijden, al heb ik begrip voor de angst die mensen voor een der gelijke stap doet terugschrikken. De grenzen van het vak had ik al snel be reikt, en de grensoverschrijding hield in, dat heel de technische benadering van de taal in de zin van ontleding, spelling en stijHessen enz enz., sterk op de ach tergrond raakte, heel de rompslomp bovendien. van feitenkennis waar het gaat om de geschiedenis van de literatuur. Avontuur Daarvoor in de plaats kwam dan het avontuur van het echte onderzoek, het stellen van reële vragen, het gezamen lijk zoeken naar een antwoord, de eigen werkzaamheid van de leerlingen, pogin gen tot allerlei vormen van communi catie, enz. Vaak tot mijn eigen verbazing heb ik in de loop der jaren een emotio nele. artistieke en sociale verbreding en verdieping van het vak bij de leerlin gen mogen waarnemen. Meer nog bui ten dan binnen de lessen, met onder meer als directe gevolgen een veel gro tere interesse, meer inzicht, een gefun- deerder kritisch vermogen, lezen als 'n in het leven geïntegreerde zaak, enz. Als de leerlingen mij uiteindelijk be dankten. dan ging mijn ^ank van harte regelrecht terug. Wij hadden, al was dat dikwijls bekneld en ook wel een beetje amateuristisch, toch echt samen geleefd. Sinds langere tijd vind ik echter dat ik ook de grenzen van het onderwijs zoals het nu reilt en zeilt bereikt heb en ik zie niet in dat ik die grenzen in dit ge val zou moeten overschrijden. Ik denk niet dat de kinderen er belang bij heb ben als je op den duur alleen nog maar het extreme standpunt van een ketter kunt innemen en tot een verregaand compromis ben ik evenmin in staat. Toch zou je kunnen denken dat het veel effectiever zou zijn om binnen het onderwijs veranderingen op gang te brengen dan de boel in de steek te laten. Ik ben geen typische onderwijsman in de zin van het woord en hoor dus ook niet in het onderwijs in die zin thuis. Waarom zou een mens blijven waar hij niet thuishoort en eigenlijk ook niet wel kom is? Als ik het eerlijk mag zeggen: volgens mij is het onderwijs in zijn hui dige vorm en de manier waarop het door de mensen wordt opgevat een over leefde zaak. Binnen deze structuur werkzaam blijven, betekent hoe dan ook dat je deze structuren helpt in stand te houden. Iets dergelijks geldt ook voor het le ger of de kerk, voor alles wat een wer kelijke vrede in de weg staat. In onze tijd kun je alleen nog maar de vrede dienen door dienst te weigeren of de kerk achter je te laten. Pas toen ik af zag van de traditionele aanpak van mijn vak, ik bedoel doelbewust en eigenlijk dienst begon te weigeren, vond zoiets als een bevrijding plaats. Zou dat dan ook niet kunnen gebeuren als ik doelbe wust het onderwijs als zodanig verlaat? Misschien zou de overtuiging bij de mensen kunnen groeien dat het poten tieel aan leraarschap, als ik dat zo eens mag zeggen, niet uitsluitend binnen de grenzen van het onderwijs is geconcen treerd. En datzelfde geldt want het gaat om een algemener verschijnsel evenzo voor de politiek en heel de we reld van de medische zorg. Ik bedoel dit: als we er nog langer mee doorgaan om het opvoeden, het re geren en genezen uitsluitend aan gespe cialiseerde beroepskrachten over te la ten, zullen we de moeilijkheden van on ze tijd niet te boven komen. Opvoeden, regeren en genezen behoren tot de ver antwoordelijkheid van iedere mondige mens. Dat wil zeggen: de gespeciali seerde beroepskrachten moeten hun eigen taak en functie relativeren, de mensen die geen specialisten zijn dienen hun verantwoordelijkheid in deze aan gelegenheden te beseffen. Isolement Zolang dat niet gebeurt en buiten de sfeer van het onderwijs, de politiek en de zorg voor de bedreigde mens zaken als comfort, welvaart, luxe en winstbejag de primaire oogmerken zijn, zal dit de ge noemde taken in een isolement gevan gen houden met alle kwalijke gevolgen van dien. In elk isolement verliest het leven aan substantie en verdwijnt de hu maniteit uit de manier waarop een mens zijn taak opvat. Dan ontstaat een dialectiek van macht en onmacht, heel die onzin tot boosaardigheid toe, die we tegenwoordig zo duidelijk kunnen waar nemen in het parlement, in de zieken huizen en de scholen. Als een leraar het onderwijs verlaat betekent dat niet dat hij geen leraar meer zou zijn. Het leraarschap is niet allereerst een techniek, maar een ty pisch menselijke kwaliteit. Zo zijn er buiten het onderwijs heel wat mensen, die uitstekend in staat zijn om datgene wat zij aan vakbekwaamheid en mense lijkheid verworven hebben aan anderen door te geven. Op deze mensen zou dan ook een voort durend beroep gedaan moeten worden, vanuit het onderwijs, maar u begrijpt, dat dat wel 'n aanzienlijke mentaliteits verandering vooronderstelt. Zoiets als een culturele revolutie. De bereidheid om elkaar werkelijk te waarderen en het eigene met anderen te delen. De men sen van 't onderwijs moeten hun exclu siviteit opgeven, terwijl de mensen bui ten het onderwijs zich hun verantwoor delijkheid ten aanzien van het onderwijs bewust moeten worden. Niet alleen door belangstelling te tonen of de ontwik keling kritisch te begeleiden, maar ook door daadwerkelijk deel te nemen. Voor zover 'n dei-gelijke ontwikkeling politiek onmogelijk wordt gemaakt, moet een dergelijke politiek hardnekkig worden verworpen. Laat ik bekennen dat ik er een hekel aan heb om een idealist genoemd te worden. Ik vind dat niet de idee, hoe verheven die ook mag zijn, maar de le vende verbondenheid met God en de mensen, de creatieve relatie die je met mensen kunt opbouwen en de basis van ons leven moet vormen. Als we dat niet doen, leveren we onszelf uit. Daarom ben ik zowel hoopvol als somber gestemd. Hoopvol omdat ik in God en mensen geloof, somber vanwege alles wat Je om je heen waarneemt. Men moet eens opletten hoe de laatste tijd de frustre rende aandacht van kranten als "De Telegraaf" zich verplaatst van de scho len naar de psychiatrische inrichtingen, waar zich uitgerekend een ontwikkeling voordoet, die ik zo Juist geschetst heb. Een beroep op de zorg en de liefde die wij met elkaar voor elkaar zouden moe ten hebben, wil men kennelijk niet en zet het woordje "men" maar tussen aanhalingstekens. Een examenklas bezig met het schriftelijk examen op de "klassieke" manier. Afkijken is er vanzelfsprekend niet bij. Maar is dit wel zo vanzelfsprekend, vraagt ex-leraar Nederlands Ge rard Buschman uit Lisse zich af. Afgoden Ondertussen maakt het onderwijs dank baar gebruik van de adempauze, om or de op zaken te stellen, wat onder andere blijkt uit de toenemende invloed van 'n instituut als het CITO ("een testbureau) dat de harten en geesten van kinderen geschikt maakt voor een geloof in aller lei toekomstige afgoden. Welke afgoden? Dat weet ik niet, maar zij zullen ko men en aanbeden worden. De CITO— missionarissen staan daar wel borg Gerard Buschman voor, al weten velen misschien niet wat zij doen. Net dacht ik dat u wat te idealistisch was, maar nu denk ik dat u het weer somber ziet. U ziet maar, dat Je een mens nooit op een openbaarheid kunt vastleggen. Maar ik durf wel te zeggen dat ik al lerminst wanhopig ben. Belangrijk zal het in ieder geval zijn dat leraren en leerlingen het eindexamen in zijn huidi ge vorm hardnekkig zullen attaqueren en zo mogelijk op een creatieve manier saboteren. Als we het examen willen handhaven als de afsluiting van een gezamenlijke taak en een levensperiode, mag het niet langer van bovenaf opgelegd worden. Dat geeft alleen maar kansen aan luie en gedachteloze mensen, aan examina toren en gecommitteerden die nooit an dere vragen stellen dan die waarop zij zelf het antwoord weten, waarbij het er niet eens toe doet of dat antwoord wel juist is. Machtsposities zijn steeds een voldoende rechtvaardiging voor alles, ook als het onzin is. Examen Ik denk dat het veel zinvoller is en ook bevrijdend, als het examen zowel naar inhoud als vorm het resultaat is van de gezamenlijke werkzaamheid van leraren en leerlingen. Als een vrucht, of beter als een produkt. In dit licht moeten de deelnemers aan het onderwijs ook in het bezit gesteld worden van de productie middelen. Men begrijpt de analogie. U bedoelt dat ook de leerlingen volop medezeggenschap moeten krijgen waar het gaat om de inhoud van de lessen? Dat bedoel ik inderdaad. Toch is er een gevaar, al is dat gevaar een direct gevolg van de huidige structuur van het onderwijs. Het gevaar namelijk dat de leraar de slaaf wordt van zijn leerlin gen. Zoals het omgekeerde nog op heel veel plaatsen het geval is. Iemand dwin gend Je wil opleggen, wie of wat Je dan ook mag zijn, is altijd immoreel. In de nieuwe situatie zou een leraar op zijn beurt van zijn taak kunnen vervreemden als de belangstelling van de leerlingen een richting uitgaat die hij niet kan vol gen. Waar hy doodgewoon' niet bekwaam is. Goudvissen Ieder mens heeft iets specifieks te bie den niet alles is ieders specialiteit. Op dat moment zou Je gezamenlijk een be roep moeten kunnen doen op iemand an ders, eventueel iemand van buiten de school. Tot op heden verkiest men het echter als goudvissen in een kom te blij ven rondzwemmen in de illusie dat het hoort. Goudvissen kijken je dan ten minste nog met treurige ogen aan. De eerlijkheid gebiedt mij overigens te zeggen dat het wel eens gebeurt dat scholen mensen van buiten de school uitnodigen, een schrijver bijvoorbeeld. Je schrikt dan wel van de honoraria en de praatjes die zij komen ophangen. Runt u zeggen wat uw specialiteit is? Mijn specialiteit is dat ik leef in de onmogelijkheid om zonder hoop te le ven. De hoop dat wij eenmaal de grens zullen overschrijden naar een rijk van vrijheid voor alle mensen. Die grens is niet alleen de dood, maar ook al dat gene wat nu al het leven in onze verhou dingen doodt. Misschien is het vanwege mijn gerichtheid op dit soort zaken ook wel een beetje mijn specialiteit om de grens op het spoor te komen en te ont dekken hoe de overtocht gewaagd mag worden. Meer kan ik niet zeggen. De reis gaat verder. GERARD BUSCHMAN 1IDEN De Leidse hulpverle- 'ctssdienst Release zoekt gezinnen die -081 kade id zijn om in geval van nood voor orijd8en J0118®11 of meis^e onder' die te verlenen. gi Wt et gaat hier om jongeren die enke- ergens een beetje tot rust rd l! ten komen, terwijl Release een meer keur tianente oplossing voor hen zoekt, alen •1. géi ie wil helpen wordt verzocht 24555 lellen. Men kan ook zelf langs bij noodkantoor van Release: Witte Bel 12a. Van 2 uur 's middags tot erw«ftur -s avoncjs iS daar altijd iemand wezig. ol X Als Jezus nu eens niet gekruisigd doch gehangen was. zouden christe nen dan galgen om hun nekken dragen? Beschavingen waren altijd door hun ei gen ingeboren onbeschaafdheid ten do de opgeschreven. Het opgeofferd, kanonnenvlees van giste ren, zijn de opgestane hippies van van daag. Aarde is de voetspoor van levens „voetreis naar Eden", mede dank zij bloed, zweet en tranen, opgeheven als Golgotha's zure wijn. Mocht godsdienst opium voor de men sen zijn, is blank christendom dan een wit aspirientje tegen zwarte zonde? Beter één Europia in de hand als vrucht, dan tien utipia's zonder in de lucht. Tijd is versnelde eeuwigheid in „slow motion". Jeugds „massahaar" als uitdaging te genover een hun onklaar gekomen we reld, is het sociaal kanonnenvlees uni- form voor hun toekomstig slachtveld, genaamd beschaving. Onderwijs is alleen maar het ABC Wat daarna komt, is tussen de regels lezen. MARIUS VERHOOG SIONSHOF 14 LEIDEN Onder invloed yan hen die bedwelmd zijn spiegelt de dag afgetrokken door het licht luchtgrauw De bange krioelende maagden nestelen zich tegen het rozige roze aan Zichzelf beschermend achter een witte vlies zien zij de dag ouder worden Wetende wat hun te wachten staat beuken de beukende golven woest tegen het rozige eindpunt aan Hun onverzadigde machtige kracht slaat een gat in die meisjes die zich veilig waanden achter hun witte vlies De afgebroken dag neemt zijn plaats weer in in de week der vrouwen Langzaam maar zeker ontwaakt zij uit haar verdoving een blik naar beneden werpend vertelt haar meer dan maagden ooit kunnen vertellen. Cor Focke Langenhorststraat 3 Voorschoten De zwerver Ik ben een zwerver en zwerf overal heen waar het goed toeven is en alleen. Ik heb niet veel nodig om te leven Het kost me haast geen cent, en ben van zorg ontheven Zonder vrouw en zonder kroost O, wat is het leven mooi. Ik leef vrij als een vogel zonder kooi Heb ik zin om te zwemmen, 'k neem een duik in een plas Op m'n weg vind ik alles, ben in m'n sas Ik stoor me niet aan mensen al zullen ze me nog zo verwensen Ik loop gekleed zo ik wil, heb maling aan iedere paskwil, s Nachts slaap ik in het hooi, of in een schuur het leven is voor mij niet duur. Hoor de vogels in de bomen zingen heb maling aan alle luxe dingen Verkoop ik enige stukjes zeep. heb ik centjes genoeg. Ik neem een borrel in een straatje in een kroeg Ga daarna slapen in m'n logement en dat kost mij ook haast geen cent. Mevrouw S. de Jong- van Schoonderwoerd Pieter Bothstraat 1 Leiden verward waren de gedachten in mijn hoofd. Telkens zegt nu een stem zacht jouw naam En het horen van die naam heeft het „alleen zijn" iets verdoofd. Het dringt tot me door, dat ik heb bemind Zo. dat ook jij me lief hebt als man. Volwassen dacht ik te zijn, maar ik ben nog als een kind. Een kind echter dat jou liefhebben kan. Eén hoogtepunt is eigenlijk ons leven. Elke seconde intense liefde maakt het fijn Elkaar te steunen, te beminnen, alles te geven. God mag geven dat dit altijd 'zo zal zijn. Max v. d. Ouwelen Molenaarstraat 7 Leiderdorp Lezers kunnen hun gedichten opsturen naar: Leidsch Dag blad, t.a.v. All Together Now redactie, Witte Singel 1Lei den.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 17